Brief regering : Besluit vervolgstappen renovatie vuurtoren “Lange Jaap”Huisduinen
36 410 XII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2024
Nr. 18
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2023
In september 2021 heeft een inspectie van de vuurtoren Kijkduin («Lange Jaap») in
Den Helder uitgewezen dat er langere scheuren waren ontstaan in de wanden. Vanwege
onzekerheid over de constructieve veiligheid van de toren zijn destijds maatregelen
getroffen en heeft er afgelopen periode nader onderzoek plaatsgevonden naar de constructieve
veiligheid van de vuurtoren en de mogelijke scenario’s voor de toekomst. Over de voortgang
van dit traject is de Kamer regelmatig geïnformeerd (Kamerstukken 35 925 XII, nrs.72, 76. 101 en 111).
Op 8 maart jl. is in beantwoording op vragen van het lid Krul (CDA) gemeld dat naar
verwachting eind 2023 het onderzoek naar de mogelijke scenario’s en de consequenties
van elk scenario afgerond is, op basis waarvan besluitvorming over de toekomst van
de vuurtoren genomen kan worden (Aanhangsel Handelingen II 2022/23, nr. 1786).
Met deze brief wordt de Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek naar
de mogelijke scenario’s en de vervolgstappen die op basis hiervan genomen worden met
als uitgangspunt het behoud van dit Huisduiner icoon.
Uitkomst onderzoek scenario’s
Begin december 2023 heeft ingenieursbureau Movares het eindrapport opgeleverd met
een kwalitatieve en kwantitatieve beoordeling van een viertal mogelijke scenario’s
voor de toekomst van de vuurtoren (zie bijlagen). Bij de beoordeling door Movares
zijn de belanghebbenden zoals bijvoorbeeld de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed en
de gemeente Den Helder direct betrokken geweest, onder andere via zogenaamde ateliersessies
waarin hun behoeften en wensen geïnventariseerd zijn.
Movares komt tot de volgende conclusie: «Voor de vuurtoren Huisduinen is de uitvoeringsvariant Renoveren-Stabiliseren het meest
kansrijk om verder uit te werken in de Ontwerpfase.» Tegelijkertijd constateert Movares: «De variant is wel uitdagend omdat er veel gebruik wordt gemaakt van weliswaar beschikbare
maar specialistische hersteltechnieken die voor toepassing in de constructie nog verder
moeten worden uitgewerkt. Er blijft dus een risico dat bij verdere uitwerking van
het herstel van de vuurtoren de variant Renoveren-Stabiliseren in de Ontwerpfase niet
mogelijk blijkt. Tegelijk is het ook de enige reële mogelijkheid om de schades te
herstellen zonder de vuurtoren (deels) te demonteren.»
Besluit vervolgstappen vuurtoren Kijkduin
Rijkswaterstaat acht het vanwege de aanwezige onzekerheden en risico’s op dit moment
niet verantwoord om tot een definitief besluit te komen over het door Movares genoemde
meest kansrijke scenario. Het is wel het scenario dat voor alle betrokkenen als het
voorkeursscenario geldt omdat daarmee het meeste recht wordt gedaan aan de vuurtoren
met behoud van de cultuurhistorische waarde. Tegelijkertijd constateert RWS dat vervolgonderzoeken
om het restrisico in de beoordeling verder te verkleinen, meegenomen kunnen worden
in de volgende fase. Er is besloten om in deze fase verder te werken aan een voorlopig
en definitief ontwerp voor de uitvoering van dit voorkeursscenario. Daaruit moet blijken
of dit voorkeursscenario ook daadwerkelijk uitvoerbaar is.
In 2024 zal gewerkt worden aan de voorlopige en definitieve ontwerpfasen. Om zo spoedig
mogelijk, naar verwachting in 2025, tot uitvoering over te gaan, zal parallel de aanbesteding
voor de uitvoering worden opgestart. In dit verdere traject zal Rijkswaterstaat vanzelfsprekend
in nauwe verbinding blijven met de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed (RCE), de gemeente
Den Helder en overige betrokkenen.
Drie gietijzeren vuurtorens
Naast de vuurtoren Kijkduin in Den Helder is er nog een tweetal gietijzeren vuurtorens
in beheer bij Rijkswaterstaat. Dit zijn de vuurtoren op Scheveningen en de vuurtoren
Westkapelle Laag. Deze twee vuurtorens zijn op dezelfde wijze gebouwd en kennen -in
mindere mate – vergelijkbare problematiek als de vuurtoren Kijkduin.
Gelijktijdig met het onderzoek naar de mogelijke scenario’s voor de vuurtoren Kijkduin
heeft Movares ook scenario’s voor deze twee vuurtorens uitgewerkt (zie bijlagen).
Hieruit blijkt dat voor de renovatie van deze twee vuurtorens hetzelfde scenario als
voor de vuurtoren Kijkduin de voorkeur geniet. Het risico dat de voorkeursoptie niet
haalbaar zal blijken, is voor deze vuurtorens kleiner. Rijkswaterstaat zal op basis
van de ervaring die opgedaan wordt bij het ontwerpen van de vuurtoren Kijkduin de
twee andere gietijzeren vuurtorens zo mogelijk parallel of aansluitend laten renoveren.
Naar verwachting zijn er met de werkzaamheden aan de drie gietijzeren vuurtorens aanzienlijke
kosten gemoeid. De hoogte hiervan is echter afhankelijk van de eerdergenoemde onzekerheden
en uitkomsten van de ontwerp- en aanbestedingsfase. Gezien deze onzekerheden liggen
de investeringskosten van de drie gietijzeren vuurtorens daarmee tussen de ca. € 26
mln. en € 41 mln.
Tot slot
De onzekerheid en onrust de afgelopen twee jaar over de toekomst van de vuurtoren
Kijkduin was groot voor omwonenden en iedereen die de vuurtoren aan het hart ligt.
In die gehele periode heeft Rijkswaterstaat nauw contact onderhouden met de betrokken
organisaties zoals het Huisduiner Belang, de gemeente Den Helder en het RCE. Het geduld
en constructieve houding van alle betrokkenen heeft geholpen bij het doorlopen traject.
Ook bij de te nemen vervolgstappen zal de samenwerking en afstemming worden voortgezet.
Met het besluit tot deze vervolgstappen kan helaas nog niet de garantie gegeven worden
dat de vuurtoren definitief behouden blijft, maar dit biedt meer perspectief nu de
eerste noodzakelijke stappen voor het mogelijk behoud daadwerkelijk genomen worden.
Tenslotte, in de kamerbrief van 15 september 2022 (Kamerstuk 35 925 XII, nr. 111) is uit de procesevaluatie vuurtoren Lange Jaap een toezegging gedaan om nog dit
jaar te rapporteren over de effecten van de samenwerking met de markt- en kennispartijen. Op dit moment is er nog onvoldoende nieuwe informatie beschikbaar. In 2024 komen
we hier op terug.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat