Brief regering : Verzamelbrief opvang Oekraine
19 637 Vreemdelingenbeleid
36 045
Situatie in Oekraïne
Nr. 3180
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 december 2023
Inleiding
De voortdurende oorlog in Oekraïne zorgt voor een aanhoudende instroom van ontheemden
naar Nederland. De verwachting is dat dit op korte termijn niet zal veranderen. Het
aantal nieuwe inschrijvingen per week bedraagt ca. 400 Oekraïners per week.1 Er zijn op 10 december jl. ca. 105.000 Oekraïners ingeschreven in de Basisregistratie
Personen (BRP). Daarnaast zijn er 34.270 Oekraïners uitgeschreven uit de BRP. Ook
zijn er op 10 december 5.660 ontheemden uit Oekraïne met een andere nationaliteit
ingeschreven in de BRP en ca. 2.270 personen die zich hebben uitgeschreven. Dit leidt
tot een bezettingsgraad van 98,9% in de noodopvang. Eens per acht weken peilt onderzoeksbureau
I&O Research het draagvlak voor de opvang van ontheemden uit Oekraïne in Nederland.
De uitkomsten van de 13e Flitspeiling2 (november 2023) laten zien dat het draagvlak in de samenleving nog altijd hoog is
(68%). 58% van de respondenten vindt dat Nederland voldoende ontheemden uit Oekraïne
opvangt. Dit percentage is al maandenlang ongeveer gelijk. Op de vraag wat de komst
van ontheemden uit Oekraïne voor gevolgen heeft voor de Nederlandse samenleving, wordt
meer krapte op de woningmarkt het meest genoemd (80%), gevolgd door minder opvangplekken
voor andere vluchtelingen (51%) en de oplossing van het tekort aan arbeidskrachten
(50%).
In deze Verzamelbrief opvang Oekraïne informeer ik uw Kamer over derdelanders met
een tijdelijk verblijf in Oekraïne, de vrijstelling mvv-vereiste, wijzigingen in de
RooO en BooO, de opvolging van signalen over de hoge bezetting en het herziene Bestuurlijk
Afsprakenkader. Tevens informeer ik uw Kamer over een toezegging van mij tijdens het
commissiedebat vreemdelingen- en asielbeleid van 28 juni jl. over de risicoanalyse
van de Bekostigingsregeling eerste opvang ontheemden Oekraïne (Kamerstuk 19 637, nr. 3157). Met deze brief stuur ik u twee bijlages mee.
Het betreft: 1. De beslisnota en 2. De risicoanalyse van de Bekostigingsregeling eerste
opvang ontheemden uit Oekraïne.
Derdelanders met tijdelijk verblijf in Oekraïne
Op 2 september 2023 (Kamerstuk 19 637, nr. 3161) heb ik uw Kamer geïnformeerd dat de gevolgen van de beëindiging van de tijdelijke
bescherming voor derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning in Oekraïne bevroren
wordt tot de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: de Afdeling)
uitspraak doet in een hoger beroep. Het gaat om een richtinggevende uitspraak over
de vraag of de tijdelijke bescherming voor deze groep beëindigd mag worden. Op 23 oktober
jl. heeft de zitting over deze rechtsvraag plaatsgevonden bij de Afdeling, de uitspraak
wordt in januari 2024 verwacht. Omdat de uitspraak consequenties kan hebben voor de
uitvoeringspraktijk, zal de uitspraak geduid moeten worden. Hiervoor nemen wij één
week de tijd waarin wordt bezien wat de uitspraak exact betekent voor de beoogde groep
en welke vervolgstappen nodig zijn. Gedurende de duidingstijd wordt bekeken hoeveel
voorbereidingstijd er nodig is om uitvoering te geven aan de uitspraak. Uw Kamer zal
hierover worden geïnformeerd.
Ik realiseer me dat dit onzekerheid voor de betrokken derdelanders, gemeenten en bijvoorbeeld
de werkgevers met zich mee brengt, ook omdat nog niet duidelijk is op welk moment
in januari 2024 de uitspraak van de Afdeling komt. Daarom heb ik besloten in het geval
de Afdeling met mij van oordeel is dat ik de tijdelijke bescherming voor deze groep
heb kunnen beëindigen, in ieder geval een voorbereidingstijd te hanteren. Deze tijd
is nodig om goede duidelijke communicatie richting de derdelanders, gemeenten en COA
voor te bereiden en om onder andere de systemen van de IND aan te passen. De gevolgen
van de beëindiging van de tijdelijke bescherming blijven bevroren gedurende deze duidings-
en voorbereidingstijd. blijven. Na afloop van deze voorbereidingsperiode start de
vertrektermijn, tenzij de rechter in de individuele zaak een voorlopige voorziening
heeft getroffen die maakt dat de derdelander het beroep in Nederland mag afwachten.
Vrijstelling mvv-vereiste
Een beperkt aantal derdelanders uit Oekraïne voldoet aan de inhoudelijke voorwaarden
om in aanmerking te komen voor een verblijfsvergunning regulier (vvr). Voor deze groep
heb ik besloten vrijstelling te verlenen van het vereiste te beschikken over een machtiging
tot voorlopig verblijf (mvv-vereiste). Handhaving van het mvv-vereiste acht ik ten
aanzien van deze specifieke groep vreemdelingen onredelijk. Deze derdelanders werken
of studeren in Nederland, hadden tijdelijke bescherming onder de Richtlijn tijdelijke
bescherming (hierna: RTB) en genieten bovendien de eerdere rechten verbonden aan de
RTB tot de uitspraak van de Afdeling. Vrijstelling van het mvv-vereiste geschiedt
met toepassing van bestaande wet- en regelgeving. De inhoudelijke toetsing aan de
criteria voor de reguliere verblijfsvergunning wijzigt niet. Vrijstelling van het
mvv-vereiste kan worden verleend gedurende een periode van 6 maanden na het verlopen
van de RTB, op voorwaarde dat de derdelander (procedureel) rechtmatig verblijf heeft
in Nederland. Voor gezinsleden van derdelanders geldt een vergelijkbare vrijstelling
van het mvv-vereiste op voorwaarde dat de derdelander aan de criteria voor gezinshereniging
voldoet. Voor gezinnen met minderjarige kinderen die in aanmerking komen voor gezinshereniging,
is toepassing van de hardheidsclausule reeds ingebed in de Vreemdelingencirculaire
2000.
Wijzigingen RooO en BooO
Uit de wijzigingen van Regeling opvang ontheemden uit Oekraïne (RooO) per 1 oktober
jl. volgt dat als de tijdelijke bescherming onder de RTB is beëindigd of wordt geweigerd
door de IND, het recht op opvang van rechtswege eindigt na ommekomst van deze weigering
of beëindiging. Indien er door de IND een vertrektermijn wordt opgelegd, dan blijft
er gedurende de vertrektermijn recht op opvang door de gemeente. Tijdens een vertrektermijn
(van in principe 28 dagen) wordt iemand in de gelegenheid gesteld om vrijwillig Nederland
te verlaten. Het kan voorkomen dat iemand na afloop van de vertrektermijn de opvang
nog niet heeft verlaten. Het kan dan gaan om uitzonderlijke situaties waarbij bijvoorbeeld
het voorgenomen vertrek nog niet kon worden gerealiseerd of wanneer iemand de opvang
weigert te verlaten terwijl de gemeente wel aantoonbaar inzet heeft gepleegd op het
realiseren van het vertrek van de betrokkene. Om in deze situaties opvang rechtmatig
te kunnen bekostigen, wordt de Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne (BooO)
aangepast per 1 januari 2024. In deze wijziging is ook opgenomen dat indien een gemeente
over dient te gaan tot het ontruimen van de opvangplek en eventuele kosten voor juridische
procedures niet binnen het normbedrag kunnen worden opgevangen, gemeenten kunnen worden
gecompenseerd.
Opvolging signalen hoge bezetting
In mijn brief van 24 november jl. heb ik u geïnformeerd3 over de hoge bezetting in de gemeentelijke opvanglocaties en de zorgen die een aantal
veiligheidsregio’s en gemeenten heeft geuit over het voorzieningenniveau in Nederland,
de omvang van de instroom en hun handelingsperspectief hierin. De hoge bezetting in
de opvang evenals het feit dat het conflict nog niet ten einde lijkt en opvang nog
langere tijd nodig zal zijn, onderstreept eens te meer het belang van participatie
en zelfredzaamheid van ontheemden uit Oekraïne. Dit is nodig om zowel ontheemden uit
Oekraïne een bijdrage te laten leveren aan de Nederlandse maatschappij als om het
draagvlak voor opvang te behouden.
In de verzamelbrief opvang Oekraïne van 7 juli jongstleden4 is uw Kamer geïnformeerd dat het kabinet ervoor heeft gekozen om het voorlopig niet
mogelijk te maken om een eigen bijdrage te vragen voor de opvang van ontheemden uit
Oekraïne. De reden hiervoor was dat uit een verkenning van het ministerie was gebleken
dat het vragen van een uniforme eigen bijdrage grote uitvoeringslasten zou vragen
van gemeentelijke organisaties. Naar aanleiding van de hoge bezettingsgraad in de
opvang, signalen van gemeenten ten aanzien van draagvlak en uitlegbaarheid, en de
oproep van het Veiligheidsberaad en de VNG kijkt de regering inmiddels opnieuw naar
de mogelijkheden voor een eigen bijdrage. De mogelijkheid voor een eigen bijdrage
is in de tussentijd ook meegenomen in een uitvoeringstoets door VNG Realisatie. Daarin
is de conclusie naar voren gekomen dat de eigen bijdrage niet voor alle gemeenten
redelijkerwijs uitvoerbaar is, maar de toets adviseert anderzijds om wel ruimte te
geven voor pilots. Om dus toch stappen te kunnen zetten werkt de regering momenteel
in samenwerking met de VNG aan het mogelijk maken van het vragen van een eigen bijdrage,
bijvoorbeeld in pilot-vorm. Naast de uitvoeringslasten brengt dit verschillende andere
vraagstukken met zich mee, zoals de rol van verhuurder en het activeren van huurrechten
bij het vragen van eigen bijdragen. Ook het gelijkheidsbeginsel speelt hier mee. Deze
vraagstukken worden momenteel verder onderzocht om te kunnen bepalen of, en zo ja,
onder welke voorwaarden een pilot opgestart zou kunnen worden. Ik zal u begin volgend
jaar informeren over de voortgang.
Daarnaast heb ik gesproken met de diplomatieke vertegenwoordiging van Oekraïne in
Nederland over de hoge bezetting en de gestaag voortdurende instroom van ontheemden
uit Oekraïne naar Nederland. Hierbij heb ik benadrukt dat Nederland ontheemden uit
Oekraïne bescherming blijft bieden zolang dit nodig is, maar dat er tegelijkertijd
sprake is van toenemende uitdagingen in het realiseren van voldoende opvangplekken.
Met de diplomatieke vertegenwoordiging is besproken dat het van belang is dat ontheemden
uit Oekraïne hiervan op de hoogte zijn en daar waar mogelijk zelf woonruimte regelen
indien zij hiertoe bereid zijn. De diplomatieke vertegenwoordiging heeft aangeboden
te willen ondersteunen in het uitdragen van deze boodschap.
Een aantal gemeenten en veiligheidsregio’s geeft aan dat zij ontheemden naar Nederland
ziet komen die primair voor werk naar Nederland lijken te reizen. Hoewel ik de zorgen
van deze gemeenten en veiligheidsregio serieus neem, wil ik benadrukken dat ontheemden
uit Oekraïne, mits zij onder de RTB vallen, het recht hebben op bescherming in Nederland
en toegang tot de arbeidsmarkt. Hierbij dienen we ervanuit te gaan dat het hier om
ontheemden gaat en dat vluchten voor geweld in Oekraïne de primaire reden is om naar
Nederland te reizen. Het kabinet heeft er bij de inwerkingtreding van de bescherming
onder de RTB voor gekozen om in te zetten op een zo hoog mogelijke arbeidsparticipatie
van ontheemden en hierbij ook in te zetten op ondersteuning bij het vinden van werk
op niveau of in lijn met eerdere werkervaring en diploma’s. Veel werkgevers bieden
ondertussen werk aan ontheemden en Nederland kent daarbij een van de hoogste arbeidsparticipaties
van ontheemden in de EU. Werkgevers moeten zich er echter wel van vergewissen dat
zij alleen ontheemden uit Oekraïne arbeid laten verrichten als zij onder de RTB vallen.
Werkgevers kunnen dit controleren door Oekraïners naar het zogenaamde O-document,
het document om rechtmatig verblijf onder de RTB aan te kunnen tonen, of een sticker
in het paspoort of op een inlegvel, te vragen. Daarnaast zijn werkgevers verplicht
om een melding te maken bij het UWV. Tevens is van belang dat dit gebeurt onder goede
arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden. Ik wil opnieuw benadrukken dat werkgevers hiervoor
verantwoordelijk zijn. Vanuit het Ministerie van SZW zijn werkgevers hierover geïnformeerd.
Hoewel werkgevers ontheemden kunnen ondersteunen bij het vinden van huisvesting, is
het verbinden van werk en huisvesting onwenselijk, vanwege de afhankelijkheid van
de werkgever die hierdoor kan ontstaan en mogelijke toename van het risico op (arbeids-)uitbuiting
en misstanden. Daar waar sprake is van gericht werven door werkgevers van ontheemden
uit Oekraïne in andere lidstaten in combinatie met het adverteren met gratis door
de overheid gefinancierde opvang in een gemeentelijke opvanglocatie beschouw ik dat
als ongewenst. Via reguliere kanalen wordt deze ongewenste ontwikkeling onder de aandacht
gebracht van werkgevers- en uitzendorganisaties.
Het herziene Bestuurlijk Afsprakenkader
Vanaf 1 januari 2024 zal het herziene Bestuurlijk Afsprakenkader (BAK) gaan gelden.
Het BAK bevat de bestuurlijke afspraken voor een goede uitvoering van de opvangtaak
van gemeenten ten aanzien van de ontheemden uit Oekraïne. De aanleiding hiervoor is
dat het acute karakter van de opvang van ontheemden uit Oekraïne voorbij is. De inzet
van het Veiligheidsberaad en de veiligheidsregio’s hierbij is daarom niet meer vanzelfsprekend.
De afspraak is gemaakt, dat de landelijke bestuurlijke afstemming over de opvangopgave
voor ontheemden uit Oekraïne van het Veiligheidsberaad naar de Landelijke Regietafel
(LRT) overgaat. De overgang is gekoppeld aan de inwerkingtreding van de Tijdelijke
Wet opvang ontheemden Oekraïne. De regionale (bestuurlijke) afstemming over de verdeling
van de opgave en realisatie zal plaatsvinden aan de Provinciale Regietafels (PRT).
De voornaamste reden om voor deze bestaande structuur te kiezen is dat het de mogelijkheid
biedt om de opvangopgave voor ontheemden uit Oekraïne zowel landelijk als regionaal
in samenhang te bekijken met de opvangopgave voor asielzoekers en het huisvestingsvraagstuk
voor statushouders. Deze laatste twee onderwerpen liggen immers al op de LRT en de
PRT’s.
De afspraak dat de (operationele) coördinatie van de opvang standaard bij de veiligheidsregio
berust wordt eveneens losgelaten. Deze wordt vervangen door de mogelijkheid om als
gemeenten in een regio samenwerkingsverbanden aan te gaan die passen binnen lokale
structuren. Deze samenwerkingsverbanden zijn niet groter dan de provincie en niet
kleiner dan – en in elk geval congruent met – het gebied van de veiligheidsregio.
Wanneer ondertekening heeft plaatsgevonden zal het BAK met u gedeeld worden.
Ik maak hier van de gelegenheid gebruik om mijn grote waardering uit te spreken voor
de rol die het Veiligheidsberaad en de veiligheidsregio’s vanaf het begin van deze
crisis hebben gespeeld. De snelheid en professionaliteit die aan de dag gelegd is,
is indrukwekkend.
Door het gewijzigde BAK, waarin de coördinerende rol eerste opvang die de Veiligheidsregio’s
op dit moment vervullen verschuift naar een regionaal openbaar lichaam per regio,
moet ook de Bekostigingsregeling aangepast worden. Vanaf 1 januari 2024 geldt de nieuwe
Bekostigingsregeling eerste opvang ontheemden Oekraïne. Het gaat om de bekostiging
van de (operationele) coördinerende taken ten aanzien van de eerste opvang van ontheemden
uit Oekraïne in de regio’s. De bekostigingssystematiek blijft grotendeels gehandhaafd.
De werkelijk gemaakte kosten worden vergoed op aanvraag. Zo zorgen we ervoor dat financiering
ook in de toekomst geen drempel vormt bij het uitvoeren van deze rol.
Bekostigingsbesluit eerste opvang ontheemden Oekraïne – risicoanalyse
In het commissiedebat vreemdelingen- en asielbeleid van 28 juni 2023 heb ik uw Kamer
toegezegd de risicoanalyse toe te zenden van de Bekostigingsregeling eerste opvang
ontheemden Oekraïne. Bij deze doe ik deze toezegging gestand. De risicoanalyse richt
zich specifiek op het risico op misbruik en oneigenlijk gebruik (M&O). De M&O beschrijving,
de tabel met de M&O risico’s vindt u als bijlagen bij deze brief. De analyse is opgesteld
in november 2023 en gaat uit van de tekst van het Bekostigingsbesluit zoals dat op
dat moment gold.
Conclusie
Tot slot benoem ik wederom dat de ontwikkelingen op het gebied van migratie en aangrenzende
werkvelden die zich ten gevolge van de oorlog in Oekraïne razendsnel kunnen opvolgen,
zowel op nationaal, Europees als internationaal niveau. Ik blijf mij, samen met mijn
collega’s, inspannen om uw Kamer tijdig en adequaat te blijven informeren.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid