Brief regering : Kennis- en Innovatieconvenant 2024-2027
33 009 Innovatiebeleid
32 637 Bedrijfslevenbeleid
Nr. 135 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT, VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT, VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP, VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID,
VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, VOOR KLIMAAT EN ENERGIE, VAN BINNENLANDSE ZAKEN
EN KONINKRIJKSRELATIES, VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, VAN DEFENSIE, VOOR
BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING, VOOR NATUUR EN STIKSTOF, VAN JUSTITIE
EN VEILIGHEID EN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 november 2023
Met genoegen bied ik uw Kamer in de bijlage van deze brief het Kennis- en Innovatieconvenant
2024–2027 (KIC) aan dat op 2 november jl. is getekend. Dit Convenant is opgesteld
door 32 partners vanuit bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheden en maatschappelijke
organisaties. Het Convenant beschrijft de samenwerkingsafspraken, de inzet en de middelen
– voor 2024 5,7 miljard euro – van de partners in het missiegedreven innovatiebeleid.
In mei 2023 heb ik namens het kabinet de missies gepresenteerd waar we de gezamenlijke
inzet binnen het missiegedreven innovatiebeleid op richten. Het KIC dient als richtinggevend
kader om met publiek-private samenwerking bij te dragen aan deze herijkte missies
en nationale en internationale economische kansen te verzilveren. Het missiegedreven
innovatiebeleid sluit naadloos aan bij de pijlers van een toekomstbestendige economie:
innovatief, duurzaam, met een sterke positie van Nederland in een weerbaar Europa,
die de samenleving laat meedoen en meeprofiteren van de brede welvaart die wordt gecreëerd.1
Samen met de betrokken bewindspersonen die deze brief mede-ondertekenen, informeer
ik u ook over de Kennis- en Innovatieagenda’s (KIA’s) die met onze partners zijn opgesteld.
In deze Agenda’s zijn de concrete programma’s beschreven die moeten bijdragen aan
het realiseren van de missies. Ten slotte wordt de vernieuwde PPS-Innovatieregeling
toegelicht, een belangrijk instrument in de uitvoering van de KIA’s.
Kennis- en Innovatieconvenant 2024–2027
Het nieuwe KIC bouwt voort op het werk van de afgelopen jaren, in het kader van het
KIC 2020–2023. Binnen kennis- en innovatiesystemen is gewerkt aan een effectieve samenwerking
tussen publieke en private partijen. Met het KIC 2024–2027 willen we dit verder versterken,
waarbij de partners effectief bijdragen aan de uitvoering van het missiegedreven innovatiebeleid.
In het kader wordt een aantal voorbeelden gegeven van wat er afgelopen periode binnen
het missiegedreven innovatiebeleid is gerealiseerd.
In het KIC 2024–2027 is ook een nieuwe partner te verwelkomen, namelijk de MBO-raad,
relevant zowel vanwege onderzoek dat wordt uitgevoerd door practoraten in het mbo,
en – net als andere onderwijsinstellingen – cruciaal voor goed opgeleide medewerkers
in de toekomst. Daarnaast hernieuwen de provincies en ROM’s hun partnerschap in het
KIC, want met de toenemende aandacht voor valorisatie en marktcreatie zullen zij zich
inspannen om de verbinding met de regio’s te versterken. Tevens brengt InvestNL middelen
in die specifiek gericht zijn op groei- en innovatie-investeringen.
Kennis- en Innovatieagenda’s
Om de activiteiten goed op elkaar af te stemmen, werken de partners van het KIC samen
in het kader van acht Kennis- en Innovatieagenda’s (KIA's). Deze zijn onlangs gepubliceerd2:
• Klimaat en Energie (IKIA)
• Circulaire Economie
• Landbouw, Water, Voedsel
• Gezondheid & Zorg
• Veiligheid
• Sleuteltechnologieën
• Digitalisering
• Maatschappelijk Verdienvermogen
De eerste vijf agenda’s gaan over de inzet op de centrale missies; van fundamenteel
onderzoek en ontwikkeling (R&D) tot valorisatie en aandacht voor marktcreatie. De
KIA’s Sleuteltechnologieën en Digitalisering creëren belangrijke voorwaarden voor
realisatie van deze missies en economische groei. De KIA Sleuteltechnologieën is –
in afwachting van de afronding van de Nationale Technologiestrategie (NTS) – afgerond
tot een proces-KIA. De inhoudelijke keuzes zullen worden afgestemd op de uitkomsten
van de NTS en daarmee een bijdrage gaan leveren aan de uitvoering ervan. De KIA Maatschappelijk
Verdienvermogen richt zich specifiek op wat er nodig is om van technologische ontwikkeling
te komen tot daadwerkelijke versnelling van transities via opschaling van innovatie;
ook de maatschappelijke kant van innovatie is daarbij van groot belang. Deze KIA staat
daarmee, net als de KIA Sleuteltechnologieën en de KIA Digitalisering, ook ten dienste
van de thematische KIA’s.
Binnen de KIA’s zijn nieuwe accenten aangebracht om de economische en maatschappelijke
ontwikkelingen op verschillende niveaus bij te blijven. Zo legt de IKIA Klimaat &
Energie meer nadruk op het flexibeler inrichten van het energiesysteem. Ook is er
een meerjarig missiegedreven innovatie programma (MMIP) voor kernenergie toegevoegd
aan de IKIA. Voor de KIA Circulaire Economie geldt dat de circulariteit van consumptiegoederen
en minimalisering van gebruik van kritieke grondstoffen veel meer de aandacht krijgt
in alle MMIP’s, ook om risicovolle strategische afhankelijkheden te voorkomen3.
Binnen de KIA Gezondheid & Zorg wordt de interactie tussen sociale en technologische
innovatie duidelijker benadrukt. Hierbij is de brug geslagen met de diverse Zorgakkoorden.
Dit stimuleert en versterkt het innovatief bedrijfsleven, zodat technologische innovaties
sneller een plek vinden in de zorgpraktijk wat tot meer impact zal gaan leiden. Daarnaast
zet de KIA Landbouw, Water, Voedsel aan tot stevigere internationale samenwerking
om de ontwikkeling en verspreiding van kennis en innovaties te versnellen. Dit zorgt
er ook voor dat de positie van Nederland als kennis- en innovatiepartner in het internationale
agro innovatie-ecosysteem wordt versterkt.
Kortom, zowel bij de departementen als onze KIC-partners is er expliciete aandacht
om in de aankomende KIC-periode de economische- en maatschappelijke impact van kennisopbouw
en innovatieprogramma’s te vergroten, door meer accenten te leggen op valorisatie
en marktcreatie.
Het is daarnaast van belang dat de KIA’s en het KIC actueel blijven en structuren
en innovatielijnen bijgestuurd (kunnen) worden, wanneer de economische, maatschappelijke
en geopolitieke context verandert. Daarvoor moeten we de dialoog tussen bedrijfsleven,
kennisinstellingen en de overheid blijven voeren op regionaal en nationaal niveau.
We blijven ook werken aan onze inzet langs strategische beurzen en het Innovatie Attaché-netwerk
om internationale kansen te benutten.
Kader voorbeelden missiegedreven innovatiebeleid
De KIA Landbouw, Water, Voedsel heeft bijgedragen aan nieuw instrumentarium voor monitoring
van, en sturing op, milieudoelen. Een goed voorbeeld is de inmiddels afgeronde PPS
milieu-indicator gewasbescherming (MIG). Het is een gezamenlijk initiatief vanuit
het bedrijfsleven en de overheid dat daarom kan rekenen op een breed draagvlak, zowel
publiek als privaat.
Milieu-indicator Gewasbescherming 2024 (MIG):
• Maatschappelijk vraagstuk: de milieu impact van gewasbeschermingsmiddelen op de bodem,
het waterleven en populaties insecten en vogels.
• Initiatief vanuit: bedrijfsleven en overheid binnen PPS-verband.
• Resultaat/impact: de MIG wordt in 2024 beschikbaar voor gebruik. Met de MIG kunnen
boeren en tuinders de milieubelasting van gewasbeschermingsmiddelen in kaart brengen
en/of verlagen. Landbouworganisaties, de samenleving en marktpartijen kunnen de indicator
op hun beurt gebruiken om een goed en wetenschappelijk onderbouwd beeld te geven van
de milieu-impact van gewasbeschermingsmiddelen op de bodem, het waterleven en populaties
van insecten en vogels.
De Integrale Kennis- en Innovatieagenda (IKIA) Klimaat & Energie is de integrale KIA
bij het Klimaatakkoord, dat in 2019 is gesloten. Sindsdien zijn er veel positieve
ervaringen opgedaan in ruim 2000 missiegedreven publiek-private projecten binnen deze
IKIA. Vele bedrijven en onderzoeksinstellingen sloegen de handen ineen en ontwikkelden
bijvoorbeeld onbemande vaartuigen voor windparkonderhoud op zee, woningbouwpanelen
met geïntegreerde warmteterugwinning en loodvrije en recycleerbare zonnepanelen.
PV And Recycling for leadfree Solar panels (PARSEC):
• Maatschappelijk vraagstuk: de huidige generatie zonnepanelen is niet circulair ontworpen
en kan daarom niet hoogwaardig gerecycled worden.
• Initiatief vanuit: consortium bestaande uit TNO, Exasun, EnduransSolar en Mat tech.
• Aanpak: ontwikkeling van lood-vrije en beter recyclebare zonnepanelen met release
encapsulant op commercieel formaat.
• Resultaat/Impact: Eerste demonstratie van zonnepanelen op commercieel formaat waarvan
het ontwerp past in een circulaire economie. Twee industriële partners gaan dit productieproces
verder ontwikkelen.
Vanuit de KIA Sleuteltechnologieën is een palet aan activiteiten ontstaan, waaronder
NWO-calls op het gebied van opkomende sleuteltechnologieën, zoals minimaal-invasieve
interventies in de zorg en, cybersecurity. Een voorbeeld van een project dat vanuit
NWO-KIC is gefinancierd is ELECTRIFIED:
Electrically Driven Nonthermal Dewatering of Biomass (ELECTRIFIED)
• Maatschappelijk vraagstuk: de huidige droogprocessen om bijvoorbeeld poedermelk of
papier te maken zijn gebaseerd op lucht of stoom en zijn energie-intensief.
• Initiatief vanuit: consortium met 5 universiteiten, 8 private partijen en 3 buitenlandse
universiteiten.
• Resultaat/impact: de kracht van elektriciteit en elektrische velden gebruiken om baanbrekende
technologieën te ontwikkelen voor grote energiebesparingen in industriële droogprocessen.
De nieuwe PPS-Innovatieregeling
In het KIC geven de partners aan welke middelen zij verwachten in te zetten binnen
het missiegedreven innovatiebeleid. Vanuit het Ministerie van Economische Zaken en
Klimaat wordt onder andere de PPS-Innovatieregeling ingezet. Op 20 oktober 20234 is de nieuwe PPS-Innovatieregeling gepubliceerd. Deze regeling volgt de PPS-Toeslagregeling
op. De nieuwe PPS-Innovatieregeling is nog beter toegerust om samen met het bedrijfsleven
en kennisinstellingen bij te dragen aan oplossingen voor onze maatschappelijke uitdagingen
op regionaal, nationaal en internationaal niveau, zoals die zijn opgenomen in de Kennis-
en Innovatieagenda’s.
Met de PPS-Innovatieregeling volgen wij de aanbevelingen op uit de evaluatie van de
PPS-Toeslagregeling5 en geven wij invulling aan het betreffende actiepunt uit de Kamerbrief Innovatie
en Impact6. De aanpassingen hebben tot doel om de Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI’s)
– met middelen op basis van de Regeling – meer te stimuleren om hun PPS-programma’s
strategisch in te zetten op de nieuwe KIA’s. Tevens worden de TKI’s aangemoedigd om
de middelen meer voor toepassingsgericht onderzoek aan te wenden, wat de betrokkenheid
van het mkb ten goede zal komen. De regeling is ook minder complex geworden, wat de
administratieve lasten zou moeten drukken.
Bij het bepalen van de subsidieplafonds per TKI hebben wij de strategische prioriteiten
van het kabinet laten meewegen. Hierdoor gaan er relatief meer middelen naar de uitdagingen
rondom digitalisering, sleuteltechnologieën, de energietransitie en circulaire economie.
De TKI’s dagen we uit om zoveel mogelijk private bijdragen aan de PPS-en te realiseren.
Dit zullen we meewegen bij het bepalen van de subsidieplafonds per TKI in de toekomst.
Ten slotte
In deze brief heeft het kabinet het nieuwe KIC voor de periode 2024–2027 en de daarbij
horende KIA’s gepresenteerd. Deze stap binnen het missiegedreven innovatiebeleid ondersteunt
de ambitie om samen met het bedrijfsleven en kennisinstellingen toe te werken naar
een innovatieve, gezonde en duurzame economie.
In 2026 wordt de doeltreffendheid en doelmatigheid van het missiegedreven innovatiebeleid
geëvalueerd. Het KIC is de operationalisering van dit beleid. Ter voorbereiding op
de evaluatie heeft EZK een onderzoek laten uitvoeren door de Universiteit Utrecht
over welke gegevens nodig zijn voor een toekomstige evaluatie. Het onderzoek wordt
hierbij ook met uw Kamer gedeeld. De aanbevelingen uit dit onderzoek worden meegenomen
in de te maken afspraken met betrekking tot monitoring en effectmeting.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen
De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.M. de Jonge
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers
De Minister van Defensie, K.H. Ollongren
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher
De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal-Zeggelink
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yesilgöz-Zegerius
Indieners
-
Indiener
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Medeindiener
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid -
Medeindiener
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Medeindiener
K.H. Ollongren, minister van Defensie -
Medeindiener
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie -
Medeindiener
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Medeindiener
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Medeindiener
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat -
Medeindiener
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Medeindiener
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Medeindiener
Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof -
Medeindiener
E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Medeindiener
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit