Brief regering : Certificeringen en ramingstoelichtingen pakket Belastingplan 2024
36 418 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2024)
Nr. 37
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 oktober 2023
U vindt bijgevoegd de ramingstoelichtingen en bijbehorende certificeringsnota van
het Centraal Planbureau (CPB) van 16 maatregelen uit het wetsvoorstel Belastingplan
2024 (Kamerstuk 36 418) en overige wetsvoorstellen in het pakket BP24 (Kamerstuk 36 419 t/m 36 432). Idealiter is de certificering van ramingen afgerond bij indiening van het wetsvoorstel.
In dit geval zouden de ramingstoelichtingen en de certificering dus op Prinsjesdag
zijn aangeleverd. In augustus bleek het echter niet mogelijk voor het CPB om alle
fiscale maatregelen te certificeren. Dit vanwege de samenloop van het certificeringsproces
met het proces rondom Keuzes in Kaart.
Bij het certificeringsproces beziet het CPB als onafhankelijke instantie de budgettaire
effecten van belastingmaatregelen, inclusief de inschatting van de gedragseffecten.
Dit houdt in dat het CPB toetst of de ramingen «neutraal en redelijk» zijn. Ook geeft
het CPB de mate van onzekerheid van een raming weer, wat de kwaliteit en transparantie
van de ramingen bevordert.
De ramingen van vier maatregelen zijn aangepast gedurende het certificeringsproces.
Het gaat hier om:
1) Versoberen van de oldtimerregeling in de motorrijtuigenbelasting
2) Standaard aanmerken van aan derden verhuurde onroerende zaken als beleggingsvermogen
in de Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en Doorschuifregeling (DSR)
3) Afschaffen dienstbetrekkingseis in de DSR & het invoeren van een minimumleeftijd voor
verkrijgers van schenkingen in de BOR en DSR
4) Beperken keuzevermorgen gemengde bedrijfsmiddelen in de BOR en DSR
De budgettaire gevolgen van de aanpassingen worden in de onderstaande tabellen weergegeven.
De budgettaire gevolgen van het versoberen van de oldtimerregeling worden meegenomen
in de voorjaarsbesluitvorming 2024.
De budgettaire gevolgen van de drie BOR- en DSR-maatregelen hoeven niet meer te worden
meegenomen in het voorjaar 2024. Deze drie maatregelen zijn in het voorjaar 2023 al afgesproken en in de afgelopen augustusbesluitvorming
al herijkt. Het budgettair effect is toen verwerkt in het inkomstenkader. De in de
onderstaande tabel opgenomen laatste aanpassing van de raming is te beschouwen als
«endogeen» en dat betekent dat deze budgettaire effecten niet relevant zijn voor het
inkomstenkader.
Tabel 1: herijking versoberen oldtimerregeling mrb (in mln. euro)
2028
2029
2030
2031
Structureel
Oorspronkelijke raming
7
16
23
29
125
Herijking
4
10
14
18
76
Budgettair effect na aanpassing
– 3
– 6
– 9
– 11
– 49
Tabel 2: herijking aanmerken aan derden verhuurde onroerende zaken BOR en DSR (in
mln. euro)
2024
2025
2026
2027
Structureel
Oorspronkelijke raming
5
6
6
7
20
Herijking
13
14
15
15
29
Budgettair effect na aanpassing
8
8
9
8
9
Tabel 3: herijking afschaffen dienstbetrekkingseis DSR en invoering minimumleeftijd
verkrijger schenking DSR & BOR
2024
2025
2026
2027
Structureel
Oorspronkelijke raming
0
– 1
– 1
0
0
Herijking
1
– 2
– 1
– 1
0
Budgettair effect na aanpassing
1
– 1
0
– 1
0
Tabel 4: keuzevermorgen gemengde bedrijfsmiddelen beperken BOR en DSR
2024
2025
2026
2027
Structureel
Oorspronkelijke raming
0
4
4
5
11
Herijking
0
3
3
4
11
Budgettair effect na aanpassing
0
– 1
– 1
– 1
0
De Staatssecretaris van Financiën,
M.L.A. van Rij
Indieners
-
Indiener
M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën