Brief regering : Huidig aantal rijbewijskeuringen en impact voorstellen Europese Rijbewijsrichtlijn op stelsel medische rijgeschiktheid
29 398 Maatregelen verkeersveiligheid
Nr. 1074
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 augustus 2023
Tijdens het Commissiedebat Transportraad van 23 mei 2023 (Kamerstuk 21 501-33 en 22 112, nr. 1022) verzocht lid Van Ginneken (D66) om meer inzicht te geven in het aantal rijbewijshouders
dat een medische keuring moet ondergaan. Ook verzocht zij om meer inzicht te geven
in de impact die de huidige Europese Commissievoorstellen, bekend als Road Safety
Package, hebben op het Nederlandse stelsel van het beoordelen van de medische rijgeschiktheid.
Middels deze brief wordt de toegezegde informatie verstrekt.
In deze brief wordt ingegaan op de huidige werkwijze rondom de medische keuringen,
op het aantal uitgevoerde keuringen, op de administratieve lasten voor het Centraal
Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) en de relatie tot de voorstellen op dat vlak
in de herziene Rijbewijsrichtlijn.
Beoordeling medische aandoeningen
Op 1 januari 2023 waren er ruim 11,5 miljoen mensen met een Nederlands rijbewijs.1 De medische eisen waaraan deze rijbewijshouders moeten voldoen, zijn vastgelegd in
de huidige Europese Rijbewijsrichtlijn2 en in de Regeling Eisen Geschiktheid 2000 (REG 2000). Hierin worden de lichamelijke
en geestelijke geschiktheidseisen geformuleerd voor het besturen van motorvoertuigen.
Daarbij staan de ziektebeelden, de beperkingen en het medicijngebruik beschreven die
een risico voor de verkeersveiligheid vormen. Ook staat in de REG 2000 per aandoening
beschreven onder welke voorwaarden een medische keuring nodig is en op welke aspecten
deze keuring in moet gaan.
Het CBR beoordeelt de medische rijgeschiktheid aan de hand van een Gezondheidsverklaring.
Indien aanwezig, kan het CBR daarnaast ook informatie uit het reeds aanwezige dossier,
uit medische keuringen en uit medische rijtesten meenemen in de beoordeling. Het CBR
beslist op basis van deze gegevens of iemand rijgeschikt is. Daarnaast kan het CBR
besluiten om iemand voor een bepaalde termijn (1, 2, 3, 5 of 10 jaar) of onder bepaalde
voorwaarden (bijvoorbeeld het dragen van een bril of een aanpassing aan het voertuig)
geschikt te verklaren.
Gezondheidsverklaring
De Gezondheidsverklaring is een vragenlijst die de examenkandidaat of rijbewijshouder
zelf invult. Daarin wordt uitgevraagd of er een medische aandoening, een beperking
of medicijngebruik aanwezig is die een risico voor de verkeersveiligheid vormt.
Op dit moment moeten alle examenkandidaten, alle rijbewijshouders boven de 75 jaar
en alle vrachtwagen- en buschauffeurs die een verlenging van het rijbewijs aanvragen,
een Gezondheidsverklaring invullen. Dit geldt ook voor rijbewijshouders met een medische
aandoening die zichzelf bij het CBR melden en voor alle rijbewijshouders die een rijbewijs
met beperkte geldigheidsduur hebben gekregen vanwege een reeds bij het CBR bekende
aandoening.3 Het CBR nam in 2022 790.000 Gezondheidsverklaringen in behandeling.4 Bij ongeveer 446.000 (56%) van deze Gezondheidsverklaringen was een nader onderzoek
naar de medische geschiktheid nodig.
Medische keuring
Op het moment dat de antwoorden op de Gezondheidsverklaring (of het reeds opgebouwde
dossier) hiertoe aanleiding geven, verstuurt het CBR één of meerdere verwijzingen
voor een medische keuring. Veelal betreft dit één of meerdere vragenlijsten naar de
aard en de ernst van een aandoening. Deze vragenlijsten mogen door iedere BIG-geregistreerde
arts in Nederland worden ingevuld. Daarnaast kan een verwijzing naar een medisch specialist
nodig zijn, wanneer een oordeel van bijvoorbeeld een internist, cardioloog, neuroloog
of psychiater nodig is om een goed beeld van de rijgeschiktheid te vormen.
Los van bovengenoemde vragenlijsten en specialistische keuringen moeten alle bus-
en vrachtwagenchauffeurs en alle rijbewijshouders boven de 75 jaar elke vijf jaar
een zogenoemde CDE-keuring of 75+-keuring ondergaan. Daarbij beoordeelt de keuringsarts
of er (ongemerkte) lichamelijke of geestelijke beperkingen zijn, die niet via de Gezondheidsverklaring
naar voren kwamen.
Aantal verwijzingen
In 2022 verzond het CBR 613.000 verwijzingen voor medische keuringen. Dit is de som
van het aantal verwijzingen voor de CDE-keuring en 75+-keuring, het aantal uitgestuurde
medische vragenlijsten voor de keurend arts en het aantal verwijzingen voor een keuring
door een medisch specialist. Omdat sommige rijbewijshouders of aanvragers meerdere
verwijzingen ontvangen, wordt ingeschat dat in 2022 446.000 burgers een dergelijke
verwijzing ontvingen.
Dit betrof 252.000 verwijzingen voor een 75+-keuring, 97.000 verwijzingen voor een
CDE-keuring en 97.000 verwijzingen voor een medische keuring voor examenkandidaten
of rijbewijshouders onder de 75 jaar.
Financiële en administratieve lasten burger
De administratieve en financiële lasten voor de rijbewijshouder of aanvrager komen
in het huidige stelsel voort uit het kopen en invullen van een Gezondheidsverklaring,
het (indien van toepassing) bekostigen en regelen van één of meerdere keuringen, het
eventueel ondergaan van een medische rijtest5 en het betalen van een nieuw rijbewijs.
De Gezondheidsverklaring kost € 41,– in 2023. De kosten voor de medische keuringen
lopen uiteen en zijn voor de rekening van de rijbewijshouder. De Nationale Zorgautoriteit
(NZa) bepaalt de hoogte van de maximale tarieven die hierbij in rekening mogen worden
gebracht. De NZa heeft bepaald dat het basistarief van een keuring in 2023 niet hoger
mag zijn dan € 101,60 (excl. BTW). Daarnaast mogen alle keurend artsen eenmalig een
toeslag van € 50,87 in rekening brengen als de keuring langer dan 15 minuten duurt.
Voor neurologen en psychiaters geldt daarbovenop dat zij maximaal tweemaal een toeslag
van € 50,87 in rekening mogen brengen als zijn meer dan 15 minuten indirecte tijd6 nodig hebben. Tenslotte geldt dat eventueel bijkomende laboratoriumkosten door de
rijbewijshouder zelf betaald moeten worden.
Voor diverse keuringen worden doorgaans lagere tarieven dan bovenstaand maximumtarief
in rekening gebracht. Zo is een 75+-keuring, een CDE-keuring en het laten invullen
van de vragenlijsten door de keurend arts vaak mogelijk vanaf € 45,– tot € 60,–.
Commissievoorstel Vierde Rijbewijsrichtlijn
Op 1 maart jl. heeft de Europese Commissie een voorstel voor een Vierde Rijbewijsrichtlijn
gepresenteerd die de huidige, derde Rijbewijsrichtlijn zal vervangen. Middels het
fiche Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC-fiche) is de Kamer op de hoogte
gebracht van de inhoud en appreciatie van het voorstel.7
In het oorspronkelijke voorstel van 1 maart jl. staan enkele zaken die een impact
op het stelsel medische rijgeschiktheid kunnen hebben:
– Het verplicht stellen van een self-assessment bij iedere administratieve verlenging
van het rijbewijs;
– Het verplicht stellen van een onderzoek naar het gezichtsveld bij examenkandidaten;
en
– Het verruimen van de medische eisen bij diabetes (suikerziekte).
Het voorstel bevindt zich op dit moment in de onderhandelingsfase en kan nog wijzigen.
Van de bovengenoemde voorstellen heeft de self-assessment de grootste impact op het
stelsel medische rijgeschiktheid.
Self-assessment
Op dit moment is het nog niet duidelijk of en hoe het self-assessment wordt vormgegeven,
ook is de exacte invulling nog niet bekend.8
Naar verwachting is de self-assessment een vragenlijst die de rijbewijshouder zelf
invult en waarbij wordt ingegaan op de aanwezigheid van de medische aandoeningen,
die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden. In het voorstel is daarbij aangegeven dat,
zodra de antwoorden op de self-assessment hiertoe aanleiding geven, een keuring door
een keuringarts of medisch specialist nodig is. Ook geeft de Commissie aan dat de
self-assessment mag worden vervangen door een medische keuring die ingaat op de aanwezigheid
van medische aandoeningen die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden.
Impact self-assessment op Nederlandse rijbewijsstelsel
Voor de rijbewijshouders boven de leeftijd van 75 jaar en voor bus- en vrachtwagenchauffeurs
geeft het verplichte self-assessment waarschijnlijk nauwelijks verandering ten opzichte
van de huidige situatie. Deze groep moet al een Gezondheidsverklaring invullen bij
iedere verlenging van het rijbewijs. Ook voor examenkandidaten en de overige rijbewijshouders
die op dit moment al een Gezondheidsverklaring invullen (bijvoorbeeld vanwege een
bij het CBR bekende of vrijwillig gemelde medische aandoening), geldt dat er geen
effect van deze maatregel wordt voorzien.
Het te verwachten verschil met de huidige situatie zit in de groep rijbewijshouders
zonder bus- of vrachtwagenrijbewijs, tussen de 27 en 75 jaar, die niet bij het CBR
bekend is met een medische aandoening of medicatiegebruik met een risico voor de verkeersveiligheid.
Deze groep moet volgens het voorstel verplicht een self-assessment invullen bij iedere
administratieve verlenging van het rijbewijs. Op het moment dat zij één van de vragen
van het self-assessment bevestigend beantwoorden, moeten zij één of meerdere keuringen
ondergaan. Hiervoor is vervolgens extra inzet nodig van zorgprofessionals en het CBR.
In de position paper van 10 mei 20239 geeft het CBR aan dat de invoering van een dergelijke self-assessment (bij een geldigheidstermijn
van het rijbewijs van 10 jaar) jaarlijks ongeveer 600.000 extra medische beoordelingen
oplevert. Het CBR geeft aan dat dit een grote impact op de bedrijfsvoering van het
CBR heeft, een lastenverzwaring voor de burger geeft en niet ten goede komt aan de
risicogestuurdheid van het stelsel.
Pas op het moment dat de exacte inhoud van de self-assessment bekend wordt gemaakt,
kan worden ingeschat wat de aanvullende belasting van deze maatregel op de burgers,
de zorgprofessionals en het CBR is. Ditzelfde geldt voor het inschatten van de proportionaliteit
en effectiviteit van de maatregel. Om toch een doorkijk te geven naar wat de mogelijke
impact van het voorstel is, is in het kader hierna een voorbeeld geschetst wat de
maatregel voor rijbewijshouders met diabetes zou kunnen betekenen.
Impact voorstel op rijbewijshouder met diabetes:
Uit een rapport van het Nivel komt naar voren dat in Nederland in 2019 ongeveer 772.800
mensen tussen de 20 en 75 jaar bij de huisarts bekend waren met type 1 of 2 diabetes.10 Uitgaande van cijfers van het CBS dat 80% van de mensen in Nederland in 2019 een
rijbewijs had11, gaat het in potentie om 618.240 mensen die eens in de 5 tot 10 jaar één of meerdere
medische keuringen moet ondergaan voor deze aandoening.
In 2022 vulden 17.542 rijbewijshouders onder de 75 jaar bij het CBR op de Gezondheidsverklaring
in dat er bij hen sprake is van een vorm van diabetes. Hiervan wordt het overgrote
deel rijgeschikt bevonden.12
Indien op de self-assessment wordt uitgevraagd of iemand diabetes heeft, gaat het
in potentie 600.000 mensen die eens in de 5 tot 10 jaar gekeurd moeten worden.
Indien op de self-assessment alleen aspecten van aandoeningen worden uitgevraagd waarbij
een ongeschiktheid wordt vermoed (bij diabetes zou het dan gaan om mensen die te lage
bloedsuikerwaarden onvoldoende aanvoelen of in één jaar tijd meermaals een ernstig
verlaagd bloedsuikergehalte hadden), zal het aantal mensen dat beoordeeld moet worden
lager liggen. Uitgaande van de prevalentie cijfers van het Nivel en de medisch specialistische
richtlijnen13
14 gaat het dan in potentie om 24.500 rijbewijshouders die eens in de 5 tot 10 jaar
gekeurd moeten worden (waarvan een deel al bij het CBR bekend zal zijn). Hierbij is
de belasting op het stelsel kleiner en is de kans op ongeschiktheid hoger.
Huidige kabinetsstandpunt in onderhandelingen
Het is voor het kabinet een uitgangspunt dat de verplichte self-assessment doeltreffend
moet zijn, dat de administratieve en financiële lasten voor burgers niet onnodig toenemen
en het systeem van medische keuringen (zowel aan de zijde van het CBR als aan de zijde
van de keuringsartsen en medische behandelsector) niet overbelast raakt. Dit standpunt
wordt momenteel meegenomen in de onderhandelingen over de vierde Rijbewijsrichtlijn.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat