Brief regering : Ontwerpbesluit houdende wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit in verband met het verbieden van de verkoop van tabaksproducten en aanverwante producten in verkooppunten die in overwegende mate zijn gericht op de verkoop van eet- en drinkwaren en horeca-inrichtingen
32 011 Tabaksbeleid
Nr. 104
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Ontvangen ter Griffie op 6 juli 2023.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur is aan de Kamer
overgelegd tot en met 26 september 2023.
De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder
worden gedaan dan 27 september 2023.
Bij deze termijn is rekening gehouden met de recesperiode van de Tweede Kamer.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 juli 2023
Hierbij bied ik u het bovengenoemde ontwerpbesluit aan. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit
verwijs ik u naar de ontwerp-nota van toelichting.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
(artikel 12 van de Tabaks- en rookwarenwet) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich
uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van
de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepaling geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging
van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit
niet eerder dan 4 weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal
is overgelegd. Op grond van artikel 2.38 van de Aanwijzingen voor de regelgeving wordt
deze termijn in verband met het zomerreces van uw Kamer verlengd tot 27 september
2023.
Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van het ontwerpbesluit met ingang van 1 juli
2024.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. van Ooijen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport