Brief regering : Stand van zaken Douane 2023
31 934 Douane
Nr. 73
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2023
Hierbij ontvangt u de eerste Stand van Zakenbrief van 2023 van de Douane. Met de Stand
van Zakenbrief wordt uw Kamer geïnformeerd over de actuele onderwerpen die spelen
binnen de Douane, en over de belangrijkste ontwikkelingen in de uitvoering van het
Jaarplan 2023. Deze brief gaat tevens in op toezeggingen uit het Commissiedebat Douane
met uw Kamer op 19 januari jl.1
Actuele ontwikkelingen
A. Aanpak ondermijning
De effectieve aanpak van ondermijnende criminaliteit is een belangrijke prioriteit
van dit kabinet. Voorkomen, verstoren van het verdienmodel en het doorbreken van criminele
machtsstructuren, bestraffen en beschermen zijn de hoofdlijnen van deze aanpak, die
door het Ministerie van Justitie en Veiligheid wordt gecoördineerd. Drugscriminaliteit
heeft grote negatieve gevolgen voor onze samenleving, zoals bijvoorbeeld jongeren
die worden geronseld als uithaler en medewerkers van publieke en private organisaties
die worden benaderd. Het kabinet investeert daarom fors in een brede aanpak van de
georganiseerde criminaliteit.
Het leveren van een bijdrage aan de aanpak van ondermijnende criminaliteit is onlosmakelijk
verbonden met het werk van de Douane. Als poortwachter aan de EU-buitengrens heeft
de Douane een unieke positie ten opzichte van andere opsporings-/handhavingsdiensten
door haar bijzondere informatiepositie, kennis van logistieke processen, ervaring
met handelsstromen en contacten met het bedrijfsleven.
In de afgelopen jaren is de Douane in het kader van de aanpak van ondermijnende criminaliteit
daarom fors versterkt. De Douane geeft de aanpak van ondermijnende criminaliteit,
vanuit haar kerntaken, vorm langs drie pijlers:
• Internationaal;
• Effectieve Interventies;
• Integriteit en Weerbaarheid.
Het doel is hierbij om barrières op te werpen tegen ondermijnende (drugs)criminaliteit
van productiegebieden van drugs in het buitenland tot afzetmarkten in de Europese
Unie.
In de uitvoering van bovenstaande aanpak is structurele informatie- en gegevensdeling
met ketenpartners van groot belang. Dit levert een belangrijke bijdrage aan de aanpak
van ondermijnende criminaliteit. Er zijn echter wettelijke kaders voor gegevensdeling
die de mogelijkheden voor de Douane in de praktijk beperken. Momenteel kan er alleen
op verzoek informatie worden gedeeld. Het is wenselijk om ook op structurele basis
informatie uit te kunnen wisselen met relevante stakeholders. Het is bijvoorbeeld
niet mogelijk om gegevens te delen die naar een persoon of onderneming herleidbaar
zijn wanneer door de politie een verkennend onderzoek wordt uitgevoerd. Voor de politie
potentieel belangrijke (fiscale) informatie over de in-, uit- en doorvoer van goederen
en de bedrijven die zich hiermee bezig houden, kan hierdoor niet worden gedeeld. Dit
gaat ten koste van de effectiviteit van voor de bestrijding van drugscriminaliteit
essentiële verkennende opsporingsonderzoeken.
Daarnaast is het niet mogelijk om in samenwerkingsverbanden, zoals in de Regionale
Intelligence en Expertisecentra (RIEC’s), informatie aan te leveren voor het opstellen
van zogenaamde «fraudebeelden». Mede op basis van fraudebeelden wordt de regionale
aanpak van malafide bedrijven en criminele facilitatoren vormgegeven. Met name in
regio’s waar zich (lucht)havens bevinden, kunnen signalen met betrekking tot douanefraude
een zeer waardevolle aanvulling zijn op de signalen die andere organisaties inbrengen.
Het wetsvoorstel voor de Wet Gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden, dat al
enige tijd in de Eerste Kamer ligt, is een oplossing voor dit knelpunt.
Daarnaast is de Douane, via het Ministerie van Financiën, reeds betrokken bij het
aanpassen van de Algemene douanewet met het doel om informatiedeling tussen Douane
en ketenpartners te verruimen. Het streven is het wetsvoorstel dit jaar nog naar uw
Kamer te sturen.
In het commissiedebat Douane van 19 januari jl. heb ik uw Kamer toegezegd om in deze
Stand van Zakenbrief nader in te gaan op de Belgisch-Nederlandse samenwerking in de
aanpak van ondermijning en de samenwerking met landen in Zuid- en Midden-Amerika.
De Nederlandse en Belgische Douane werken nauw samen in de aanpak van ondermijnende
criminaliteit. Dit is belangrijk omdat criminelen de zone Antwerpen-Vlissingen-Rotterdam
als één gebied zien. Zo voert de Douane gesprekken met de Belgische Douane over de
plaatsing van een Nederlandse risico-analist in de haven van Antwerpen. Een complicerende
factor in deze samenwerking is dat de Belgische Douane veel met vertrouwelijke opsporingsinformatie
werkt. Deze informatie wordt in België binnen een beperkte kring van gescreende politie-
en douanemedewerkers gedeeld. Dit bemoeilijkt de plaatsing van een Nederlandse risico-analist
bij de Belgische Douane. Op dit moment wordt verder onderzocht hoe hiermee kan worden
omgegaan. Vice versa is het, mede door capaciteitsgebrek bij de Belgische Douane,
nog niet gelukt om een Belgische risicoanalist te plaatsen in de haven van Rotterdam.
Als onderdeel van de samenwerking met de Belgische Douane wordt het duikteam van de
Nederlandse Douane ingezet in de havens van Antwerpen en Gent. Drugszendingen die
onder de waterlijn van schepen worden gesmokkeld kunnen zo ook in die havens worden
gecontroleerd.
Samenwerking met de Belgische Douane vindt verder plaats op het gebied van scan en
detectie. Een Nederlandse expert werkt mee in het project 100% scannen van (hoog)risico
containers afkomstig uit Zuid-Amerika, met als doel te leren van de stappen die de
Belgische douane neemt op, onder meer, het gebied van algoritme-ontwikkeling en -toepassing.
Deze kennis neemt de Nederlandse Douane mee in de ontwikkeling van de handhaving.
In februari 2023 heeft de Douane deelgenomen aan de conferentie «Samen werken aan
een veilige en integere haven». Hier vond ook de ondertekening van de partnerschapsverklaring
plaats, vanuit de zijde van Nederland door de Ministers van Justitie en Veiligheid,
Infrastructuur en Waterstaat en de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane,
en door het Belgische kabinet en de CEO’s van de vijf grootste scheepsrederijen die
op Zuid-Amerika varen. Met deze verklaring wordt de samenwerking met de rederijen
verder versterkt op het gebied van bijvoorbeeld het delen van informatie, best practices
en het verrichten van onderzoek op de implementatie van SmartSeals of andere trackingtoepassingen.
Er wordt momenteel gewerkt aan een integraal plan van aanpak waarin de acties uit
de verklaring nader zijn uitgewerkt. Dit plan wordt naar verwachting na het zomerreces
opgeleverd.
De Douane versterkt de samenwerking met internationale partners en de Nederlandse
mainports onder meer door het plaatsen van liaisons in Zuid- en Midden-Amerika. Voor
Curaçao en Panama zijn in het eerst kwartaal liaisons geworven. Het werkgebied van
de liaison in Panama betreft tevens Costa Rica. Met de autoriteiten in de Verenigde
Staten vinden gesprekken plaats voor de plaatsing van een liaison bij het National
Targeting Centre (NTC) in Washington D.C. Voor Suriname heeft de Douane besloten een
attaché te plaatsen met focus op ondermijning en bredere samenwerking op douanevlakken
met Suriname en Guyana. Plaatsing zal deze zomer plaatsvinden. Tevens worden er door
de Ecuadoriaanse Douane missies afgelegd aan Nederland en vice versa. Dit met als
doel om te bespreken hoe de samenwerking tussen beide landen kan worden geïntensiveerd.
Er is een pilot gestart voor het uitwisselen van scanbeelden met havens in Brazilië.
Hiervoor is de Douane in gesprek met het Container Control Programme (CCP) van het
United Nations Office Drugs and Crime (UNODC). Via het CCP worden trainingen voor
scananalisten in o.a. Brazilië verzorgd. Deze trainingen zijn na de zomer van 2023
voorzien. Naar verwachting worden later dit jaar de eerste scanbeelden vanuit Brazilië
structureel gedeeld met de Nederlandse Douane. In het verlengde van het traject met
Brazilië wordt ook samengewerkt met onder meer de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk,
Australië en België om automatische detectie van onregelmatigheden op scanbeelden
van containers te realiseren.
De Douane participeert verder in de Nationale Samenwerking tegen Ondermijnende Criminaliteit
(NSOC). Risicoanalisten van de Douane werken mee aan de drie fenomeenanalyses op het
gebied van Trade Based Money Laundering (TBML), logistieke en financiële facilitators.
In het kader van de fenomeenanalyse TBML heeft de Douane in de eerste helft van 2023
controles uitgevoerd op goudzendingen op de luchthaven Schiphol.
In Amsterdam en Vlissingen heeft de Douane in de afgelopen maanden samen met ketenpartners
gewerkt aan de aanleg van een cameranetwerk. Er wordt in dit kader een Europese aanbestedingsprocedure
voorbereid. In de haven van Rotterdam is gebleken dat de inzet van cameratoezicht
een waardevolle aanvulling is op het fysieke douanetoezicht in de haven. Zo krijgt
de Douane met behulp van camerabeelden meer zicht op de werkwijze van verschillende
uithalersgroepen in havengebieden. Het doel is om het gezamenlijke gebruik van de
cameranetwerken in Amsterdam en Vlissingen naar Rotterdams model te formaliseren met
een convenant, zodat het douanetoezicht ook in deze havens kan worden versterkt.
In aanvulling op het cameratoezicht in de zeehavens is de Douane in 2023 begonnen
met de inzet van cameratoezicht met behulp van drones in buitengebieden. Bijvoorbeeld
in het Waddenzeegebied en de Noordelijke zeehavens. Momenteel worden medewerkers opgeleid
om cameradrones te besturen. Naar verwachting zullen de eerste opgeleide medewerkers
in oktober van dit jaar worden ingezet in de operatie.
Met betrekking tot de bestrijding van uitvoer van synthetische drugs zet de Douane
in op de aanpak van drugs in de post. Naar voorbeeld van de Hit and Run Cargo teams
op de logistieke knooppunten wordt de aanpak versterkt door het inrichten van een
gecombineerd opsporingsteam bestaande uit medewerkers van de Politie, Douane en Openbaar
Ministerie. Het team krijgt de naam Hit And Run Post (HARP) en richt zich op de strafrechtelijke
onderzoeken met een korte doorlooptijd van zo’n zes tot acht weken. Naar verwachting
gaat dit team na de zomer van start.
B. Sanctiemaatregelen Rusland en Belarus
Periodiek wordt uw Kamer separaat inhoudelijk geïnformeerd over de stand van zaken
rondom sanctienaleving, het toezicht daarop en de handhaving daarvan. Deze brief wordt,
onder andere mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
en mijzelf, gestuurd door de Minister van Buitenlandse Zaken als coördinerend Minister.
De meest recente brief dateert van 21 april jl.2
Om het toezicht op de naleving van de sanctiemaatregelen goed te kunnen uitvoeren,
heeft de Douane extra capaciteit nodig. De werving is in 2022 van start gegaan en
naar verwachting zijn de eerste medewerkers na afronding van hun opleiding in het
derde en vierde kwartaal van 2023 inzetbaar.
C. Definitieve planningscijfers handhavingsniveau’s
Het Jaarplan Douane 2023, dat eind 2022 is aangeboden3, bevatte zoals aangegeven nog de voorlopige planningscijfers van de handhavingsniveau’s.
De planning 2023 is herijkt en onderstaande tabel bevat de definitieve cijfers voor
2023. Daarnaast geeft de tabel aan wat er tot en met mei 2023 is gerealiseerd.
Tabel 1: definitieve planningscijfers handhavingsniveau’s 2023 inclusief realisatie
t/m mei 2023
Handhavingsniveau’s 2023
Planning 2023
Realisatie t/m mei 2023
Controles vracht, koeriers, postzendingen
549.586
190.847
Gecontroleerde schepen, vliegtuigen en vluchten
11.809
4.912
Controles bagage passagiers
379.450
172.663
Uren toezicht
505.116
170.483
Controles ambulant binnenland
9.186
3.207
Fiscaal gerichte onderzoeken
3.011
828
De werkzaamheden worden niet gelijkmatig over het jaar ingepland. De verwachting is
dat het handhavingsplan binnen de gestelde bandbreedte (95–101%) wordt uitgevoerd.
Op dit moment ziet de Douane binnen de handhavingsafspraken met de opdrachtgevers
zowel doelstellingen die (ruimschoots) behaald zullen gaan worden, als ook aandachtspunten.
Zo ligt het aantal gecontroleerde schepen, vliegtuigen en vluchten (bijvoorbeeld op
verdovende middelen) op koers en ligt het aantal passagierscontroles op bagage op
zowel de lucht- als zeehavens ruimschoots boven de gemaakte afspraak.
Het aantal goederengerichte controles rondom in- en uitvoer van vracht en postzendingen
ligt op dit moment onder de doelstelling. Zo ook het aantal controles gelieerd aan
algemeen toezicht, met name zichtbaar op vliegvelden en haventerreinen. Specifiek
aandachtspunt is daarbij ook de administratieve (fiscaal) nacontrole bij bedrijven,
na aangifte. De Douane voert actief gesprekken met haar organisatieonderdelen over
de behaalde prestaties. Daarbij is het wegnemen van knelpunten (bijvoorbeeld inzake
IT of de uitstroom van personeel) een aandachtspunt, als ook het complementeren van
de doelstellingen.
D. Herziening Douanewetboek van Unie
De Europese Commissie heeft op 17 mei 2023 een pakket voorstellen gepubliceerd voor
een volledige herziening van de douane-unie. Doel van dit pakket is de Douane beter
in staat te stellen de financiële en niet-financiële belangen van de EU te beschermen
door vereenvoudigde en gemoderniseerde douaneprocedures die de nalevingskosten voor
overheden en bedrijven verlagen. De herziening is ingegeven door het groeiende volume
van douaneaangiftes en de toename van nieuwe niet-fiscale toezichtstaken voor de Douane.
Voorgesteld wordt dit te realiseren door onder meer de oprichting van een EU-hub voor
douanegegevens en van een EU-douaneautoriteit. Uw Kamer is over de precieze inhoud
van het voorstel, de appreciatie van het kabinet en het verdere proces nader geïnformeerd
via de reguliere wijze van een BNC-fiche.
E. Nieuwe niet-fiscale taken
Naast de uitvoering van haar fiscale taak, handhaaft de Douane aan de EU-grens verboden
en beperkingen op het gebied van Veiligheid, Gezondheid, Economie & Milieu (VGEM).
Deze taken voert de Douane in opdracht van inmiddels negen opdrachtgevende beleidsdepartementen
uit. De afgelopen decennia heeft de Douane steeds meer van dergelijke niet-fiscale
taken gekregen. Deze ontwikkeling in de toename van niet-fiscale taken zet ook door
in én na 2023. Momenteel zijn er circa 25 beleidsvoorstellen met mogelijk impact op
de niet-fiscale taak van de Douane. Voorbeelden hiervan zijn de EU-verordeningen en
-voorstellen als CBAM (Carbon Border Adjustment Mechanism), Ontbossing en Producten
vervaardigd met Dwangarbeid, maar ook herzieningen van EU-regelgeving, zoals de Vuurwapenverordening.
Daarbij is er nieuwe nationale wetgeving met impact op de niet-fiscale taken van de
Douane, bijvoorbeeld op het gebied van lachgas (Opiumwet).
Als poortwachter aan de EU-buitengrens is het logisch dat er naar de Douane wordt
gekeken voor de uitvoering van deze taken. Anderzijds is het ook van belang bij de
beoordeling van deze voorstellen en de onderhandelingen die hierop volgen sterk in
te zetten op goede uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid en de gevolgen die dit heeft
voor de Douane-organisatie inclusief IV. Een goede uitvoerbaarheid is immers nodig
om de beleidsdoelen van deze voorstellen te halen.
F. Coronabetalingsregeling – Invordering accijnsschulden
Ondernemers konden in verband met de coronacrisis bijzonder uitstel van betaling krijgen,
onder meer voor opgebouwde accijnsschulden. De Douane heeft aan 150 ondernemers met
accijnsschulden een betalingsregeling van 60 maanden toegekend. Momenteel zijn er
nog 122 ondernemers met een betalingsregeling (de totale schuld bedraagt circa € 282
miljoen). De meeste ondernemers die van deze regeling gebruik maken, betalen hun schulden
conform de betalingsregeling af. Circa 25 ondernemers hebben een achterstand in de
betalingsregeling (in totaal ten bedrage van circa € 350.000), ondanks meerdere betalingsherinneringen
per brief. Bij deze ondernemers wordt de dwanginvordering nu opgestart. De Douane
heeft er daarbij aandacht voor dat voorkomen wordt dat bedrijven die in de kern financieel
gezond zijn door de herstart van deze invordering omvallen.
G. Waarborgenkader algoritmegebruik
Om de controle van de sterk stijgende aangiftevolumes aan te kunnen en om ondermijning
tegen te gaan is de inzet van algoritmen van groot belang. Om de kwaliteit van algoritmen
te verhogen en de mogelijke risico’s tijdens de inzet ervan in het logistieke goederenproces
te mitigeren, wil de Douane waarborgen scheppen. De Douane heeft verkend in welke
vorm een waarborgenkader kan worden ingevoerd. Uit deze verkenning, die in februari
jl. is afgerond, volgde dat het normenkader van de Auditdienst Rijk, mede vanwege
de detaillering, geschikt is als waarborgenkader voor de Douane. De Douane implementeert
het waarborgenkader voor zowel in gebruik zijnde eenvoudige algoritmen als in ontwikkeling
zijnde geavanceerde algoritmen. Hierbij wordt voortgebouwd op het bestaande kwaliteitssysteem
van de Douane dat door de jaren heen is ontwikkeld, en relevante Europese- en Rijkskaders
op dit gebied (waaronder ook de nog in ontwikkeling zijnde Europese AI verordening).
Met het kwaliteitssysteem, waar ook het algoritmeregister van het Ministerie van Binnenlandse
Zaken deel van uitmaakt, heeft de Douane controle op de inzet van algoritmen en kan
zij dit ook verantwoorden aan belanghebbenden, zoals toezichthouders, burgers, ondernemers
en de maatschappij. Op deze manier kan de Douane op verantwoorde wijze de kansen die
algoritmen bieden ten volste blijven benutten.
Bij de implementatie van het waarborgenkader werkt de Douane toe naar een afronding
in 2025 om alle algoritmen conform het waarborgenkader in te regelen. Het streven
is om ook het algoritmeregister in 2025 gevuld te hebben met minimaal de verplichte
algoritmes. Met het Ministerie van Binnenlandse Zaken is afgesproken dat eind 2023
de als hoog risico geclassificeerde algoritmen zullen zijn opgenomen. Het waarborgenkader
en het implementatieplan zijn als bijlage bij deze brief gevoegd.
H. Verbetermaatregelen Wet politiegegevens
Bij Kamerbrief van 11 april 20234 bent u geïnformeerd over het verbeterrapport dat de Douane heeft opgesteld om te
voldoen aan de Wet politiegegevens. De Douane werkt momenteel aan het uitvoeren van
de acties uit het verbeterrapport. Uiterlijk in december 2023 vindt een hercontrole
plaats. De Douane heeft in het eerste half jaar van 2023 de volgende verbetermaatregelen
gerealiseerd:
• Gegevensbescherming door standaardinstellingen
Er is een risicoanalyse opgesteld voor het proces Afhandelen onregelmatigheden. De
uitkomsten van deze risicoanalyse vormen de input voor autorisaties en toegang tot
politiegegevens.
• Logging
Eén van de systemen die voor de Wpg gegevensverwerking gebruikt wordt voldoet inmiddels
aan de Wpg-eisen voor logging. Voor een van de andere operationele systemen bleek
dit niet meer mogelijk; het systeem is verouderd en er is geen expertise meer op het
ontwikkelen van nieuwe IT-functionaliteit. Daarom zet de Douane nu in op het zo spoedig
mogelijk opleveren van de opvolger van deze applicatie, naar verwachting in november
2023. Voor het oude systeem zijn mitigerende maatregelen getroffen op het gebied van
autorisaties en toegang tot politiegegevens en is een risicoanalyse opgesteld. Naar
aanleiding daarvan zijn verbijzonderde interne controlemaatregelen ingezet. De overige
operationele systemen worden in opvolgende prioriteit opgepakt. Naar verwachting is
dit proces in 2024 afgerond.
• Intern en extern toezicht
Het interne toezicht op de naleving van de Wpg is in het tweede kwartaal formeel belegd
bij de Privacyfunctionaris. Tevens is met de plaatsvervangend Functionaris Gegevensbescherming
het externe toezicht ingericht.
I. IT voor implementatie van het Douanewetboek van de Unie (DWU)
De automatiseringsopgave voor het Douanewetboek voor de Unie (DWU) moet eind 2025
gereed zijn. Op 22 april 2023 heeft de Douane nieuwe IT-systemen in gebruik genomen
voor de processen Uitvoer en Uitgaan. Door de overgang naar dit systeem levert Nederland
een belangrijke bijdrage aan de realisatie van de DWU-aanpassingen voor de douane-unie.
Voor bijna alle lidstaten van de douane-unie geldt dat er deadlines overschreden worden
door de complexe automatiseringsopgave, gecombineerd met de krapte op de arbeidsmarkt
en met (onverwachte) externe factoren die invloed hebben op de automatisering zoals
de sanctiemaatregelen Rusland en Belarus. Voor Nederland leidt dit tot een situatie
waarbij de vraag naar IT-capaciteit groter is dan het aanbod in het IV-portfolio.
Hierdoor moeten keuzes worden gemaakt en moeten projecten worden geprioriteerd. De
belangen van het bedrijfsleven worden hierbij meegewogen; het bedrijfsleven heeft
laten weten moeite te hebben om de systemen geschikt voor het DWU te maken, door het
grote aantal wijzigingen dat ze in korte tijd moeten doorvoeren. Ook de krappe arbeidsmarkt
voor onder andere IT-personeel is een probleem voor de bedrijven en hun softwareleveranciers.
De vertraging die Nederland en andere landen binnen de douane-unie oplopen worden
zoveel mogelijk opgevangen door goede afspraken tussen de Europese Commissie en de
lidstaten. In Nederland gaat het om aanpassingen aan Invoerprocessen in het nieuwe
aangiftesysteem voor de Douane (DMS), aanpassingen aan het systeem voor het binnenbrengen
van goederen in de Unie (ICS2) en de ontwikkeling van het nieuwe systeem voor de behandeling
van vervoersaangiften voor goederen die binnen de EU worden vervoerd onder douanetoezicht
(NCTS). In overleg met de Europese Commissie is uitstel («derogatie») van maximaal
een jaar aangevraagd. Het bedrijfsleven dat internationaal werkt, heeft er last van
dat lidstaten verschillende deadlines hanteren voor diverse projecten door de verschillende
snelheden in automatisering bij de lidstaten. Daarom heeft Nederland gevraagd of DG
TAXUD kan zorgen voor een nieuwe planning voor de hele douane-unie, binnen de deadline
van 2025. Een concept hiervan is onderwerp van bespreking tussen Commissie en lidstaten.
J. IT voor implementatie van de Horizontale accijnsrichtlijn
Bij brief van 1 juni jl.5 is uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van de vertraging van de invoering
van de Horizontale accijnsrichtlijn 2020/262 in Nederland. Daarbij is specifiek in
gegaan op de werking van de tijdelijke oplossingen en de datum waarop de definitieve
aanpassing van de systemen is afgerond. In deze brief is aangegeven dat uiterlijk
per 1 oktober 2023 de definitieve oplossing beschikbaar zou zijn. De tijdelijke oplossingen
functioneerden naar wens en inmiddels is duidelijk dat de systemen in Nederland reeds
vanaf 14 juli 2023 de huidige papieren procedures, voor het vervoer tussen lidstaten
van accijnsgoederen waar al accijns over is voldaan, zullen vervangen. Op dat moment
worden de tijdelijke oplossingen beëindigd. De tijdelijke lastenverzwaring voor het
bedrijfsleven is beperkt gebleven.
K. Interne beheersing Grote Geldstroom
De Auditdienst Rijk en de Algemene Rekenkamer hebben over 2022 gerapporteerd dat het
beheer van de processen interne beheersing en externe verantwoording onvoldoende is
en gekwalificeerd als een onvolkomenheid. Het versterken van de interne beheersing
van de geldstromen krijgt daarom in 2023 en 2024 extra prioriteit en de Douane neemt
aanvullende maatregelen en initiatieven om hieraan invulling te geven. Aan de hand
van de bevindingen die hebben geleid tot de onvolkomenheid, analyseert de Douane op
dit moment alle lopende initiatieven op het gebied van de interne beheersing van de
grote geldstromen. Deze analyse levert mogelijk aanvullende maatregelen en/of herprioritering
van bestaande maatregelen op. Verder zijn op basis van de evaluatie van de audits
acties benoemd en direct in uitvoering genomen om de interne beheersing met quick
wins te versterken. De eerste resultaten worden in de loop van het derde kwartaal
verwacht. De verbetering van de interne beheersing op de Grote Geldstromen moet voor
eind 2024 leiden tot een Financieel In Control Statement voor het proces van heffen
tot afdragen.
Op het gebied van automatisering zijn ook stappen gezet. Sinds december 2022 werkt
de Douane met een geautomatiseerde afdrachtstaat. Vrijwel alle heffings- en inningssystemen
van de Douane zijn aangesloten op de overdrachtsadministratie. De afdracht van de
traditionele eigen middelen aan de Europese Unie verloopt inmiddels volledig geautomatiseerd.
In juni 2023 is de ADR begonnen met haar audit op de geautomatiseerde afdrachtstaat
om zodoende de werking te beoordelen.
Belangrijkste ontwikkelingen in de uitvoering van het Jaarplan Douane 2023
Het Jaarplan Douane 2023 geeft inzicht in de uitdagingen waar de Douane voor staat
en hoe de Douane daar mee omgaat. Hieronder leest u de belangrijkste ontwikkelingen
in de uitvoering van dit jaarplan. De overkoepelende ambitie is dat de Douane tot
de beste douanediensten ter wereld blijft behoren. Om dit te realiseren is een strategie
ontwikkeld waarbij de Douane zich richt op drie concrete doelen. Het eerste doel is
één professionele en integere Douane. Dit houdt in dat de Douane wendbaar en integer
wil zijn, met een evenwichtig personeelsbestand. Het tweede doel is het realiseren
van slimme handhaving, soepele logistiek.
Burgers en bedrijven krijgen een passende mate van toezicht, die past bij hun gedrag.
Het derde doel is een data-gedreven Douane organisatie. Hiermee wordt bedoeld dat
de Douane handhavingsbeslissingen neemt op een transparante wijze, aan de hand van
analyses van feitelijke data en met behulp van algoritmen die risico’s kunnen voorspellen.
1. Eén professionele en integere Douane
Vakmanschap behouden en versterken
• De Douane heeft ook de komende jaren te maken met een forse wervingsinspanning. Voor
2023 is de wervingsbehoefte van de Douane ingeschat op 700 tot 800 posities. Over
de eerste vier maanden zijn 430 vacatures opengesteld. Dat is aanzienlijk meer dan
de verwachte 250. De effecten van deze werving zullen echter pas op een later moment
zichtbaar zijn.
• De externe instroom over de eerste vier maanden bedroeg 187,4 fte’s. 151,4 fte’s stroomden
uit in deze periode. Hiervan maakten 32 fte’s gebruik van de Regeling Vervroegde Uittreding.
• Omdat de formatie 2023 ten opzichte van 2022 fors is gestegen (van 6.074 naar 6.347
fte’s), is de onderbezetting toegenomen. Eind april kwam deze uit op 533 fte’s.
• Gezien de grote wervingsopgave, ging in februari van dit jaar de campagne van start
om het werkgeversmerk van de Douane te versterken. De campagne volgt uit de arbeidsmarktstrategie.
Nu komt de focus te liggen op het benaderen van specifieke doelgroepen.
• Het Douane Stage- en Traineebureau (DST) is begin 2023 ingericht en de dienstverlening
wordt verder uitgebreid. In de afgelopen periode is het aantal stagiaires verdubbeld.
De Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven heeft alle regiokantoren
opgenomen als erkende stageplaatsen.
• Verder zet de Douane in op meer maatwerkmogelijkheden binnen de startopleiding en
is de startopleiding verbeterd, met als doel een snellere inzetbaarheid op de werkplek,
zonder de kwaliteit uit het oog te verliezen. Op dit moment leidt de Shared Service
Organisatie Organisatie en Personeel (SSO O&P) van de Belastingdienst in samenwerking
met docenten en praktijkbegeleiders 531 medewerkers op vanuit de Douane in startopleidingen.
• Het instrument exitmonitor is onlangs uitgezet en de eerste resultaten worden binnenkort
verwacht. Het doel van deze monitor is om te leren van ervaringen van medewerkers
die de Douane verlaten.
• De Douane wil een inclusieve organisatie zijn met divers samengestelde teams, waar
medewerkers in een prettige en veilige omgeving kunnen werken. In de eerste maanden
van 2023 zijn workshops Inclusief Leiderschap voor managers ontwikkeld en georganiseerd
en is een pilot Inclusieve Samenwerking opgezet. Ook zijn artikelen, een podcast en
filmpjes gepubliceerd op het intranet van de Douane om de bewustwording te stimuleren
en levert de Douane departementaal en interdepartementaal bijdragen aan de ontwikkeling
van producten, zoals voor de Diversity Week en het beleid VN-Verdrag Handicap.
Integriteit
• Met de Verbeteragenda Integriteit «vertrouwd vooruit» (2021–2025) wil de Douane bereiken
dat iedereen die bij de Douane werkt optimaal is toegerust om integer te handelen
en maximaal weerbaar is tegen integriteitsrisico’s en ongewenste beïnvloeding van
buitenaf. Versterkte screening kan helpen om Douanemedewerkers beter te beschermen.
De Douane evalueert in het derde kwartaal de invoering van de VOG-Politiegegevens.
Vervolgens wil de Douane periodieke screening (en de doelgroep hiervoor) uitbreiden.
De doelgroep hiervoor dient samen met de vakbonden bepaald te worden.
• De Douane richt een Bureau Veiligheid en Integriteit (BV&I) op met als doel de veiligheid
en integriteit van de Douane en haar medewerkers te bevorderen en zorg te dragen voor
de borging ervan. De formalisering van het organisatieplan (O&F rapport) is gereed.
• In het project Verminderen individuele kwetsbaarheid werkt de Douane aan kleine, praktische
aanpassingen die het werk van de medewerkers van de Douane veiliger maken. Een voorbeeld
van een aanpassing die in 2023 is gerealiseerd, is de herkenbaarheid van geüniformeerde
Fysiek Toezicht-medewerkers tijdens hun werk. Deze herkenbaarheid kan in sommige situaties
een veiligheidsrisico opleveren. Van alle oplossingen voldeed het idee voor een buff
(multifunctionele sjaal) het beste aan de wensen. Een buff zorgt voor een volledige
onherkenbaarheid door bedekking van de neus, mond en het haar.
• Er is, met het oog op integriteit, een impactanalyse uitgevoerd naar de wenselijke
aanpassingen in belangrijke douanesystemen. Momenteel ontwikkelt en implementeert
de Douane mitigerende maatregelen in het proces, de organisatie en de systemen om
integriteitsrisico’s te beperken. Daarnaast is een plan van aanpak gemaakt voor het
vervolg (het aanpassen van andere douaneprocessen en systemen).
• De Douane ontwikkelt een werkwijze om datastromen te monitoren op atypische patronen.
Dit heeft als doel om in een vroeg stadium eventuele risico’s en kwetsbaarheden te
herkennen. Potentieel misbruik kan zo worden voorkomen. In de eerste maanden van 2023
is gestart met het opstellen van een Proof of Concept (POC). Verwachte oplevering
is in de zomer van 2023, waarna met een proeftuin gestart wordt.
• Met de recent ontwikkelde training Bescherming tegen benadering wil de Douane medewerkers bewuster maken van de risico’s die het werken bij de Douane
met zich meebrengt in de vorm van criminele benadering. In de training is aandacht
voor mogelijke vormen van benadering, verschillende casussen en waargebeurde verhalen.
Medewerkers leren wat te doen in zulke situaties en waar zij meldingen kunnen doen.
• Het kwetsbaarhedengesprek is een maatregel om bewustwording over integriteitsrisico’s
een prominente plaats te geven in het werving- en selectiegesprek. In een pilotperiode
van oktober 2022 tot en met 30 maart 2023 is het kwetsbaarhedengesprek toegevoegd
aan de selectiegesprekken. De Douane evalueert deze pilot, terwijl de werkwijze blijft
doorlopen. Aan de hand van de evaluatie stelt de Douane een vervolgaanpak op.
2. Slimme handhaving, soepele logistiek
• Het douaneattachénetwerk van de Douane levert een waardevolle bijdrage om internationale
samenwerking te bevorderen. De afspraken tussen douanediensten worden veelal vastgelegd
in specifieke samenwerkingsovereenkomsten. Momenteel voert de Douane gesprekken over
de tekst van een samenwerkingsovereenkomst met de douanediensten van Panama, Vietnam
en Thailand. Daarnaast zijn verkenningen gestart met o.a. Ecuador en Mexico. Daarnaast
draagt de Douane bij aan het versterken van de douane-organisaties op Aruba, Curaçao
en St. Maarten via het programma «Versterking Grenstoezicht». Zo hebben in de eerste
maanden van 2023 diverse Nederlandse douaniers missies uitgevoerd naar deze landen
om hun kennis te delen met de collega’s aldaar.
• De Douane gaat door met het versterken van de dienstverlening in 2023, in lijn met
de in 2022 geactualiseerde visie dienstverlening Douane. Een voorbeeld is het samenvoegen
van verschillende telefonische kanalen voor dienstverlening aan burgers en bedrijven
in een telefonisch contactcentrum. De afgelopen maanden zijn de telefoniekanalen voor
de DouaneTelefoon en aangiftebehandeling samengevoegd en wordt de bereikbaarheid structureel
gemonitord. Later dit jaar worden hier resultaten van bekend.
• De Douane levert een bijdrage aan de uitvoering van de Werkagenda publieke dienstverlening.
Zo heeft de Tweede Kamer in juni 2023 een eerste «Stand van de Uitvoering Douane»6 ontvangen. Hierin zijn signalen van burgers en bedrijven over onze uitvoering opgenomen.
Intern is een overleg ingericht om dilemma’s uit de uitvoering met betrekking tot
de belastingheffing bespreekbaar te maken.
• De Douane en het bedrijfsleven spreken elkaar ook in 2023 regelmatig over het goederenverkeer
dat de EU in- en uitgaat. Dat gebeurt in het Overleg Douane Bedrijfsleven (ODB). In
het ODB bespreken Douane en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven de douanelogistiek
en de douane-afhandeling. Dit kunnen praktische onderwerpen zijn, maar ook meer strategische
thema’s. Het gaat om zaken als beschikbaarheid van en aanpassingen in IT-systemen,
invoeringstermijnen van nieuwe wet- en regelgeving en beïnvloeding van de totstandkoming
van nieuwe douanewetgeving. Tijdens de strategische bijeenkomst in februari jl. is
in het ODB onder andere de Werkagenda publieke dienstverlening besproken. Daarbij
kwam ook de menselijke maat met betrekking tot de fiscale strafbeschikking aan bod.
Het doel van het bespreken van dit onderwerp is om de verschillende aspecten van de
menselijke maat en het juridische kader te belichten en op die manier wederzijds begrip
te realiseren.
• Eind juni zijn in het ODB de resultaten van het Bewijs van Goede Dienst besproken.
In samenspraak met het bedrijfsleven zijn aspecten in de dienstverlening vastgesteld
die zowel de Douane als het bedrijfsleven belangrijk vinden. Deze aspecten worden
jaarlijks gemeten als onderdeel van een breder vragenlijstonderzoek. Het Bewijs van
Goede Dienst is als bijlage toegevoegd aan deze Kamerbrief.
• In mijn brief van 22 februari jl.7 heb ik u aangegeven dat ik voornemens ben de Algemene douanewet aan te passen. Met
deze aanpassing zal worden geregeld dat in het geval van een onjuiste of onvolledige
douane-aangifte ook de reguliere navorderingstermijn van drie jaar kan worden toegepast.
Conform de huidige nationale wetgeving wordt in bijna alle gevallen waarin sprake
is van een onjuiste of onvolledige douaneaangifte tot vijf jaar terug nagevorderd.
De reguliere navorderingstermijn van drie jaar, zoals die staat in het Douanewetboek
van de Unie, kan zelden tot nooit worden toegepast. Dit levert een onwenselijke situatie
op wanneer er wordt nagevorderd terwijl er geen sprake was van een opzettelijke fout
in de aangifte. Het streven is om deze maatregel onderdeel te laten zijn van het Belastingplan
2024, zodat deze wijziging mogelijk al per 1 januari 2024 inwerking kan treden.
• In de antwoorden op de vragen vanuit het schriftelijk overleg verlengde navorderingstermijn
over het wijzigen van de aangifte, heb ik ook aangegeven dat de Douane werkt aan het
inpassen van de op 22 december 2022 gewijzigde guidance van de EU in de werkwijze.
Per 3 juli a.s. verruimt de Douane dan ook de mogelijkheden voor aangevers om aangiften
na het vrijgeven van de goederen te wijzigen. Met deze verruiming krijgt het bedrijfsleven
meer mogelijkheden om eventuele fouten in een aangifte te herstellen en de aangifte
in overeenstemming met de werkelijkheid te brengen. Zo kan bijvoorbeeld het per ongeluk
vermelde gewicht in kilogrammen gewijzigd worden in grammen, of kan het vermelden
van een verkeerde valutacode hersteld worden.
• Als gevolg van de enorme groei van het internationale goederenverkeer en door Europese
wet- en regelgeving is er voor de Douane fysiek en administratief veel meer te controleren
dan een paar jaar geleden. Om zo effectief mogelijk te kunnen omgaan met de beschikbare
capaciteit werkt de Douane in 2023 verder aan het concept «gelaagde handhaving». Deze
handhavingsaanpak houdt in dat de Douane beter onderscheid kan maken tussen verschillende
stromen in het goederenverkeer. Daardoor krijgt elk bedrijf een meer passende mate
van toezicht, gebaseerd op de mate van compliance van het bedrijf/de keten. Deze aanpak
moet leiden tot minder (en minder ingrijpende) interventies bij bewezen betrouwbare
bedrijven en ketens. Op dit moment implementeert de Douane deze aanpak voor het proces
invoer. Hiertoe is een steekproefkader voor invoeraangiften ontwikkeld. Dit steekproefkader
wordt nu verder afgestemd met relevante partijen en vervolgens zal de Douane dit kader
implementeren. Ook zet de Douane in op effectievere en (zo nodig) meer controles bij
onbekende bedrijven. Tegelijkertijd experimenteert de Douane op dit moment met drie
innovatieve pilots op het gebruik van algoritmen en kunstmatige intelligentie om grote
datastromen beter te doorgronden en de handhaving gerichter te kunnen inzetten. Om
te verkennen welke kaders en instrumenten ontwikkeld moeten worden in het kader internationaal
ketengericht toezicht brengt de Douane een eerste logistieke stroom in kaart.
• Door de hoge accijnstarieven is Nederland aantrekkelijk geworden voor internationale
accijnsfraude. In de EU zijn de accijnstarieven per lidstaat dusdanig verschillend,
dat sommige bedrijven illegaal gaan handelen. Over 2022 heeft het Landelijk Fraude
Team Douane (LFTD) teruggekoppeld dat fraude met accijns en verbruiksbelasting steeds
vaker voorkomt. Die trend is ook zichtbaar in de eerste vier maanden van 2023. De
geconstateerde fraude met accijns bleek in de eerste maanden van 2023 aanzienlijk
op de diverse aspecten, zoals onveraccijnsde sigaretten die in Nederland worden gefabriceerd
en worden verhandeld. De Douane treft regelmatig niet veraccijnsde waterpijptabak
aan in aanzienlijke hoeveelheden en er worden opslaglocaties van tabak en sigaretten
aangetroffen. De Douane werkt al samen met de FIOD in het Smoke-team om deze zaken
aan te pakken en dit samenwerkingsverband zal verder worden uitgebreid.
3. Data-gedreven organisatie
De Douane ontwikkelt zich naar een data-gedreven organisatie. Dat wil zeggen: een
organisatie die handhavingsbeslissingen neemt op een transparante wijze, aan de hand
van analyses van feitelijke data en met behulp van algoritmen die risico’s kunnen
voorspellen. Dit is cruciaal voor het uitvoeren van de douanetaken.
• Om zich verder te ontwikkelen naar een datagedreven organisatie, is de Douane het
programma Verbeteren Informatiepositie Douane gestart. Het doel hiervan is dat straks
interne en externe data eenvoudig, eenduidig en in samenhang kunnen worden ontsloten.
Er is een breed dataplatform ingericht, waarop de Douane data veilig (conform privacywetgeving)
kan ontsluiten, verzamelen en analyseren en vervolgens kan verwerken tot dashboards.
Door toepassing van algoritmen kan de Douane een kwaliteitsslag maken met de risicobeheersing.
De inrichting van het dataplatform staat met een robuuste en veilige koppeling van
de Belastingdienst-omgeving, waarin de data wordt verzameld uit bovenal de aangiftes
en de cloud-omgeving waarin de data wordt geanalyseerd. Hiervoor is de Douane afhankelijk
van de IT van de Belastingdienst. De Douane heeft afspraken gemaakt over de momenten
waarop onderdelen van deze koppeling beschikbaar komen. De Douane heeft nu een testomgeving,
naar verwachting volgt in deze zomer van 2023 de productieomgeving. Er is gestart
met de omzetting van de informatieproducten zoals rapportages en dashboards op het
huidige dataplatform naar het nieuwe dataplatform.
• Binnen het programma Douane Informatie Op Orde zijn in de eerste zes maanden van 2023
drie implementatieprojecten afgerond, namelijk DigiDoc Desktop, Analyse Datacatalogus
en Kwaliteitsraamwerk IV-functies (KWIV). Verder zijn er drie plannen van aanpak in
uitvoering gebracht: Lak tooling, Zoek en vind, en Borging KWIV. Daarnaast vonden
er activiteiten plaats ter bevordering van de bewustwording rondom informatiehuishouding,
in de vorm van bijeenkomsten en de inzet van animaties met uitleg over het programma
en wat de rol is van Douanemedewerkers bij het verwerken van informatie. In april
2023 is de oplevering van het rapport fit/gap Archiefwet geweest, waarin bepaald is
wat de verschillen zijn tussen de huidige situatie en de beoogde compliance op de
Archiefwet 95 en 21. De verbetervoorstellen worden thans uitgewerkt en in dat kader
zal voor september van dit jaar een implementatieplan worden opgeleverd.
• Sinds 2017, toen de Douane een directie was binnen de Belastingdienst, geldt dat standaard
alle USB-poorten niet gebruikt kunnen worden. Het beleid bij de Douane is dat gebruik
van USB-sticks alleen mogelijk is als er een ontheffing is verleend. Om een ontheffing
te krijgen moet de directe leidinggevende toestemming geven. Aanvullend hierop wordt
de aanvraag geverifieerd en gecontroleerd door een integrale beveiligingsfunctionaris.
De data op de USB-sticks worden versleuteld en voorzien van een pincode die na een
aantal foutieve invoeren het apparaat blokkeert. De gegevens op de USB-stick zijn
vervolgens niet leesbaar.
USB sticks mogen alleen worden gebruikt als dit strikt noodzakelijk is voor het uitvoeren
van de opgedragen taak. Binnen de Douane worden USB-sticks met name gebruikt voor
werkzaamheden bij het Douane laboratorium, het scan-team en het team Bijzondere Bijstand.
Deze teams gebruiken de USB-sticks voor het opslaan van bijvoorbeeld scanbeelden en
foto’s voor overdracht aan het OM, politie en FIOD.
Er bestaan twee soorten gebruik van USB-sticks, namelijk Lezen en Schrijven, of Alleen
lezen. Half mei hadden circa 400 Douanemedewerkers de autorisatie Lezen en Schrijven
en circa 95 medewerkers Alleen Lezen. Na een eerste opschoningsactie van het USB-gebruik
binnen de Douane volgt dat er 206 ontheffingen voor het schrijven op USB-sticks en
64 ontheffingen voor enkel lezen zijn verleend. Na deze actie brengt de Douane nu
per werkproces de risico’s in beeld die gepaard gaan met het gebruik van USB sticks.
Daarbij wordt ook gekeken naar alternatieven voor USB.
• Het programma Digitale Snelweg Douane heeft als doel om de informatievoorziening van
de Douane geschikt te maken voor de groei van de aangiftevolumes. In het eerste spoor
Performance test de Douane op dit moment het aangiftesysteem DMS. Verder wordt de
inbedding in de reguliere werkwijze van het testproces uitgevoerd. Dit spoor wordt
volgens planning eind 2023 afgerond.
• Het Adviescollege ICT-toetsing heeft Douane aanbevolen om de mogelijkheden van een
alternatief systeemplatform voor (delen van) het Douane-applicatielandschap te onderzoeken.
In het tweede spoor Innovatie is om deze reden Containerisatie opgepakt. Containerisatie
is een nieuwe technologie om applicaties te bouwen, te testen en in gebruik te nemen.
Tevens maakt Containerisatie het mogelijk om applicaties op verschillende technische
platformen te draaien.
• In het laatste kwartaal van 2022 is de Douane met de Erasmus Universiteit de Proof
of Concept Systeemsimulatie gestart. Bij systeemsimulatie wordt de werkelijkheid nagebootst
met een model om zo de effecten op het Douane-IV-landschap beter te kunnen voorspellen.
In het eerste kwartaal van 2023 is dit succesvol afgerond. De Douane zal in het derde
kwartaal van dit jaar beoordelen of de resultaten voldoende zijn om het systeem ook
in productie te nemen.
4. Traditionele Eigen Middelen
In het Commissiedebat over de Douane op 19 januari jl. heb ik toegezegd u in deze
Stand van Zakenbrief nader te informeren over traditionele eigen middelen (TEM, oftewel
douanerechten) en in het bijzonder in te gaan op de nabetalingen.
De Nederlandse Douane heft en int douanerechten over goederen die via Nederland in
de EU worden geïmporteerd. Deze douanerechten worden afgedragen aan de EU ten behoeve
van de EU-begroting. Tegenover de afdracht van douanerechten aan de EU staan de inkomsten
in de vorm van perceptiekosten. Van de geïnde douanerechten mag Nederland 25% houden.
De afgelopen jaren heeft de Europese Commissie in verschillende gevallen aangegeven
dat ze van mening is dat Nederland te weinig TEM heeft afgedragen en dat een nabetaling
nodig is. De Europese Commissie beoordeelt individuele invoerdossiers. De precieze
reden verschilt dan ook per dossier. Gemene deler is dat Nederland volgens de Europese
Commissie niet het volledige bedrag aan douanerechten heeft geheven en/of geïnd bij
de onderneming die de goederen via Nederland in het vrije verkeer van de EU heeft
gebracht. Indien hiervan sprake is, dient Nederland dit bedrag alsnog af te dragen
ten behoeve van de EU-begroting. In gevallen waarin Nederland het niet eens is met
de Commissie, is een aantal keer gekozen om te betalen onder voorbehoud. Hiermee stopt
de verdere oploop van vertragingsrente en start de zogenaamde constructieve dialoog
met de Commissie. Alle lidstaten hebben te maken met deze systematiek; ook Nederland
heeft er belang bij dat alle lidstaten op een correcte wijze de eigen middelen afdragen.
Zo hebben bij de casus Onderwaardering textiel en schoenen vrijwel alle lidstaten
te maken met nabetalingen en speelt de discussie rondom zonnepanelen ook in meerdere
lidstaten.
Nabetalingen TEM zijn inherent aan het systeem vanwege grijze gebieden in wetgeving,
de ex-post beoordeling door de Commissie en de mogelijkheid dat interpretatieverschillen
over de regelgeving ontstaan. Daarnaast worden er in de uitvoering onvermijdelijk
ook zaken gemist of verlopen zaken niet goed. De Douane werkt langs verschillende
lijnen aan het – zo veel mogelijk – voorkomen van nabetalingen TEM en vertragingsrente
door middel van:
1) het versterken van het primaire proces;
2) het versterken van de controlfunctie;
3) het verbeteren van EU-regelgeving.
Deels zijn dit interne processen, zie hiervoor ook onderdeel J van deze brief, interne
beheersing Grote Geldstroom. Deels speelt dit in het Europese domein. Deze lijnen
lijken de eerste vruchten af te werpen. In de Terbeschikkingsstellingsverordening
zijn – mede op aandringen van Nederland – na onderhandelingen binnen de Raad aanpassingen
doorgevoerd, waardoor de vertragingsrente minder hoog kan oplopen. Ook heeft Nederland
geïntervenieerd bij het Hof van Justitie in een zaak die Tsjechië is gestart tegen
de Commissie. Dit houdt in dat Nederland ook een partij is in deze zaak en een standpunt
naar voren kan brengen. In deze zaak heeft het Hof van Justitie bepaald dat de hoofdsom
onder voorbehoud kan worden afgedragen. Daarmee kan ook de verschuldigde vertragingsrente
worden beperkt. Op dit moment intervenieert Nederland in een (andere) zaak van Tsjechië
om op die manier meer duidelijkheid te krijgen over een specifiek onderdeel in het
proces rondom afdrachten. Over de wens voor meer duidelijkheid wanneer een lidstaat
wel en niet goed handelt, is Nederland ook in gesprek met de Commissie. Tot slot wordt
met de Commissie gesproken over individuele zaken, waardoor de afronding daarvan kan
worden versneld (zie bijvoorbeeld textiel en schoenen en LGO hieronder). Sommige zaken zijn reeds afgerond en in bepaalde gevallen heeft Nederland
minder betaald of het onder voorbehoud betaalde bedrag (deels) teruggekregen.
In de eerste Stand van Zakenbrief Douane 2022 is een tabel met toelichting opgenomen
van de omvangrijke dossiers die onder voorbehoud ter beschikking zijn gesteld aan
de EU, omdat er een verschil van inzicht is over de verschuldigdheid. Deze tabel is
hieronder geüpdatet voor de grootste dossiers.
Dossier
Jaar bericht CIE
Jaar afdracht
Hoofdsom TEM1 onder voorbehoud
Hoofdsom TEM1 definitief
(definitieve rente tussen haakjes)
Zonnepanelen
2019
2020
€ 634,1 mln.
–
Textiel en Schoenen
2021
2021
€ 64,5 mln.2
–
Voortvarendheid I
2021
2021
€ 79 mln.3
€ 9,9 mln.
Voortvarendheid II
2021
2022
€ 61,1 mln.
€ 35,8 mln.
LGO-zaak
2012
2019
€ 18,5 mln. (19,3 mln.)
X Noot
1
Hoofdsommen TEM zijn netto na aftrek van de ontvangen perceptiekosten (nu 25%), dit
is een vergoeding voor de kosten die gemoeid zijn met de heffing en inning van douanerechten;
X Noot
2
Dit bedrag is recent met 83,8 mln. verlaagd dat Nederland terugkrijgt, zie toelichting
hieronder.
X Noot
3
Dit bedrag is met 8,6 mln. verlaagd, zie Tweede stand van zakenbrief (december 2022).
Zonnepanelen
Nederland heeft in 2020 € 634,1 miljoen onder voorbehoud afgedragen aan de EU vanwege
een geschil over de verschuldigdheid van antidumping- en compenserende rechten bij
de invoer van zonnepanelen verzonden uit Maleisië en Taiwan. De constructieve dialoog
met de Commissie over dit dossier loopt nog steeds. Hoewel over de juridische interpretatie
van de onderliggende verordeningen geen overeenstemming is, zijn er wel genoeg aanknopingspunten
om verder te blijven spreken. Op dit moment concentreert de dialoog zich daarom nog
steeds op mogelijke vervolgstappen om de kwestie af te ronden.
Onderwaardering textiel en schoenen
Nederland heeft in 2021 € 148,3 miljoen onder voorbehoud afgedragen aan de EU. Dit
was het bedrag waarvan de Commissie aangaf te vermoeden dat het onterecht niet was
geïnd en afgedragen door ingevoerde textiel en schoenen met een te laag aangeven waarde.
De Commissie heeft Nederland op 27 april jl. medegedeeld dat Nederland hiervan € 83,8
miljoen terug krijgt, omdat de periode waarover de Commissie de TEM-verliezen berekent
met bijna drie jaar wordt ingekort. De Commissie heeft in dezelfde brief gevraagd
of Nederland informatie kan leveren om de legitieme invoer van geringe waarde te identificeren,
omdat de Commissie hiervoor ook wil corrigeren. Daar werkt de Douane op dit moment
aan. Mogelijk gaat het verschuldigde bedrag dus nog verder naar beneden.
LGO-zaak
In 2012 heeft de Commissie Nederland op grond van het beginsel van loyale samenwerking
(artikel 4, lid 3 VEU) financieel aansprakelijk gesteld voor een onjuiste interpretatie
van de regels begaan door de (douane)autoriteiten op Curaçao en Aruba.8 Hierover is een juridische procedure gevoerd en in oktober 2019 heeft het Hof van
Justitie de Commissie in het gelijk gesteld. Nederland heeft daarop de hoofdsom van
€ 18,5 miljoen (definitief) afgedragen. Aansluitend is de constructieve dialoog gestart
over de vertragingsrente.
Gedurende deze dialoog zijn bepaalde uitgangspunten gewijzigd, waardoor Nederland
aan de Commissie verzocht heeft een nieuwe (en lagere) renteberekening te maken. Gevolg
hiervan was dat de rekening van de vertragingsrente uiteindelijk € 19,3 miljoen bedroeg.
Dit bedrag is op 14 maart jl. betaald. Hiermee is de constructieve dialoog afgerond
en heeft de Commissie de zaak gesloten.
Tot slot
Deze Stand van Zakenbrief geeft de belangrijkste ontwikkelingen weer. Naast deze ontwikkelingen
continueert de Douane haar inzet op de belangrijke maatschappelijke thema’s, zoals
beschreven in het Jaarplan Douane 2023.
De Staatssecretaris van Financiën,
A. de Vries
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Financiën