Brief regering : Voortgangsrapportage prijsplafond Q2
36 200 Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën
Nr. 183 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 juni 2023
Voor u ligt de tweede voortgangsrapportage over de uitvoering van de Subsidieregeling
bekostiging plafond energietarieven kleinverbruikers 2023 (CEK23), ook wel bekend
als het prijsplafond voor energie. Zoals toegezegd in de eerste voortgangsrapportage1 van 31 maart 2023, wordt u elk kwartaal geïnformeerd over de uitvoering van het prijsplafond
voor 2023. In deze voortgangsrapportage informeer ik u ook over de voortgang van de
tijdelijke tegemoetkoming blokaansluitingen (TTB).
Stand van zaken energiemarkt
De stand van zaken ten aanzien van de energiemarkt is veranderd ten opzichte van een
jaar geleden: de energieprijzen zijn lager en er is weer een aanbod aan vaste energiecontracten,
ook met tarieven onder die van het prijsplafond. Consumenten hebben een ruime keuze
tussen verschillende energiecontracten. Het aanbod aan vaste energiecontracten met
een looptijd van 12 maanden is met ruim 50% verhoogd. Ook groeit het aantal energieleveranciers
dat vaste contracten met een langere looptijd aanbiedt.2 Ik vind het een belangrijke positieve ontwikkeling dat consumenten in Nederland weer
kunnen kiezen voor prijszekerheid door contracten voor langere tijd af te sluiten.
Het wegvallen van dat aanbod was, naast de stijging in de prijzen zelf, een belangrijke
reden om het prijsplafond in te stellen om de consument toch een bepaalde mate van
zekerheid te geven over de maximale hoogte van de prijs in 2023. Nu het aanbod verbreed
is, kunnen consumenten ook na 2023 de afweging maken of ze, tegen de tarieven die
worden aangeboden op de markt, voor langjarige zekerheid willen kiezen.
Stand van zaken uitvoering prijsplafond
In de bijlage staan de belangrijkste cijfers weergegeven wat betreft de ontwikkeling
van de voorschotbedragen elektriciteit en gas onder het prijsplafond. Deze bedragen
dalen wanneer de tarieven lager worden en er minder subsidie wordt aangevraagd.
Voor elektra en gas is door de leveranciers voor het tweede kwartaal van 2023 een
voorschotbedrag van totaal € 874,7 miljoen aangevraagd. Dat is een daling van 68,5%
ten opzichte van het voorschotbedrag in het eerste kwartaal van 2023.
Dit is terug te zien in de sterke daling van het aantal aansluitingen waarop het prijsplafond
van toepassing is. Waar het plafond in de eerste maanden van het jaar op de meerderheid
van de huishoudens van toepassing was, is dat nu voor ongeveer de helft van de huishoudens
het geval: 49% van de elektriciteitsaansluitingen en 59% van de gasaansluitingen hebben
in de maand juni nog een contracttarief boven de € 1,45 per m3 gas en/of € 0,40 per kWh en profiteren daarmee van het prijsplafond. De resterende
aansluitingen hebben contracttarieven onder deze grenzen.
In de voorlopige cijfers voor de maand juli is er een substantiële verdere daling
zichtbaar in de totale hoogte van de door deze leveranciers aangevraagde voorschotbedragen.
Een aantal kleinere leveranciers heeft ervoor gekozen om tijdelijk geen voorschotaanvragen
in te dienen. Zij geven daarmee hun recht op subsidie niet op.
In totaal is er door leveranciers vanaf januari tot en met juni € 3.545 miljoen aan
voorschotbedragen aangevraagd, waarvan RVO € 3.435 miljoen heeft toegekend. Bij de
augustusbesluitvorming wordt conform de begrotingscyclus de raming geactualiseerd.
Warmteleveranciers krijgen hun voorschot per kwartaal, omdat het aantal warmteaansluitingen
doorgaans weinig wijzigt. Omdat het aantal aansluitingen en de tarieven zeer beperkt
wijzigen gedurende een jaar, wordt het toegekende voorschot in vier gelijke delen
uitbetaald. Het gevraagde voorschotbedrag voor warmte is daardoor in het tweede kwartaal
gelijk aan dat in het eerste kwartaal (€ 94,0 miljoen euro).
Handhaving door RVO op de subsidievoorwaarden: één leverancier voldoet niet
Iedere leverancier die een aanvraag doet onder het prijsplafond, is verplicht om binnen
vier maanden een accountantsrapport van feitelijke bevindingen over de getrouwheid
van de aanvraag te verstrekken. RVO ziet toe op het nakomen van de subsidieverplichtingen
die in de regeling worden gesteld. Daarnaast wordt, indien nodig, aanvullende informatie
opgevraagd over de aanvraag, om zeker te stellen dat deze aan de vereisten van de
subsidieregeling voldoet. Indien onregelmatigheden worden geconstateerd, kan een rapport
van feitelijke bevindingen door een accountant worden gevraagd.
Op grond de regeling vragen de 62 elektriciteit- en gasleveranciers maandelijks een
subsidievoorschot aan voor het verschil tussen hun actuele gemiddelde contracttarieven
en het prijsplafondtarief. Omdat de gemiddelde contracttarieven in de markt in de
afgelopen maanden sterk zijn gedaald, is het voorschot dat RVO uitkeert aan leveranciers
ook sterk gedaald. RVO heeft echter gesignaleerd dat voor één energieleverancier de
cijfers significant van dit patroon afwijken. RVO heeft daarom sinds januari aanvullende
vragen aan deze leverancier gesteld, een bedrijfsbezoek afgelegd en in april een verplichting
opgelegd om een additioneel rapport van feitelijke bevindingen van een accountant
aan te leveren.
De leverancier heeft dat naar bevinding van RVO tot op heden niet voldoende en volledig
gedaan. RVO schort daarom per 23 juni het eerstvolgende voorschot van juni op en heeft
dit gecommuniceerd aan de leverancier. RVO heeft dit besluit gelijktijdig aan mij
en aan de ACM gemeld. Omdat gerede twijfel is ontstaan over de waarheidsgetrouwheid
van het aangeleverde accountantsproduct zal, op advies van RVO, mijn departement de
ADR vragen om een review uit te voeren op dit accountantsproduct. De leverancier is
nu aan zet om met een volledig accountantsproduct te onderbouwen dat hij aan de eisen
van de regeling voldoet. Hierna kan de uitbetaling van de voorschotten worden hervat.
RVO ziet toe op de naleving van de subsidievoorwaarden om een doelmatige en verantwoorde
besteding van de middelen te kunnen borgen. Uiteraard houd ik de situatie de komende
tijd nauwlettend in de gaten en zal ik de Kamer bij nieuwe ontwikkelingen hierover
informeren.
Brutomarge toets voor nieuwe toetreders op de energiemarkt
In de eerste voortgangsrapportage van het prijsplafond heb ik uw Kamer geïnformeerd
over het feit dat er nog geen passend en juridisch houdbaar alternatief was gevonden
voor de margetoets voor nieuwe energieleveranciers. Afgesproken is dat deze energieleveranciers
een voorstel zouden doen voor een gedragen, passend en juridisch houdbaar alternatief.
Tot op heden is dit niet gebeurd. Ik sta ervoor open om dit gesprek te voeren met
de energieleveranciers en zal uw Kamer informeren als er concrete ontwikkelingen zijn
op dit punt.
Stand van zaken Tijdelijke tegemoetkoming blokaansluitingen
Sinds 25 april 2023 is de regeling Tijdelijke Tegemoetkoming Blokaansluitingen (TTB)
opengesteld voor aanvragen. De TTB is bedoeld om bewoners achter blokaansluitingen
voor elektriciteit en warmte een tegemoetkoming te bieden voor de hoge energiekosten
in 2023, omdat deze doelgroep te weinig of geen voordeel geniet van het prijsplafond.
Net als bij het prijsplafond vragen bewoners de subsidie niet zelf aan. Dit gebeurt
door de contracthouder van de desbetreffende blokaansluiting(en). De regeling wordt
uitgevoerd door de Belastingdienst.
In totaal worden er 50.000 aanvragen voor de TTB verwacht, waarvan 40.000 aanvragen
voor afzonderlijke blokaansluitingen en 10.000 zogenaamde «bulkaanvragen». Het aantal
aanvragen tot nu toe blijft echter achter bij de verwachting.
In totaal zijn er tot en met 20 juni 4570 aanvragen ingediend voor de TTB bij de Belastingdienst.
Op 16 juni zijn de eerste beschikkingen verstuurd. De Belastingdienst zal binnen twee
weken van de beschikkingsdatum overgaan tot uitbetaling van de subsidie. De aanvragers
dienen binnen twee weken na het ontvangen van de beschikking de bewoners daarover
in te lichten, waarbij ook aangegeven moet worden hoe de tegemoetkoming met de energiekosten
van de bewoners wordt verrekend. Daarbij dient aangesloten te worden bij de in 2023
geldende systematiek voor het in rekening brengen van de energiekosten bij bewoners.
In veel gevallen zal dit neerkomen op een verrekening van de tegemoetkoming met het
maandelijkse voorschotbedrag dat bewoners betalen voor hun energie.
De tot nu toe binnengekomen aanvragen bedragen hoofdzakelijk aanvragen voor afzonderlijke
blokaansluitingen. Zeer binnenkort is het voor contracthouders van meerdere blokaansluitingen
mogelijk om voor minimaal 10 blokaansluitingen een bulkaanvraag in te dienen. Deze
route is met name geschikt voor institutionele aanvragers, zoals professionele beheerders
en woningbouwcorporaties. De verwachting is dat, als deze route goed werkt, het aantal
vragen aanzienlijk toe gaat nemen. De Belastingdienst geeft aan het aantal binnengekomen
aanvragen tot nu toe goed aan te kunnen. De werving van aanvullend personeel voor
de uitvoering gaat in de tussentijd wel door.
De applicatie van het Kadaster die bewoners in staat stelt om te controleren of er
een subsidieaanvraag voor hun blokaansluiting is ingediend en of deze is goedgekeurd,
gaat zo spoedig mogelijk live. De applicatie versterkt de informatiepositie van bewoners,
die aan de hand van deze gegevens contracthouders kunnen aansporen om een subsidieaanvraag
te doen of om de uitgekeerde subsidie juist te verrekenen.
De hoogte van de tegemoetkoming is gebaseerd op het gemiddeld ondervonden nadeel van
bewoners doordat ze niet of onvoldoende profiteren van het prijsplafond. Het bedrag
wordt per halfjaar bepaald, zodat rekening gehouden wordt met de ontwikkeling van
de relevante energieprijzen. De bedragen zijn als volgt:
• Voor het eerste halfjaar zijn de bedragen € 786,45 en € 731,13 voor warmte en elektriciteit
bij zelfstandige eenheden, en € 329,28 en € 307,63 bij onzelfstandige eenheden. De
bedragen voor elektriciteit zijn inclusief de gemiste compensatie voor november en
december 2022.
• Voor het tweede halfjaar worden de bedragen bepaald op basis van de verwachte tarieven
in juli, met een minimum van € 276,76 en € 183,92 voor zelfstandige eenheden, en € 116,18
en € 77,33 voor onzelfstandige eenheden, voor respectievelijk gas en elektriciteit.
Indien aanvragers een positieve beschikking ontvangen voor 1 augustus 2023, wordt
het voorschot in twee termijnen uitgekeerd. Daarbij wordt het eerste voorschot uitgekeerd
binnen twee weken na het versturen van de beschikking en het tweede voorschot binnen
twee weken na 1 augustus. Bij een positieve beschikking na 31 juli wordt het gehele
voorschot in één keer uitgekeerd. De totale kosten van de regeling zijn ten tijde
van de publicatie geraamd op € 861,3 mln. Deze raming zal uiterlijk in het najaar
worden herijkt.
Mocht het aantal aanvragen ondanks het beschikbaar komen van de bulkroute en de lancering
van de applicatie van het Kadaster achterblijven bij de verwachting, dan zal ik daarover
met de relevante stakeholders het gesprek aangaan om ervoor zorg te dragen dat tegemoetkoming
bij zoveel mogelijk bewoners terechtkomt.
Update over traject 2024
De Kamer is op 28 april 2023 geïnformeerd over de verkenning van maatregelen voor
gerichte compensatie van huishoudens die kwetsbaar zijn voor hoge energieprijzen in
2024.3 Een aantal maatregelen is afgevallen omdat ze onvoldoende doelmatig of onhaalbaar
zijn. Tijdens de augustusbesluitvorming zal op basis van de laatste koopkrachtprognose
van het CPB, de ontwikkeling van het aanbod van vaste contracten en de energieprijsontwikkeling
worden besloten of de overgebleven gerichte maatregelen in 2024 worden ingezet. Om
te voorkomen dat maatregelen niet uitvoerbaar zijn bij besluitvorming in augustus,
is het kabinet begonnen met de technische voorbereiding van maatregelen die meer tijd
vergen. Dit geldt bijvoorbeeld voor een verlenging van het prijsplafond. In samenwerking
met de RVO en Energie-Nederland wordt deze maatregel verder uitgewerkt. Hierbij wordt
in kaart gebracht wat hiervoor nodig is t.b.v. de besluitvorming in augustus.
Een verlenging van het prijsplafond betekent ook dat er opnieuw een oplossing moet
komen voor huishoudens achter een blokaansluiting. Hiervoor geldt in 2023 de Tijdelijke
Tegemoetkoming Blokaansluitingen, maar deze regeling is nadrukkelijk alleen bedoeld
voor 2023, en kan niet zonder herbeoordeling door het kabinet worden verlengd. Hierbij
moeten de kosten, de uitvoerbaarheid en de risico’s van deze regeling opnieuw worden
gewogen.
Relatie tussen prijsplafond en tijdelijke Europese regels rond staatssteun
De mogelijkheid tot verlenging van een prijsplafond voor alle kleinverbruikers in
2024 is verder afhankelijk van de eventuele voortzetting door de EU van een tijdelijke
uitzondering op de Elektriciteitsrichtlijn en het staatssteunregime om een dergelijke
prijsregulering en -subsidiëring toe te staan. Het huidige speciale regime loopt eind
2023 af. Ook bij voortzetting van dit regime in enigerlei vorm waarbij alle kleinverbruikers
(waaronder bedrijven) een tegemoetkoming krijgen, is opnieuw toestemming van de Commissie
voor een prijsplafond in 2024 nodig. De Europese Commissie zal op korte termijn, mede
ten aanzien van dit type staatssteun aan kleine en middelgrote ondernemingen, haar
algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV) wijzigen.
Daarnaast heeft de Commissie op 24 mei aan alle lidstaten de aanbeveling gedaan om
generieke steunmaatregelen voor energieprijzen af te bouwen in 2023.4 Dit maakt de mogelijkheid tot verlenging onzeker.
De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten
Bijlage 1: Overzicht voorschotten elektriciteit en gas tot en met juni 20235
Gegevens
Januari
Februari
Maart
April
Mei
Juni
Percentage kleinverbruik-aansluitingen waarvoor een subsidieaanvraag is ingediend
99,9%
99,0%
99,4%
99,5%
99,6%
99,6%
Percentage kleinverbruik-aansluitingen met een contracttarief boven het prijsplafond
70,0%
71,3%
71,7%
65,1%
61,3%
53,9%
Aantal subsidieaanvragen ontvangen
62
59
59
59
58
53
Aantal subsidieaanvragen nog in behandeling
0
1
1
2
2
9
Subsidievoorschot bedrag aangevraagd
€ 947 mln.
€ 926 mln.
€ 822 mln.
€ 366 mln.
€ 287 mln.
€ 195 mln.
Subsidievoorschot bedrag toegekend
€ 927 mln.
€ 910 mln.
€ 802 mln.
€ 337 mln.
€ 280 mln.
€ 179 mln.
Subsidievoorschotbedrag per kleinverbruikersaansluiting boven het plafond
– elektriciteit
€ 60,93
€ 59,81
€ 51,59
€ 22,88
€ 20,07
€ 14,92
Subsidievoorschotbedrag per kleinverbruikersaansluiting boven het plafond
– gas
€ 115,15
€ 112,53
€ 99,27
€ 46,87
€ 42,59
€ 29,83
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie