Brief regering : Verslag jaarvergadering Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling 2023
36 200 IX Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2023
Nr. 43
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 juni 2023
Met deze brief blik ik graag terug op de jaarvergadering van de Europese Bank voor
Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD). De jaarvergadering vond plaats van 16-18 mei in
Samarkand, Oezbekistan. De vergadering stond in het teken van de steun van de EBRD
aan Oekraïne en de uitbreiding van het geografische mandaat van de bank. De Nederlandse
inzet zoals hieronder beschreven is in nauwe afstemming met de Minister voor Buitenlandse
Handel en Ontwikkelingssamenwerking tot stand gekomen.
Oekraïne
Oekraïne en de aangrenzende regio liggen in het kernmandaatgebied van de EBRD en ten
tijde van het uitbreken van de oorlog was de EBRD de grootste institutionele investeerder
in Oekraïne. Het steunen van Oekraïne en de aangrenzende regio heeft derhalve prioriteit
voor de EBRD. Snel na het uitbreken van de oorlog zegde de EBRD toe in 2022 en 2023
in totaal minimaal 3 miljard euro te investeren in Oekraïne. Met in totaal 1,7 miljard
euro investeringen in 2022, ligt de EBRD goed op koers om deze toezegging te halen.
Omdat de financiële risico’s van additionele investeringen in Oekraïne hoog zijn,
kan de EBRD dergelijke investeringen enkel doen wanneer aandeelhouders een deel van
het risico afdekken middels garanties of giften. Een groot aantal aandeelhouders heeft
hier gehoor aan gegeven. Ook Nederland heeft in 2022 en 2023 al 72 miljoen euro bijgedragen
voor het Oekraïense staatsbedrijf voor elektriciteitsdistributie,1 25 miljoen euro voor de landbouwsector2 en 2,5 miljoen voor technische assistentie.3 Daarnaast tekende Nederland tijdens de jaarvergadering een overeenkomst met de EBRD
voor een nieuwe garantie van 40 miljoen euro voor het Crisis Response Special Fund
(CRSF) van de Bank, zoals eerder aangekondigd.4 Deze middelen worden gebruikt voor herstelwerkzaamheden en ondersteuning voor de
Oekraïense spoorwegen.
Om ook na 2023 in het herstel en de wederopbouw van Oekraïne te kunnen blijven investeren,
is blijvende steun van aandeelhouders nodig. Dit kan middels het voortzetten van ad
hoc garanties en giften, evenals meer duurzaam via een paid-in kapitaalinleg. Een paid-in kapitaalinleg betreft een nieuwe kapitaalstorting door de aandeelhouders van de bank,
waar zij aandelen voor terug krijgen. Deze optie is in aanloop naar de jaarvergadering
verkend. Een paid-in kapitaalinleg heeft ten opzichte van garanties en giften als voordeel dat de bank
een veelvoud (3 á 4 keer) van het ingelegde bedrag kan investeren in Oekraïne. Daarnaast
is een paid-in kapitaalinleg een inclusieve manier om de bank langdurig financieel te versterken.
Daarnaast wordt hiermee een evenwichtige lastenverdeling geborgd doordat een grote
meerderheid van de aandeelhouders conform hun huidige aandeel zal willen bijdragen.
Op de jaarvergadering is met bijna unanieme steun een resolutie aangenomen die de
EBRD uitnodigt in 2023 een plan te presenteren voor de rol van de EBRD in Oekraïne
na 2023 én een paid-in kapitaalverhoging. Ook Nederland heeft hiermee ingestemd. Nederland is van mening
dat de EBRD in de nabije toekomst en in de wederopbouwfase een belangrijke rol kan
blijven spelen in Oekraïne, met een focus op het ondersteunen van de private sector
en reële economie. De EBRD geeft aan dat een kapitaalinleg van ongeveer 3 tot 5 miljard
euro nodig zal zijn om het huidige investeringsniveau in Oekraïne op peil te houden.
Voor Nederland zou dit neerkomen op een kapitaalinleg van 75–125 miljoen euro. Zoals
in de Voorjaarsnota met uw Kamer gedeeld, is hiervoor reeds een reservering getroffen
op de begroting.5
Nederland stelt zich, gezien de leverage en inclusiviteit van een paid-in kapitaalinleg, net als andere aandeelhouders constructief op ten aanzien van een paid-in kapitaalverhoging. In beginsel is Nederland bereid tot een ambitieuze bijdrage, mits
aan enkele voorwaarden wordt voldaan. Ten eerste is het belangrijk dat de EBRD in
Oekraïne werkt vanuit haar comparatieve voordeel en samenwerkt met andere in Oekraïne
aanwezige internationale financiële instellingen (IFI’s), zoals de Wereldbank en de
Europese Investeringsbank. De proactieve rol van de EBRD t.a.v. een optimale coördinatie
tussen de IFI’s wordt dan ook zeer aangemoedigd. Ten tweede vindt Nederland het belangrijk
dat de EBRD naast het aantrekken van extern geld kritisch naar de inzet van de huidige
interne middelen kijkt. Onderdeel hiervan is implementatie van de aanbevelingen uit
de G20 ten aanzien van kapitaalraamwerken van de IFI’s. Hierop heeft de EBRD de afgelopen
maanden reeds stappen gezet. Een belangrijk onderdeel hiervan is de afschaffing van
de Statutory Capital Limitation, waar aandeelhouders op de jaarvergadering mee hebben ingestemd. Hierdoor zullen
de uitleenlimieten van de Bank in de toekomst begrensd worden door enkel haar eigen
prudentiële beleid en niet langer (ook) door een strikte statutaire limiet. Nederland
ziet dit echter niet als eindstation en vraagt van de EBRD alle aanbevelingen kritisch
te bekijken. Verder ziet Nederland ook graag dat de EBRD verkent of er efficiëntieslagen
te maken zijn met betrekking tot de operationele uitgaven van de Bank.
Geografisch mandaat
Op de jaarvergadering is het besluit genomen het geografisch mandaat van de EBRD uit
te breiden naar (een beperkte groep landen in) Sub-Sahara Afrika (SSA) en Irak, gezien
de noodzaak voor additionele investeringen in deze regio en toegevoegde waarde die
de EBRD kan bieden met haar focus op de private sector en gerichte beleidsdialoog.
Het besluit hierover was reeds twee keer uitgesteld als gevolg van de COVID-19-crisis
en van de onzekerheid rond de impact van de oorlog in Oekraïne. Op de jaarvergadering
in 2022 bevestigden aandeelhouders reeds de ambitie van de bank om haar geografische
mandaat geleidelijk en beperkt uit te breiden.6 Toen is besloten niet later dan op de jaarvergadering in 2023 een formeel besluit
over uitbreiding te nemen. Nederland heeft zich in aanloop naar dit besluit kritisch
opgesteld, omdat zij van mening is dat de focus van de EBRD moet blijven bij het kernmandaatgebied.
Dit geldt in het bijzonder nu de Bank zich geconfronteerd ziet met de uitdagingen
in Oekraïne en de aangrenzende regio. Het was voor Nederland daarom van groot belang
dat het besluit gepaard ging met de duidelijke toezegging dat de selectieve uitbreiding
niet ten koste gaat van steun aan het kernmandaatgebied. Doordat investeringen in
SSA en Irak niet vroeger dan 2025 beginnen, in een klein aantal landen uitgevoerd
worden en over een periode van 10 jaar langzaam en tot een bescheiden niveau zullen
worden opgebouwd, heeft de uitbreiding een zeer beperkt beslag op de middelen van
de bank. Nederland acht het daarmee voldoende geborgd dat investeringen in SSA en
Irak niet ten koste gaan van investeringen in het kernmandaatgebied en zal hier in
de toekomst ook scherp op blijven toezien. Daarnaast is Nederland van mening dat samenwerking
met bestaande ontwikkelingsactoren, zoals de Afrikaanse Ontwikkelingsbank en de International Finance Corporation (IFC) van de Wereldbank, cruciaal is voor een effectief handelen van de EBRD. Gezien
er al verschillende ontwikkelingsactoren actief zijn in SSA terwijl het aantal financierbare
projecten beperkt is, is deze samenwerking van groot belang om concurrentie tussen
de actoren te voorkomen. Het belang van deze samenwerking wordt door de EBRD zelf
ook sterk benadrukt.
Tot slot is het goed te benoemen dat Nederland is benoemd tot voorzitter van de Board of Governors (BoG) van de EBRD. Dit voorzitterschap loopt tot en met de jaarvergadering in 2024,
welke wordt georganiseerd in Armenië, dat onderdeel uitmaakt van onze kiesgroep. De
belangrijkste rol van de voorzitter van de BoG is het voorzitten van de jaarvergadering
in 2024.
De Minister van Financiën,
S.A.M. Kaag
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën