Brief regering : Verdrag van Faro: erfgoed is mensenwerk
32 820 Nieuwe visie cultuurbeleid
Nr. 493 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 april 2023
Het Verdrag van Faro (Raad van Europa, 2005) roept overheden op de verbinding tussen
erfgoed, mens en samenleving te versterken. Dit sluit nauw aan bij mijn beleidsambities.
In deze brief kondig ik daarom aan dat ik de intentie heb het Verdrag van Faro te
ondertekenen. Na ondertekening start het proces van ratificatie, waarbij ik ook uw
Kamer betrek. Met de ondertekening en ratificatie van het Verdrag van Faro verbindt
Nederland zich aan de kerndoelen van het Verdrag en de doorwerking daarvan in het
erfgoedbeleid.
In deze brief ga ik in op de uitgangspunten van het Verdrag van Faro, licht ik toe
welke stappen al zijn gezet, hoe het proces van ratificatie en ondertekening eruit
ziet en welke acties ik de komende periode in gang zet.
Ambitie
Het is mijn ambitie om de maatschappelijke basis van het erfgoedbeleid te versterken.
Ik constateer echter dat er nog altijd een verschil bestaat tussen de professionele
erfgoedzorg en de groepen in de samenleving die zich ook eigenaar van erfgoed voelen
en willen meedenken, meedoen en meebeslissen. We kunnen het potentieel van erfgoed
voor de samenleving nog beter benutten. Daarom zet ik al in op publieksparticipatie
bij archeologie, het versterken van de inzet van erfgoedvrijwilligers en de uitvoering
van het UNESCO Verdrag inzake Bescherming van het Immaterieel Cultureel Erfgoed. De
ondertekening en ratificatie van het Verdrag van Faro zijn logische volgende stappen.
Uitgangspunten van het verdrag: meedoen, verbinden en openstaan
De betekenis van het Verdrag van Faro voor de Nederlandse erfgoedpraktijk krijgt vorm
rond drie kerndoelen. Met de ondertekening en ratificatie van het Verdrag van Faro
worden deze kerndoelen richtinggevend, maar vormen geen verplichting. Zij geven de
erfgoedsector en overheden richting hoe het Verdrag van Faro een vast onderdeel van
beleid en praktijk te maken.
1. Meedoen en meebeslissen meer gemeengoed in de erfgoedpraktijk maken.
2. Cultureel erfgoed verbinden aan sociaal-maatschappelijke doelen.
3. Openstaan voor andere erfgoedopvattingen en meer ruimte bieden aan kennis van burgers.
Ondertekening Verdrag van Faro
Samen met de Minister van Buitenlandse Zaken start ik het traject richting ondertekening
en ratificatie van het Verdrag van Faro. Ik ben voornemens dit jaar over te gaan tot
ondertekening. Dit gebeurt na goedkeuring door de (Rijks)ministerraad. Met ondertekening
geeft het Koninkrijk der Nederlanden aan de intentie te hebben partij van het Verdrag
van Faro te worden. Hiermee gaat Nederland nog geen verplichtingen aan.
Na ondertekening zal ik het Verdrag van Faro met goedkeuringsstukken (en eventuele
uitvoeringswetgeving) zo spoedig mogelijk voor goedkeuring aan de Eerste en Tweede
Kamer voorleggen, met als doel de ratificatie ervan mogelijk te maken. In het kader
van de voorbereiding van de goedkeuringsstukken breng ik de gevolgen voor Nederland
in kaart. Het Verdrag van Faro is sinds 1 juni 2011 van kracht en op dit moment zijn
24 staten partij.
Ik ben in gesprek met het Caribische deel van het Koninkrijk over de ondertekening
en uitvoering van het Verdrag van Faro. Caribisch Nederland is onderdeel van de volgende
fase van de uitvoering van het Verdrag van Faro. Met Aruba, Curaçao en Sint Maarten
ga ik in gesprek welke vorm door hen gewenst is. Dit hangt er mede van af of zij de
medegelding van het Verdrag van Faro wenselijk achten.
Kerndoel 1: Dat mensen kunnen meedoen en meebeslissen meer gemeengoed in de erfgoedpraktijk
maken
Het Verdrag draait om mee kunnen doen, waarmee toegang tot erfgoed voor iedereen wordt
bedoeld. Deelhebben in plaats van deelnemen. Dus samen die tentoonstelling, dat activiteitenplan
of beheerplan van een erfgoedsite uitdenken en uitwerken. Maar ook omgekeerd, het
meewerken van overheden en erfgoedinstellingen aan initiatieven in de samenleving.
Delen van zeggenschap zorgt ervoor dat iedereen kan ervaren erbij te horen en medeverantwoordelijk
te zijn.
Praktijkvoorbeeld: Singelpark Leiden
Dankzij de inzet van duizenden Leidenaren is nu een zes kilometer lange, ononderbroken
wandeling langs de singels rondom de oude binnenstad mogelijk. Het burgerinitiatief
laat zien hoe burgers de overheid op een goede manier kunnen uitdagen. Met als resultaat
een succesvolle samenwerking en breed gedragen plannen. Het Singelpark is bij uitstek
een voorbeeld van de Faro-werkwijze: bedacht en tegelijkertijd gebruikt, onderhouden
en geprogrammeerd door inwoners van Leiden. De Leidse singels, erfgoed met een grote
historische waarde, hebben door dit initiatief een nieuwe recreatieve functie gekregen
en gaan met dit project een duurzame toekomst tegemoet.
Verdrag van Faro, de waarde van cultureel erfgoed voor de samenleving1
De doelen van de erfgoedzorg zijn van oudsher bescherming en instandhouding. Sinds
begin deze eeuw is behoud door ontwikkeling daarbij gekomen. Dit alles blijft van
groot belang. Of het nu gaat om een kasteel, een museaal object of een ambacht. Maar
meer en meer is cultureel erfgoed ook een middel om bij te dragen aan andere sociaal-maatschappelijke
doelen. Waarbij de mens centraal staat. Denk hierbij aan een fort waar mensen met
een afstand tot de arbeidsmarkt werken of een archeologieproject dat een gemeenschap
verbindt en daarmee zorgt voor sociale cohesie. Het is deze ontwikkeling in de erfgoedpraktijk
die ik met mijn inzet op het Verdrag van Faro wil stimuleren.
De sterke professionalisering van de erfgoedzorg in Nederland de afgelopen honderd
jaar, heeft ervoor gezorgd dat we goed voor ons erfgoed zorgen. Het heeft er echter
ook toe geleid dat de erfgoedzorg op steeds meer afstand van mens en samenleving kwam
te staan. Het Verdrag van Faro is een manier om expert en burger, beroepskracht en
vrijwilliger en systeem- en leefwereld dichter bij elkaar te brengen. Het Verdrag
roept op om iedereen, op elk niveau, de mogelijkheid te bieden met de zorg voor erfgoed
aan de slag te gaan. Overheden en erfgoedinstellingen ondersteunen en versterken die
kracht.
Het gedachtengoed van het Verdrag van Faro daagt de Nederlandse erfgoedpraktijk uit
gezamenlijk kritisch na te denken over fundamentele vragen. Waarom bewaren we erfgoed?
Voor wie? Hoe betrekken we iedereen en zorgen we dat erfgoed ten goede komt aan de
hele samenleving? Hoe maken we ruimte in het systeem voor een andere kijk op erfgoed?
Dit zijn vragen die relevant en actueel zijn en blijven. Het ondertekenen van het
Verdrag van Faro ondersteunt mijn ambitie om bij te dragen aan een erfgoedpraktijk
die van en voor iedereen is.
Onderweg naar Faro
Op verzoek van voormalig Minister van Engelshoven (OCW) heeft de Rijksdienst voor
het Cultureel Erfgoed (RCE) de afgelopen jaren onderzocht wat de meerwaarde van het
Verdrag van Faro is voor de Nederlandse erfgoedpraktijk.2 Ook is verkend wat ratificatie voor de erfgoedpraktijk en het erfgoedbeleid betekent.
Duidelijk is geworden dat Faro aansluit bij het Nederlandse beleid ten aanzien van
erfgoed, participatie en vrijwilligers. Dit blijkt ook uit de Beleidsdoorlichting
Erfgoed, waarin nadrukkelijk aandacht is voor de maatschappelijke waarde van erfgoed.3
De RCE heeft als penvoerder de Uitvoeringsagenda Deel 1 – Onderweg naar Faro4 opgesteld. Aansluitend bij de uitgangspunten van het Verdrag van Faro is deze opgesteld
in co-creatie met erfgoedinstellingen, andere overheden, erfgoedgemeenschappen en
-vrijwilligers, burgerinitiatieven, ondernemers, het sociale domein en anderen in
Europees en Caribisch Nederland. Dit document vormt het eindproduct van de verkenningsfase.
Tegelijkertijd is het ook het startpunt van de implementatiefase. De ambities van
de erfgoedsector worden weer gegeven rond 16 thema’s, zoals erfgoed in het sociale
domein, archeologie, dynamische leefomgeving of erfgoedbewustzijn en educatie. Deze
zetten de koers uit voor de implementatie van het Verdrag van Faro in de komende drie
jaar.
Een concreet voorbeeld is de breed gedeelde ambitie om coaching aan te bieden aan
erfgoedvrijwilligers, vrijwillige besturen of burgerinitiatieven. Hiertoe wordt de
ondersteuning aan deze groepen via erfgoedvrijwilliger.nl verder uitgebouwd. Dit gebeurt
door de twaalf provinciale erfgoedhuizen, in afstemming met IPO. Een ander voorbeeld
is de ondersteuning aan het Knooppunt Sprekend Verleden binnen het thema oral history.
De middelen die zij krijgen zijn bedoeld om dit netwerk verder te ontwikkelen en bekend
te maken binnen de Nederlandse erfgoedpraktijk.
Het Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland (OPEN) en de Federatie Instandhouding
Monumenten (FIM) hebben het initiatief genomen tot de Intentieverklaring Erfgoedveld Onderweg. Deze Intentieverklaring5 is getekend door meer dan 80 erfgoedorganisaties. Hiermee spreekt een brede waaier
aan organisaties steun uit voor de kerndoelen en ondertekening van het Verdrag van
Faro. Dit krachtige signaal neem ik ter harte.
Kerndoel 2. Cultureel erfgoed verbinden aan sociaal-maatschappelijke doelen
Erfgoed draagt bij aan ons welbevinden en onze welvaart. In Nederland kennen we die
wederkerigheid al bij erfgoed en toerisme, ruimtelijke ontwikkeling en vestigingsklimaat.
Het Verdrag van Faro daagt erfgoedinstellingen en overheden uit om vergelijkbare relaties
te leggen met andere thema’s, zoals leefbaarheid, wijkverbetering, sociale cohesie,
integratie, welzijn, gezondheid, arbeidsparticipatie, openbare orde en veiligheid.
Praktijkvoorbeeld: HomeComputerMuseum
Het HomeComputerMuseum is een particulier initiatief dat door middel van erfgoed een
waardevolle bijdrage levert aan de maatschappij. Bezoekers van het HomeComputerMuseum
in Helmond mogen alle collectiestukken aanraken en gebruiken. De medewerkers, die
allemaal een afstand tot de arbeidsmarkt hebben, helpen bezoekers en knappen in de
werkplaats oude computers op. De opgeknapte computers worden onder andere verkocht
aan Stichting Leergeld die arme gezinnen ondersteunt met het verstrekken van goede
en veilige laptops die nodig zijn voor onderwijs.
Richtinggevend gedachtegoed
Werken volgens de drie kerndoelen van Faro betekent ook dat de rijksoverheid naar
zichzelf kijkt. Ik zet mij in om de drie kerndoelen van Faro als richtinggevend te
laten zijn bij het ontwikkelen van nieuw erfgoedbeleid en -instrumenten. Daarnaast
ga ik in gesprek met andere overheden over de kansen die het Faro-gedachtegoed biedt
voor de lokale praktijk. Ik wil met hen bespreken hoe we erfgoedbeoefening onderdeel
kunnen maken van het brede cultuurbeleid.
Gemeenschappelijke implementatie
Tot en met 2025 heb ik in totaal zes miljoen euro beschikbaar gesteld om samen met
de erfgoedsector het gedachtegoed van het Verdrag van Faro duurzaam onderdeel van
de erfgoedpraktijk te maken6. Om samen met de erfgoedsector de ingezette veranderopgave in de erfgoedpraktijk
te continueren is het gewenst tot een uitvoeringsprogramma Faro te komen, geënt op
de Uitvoeringsagenda Faro. Nadrukkelijk in samenwerking met partners uit de breedte
van de erfgoedsector. De Intentieverklaring vormt de basis voor het gesprek met de ondertekenaars over de volgende fase van de
uitvoering van Faro.
Ik zet in op een samenwerkingsvorm waarin maatschappelijke partijen en overheden zelf
de realisatie van de ambities in de Uitvoeringsagenda Faro ter hand nemen. Met een
programmabureau bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed dat faciliteert, verbindt,
motiveert en als partner een inhoudelijk vormgevende inbreng heeft. Bij de verdeling
van de middelen ga ik aansluiten bij het gedachtegoed van Faro. Ik start daarom een
pilot waarbinnen betrokkenen in gezamenlijkheid de initiatieven bespreken, elkaar
voorzien van advies en op basis van criteria komen tot een prioritering voor verdeling
van de middelen per thema. De kennis en kunde uit de initiatieven wordt onderdeel
van het «Lerend Faro-Netwerk». Dit wordt de centrale plek van ontmoeting en kennisdeling
voor en met partners uit de brede erfgoedpraktijk.
Met deze gezamenlijke aanpak werken we de komende jaren toe naar erfgoedzorg waarin
de betekenis en de waarde van het erfgoed voor de samenleving in al zijn diversiteit
centraal staan. Het samenwerkingsverband zorgt daarnaast voor het versterken van het
zich ontwikkelende Faro-netwerk. Toegroeiend naar een duurzaam en door de sector gedragen
netwerk.
In 2025 presenteert het samenwerkingsverband een vervolg op de Uitvoeringsagenda Deel 1. Waarin op basis van verschillende inhoudelijke lijnen en afspraken tussen de verschillende
spelers in het Faro-netwerk de verdere implementatie van het Verdrag van Faro wordt
uiteengezet. Ik zal in de komende jaren de duurzame verankering van het gedachtegoed
van Faro voor de periode na 2025 verder uitwerken. In datzelfde jaar stuur ik een
brief waarin ik uw Kamer informeer over de resultaten van deze beleidsperiode en de
verdere implementatie.
Kerndoel 3. Openstaan voor andere erfgoedopvattingen en meer ruimte bieden aan kennis
van burgers.
Het vertrekpunt van Faro is wat gemeenschappen zien als cultureel erfgoed en de betekenissen
die zij eraan geven. Als verrijking van het bestaande, gedefinieerde erfgoed. Het
verhaal, de betekenis en beleving zijn soms net zo belangrijk, of zelfs belangrijker,
dan de fysieke erfenis. En die betekenis kan veranderen in de tijd. Deze houding vraagt
om nieuwsgierigheid en lef. Om vervolgens weer te verbinden en te onderzoeken wat
dat met bestaande opvattingen en systemen doet.
Praktijkvoorbeeld: Archeologisch project Wyldemerck, samen zoeken naar barakken in
de bossen
In de jaren vijftig en zestig woonden een paar honderd Molukkers in houten barakken
van kamp Wyldemerck in de Friese bossen bij Balk. Oud-bewoners, hun nazaten en omwonenden
zijn onder begeleiding van archeologen zelf in de bodem op zoek gegaan naar sporen
uit het verleden. Al scheppend vermengde archeologisch onderzoek zich met verhalen
over het leven in het kamp. Dit project toont de waarde die archeologie voor gemeenschappen
kan hebben en heeft in 2022 de Grote Archeologieprijs gewonnen. Naar aanleiding van
het project wil terreinbeheerder Staatsbosbeheer onderzoeken hoe het terrein Wyldemerck
kan worden heringericht.
De mens centraal
Ik ben van mening dat erfgoed een onmisbare rol speelt bij het creëren van samenleving
waarin gelijkwaardigheid en kwaliteit van leven voor iedereen centraal staan. Dat
laten vele voorbeelden in ons land al zien. Waarbij de samenleving de dragende kracht
is van het culturele erfgoed en de mens centraal staat. Ondertekening en ratificatie
van het Verdrag van Faro zal deze reeds ingeslagen weg, gezamenlijk gedragen door
de erfgoedsector en overheden, verder versterken.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, G. Uslu
Indieners
-
Indiener
G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.