Brief regering : Voetbal en veiligheid
25 232 Voetbalvandalisme
Nr. 73 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 april 2023
We zien dat een kleine groep relschoppers voor overlast, ongeregeldheden en geweld
zorgt tijdens en rondom betaald voetbalwedstrijden. Zo ook recent weer bij verschillende
wedstrijden waaronder het belagen van de keeper van Sevilla tijdens een Europese wedstrijd
van PSV. Maar ook afgelopen wekend ging het bijvoorbeeld mis bij de bekerwedstrijden
Spakenburg-PSV en Feyenoord-Ajax, bij de wedstrijd Helmond Sport-MVV, na afloop van
de wedstrijden Eindhoven-PEC Zwolle en FC Groningen-FC Utrecht en afgelopen weekend
bij de wedstrijd NAC-Willem II die definitief is gestaakt. Net als u heb ik met afschuw
kennis genomen van de recente incidenten, die laten zien dat er nog steeds sprake
is van intimidatie en geweld. Dit is absoluut onacceptabel. Dit gaat ten koste van
het plezier van de goedwillende supporters en kostbare inzet van onze politie en hulpdiensten.
En bovendien: de veiligheid is in het geding. Dan trekken we een duidelijke en harde
grens en treden we op. Helaas zien we dat voetbalgeweld een veelkoppig monster is
dat niet gemakkelijk uit te bannen is. Dit vraagt om een verandering in het gedrag
van supporters. Om clubs die verantwoordelijkheid nemen voor de veiligheid binnen
de stadions. Om consequente handhaving van de regels die we hebben. Wanneer het gedrag
niet verandert en geweld in en rondom stadions zich blijft voordoen betekent dit verdere
restricties die de voetbalbeleving er niet leuker op maken. Denk aan nog minder vaak
uitpubliek, of minder of geen thuispubliek. Met de gezamenlijke inzet van clubs, supporters,
burgemeesters, politie en het openbaar ministerie willen we het betaald voetbal veilig
en gastvrij te houden. Zodat het overgrote deel van de supporters die van een wedstrijd
wil genieten, dit kan blijven doen. De instrumenten zijn voor handen. Dat betekent
wel dat ze vervolgens consequent ingezet en gehandhaafd moeten worden. In deze verzamelbrief
geef ik een bredere stand van zaken over de geïntensiveerde aanpak en ga ik in op
een aantal verzoeken van uw Kamer. Deze brief stuur ik u mede namens de Minister voor
Langdurige Zorg en Sport. Maar eerst ga ik in op de recente incidenten.
Recente incidenten
Zoals hierboven genoemd hebben we recent weer grove incidenten en wangedrag gezien
bij verschillende voetbalwedstrijden. Ik noemde al een aantal voorbeelden in de inleiding.
Voorbeelden die helaas staan voor wat inmiddels een trend te noemen is sinds de periode
na de corona-maatregelen. Steeds vaker worden voorwerpen op het veld gegooid, raken
«supporters» slaags met de politie en worden zij en de hulpdiensten bekogeld. Het
afsteken van vuurwerk is weer toegenomen, waardoor ook de echte supporters gevaar
dreigen te lopen. En ook racistische en antisemitische spreekkoren horen we nog steeds.
De bekerwedstrijd Feyenoord-Ajax op 5 april jl. is een absoluut dieptepunt. Het gooien
van vermoedelijk een aansteker richting een speler die daardoor aan zijn hoofd gewond
raakte en later zelfs gewisseld moest worden is onacceptabel. Iemand die dergelijk
hufterig gedrag vertoond is geen supporter en moet met lik-op-stuk beleid worden gestraft.
Door goede samenwerking tussen club en politie en door goed camerawerk is de betreffende
persoon snel aangehouden door de politie. Betrokkene zal zich voor de rechter moeten
verantwoorden, maar heeft inmiddels al strafrechtelijk een gebiedsverbod voor alle
stadions in Nederland gekregen. Daarnaast zijn meerdere relschoppers tijdens de wedstrijd
aangehouden. Want ook de daders van het afsteken van het vuurwerk in het stadion en
de antisemitische leuzen die geconstateerd zijn, moeten bestraft worden. Het is duidelijk
dat het beter moet. Het Auditteam Voetbal en Veiligheid zal op verzoek van de vierhoek
van Rotterdam (politie, burgemeester, openbaar ministerie en Feyenoord) onderzoek
doen naar de gebeurtenissen. De Regiegroep Voetbal en Veiligheid heeft zich bij dit
verzoek aangesloten om deze en andere incidenten ook in de bredere context te onderzoeken.
Ook zal ik de KNVB en de andere partners vragen de komende periode de wedstrijden
intensiever te monitoren. Uw Kamer zal te zijner tijd over de uitkomsten van deze
onderzoeken worden geïnformeerd.
Huidige aanpak ongeregeldheden
In de aanpak van voetbalgeweld kennen we een breed instrumentarium. Een overzicht
van alle maatregelen die getroffen kunnen worden is als bijlage toegevoegd. De recente
incidenten laten zien dat strakker, consequenter en steviger opgetreden en gehandhaafd
moet worden. Daar ligt primair een belangrijke rol voor de clubs zelf. Natuurlijk
wordt die rol samen met de overheid vormgegeven en aangevuld. De aanpak van incidenten
sluit aan bij het richtinggevend kader «Veilig en gastvrij betaald voetbal». Hieraan
werken we als rijksoverheid samen met KNVB, betaald voetbalorganisaties, supporters,
gemeenten, politie en openbaar ministerie aan toegankelijk, gastvrij en veilig betaald
voetbal waar iedereen zich welkom voelt in en om het stadion. De regiegroep Voetbal
en Veiligheid, bestaande uit KNVB, politie, OM, gemeenten en mijn ministerie zet zich
in voor de gezamenlijke én geïntensiveerde aanpak voor voetbal en veiligheid. Dit
doen we door zoveel mogelijk in te zetten op een persoonsgerichte aanpak van overlastgevers,
waarbij collectieve maatregelen pas aan de orde komen als individuele maatregelen
niet afdoende zijn. Concrete maatregelen kunnen en moeten getroffen worden op basis
van alle mogelijkheden die er zijn. En er moet consequent worden opgetreden tegen
elke misdraging, zodat de echte voetbalsupporters kunnen blijven genieten van het
betaald voetbal. Waar nodig wordt het strafrecht ingezet. De recente celstraf van
drie jaar voor een Ajax-aanhanger die vorig jaar een mortierbom gooide bij Arena is
hier een goed voorbeeld van. Hieruit blijkt wederom dat dergelijk asociaal en gevaarlijk
gedrag niet toelaatbaar en soms zelfs strafbaar is.
Verscherpte maatregelen
De inzet is de afgelopen tijd al stevig geïntensiveerd en daar gaan we mee door. Zo
is over het afgelopen seizoen het dubbele aantal landelijke stadionverboden opgelegd
van wat het afgelopen decennium gangbaar was. Het is goed te zien dat de KNVB in reactie
op het incident op 5 april jl. bij Feyenoord-Ajax een dag later nieuwe maatregelen
heeft aangekondigd, die direct zijn ingegaan en ook toegepast. Naar aanleiding van
deze nieuwe maatregelen is bijvoorbeeld de wedstrijd NAC-Willem II van vrijdag 14 april
jl. definitief gestaakt nadat er twee keer voorwerpen op het veld waren gegooid. Dit
is conform de aangescherpte regels dat als voorwerpen op het veld worden gegooid,
de scheidsrechter eerst besluit het spel stil te leggen en de teams en scheidsrechters
naar de kleedkamers gaan. Als zij de wedstrijd hervatten en er worden opnieuw voorwerpen
op het veld gegooid, dan besluit de scheidsrechter de wedstrijd definitief te staken.
Daarnaast geldt nu dat als een speler of scheidsrechter vanuit het publiek met een
voorwerp wordt geraakt, dan besluit de scheidsrechter direct de wedstrijd definitief
te staken. Als een «supporter» op het veld komt, dan besluit de scheidsrechter het
spel stil te leggen en gaan de teams en scheidsrechters naar de kleedkamers. Als zij
de wedstrijd hervatten en er komt opnieuw een «supporter» op het veld, dan besluit
de scheidsrechter de wedstrijd definitief te staken. Als een «supporter» op het veld
komt en een speler of scheidsrechter aanvalt, dan besluit de scheidsrechter direct
de wedstrijd definitief te staken. Onderdeel van de verscherpte aanpak is ook het
weren van uitsupporters bij wedstrijden dan wel het opleggen van steeds beperkingen,
zoals een leeg of half uitvak en een verplichte bus-combi. Het is diep treurig dat
deze groepsgerichte maatregelen nodig zijn, maar zolang de relschoppers de anonimiteit
van de groep opzoeken én krijgen is deze maatregel begrijpelijk. De redenen waarom
de lokale driehoek hiertoe beslist, zijn gebaseerd op lokale afwegingen en is een
lokale verantwoordelijkheid waar ik als Minister niet in kan en wil treden. Iedereen
is gebaat bij zoveel mogelijk eenduidigheid in de aanpak, maar de lokale specifieke
situatie geeft altijd de doorslag.
Eerder al heeft de KNVB haar licentie-eisen aangescherpt. Zo moeten alle betaald voetbalclubs
per 1 maart jl. beschikken over betere camera’s en zijn de eisen voor de veiligheidsorganisatie
aangescherpt. Goed cameratoezicht is een van de elementen van het zogenaamde «Engelse
Model». Dit model leert dat het belangrijk is zo eenduidig mogelijk op te treden.
Engelse model
Er wordt in dit verband veel gesproken over dit «Engelse Model». Dit model stamt uit
de jaren '80 en leunt sterk op het strafrecht. De rechter legt celstraffen en boetes
op naast langjarige stadionverboden. Er is daarnaast veel geïnvesteerd in goede camerasystemen,
vaste zitplaatsen, alcoholverbod op de tribunes en een grote inzet van stewards en
beveiligingspersoneel. Mede daarom liggen de prijzen voor losse kaarten en seizoenskaarten
fors hoger dan in Nederland. Helaas gaat het ook in Engeland op dit moment niet altijd
goed; ook in de Engelse voetbalcompetities is het voetbalgeweld opgelaaid na corona.
Desalniettemin zal ik nu op korte termijn een vergelijking uitvoeren. Ik zal daarbij
ook kijken of, en zo ja hoe, er in ons model een stevigere rol voor het strafrecht
kan komen. Ten behoeve daarvan ga ik in gesprek met deskundigen en met de Engelse
autoriteiten om te spreken over het Engelse model en hoe we kunnen leren van de ervaringen
uit Engeland en een aantal andere landen. De uitkomsten hiervan stuur ik u zo spoedig
mogelijk toe. Er loopt momenteel ook een onderzoek van het WODC naar een vergelijking
tussen de Nederlandse en Belgische aanpak. Ik verwacht dat dit onderzoek rond de zomer
klaar is. Op korte termijn zal al gekeken worden of er in de praktijk al gewerkt kan
worden met alcoholverboden, vaste zitplaatsen of het vaker inzetten van onze strafrechtelijke
mogelijkheden.
In Nederland kennen we een combinatie van civiel-, bestuurs- en strafrechtelijke instrumenten
en kijken we naar de beste interventie voor dat moment, preventief en repressief.
Niet alleen via het strafrecht, maar indien nodig wel. Denk daarbij aan de celstraf
voor de belager van de keeper van Sevilla, de taakstraf voor de veldbetreder bij FC Groningen
en de snelle maatregelen richting de aansteekgooier. Het OM heeft een strengere aanpak
van voetbalvandalisme en voetbal gerelateerd geweld. Er wordt een strafverhoging van
50% toegepast op het uitgangspunt in de richtlijn. En waar mogelijk zal het OM zaken
tegen voetbalvandalen via de ZSM-aanpak binnen een week afdoen en bij voetbal gerelateerd
geweld snelrecht toepassen. Ook leggen Lokale driehoeken vaker een verbod op uitpubliek
op.
Het is belangrijk dat we deze instrumenten meer gaan inzetten. De voetbalwet (MBVEO)
is reeds in 2021 geëvalueerd1. Ook hieruit bleek dat het instrumentarium er is, maar beter toegepast moet worden.
Het Centrum voor Criminaliteitspreventie (CCV) ondersteunt gemeenten voor betere bekendheid
met – en toepassing van – de instrumenten van de wet.
Kamervragen naar de Taskforce en strafzaken
De clubs zijn zelf verantwoordelijk voor de veiligheid in het stadion. Het is goed
te zien dat de KNVB 6 april jl. maatregelen heeft aangescherpt om het gooien van voorwerpen
en veldbetreding tegen te gaan en meteen toegepast. Zoals ook bijvoorbeeld bij de
wedstrijd van afgelopen vrijdag 7 maart, waarbij Helmond Sport supporters vuurwerk
afstaken in het vak en de scheidsrechter de wedstrijd direct heeft stilgelegd. Ik
ga samen met de Minister van Langdurige Zorg en Sport in gesprek met de clubs en de
KNVB hoe nog beter invulling kan worden gegeven aan deze eigen verantwoordelijkheid.
Om de clubs en de KNVB te ondersteunen bij het treffen van maatregelen is de Taskforce
Ondersteuning bij Incidenten opgericht. De heer Knops (CDA) vroeg in het commissiedebat
van 5 oktober 2022 (Kamerstuk 29 279, nr. 737) naar het aantal voetbalrelschoppers dat door het handelen van deze KNVB Taskforce
Ondersteuning bij voetbalincidenten voor de rechter verschenen is. In mijn brieven
van 18 oktober 20222 en 12 december 20223 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de reikwijdte van de inzet van de Taskforce Ondersteuning
bij voetbalincidenten. Naar aanleiding van mijn toezegging in de brief van 12 december
2022 hebben de KNVB, politie en het Openbaar Ministerie nogmaals onderzocht hoeveel
van de «Taskforcezaken» ook tot strafrechtelijke vervolging hebben geleid. Uit dat
onderzoek blijkt dat dit niet te herleiden is en ook niet handmatig uit te zoeken
is. Dit omdat deze zaken altijd het resultaat zijn van samenwerking tussen de Taskforce,
de Betaald Voetbalclub, de politie en het Openbaar Ministerie zoals beschreven in
de alinea’s hierboven en de taskforce zaken niet apart worden gelabeld. De Taskforce
is ondersteunend aan de club. Het is daarom onmogelijk om te zeggen hoeveel personen
enkel en alléén door het handelen van de Taskforce voor de rechter zijn verschenen.
Stadionverboden
Een belangrijk instrument in de aanpak van voetbalgeweld is het opleggen van een stadionverbod.
Een stadionverbod kan opgelegd worden aan individuen en houdt in dat het voor die
persoon verboden is om op een bepaalde tijd in en/of in de directe nabijheid van een
voetbalstadion aanwezig te zijn. Een stadionverbod kan zowel landelijk (door de KNVB)
als lokaal (door de club) worden opgelegd. Op het overtreden van een stadionverbod
staat een driejarig stadionverbod, dat bovenop het bestaande stadionverbod komt. Als
een stadionverbod voor de eerste keer wordt overtreden, wordt een (civiele) geldboete
opgelegd van € 900,– euro, voor de tweede keer € 1.500,– en voor de derde en elke
navolgende overtreding volgt een geldboete van € 2.000,–. Een adequate handhaving
van opgelegde stadionverboden is van groot belang voor veilig en gastvrij betaald
voetbal. Clubs hebben de eerste verantwoordelijkheid om personen die zich misdragen
uit het stadion te weren en stadionverboden te handhaven.
Tijdens het tweeminutendebat Politie op 7 december 2022 (Handelingen II 2022/23, nr. 32, item 5) heeft het lid Michon-Derkzen (VVD) een motie ingediend die de regering verzoekt
te onderzoeken hoe opgelegde stadionverboden beter kunnen worden gehandhaafd4. Navraag bij de KNVB leert dat zij weinig overtredingen van landelijke stadionverboden
zien. Clubs zijn verplicht om aan de KNVB door te geven als zij iemand aantreffen
met een landelijk stadionverbod. De KNVB geeft aan dat dit consequent door de clubs
gedaan wordt. De KNVB heeft in het afgelopen voetbalseizoen 27 keer een sanctie opgelegd
voor het overtreden van een landelijk stadionverbod in het stadion en 8 keer voor
het overtreden van een stadionverbod buiten het stadion. De KNVB heeft op dit moment
geen actuele cijfers van overtredingen van door clubs opgelegde lokale stadionverboden.
Ik ben in overleg met de KNVB over op welke wijze en welke frequentie dit inzichtelijk
gemaakt en gedeeld kan worden. Er zijn al clubs die hun stadionverboden en andere
straffen communiceren op hun eigen website. Ik zal alle clubs verzoeken om dit op
hun eigen website te publiceren, zodat iedere (potentiele) relschopper ziet welke
consequenties er zijn na misdragingen. Met alle partners ben ik van mening dat elke
overtreding van het stadionverbod er één teveel is en daarom zetten we stevig in om
dit tegen te gaan en zijn er maatregelen genomen om stadionverboden nog beter te handhaven.
Stadionverbodhouders kunnen geen kaarten kopen voor voetbalwedstrijden in Nederland,
omdat ze op een zogenaamde blacklist in de centrale database voor clubcards en seizoenkaarten
van alle betaald voetbalclubs komen te staan. Ook kan een kaart maar éénmalig gescand
worden en dus niet worden doorgegeven aan iemand buiten het stadion op het moment
dat de kaarthouder in het stadion is. Wanneer een supporter zijn kaart uitleent aan
een stadionverbodhouder, dan blijft de eigenlijke kaarthouder verantwoordelijk voor
degene die op zijn kaart naar de wedstrijd gaat. Wanneer de stadionverbodhouder vervolgens
in het stadion wordt aangetroffen is niet alleen de stadionverbodhouder, maar ook
de eigenlijke kaarthouder strafbaar. Aan een stadionverbod kan ook een meldplicht
worden gekoppeld.
In het kader van de geïntensiveerde aanpak zijn er aanvullende afspraken gemaakt voorafgaand
aan het lopende voetbalseizoen. Zo zijn de licentie-eisen van de KNVB aangepast, waardoor
er scherpere eisen worden gesteld aan de hoeveelheid en de kwaliteit van de camera’s
in en rondom stadions. Hiermee wordt de pakkans van overtreders vergroot. Deze eis
geldt met ingang van 1 maart jl. Ook zijn er aanvullende eisen gesteld aan de veiligheidsorganisatie
van de clubs. In het kader van de geïntensiveerde aanpak is tevens de Richtlijn termijn
stadionverbod van de KNVB aangescherpt. Stadionverboden gelden niet alleen voor voetbalstadions,
maar ook voor alle overige evenementen waaraan een club deelneemt. Tevens is er nu
de mogelijkheid om een levenslang stadionverbod op te leggen indien een persoon voor
de derde keer een landelijk stadionverbod van 12 maanden of langer krijgt (three strikes
out principe). Ook is het bezit en/of voorhanden hebben van gezichtsbedekkende materialen
strafbaar gesteld (dit kan ook mis-/gebruikt worden door stadionverbodhouders). Er
wordt daarnaast door clubs goed gebruik gemaakt van de landelijke Taskforce, onder
andere voor het opleggen van stadionverboden. De Taskforce ondersteunt bij het uitkijken
van beelden en het opmaken van dossiers, en biedt tevens juridische ondersteuning
bij het verhalen van schade. Deze aanpak wordt door de KNVB als succesvol beschouwd.
De burgemeester kan bovendien aanvullend op een stadionverbod een gebiedsverbod (met
meldplicht) opleggen bij (vrees voor) openbare ordeverstoringen. Daarnaast wordt in
opdracht van mij gewerkt aan een digitale meldplicht app. De ontwikkeling blijkt een
complex en technisch ingewikkeld proces, maar we blijven stap voor stap werken aan
de realisatie. Hierover heb ik uw kamer geïnformeerd bij brief van 29 maart jl. met
de beantwoording van Kamervragen van het lid Westerveld (GroenLinks) over een meldplicht
bij stadionverboden.5
Wet Maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast
Het tweede deel van de motie van het lid Michon-Derkzen (VVD) verzoekt te bewerkstelligen
dat informatie van een club bij (dreiging van) ongeregeldheden bij voetbalwedstrijden
bij een bestuurlijke rapportage voor de inzet van het instrumentarium uit de voetbalwet
kan worden gebruikt. De burgemeester kan een bestuurlijke maatregel op grond van de
Wet Maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast inzetten. Het besluit
kan worden onderbouwd met informatie uit een bestuurlijke rapportage opgesteld door
de politie. In een dergelijke schriftelijke bestuurlijke rapportage kan reeds informatie
van betaald voetbalorganisaties worden meegenomen en in de praktijk gebeurt dit ook.
Ten behoeve daarvan wisselen betaald voetbalorganisaties, KNVB, politie, OM en gemeenten
wisselen informatie met elkaar uit. Lokaal zijn er convenanten gegevensuitwisseling
die het uitwisselen van informatie (waaronder persoonsgegevens) omtrent voetbal en
openbare orde mogelijk maakt binnen de vierhoek van OM, politie, gemeente en club.
Er wordt momenteel onderzocht of er nog verbeteringen doorgevoerd moeten en/of kunnen
worden aan deze informatiedeling.
Landelijk handelingskader voetbalgemeenten en vergunningverlening
Verschillende burgemeesters hebben begin dit jaar aangegeven een vergunning te willen
voor alle wedstrijden in het betaald voetbal. De vaste Kamercommissie JenV heeft gevraagd
om een reactie van mij daarop. Op 13 januari jl. is het «Handelingskader aanpak ongeregeldheden
rondom betaald voetbalwedstrijden voor gemeenten», naar buiten is gebracht. Dit handelingskader
is opgesteld door de burgemeesters van de Nederlandse voetbalgemeenten, met betrokkenheid
van de Regiegroep Voetbal en Veiligheid. Een centraal onderdeel van het handelingskader
is het advies om een vergunningsstelsel in alle gemeenten met een betaald voetbalorganisatie
te hanteren. Het is aan burgemeesters om te bepalen of, en zo ja, onder welke voorwaarden,
er een vergunningsplicht voor wedstrijden in het betaald voetbal komt in hun gemeente.
Een vergunning kan worden afgegeven per wedstrijd, per seizoenhelft of per seizoen.
In de vergunning kunnen nog duidelijker eisen aan de organisatie van een voetbalwedstrijd
worden gesteld, waaronder bijvoorbeeld de stand van de veiligheidsorganisatie en het
benodigde aantal stewards. De vergunningplicht is een steviger instrument om vooraf
duidelijke eisen te stellen, hierop controle te houden en op te kunnen treden tegen
het niet naleven van de vergunningsvoorwaarden. Dit betekent dat aan de gemeenten
waar nog gewerkt wordt met een meldplicht in de APV is geadviseerd om een vergunningplicht
op te nemen. Naar aanleiding van het handelingskader zie ik initiatieven ontstaan
waarbij burgemeesters van betaald voetbalgemeenten, politie, OM en voetbalorganisaties
en hun echte supporters in lokaal en regionaal verband samen optrekken om tot een
gezamenlijke uitvoering te komen. Dit juich ik zeer toe.
Voorkomen van ongeregeldheden en rol supporters
Helaas zien we vaak nieuwe plegers die betrokken zijn bij incidenten. Naar deze zogenoemde
nieuwe aanwas, wordt onderzoek gedaan in opdracht van de politie. Dergelijke nieuwe
plegers hebben geen stadionverbod of zijn anderszins in beeld. Daarom is het ook belangrijk
om te blijven inzetten op het voorkomen dat supporters dit soort gedrag gaan vertonen.
Dit doen we door nog duidelijker te communiceren wat de consequenties van dergelijk
gedrag zijn. Het overzicht «Overlast Voetbal, Gedragingen & Sancties» van de KNVB,
als bijlage bij deze brief gevoegd, is hier een goed voorbeeld van. Ik ga in overleg
met de KNVB hoe we dit beter onder de aandacht kunnen brengen bij supporters.
Wat net zo belangrijk is dat de echte supporters, clubs en spelers de misdragende
»supporters» op zulk gedrag blijven aanspreken. En dat zien we gelukkig óók gebeuren,
zoals afgelopen zaterdag 8 april jl. bij sc Heerenveen. Ik vind daarom het belangrijk
dat ook de supporters zelf over dit onderwerp meepraten. Recentelijk heb ik wederom
gesproken met het Supporterscollectief Nederland en een afvaardiging van supportersverenigingen.
Ik heb hen opgeroepen om mee te helpen met het normaliseren van de situatie en hierover
in gesprek te gaan met hun achterban. Daarom ben ik blij met bijvoorbeeld het recente
statement van het Supporterscollectief naar aanleiding van de bekerwedstrijd Feyenoord-Ajax
waarin zij de supporters oproepen grenzen te stellen, zich uit te spreken tegen gedrag
dat niet normaal is. Ook het statement van de spelers van Feyenoord, die in shirts
op het veld kwamen met de tekst «Gebruik je verstand» waardeer ik. Relschoppers moeten
uit de anonimiteit komen. Het gedrag moet ook echt veranderen, anders kunnen we niet
op een leuke manier voetbal met supporters beleven en worden collectieve maatregelen
zoals het spelen zonder thuispubliek helaas onvermijdelijk.
Oproep politiebond tot het weren van uitpubliek
Dit blijkt ook uit de oproep van de Nederlandse Politiebond om geen uitpubliek meer
toe te laten. Tijdens de procedurevergadering van de vaste Kamercommissie voor Justitie
en Veiligheid van 29 maart jl. is door het lid Michon-Derkzen (VVD) gevraagd om een
reactie van mij op deze oproep.
Uitsupporters horen onlosmakelijk bij het voetbal. Ik zou het dan ook een nederlaag
vinden als het zover komt dat uitsupporters overal structureel zouden worden geweerd.
Tegelijkertijd sluit ik mijn ogen niet voor de oproep van de Nederlandse Politiebond.
Relschoppers leggen een zware belasting op de politiecapaciteit en onze politiemensen.
Samen met de partners binnen de Regiegroep Voetbal en Veiligheid en supportersafvaardigingen
werk ik aan een veilig en gastvrij betaald voetbal, waarbij de inzet van de politie
zoveel mogelijk wordt beperkt. Veilig en gastvrij betaald voetbal vraagt nadrukkelijk
om verantwoordelijkheid en inzet van alle bij het voetbal betrokken partijen. Alle
partijen zijn zich hier zeer van bewust en zetten alles op alles om tot normalisatie
in het voetbal te komen. De afweging over het wel of niet toelaten van uitsupporters
en onder welke voorwaarden is aan het lokaal gezag en vereist iedere keer maatwerk.
Per wedstrijd wordt bekeken wat nodig is aan maatregelen en inzet van politiecapaciteit.
Duidelijk is dat het beter moet.
Tegengaan spreekkoren
Tot slot heeft het tegen gaan van spreekkoren in het bijzonder de aandacht van de
Minister voor Langdurige Zorg en Sport en mijzelf. Nog steeds horen we bij wedstrijden
antisemitische en homofobe spreekkoren. Wij kunnen niet genoeg benadrukken hoe onacceptabel
dit is. Voor spreekkoren geldt het protocol dat het publiek door de stadionspeaker
wordt toegesproken en gewaarschuwd wordt dat bij herhaling/voorzetting de wedstrijd
zal worden stilgelegd. Indien de spreekkoren worden voortgezet, wordt de wedstrijd
stilgelegd. Er wordt dan met de lokale overheid overlegd of er definitief wordt gestaakt
of dat de wedstrijd nog één keer wordt hervat. In geval van hervatting van de wedstrijd
en opnieuw herhaling van de spreekkoren wordt de wedstrijd definitief gestaakt. Want
dergelijke spreekkoren zijn abject en absoluut ontoelaatbaar.
Tot slot
Voetbal is voor de jeugd van 4 tot en met 17 jaar de meest beoefende sport. Het goede
voorbeeld vanuit het betaalde voetbal is daarom cruciaal. Het gezamenlijke doel van
alle partners is en blijft om ervoor te zorgen dat alle liefhebbers een wedstrijd
in het Nederlands betaald voetbal veilig en gastvrij kunnen beleven. Bij veruit de
meeste betaald voetbalwedstrijden is dit ook het geval. Toch doet dit niks af aan
het feit dat het nu te vaak misgaat. Het instrumentarium is voorhanden om voetbalgeweld
zoveel als mogelijk uit te bannen, daar zijn alle partijen in de regiegroep Voetbal
en Veiligheid het over eens. Met de clubs, KNVB, burgemeesters, politie en het Openbaar
Ministerie ben ik in gesprek om ervoor te zorgen dat de regels die we met elkaar hebben
afgesproken, ook in de praktijk goed werken en worden ingezet. Hier geven we in intensieve
samenwerking binnen de regiegroep Voetbal en Veiligheid en in nauw contact met supporters
de komende periode verder invulling aan. Daarover ga ik graag met uw Kamer tijdens
het nog in te plannen debat Voetbal en Veiligheid nader over in gesprek.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid