Brief regering : Stand van zaken CIZ onderzoek Investico
34 104 Langdurige zorg
Nr. 370 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR LANGDURIGE ZORG EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 februari 2023
Op 20 december 2022 (Handelingen II 2022/23, nr. 37, item 3) zijn tijdens het vragenuur mondelinge vragen gesteld door Kamerleden Mohandis (PvdA),
Hijink (SP), Den Haan (Fractie Den Haan) en Bevers (VVD) over het CIZ naar aanleiding
van onderzoek door Platform Investico en berichtgeving in de media. Ik heb daarbij
toegezegd om uw Kamer voor 1 maart 2023 te informeren over de stand van zaken bij
het CIZ.
In deze brief ga ik achtereenvolgens in op de volgende onderwerpen:
• De vragen die de leden van uw commissie hebben gesteld naar aanleiding van het onderzoek
van Platform Investico1. Het CIZ heeft mij gemeld dat er geen vragen of meldingen vanuit (naasten van) cliënten
binnen zijn gekomen naar aanleiding van de berichtgeving.
• De stand van zaken bij het CIZ ten aanzien van de hoge werkvoorraad, het hoge ziekteverzuim
en de maatregelen die het CIZ hiertegen heeft genomen.
Het CIZ stelt indicaties en beoordeelt of iemand in aanmerking komt voor zorg vanuit
de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Wet zorg en dwang (Wzd). De indicaties die het
CIZ stelt zijn levenslang2 en worden niet jaarlijks of halfjaarlijks herzien. Van een herindicatie is alleen
sprake wanneer de zorgbehoefte zodanig toeneemt dat het zorgprofiel niet meer toereikend
is.
Opvolging Investico onderzoek
De artikelen in De Groene Amsterdammer, Trouw en de radio-uitzending van Argos op
basis van onderzoek van Investico van december jl., waar het CIZ medewerking aan heeft
verleend, zijn kritisch over het handelen van het CIZ. Het CIZ handelt op jaarbasis
bijna 150.000 aanvragen af. Ik betreur het uiteraard als er in de individuele gevallen
fouten in het indicatieproces worden gemaakt. Het CIZ heeft na publicatie van de artikelen
gezorgd voor een bericht op de eigen website en telefonische bereikbaarheid zodat
cliënten die vragen hadden of een melding wilden doen direct te woord werden gestaan.
Het CIZ heeft mij laten weten dat er geen meldingen bij hen zijn binnengekomen over
onjuiste besluiten of mensen die onterecht geen toegang tot de Wlz hebben gekregen.
Vanuit cliëntenorganisaties en branches heeft het CIZ naar aanleiding van de berichtgeving
ook geen signalen ontvangen van fouten bij de indicatiestelling.
Juiste en onjuiste besluiten
Het doel van het CIZ is dat elke cliënt een juiste indicatie krijgt, daarom monitort
het CIZ de kwaliteit van de besluiten op verschillende manieren. De continue kwaliteitsmetingen
zorgen voor gerichte verbeterpunten, zowel op individueel als teamniveau. Dit helpt
ook de medewerkers om scherp te blijven en van elkaar te leren.
Van de bijna 150.000 aanvragen die het CIZ in 2022 heeft afgegeven is 10% gereviewd,
bij nieuwe medewerkers ligt dat percentage hoger. De review houdt in dat een collega-indicatiesteller
meekijkt voordat het definitieve besluit wordt genomen. Na elke review wordt individueel
teruggekoppeld, het voorgenomen besluit kan hierdoor nog veranderen. In 2023 is het
gemiddelde reviewpercentage opgehoogd naar 15% omdat het vierogen-principe bijdraagt
aan het lerend vermogen in de organisatie.
Het CIZ trekt daarnaast maandelijks een steekproef uit de reeds genomen besluiten.
Deze 135 besluiten3 per maand worden getoetst en opnieuw onderzocht door een landelijk team van toetsers.
Hierbij wordt gekeken of er op basis van zorgvuldig onderzoek een deugdelijk besluit
is genomen. Het CIZ heeft mij gemeld dat er in 2022 ruim 1.600 dossiers zijn getoetst
door het landelijk team van toetsers. Ik heb het CIZ in december jl. gevraagd om nader
te onderzoeken of daar onjuiste besluiten bij zaten waardoor cliënten onterecht geen
toegang tot de Wlz hebben gekregen. Van die 1.600 dossiers waren er zeven dossiers
waarvan het CIZ niet met zekerheid kon vaststellen dat de toegang terecht was geweigerd.
Dat is afgerond 0,44% van de 1.600 getoetste dossiers. Deze zijn allemaal opnieuw
onderzocht. Uiteindelijk heeft het CIZ drie besluiten omgezet in wel toegang en één
dossier is nog in onderzoek. Bij drie dossiers kon worden bevestigd dat het juiste
besluit was genomen. Wanneer het CIZ deze aantallen extrapoleert naar het totaal aantal
van 150.000 aanvragen die door het CIZ in 2022 zijn behandeld, zijn er potentieel
656 dossiers waarbij mogelijk onterecht geen toegang is verkregen. Het CIZ is een
onderzoek gestart om te kijken of zij deze 656 potentieel onjuiste besluiten kunnen
identificeren en als dit is gelukt, nader kunnen onderzoeken. Het CIZ streeft ernaar
om dit proces voor de zomer af te ronden. Ik waardeer de inspanningen van het CIZ
om gevallen waarin mogelijk onterecht geen toegang tot de Wlz is verkregen recht te
zetten. Het beeld dat het om duizenden gevallen gaat waarin cliënten onterecht geen
toegang tot de Wlz hebben gekregen herken ik op basis van het onderzoek van het CIZ
niet.
Wanneer uit de maandelijkse steekproeven overigens blijkt dat een cliënt onterecht
wél toegang tot de Wlz heeft gekregen, wordt dit eenmaal afgegeven besluit niet ingetrokken,
om te voorkomen dat de cliënt hier nadelige gevolgen van ondervindt (zoals moeten
verhuizen of geen zorg uit de Wlz meer ontvangen). Wanneer een cliënt zelf de wens
heeft om de Wlz-indicatie in te laten trekken, kan een aanvraag bij het CIZ worden
ingediend.
Overigens staat voor een cliënt de weg van bezwaar en beroep open. Deze procedures
geven het CIZ ook inzicht in de kwaliteit van de besluiten. In de bezwaarprocedure
onderzoeken een andere indicatiesteller en medisch adviseur de aanvraag helemaal opnieuw.
Als zij voornemens zijn om niet mee te gaan in het bezwaar van de cliënt, moet het
dossier voor advies worden voorgelegd aan het Zorginstituut Nederland. Het Zorginstituut
Nederland kijkt inhoudelijk (medisch en juridisch) naar het betreffende bezwaar. Mocht
de cliënt het vervolgens niet eens zijn met de uitkomst op bezwaar, dan kan hij in
beroep gaan bij de rechtbank. In dat geval velt de rechter een oordeel. In 2022 is
ruim 2.000 keer een bezwaar ingediend bij het CIZ (ca. 1,3% van het totaal aantal
aanvragen) in 23% van de gevallen is het bezwaar gegrond verklaard, het gaat dan om
toegang tot de Wlz maar ook om bezwaar over het afgegeven zorgprofiel. Hierbij speelt
mee dat er in de bezwaarprocedure vaak nieuwe informatie beschikbaar is op basis waarvan
het besluit wordt aangepast. Er zijn in 2022 100 beroepen behandeld (ca. 0,06%) van
het totaal aantal aanvragen), waarvan 11% gegrond verklaard.
Tot slot heb ik het CIZ gevraagd om in alle publieke rapportages over de kwaliteit
van de besluiten de volledige steekproef op te nemen. Dit betekent dat zowel over
de netto als de bruto steekproef wordt gerapporteerd. Daarmee zijn niet alleen de
juiste en onjuiste besluiten inzichtelijk, maar ook de dossiers waarbij niet alle
ondersteunende en bewijzende informatie aanwezig was of de redeneerlijn ontbreekt,
hoe de indicatiesteller tot het besluit is gekomen. Het CIZ heeft externe deskundigen
betrokken om te kijken welke meting zij in de toekomst gaan gebruiken om de kwaliteit
van de besluiten te monitoren. In de bestuurlijke overleggen met het CIZ wordt de
kwaliteitsmeting en de opvolging daarvan besproken met als doel de kwaliteit van de
besluiten zo hoog mogelijk te houden.
Medewerkers en deskundigheid
De signalen uit het onderzoek van Investico omtrent deskundigheid van medewerkers
worden door het CIZ niet herkend. Het CIZ beschikt over kundige en capabele medewerkers,
bij wie vooraf getoetst is of zij over de juiste competenties beschikken om een bepaalde
functie uit te voeren. Ik waardeer de inzet van de medewerkers van het CIZ omdat zij
bijdragen aan de toegang tot de Wlz voor kwetsbare mensen die langdurige zorg nodig
hebben.
Voor de medewerkers van het CIZ is een intern leeraanbod beschikbaar met zogenaamde
leerpaden, passend bij de verschillende functietypen en bijbehorende werkzaamheden.
Deze leerpaden zijn gebaseerd op de verschillende wetten die worden uitgevoerd. Dit
interne leeraanbod wordt aangeboden middels een digitaal platform, begeleidingssessies,
trainingen en leren op de werkvloer. Het CIZ breidt dit leeraanbod elk kwartaal uit
met aanvullende leeractiviteiten en/of evalueert het en past het aan. Elke nieuwe
medewerker doorloopt een inwerkprogramma waar bovengenoemde leerpaden onderdeel van
uitmaken. Na het inwerkprogramma lopen nieuwe medewerkers met ervaren collega’s mee
in de praktijk, waarna zij vervolgens zelfstandig dossiers kunnen oppakken. Daarnaast
is er de mogelijkheid om gebruik te maken van extern leeraanbod, door opleidingen
te volgen ter verdieping, specialistische kennis of gebruik te maken van externe expertise.
Voor medisch adviseurs is zowel het interne leeraanbod beschikbaar als wel aanvullende,
externe scholingen en trainingen.
Medio februari 2023 wordt bij het CIZ een periodieke gesprekscyclus geïmplementeerd.
Het invoeren van een gesprekscyclus stelt medewerkers in staat om op regelmatige basis
samen met de leidinggevende te reflecteren en te leren. Concreet betekent dit dat
minimaal twee keer per jaar een formeel gesprek plaatsvindt tussen medewerker en leidinggevende
over werkplezier, ontwikkeling en prestaties. Het verslag van deze gesprekken wordt
vastgelegd in het HRM-systeem. Met het invoeren van de nieuwe gesprekscyclus blijft
het CIZ in gesprek met haar medewerkers over hun duurzame inzetbaarheid.
Stand van zaken CIZ
Werkvoorraad
Het CIZ heeft al enige tijd te maken met een hoge werkvoorraad die is ontstaan vanwege
de toename in aanvragen voor de Wlz en Wzd, een hoog ziekteverzuim en krapte op de
arbeidsmarkt. In oktober4 2022 en voor het kerstreces 2022 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken
bij het CIZ. De werkvoorraad van het CIZ is in de laatste maanden van 2022 verder
toegenomen ondanks de tijdelijke maatregelen die het CIZ heeft genomen. De werkvoorraad
is begin 2023 opgelopen tot bijna 11.000 dossiers. Hierdoor is een belangrijke grens
overschreden; bij een werkvoorraad tot maximaal 10.000 dossiers kan de doorlooptijd
van de aanvragen binnen de wettelijke termijnen van zes weken worden gehaald. Desondanks
wordt nog steeds 93% van de aanvragen binnen deze wettelijke termijn afgehandeld.
Een werkvoorraad van 7.000 is nodig om de doorlooptijd van CIZ-Versnelt5 volledig weer te kunnen realiseren. Momenteel wordt 65% van deze aanvragen binnen
zeven werkdagen afgehandeld.
Ziekteverzuim
Het ziekteverzuim bij het CIZ is nog steeds hoog. Begin februari was het totale verzuim
8,7%. Het CIZ heeft veel aandacht voor preventie, verzuimbegeleiding en vitaliteit.
Zo worden er o.a. verzuimspecialisten binnen het CIZ ingezet om ondersteuning en advies
te bieden ten behoeve van adequate opvolging van verzuimdossiers en het structureel
verlagen van het verzuim. Ook is het CIZ in 2023 gestart met het project «Eigen regie op duurzame inzetbaarheid». Hierdoor zal het accent gefaseerd verschuiven van verzuimmanagement naar een beleid
gericht op eigen regie op duurzame inzetbaarheid. Het project richt zich op het ontwikkelen
en investeren in duurzame inzetbare medewerkers, nu en in de toekomst. Concreet moet
dit plan bijdragen aan meer grip op ziekteverzuim. Hoewel de verwachting is dat de
effecten van de maatregelen op het ziekteverzuim enige tijd in beslag zullen nemen
heb ik vertrouwen in de aanpak van het CIZ. Het ziekteverzuim is daarbij continu onderwerp
van gesprek tussen CIZ en VWS.
Stand van zaken maatregelen
Om de werkvoorraad van het CIZ te beperken en ervoor te zorgen dat de wettelijke termijn
van zes weken voor het afhandelen van een aanvraag niet wordt overschreden neemt het
CIZ sinds de zomer van 2022, met enkele tussenpozen, tijdelijke maatregelen6. Maatregelen waarbij indicatieaanvragen verkort worden afgehandeld zijn op dit moment
van kracht om de wettelijke doorlooptijd van zes weken te kunnen halen. Daarnaast
ben ik met het CIZ in gesprek over meer toekomstbestendige maatregelen om de rol als
poortwachter in een blijvend krappe arbeidsmarkt in te vullen. De indicaties die het
CIZ stelt voor de Wlz zijn levenslang7. Van een herindicatie is alleen sprake wanneer de zorgbehoefte zodanig toeneemt dat
het zorgprofiel niet meer toereikend is. Voor een aantal groepen in de Wlz ligt het
voor de hand dat de zorgzwaarte zal toenemen. Het gaat dan bijvoorbeeld om ouderen
die zijn opgenomen in een verpleeghuis met de diagnose psychogeriatrie waarbij de
gezondheidssituatie verslechterd. Om de administratieve druk te verminderen voor zowel
het CIZ als de cliënt, onderzoek ik de mogelijkheid om af te zien van het onderzoek
bij herindicatie aanvragen. Immers, de toegang tot de Wlz is reeds onderzocht en hierop
is positief besloten.
Een tijdbesparende structurele maatregel die het CIZ recent heeft genomen is het gebruik
van een standaardmotivering in de besluitbrief bij positieve besluiten. Het gaat bij
positieve besluiten om besluiten waarin het zorgprofiel wordt afgegeven dat is aangevraagd
door een zorgaanbieder namens de cliënt. Bij het gebruik van de standaardmotivering
in de besluitbrief wordt geen cliëntspecifieke motivering opgenomen en staat alleen
nog op welk zorgprofiel de cliënt is aangewezen. De besluitbrief aan alle cliënten
die een positief besluit ontvangen bevat daarmee dezelfde motivering. Met deze automatisering
wordt slechts de motivering in de besluitbrief gestandaardiseerd, het onderzoek naar
de toegang tot de Wlz wijzigt niet. Het CIZ verwacht dat een standaard besluitbrief
vanaf eind februari 2023 voor een aanzienlijke tijdswinst zorgt.
Helaas blijft er onzekerheid over de hoogte en complexiteit van de aanvraagstroom
en heeft ook het CIZ, naast het ziekteverzuim, te maken met de uitzonderlijke krapte
op de arbeidsmarkt waardoor het niet altijd lukt om vacatures op te vullen. Wanneer
het aantal aanvragen oploopt, bijvoorbeeld in de ouderenzorg, kan dit relatief snel
tot extra druk op de werkvoorraad leiden. Het is daarom niet uit te sluiten dat in
de toekomst maatregelen nodig blijven. Ik heb het CIZ daarom gevraagd om mij tot juli
2023, of tot een stabiele situatie is bereikt, intensief op de hoogte te houden van
de situatie en de voortgang van de interventies. Alle inspanningen van het CIZ zijn
erop gericht om de toegang tot de zorg voor kwetsbare mensen te borgen.
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder
Indieners
-
Indiener
C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport