Brief regering : Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 16 en 17 januari 2023
21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken
Nr. 1919
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 januari 2023
Hierbij zend ik u de geannoteerde agenda van de Eurogroep en Ecofinraad van 16 en
17 januari a.s. Ik ben voornemens deel te nemen aan deze vergaderingen.
Het is mogelijk dat nog punten worden toegevoegd aan de agenda of dat bepaalde onderwerpen
worden afgevoerd of worden uitgesteld tot de volgende vergadering.
De Minister van Financiën,
S.A.M. Kaag
Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad van 16 en 17 januari 2023
Eurogroep
Uitbreiding eurogebied – update over introductie van de euro in Kroatië
Document: n.v.t.
Aard bespreking: de Eurogroep wordt geïnformeerd over de voortgang.
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal worden bijgepraat over de introductie van de euro in Kroatië per
1 januari 2023. De Raad van de Europese Unie (de Raad) ging op 12 juli 2022 definitief
akkoord met de toetreding van Kroatië tot de eurozone. De transitie van de kuna naar
de euro bij cashbetalingen vindt plaats in de eerste twee weken van januari 2023.
Daarna kan alleen nog met de euro betaald worden. Nederland zal de informatie aanhoren.
Digitale euro – inventarisatie van afgelopen Eurogroepvergaderingen
Document: op het moment van schrijven nog niet beschikbaar.
Aard bespreking: gedachtewisseling en vaststelling verklaring
Besluitvormingsprocedure: consensus.
Toelichting:
De Eurogroep zal stilstaan bij de besprekingen over de digitale euro in de afgelopen
periode. Naar verwachting zal de Eurogroep op basis van deze besprekingen een terugkijkende
verklaring vaststellen. De Eurogroepvoorzitter zal ook een vooruitblik geven op het
werkprogramma voor de digitale euro in 2023. Op het moment van schrijven van deze
geannoteerde agenda zijn zowel de conceptverklaring als het conceptwerkprogramma nog
niet beschikbaar.
In het afgelopen jaar stond de digitale euro in vier Eurogroepvergaderingen op de
agenda. In de Eurogroep van 4 april jl. is onder meer gesproken over privacy en mogelijke
beleidsdoelstellingen van de digitale euro.1 Tijdens de Eurogroep van 11 juli jl. is gesproken over de impact van een digitale
euro op het financiële stelsel en het gebruik van contant geld.2 Tijdens de Eurogroepvergadering van 10 september jl. gaven de Europese Centrale Bank
(ECB) en Zweden een toelichting op de laatste ontwikkelingen van digitaal centralebankgeld.3 Ten slotte is tijdens de Eurogroepvergadering van 3 oktober jl. onder meer gesproken
over de rol van publieke en private deelnemers in het digitale euro-ecosysteem en
mogelijke bedrijfsmodellen.4
De Europese Commissie (de Commissie) heeft aangekondigd in het tweede kwartaal van
2023 een wetsvoorstel uit te zullen brengen voor de introductie van de digitale euro.
Met dit wetsvoorstel wordt de besluitvorming over een invoering van de digitale euro
en over de essentiële bouwstenen ervan bij de medewetgevers (de Raad van de Europese
Unie (de Raad) en het Europees Parlement) neergelegd. De medewetgevers zullen dus
bepalen of de digitale euro er komt en hoe de essentiële onderdelen van de digitale
euro eruit komen te zien.
Nederland zal tijdens deze Eurogroep waar mogelijk de Nederlandse aandachtspunten,
wensen en zorgen bij de Commissie, de ECB en andere lidstaten onder de aandacht te
brengen, zoals geformuleerd in de brief van de Minister van Financiën van 7 juli 20225 en in debatten over de digitale euro in de Tweede Kamer op 23 november jl. en 14 december
jl. (Kamerstuk 27 863, nr. 132 en Handelingen II 2022/23, nr. 35, tweeminutendebat digitale euro) Nederland zal hier zowel in het kader van een mogelijke
verklaring van de Eurogroep als het werkprogramma aandacht voor vragen.
Een digitale euro kan helpen om in de toekomst onze strategische autonomie te vergroten
in het betalingsverkeer en kan er tevens voor zorgen dat door de overheid uitgegeven
geld een centrale plek blijft houden, als aanvulling op contant geld. Een mogelijke
invoering vraagt een zorgvuldige afweging en kan alleen op basis van politieke besluitvorming.
De eerste voorwaarde voor Nederland bij een mogelijke invoering van de digitale euro
is in ieder geval dat er duidelijke voordelen moeten zijn voor consumenten, bedrijven
en de bredere economie. Nederland staat open voor alternatieven voor een rekening
gebaseerde digitale euro, zoals een token-gebaseerde oplossing. Cruciale andere voorwaarden
voor Nederland voor een eventuele invoering van de digitale euro zijn dat de privacy
is gewaarborgd, dat er overeenstemming is met het anti-witwasraamwerk, dat er waarborgen
zijn voor de financiële stabiliteit en dat een digitale euro niet programmeerbaar
is.
Coördinatie van het begrotingsbeleid in de eurozone – casestudy’s over steun aan huishoudens
en bedrijven in het kader van de hoge energieprijzen
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling.
Besluitvorming: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal bespreken op welke manier eurolanden steun aan huishoudens en bedrijven
verlenen in het kader van de hoge energieprijzen. De Eurogroep zal hierbij van gedachten
wisselen over de vormgeving van deze steun en wat daarbij de belangrijkste praktische
en beleidsmatige afwegingen zijn. Deze bespreking zal plaatsvinden aan de hand van
casestudy’s van eurolanden.
Nederland zal een presentatie geven over het Nederlandse tijdelijke energieprijsplafond.
Deze presentatie zal ingaan op de werking van de Nederlandse energiemarkt en hoe het
energieprijsplafond is ontworpen.
Nederland zal in deze gedachtewisseling het belang van beleidscoördinatie benadrukken.
Uitwisseling over hoe landen steun verlenen aan burgers en bedrijven is een belangrijke
invulling hiervan. Voor Nederland is het daarbij van belang om de prikkels voor verduurzaming
en vermindering van gasverbruik zo veel mogelijk intact te houden.
Economische situatie en IMF-missie over het beleid in de eurozone
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling.
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal van gedachten wisselen over de huidige macro-economische situatie
in de eurozone en een terugkoppeling ontvangen van het Internationaal Monetair Fonds
(IMF) over de IMF-missie die onlangs heeft plaatsgevonden. Tijdens de IMF-missie zijn
gesprekken gevoerd met verschillende Europese instellingen (zoals de Europese Commissie
en de Europese Centrale Bank) over de macro-economische verwachtingen en het economisch
beleid. Op basis van de missie zal het IMF een rapport opstellen met daarin de appreciatie
van de macro-economische vooruitzichten en het gevoerde beleid. De verwachting is
dat het rapport ook aandacht zal besteden aan de gevolgen van de hoge energieprijzen
en inflatie in de eurozone. Nederland kan de terugkoppeling van het IMF aanhoren.
Eurozone aspecten van de herziening van het SGP
Document: n.v.t.
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal van gedachten wisselen over de eurozone-aspecten van de hervorming
van het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) en de Macro-economische onevenwichtigheidsprocedure
(MEOP). De relevante eurozone-aspecten van het SGP en de MEOP worden hieronder opgesomd,
met per onderwerp de mogelijke Nederlandse inbreng in de Eurogroep.
Verordening 472/2013 regelt de versterking van het economische en budgettaire toezicht
op lidstaten in de eurozone die ernstige moeilijkheden ondervinden of dreigen te ondervinden
voor hun financiële stabiliteit. Het betreft onder meer algemene doelen, eisen en
principes voor het opstellen en uitvoeren van macro-economische aanpassingsprogramma’s
alsook het post-programma toezicht – waar op dit moment Ierland, Portugal, Spanje,
Cyprus en Griekenland onder vallen – en het verscherpt toezicht, waar Griekenland
tot afgelopen zomer onder viel. De Commissie noemde in haar mededeling van 9 november
jl.6 dat de intensiteit en de focus van het post-programma toezicht kan worden aangepast
naar rato van de risico’s die worden vastgesteld in de betreffende lidstaat. In de
eerste jaren van het post-programma toezicht, wanneer de onevenwichtigheden naar verwachting
het grootst zullen zijn, zal het toezicht het meest intensief zijn en daarna naar
verhouding afnemen. Nederland staat hiervoor open omdat het de effectiviteit van het
post-programma toezicht kan verbeteren, maar is van mening dat het toezicht tijdig
geïntensiveerd moet worden indien risico’s toenemen.
Onder verordening 473/2013 zijn eurolanden verplicht om hun ontwerpbegroting jaarlijks
bij de Europese Commissie (de Commissie) in te dienen en te laten beoordelen, waarbij
de Commissie op basis van de individuele begrotingen ook een beoordeling maakt van
het begrotingsbeleid van de eurozone als geheel. De Commissie stelt voor om de beoordeling
van de ontwerpbegrotingen in het SGP te behouden. Nederland is van mening dat het
jaarlijks beoordelen van de ontwerpbegrotingen door de Commissie een belangrijk aspect
is van het Europees Semester en de monitoring van naleving van het SGP en is daarom
ook voorstander van het behoud hiervan.
Daarnaast bestaat een deel van het handhavingsinstrumentarium voor het SGP alleen
voor eurolanden. In verordening 1173/2011 is in de correctieve arm van het SGP opgenomen
dat eurolanden een financiële sanctie kan worden opgelegd indien zij onvoldoende actie
ondernemen om hun begrotingstekort terug te dringen. Voor het opleggen van sancties
aan eurolanden geldt een besluitvormingsprocedure waarbij de Commissie verhoudingsgewijs
meer zeggenschap heeft ten opzichte van de Raad (via zogenoemde Reverse Qualified Majority Voting, RQMV). De Commissie schetste in haar mededeling van 9 november jl. dat het verkleinen
van de financiële sancties kan bijdragen aan de effectiviteit van de handhaving van
het SGP. Het kabinet staat open voor het verkleinen van de financiële sanctie, maar
is van mening dat de huidige financiële sanctie ook behouden moet blijven. De financiële
sancties kunnen in de ogen van het kabinet een oplopend karakter krijgen: indien geen
effectieve actie wordt ondernomen binnen een buitensporigtekortprocedure (Excessive Deficit Procedure, EDP) kan een kleine sanctie worden opgelegd, waarna de sanctie groter van omvang
wordt (tot maximaal de huidige sanctie van 0,2% van het bruto binnenlands product)
indien een lidstaat geen corrigerende maatregelen voor de voorgeschreven deadline
neemt. Hierover is het parlement ook geïnformeerd op 28 november jl.7 Daarnaast heeft de Commissie in haar mededeling van 9 november jl. genoemd dat een
nieuw handhavingsinstrument kan worden opgetuigd t.a.v. de implementatie van investeringen
en hervormingen, hetgeen ook kan leiden tot financiële sancties voor eurolanden. Nederland
zal de Commissie vragen in welke gevallen dit tot sancties voor eurolanden kan leiden.
Ook noemt de Commissie te willen streven naar meer focus op macro-economische onderwerpen
die potentieel spillover effecten naar de Unie of eurozone hebben. Tevens wil de Commissie in het indicatoren
scorebord van de MEOP onderscheid maken tussen eurolanden en niet-eurolanden. Het
kabinet waardeert dat de Commissie streeft naar een MEOP met een duidelijke focus
op macro-economische elementen met (mogelijke) spillover effecten naar andere lidstaten en de Unie of eurozone als geheel. Het kabinet is
echter kritisch dat de Commissie in het MEOP-scorebord twee categorieën voorstelt
met andere waardes voor eurolanden en niet-eurolanden voor de MEOP-indicatoren. Met
het oog op een mogelijke latere toetreding van niet-eurolanden tot de eurozone is
het onwenselijk om beide groepen ongelijk te behandelen.
Eurozone-aanbevelingen voor 2023
Document: nog niet beschikbaar. Het document wordt later op het Delegates Portal geplaatst onder
de titel «Council recommendation on the economic policy of the euro area».
Aard bespreking: bespreking t.b.v. goedkeuren door de Raad.
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal de aangepaste Raadsaanbevelingen voor het economisch beleid in de
eurozone in 2023 bespreken. De door de Europese Commissie (de Commissie) voorgestelde
ontwerpaanbevelingen voor de eurozone zijn op 22 november jl. gepubliceerd als onderdeel
van het herfstpakket van het Europees Semester. Hierover heeft het kabinet op 19 december
jl. een brief met een kabinetsappreciatie naar het parlement verstuurd.8 In de brief wordt als onderdeel van het herfstpakket ook stilgestaan bij de ontwerpaanbevelingen
voor de eurozone.
In de voorliggende aanbevelingen, die zijn aangepast naar aanleiding van besprekingen
in de ambtelijke voorportalen van de Eurogroep en de Raad, beveelt de Raad aan om
in 2023 het gebruik van generieke budgettaire steunmaatregelen te vermijden. Eurolanden
kunnen wel gerichte maatregelen inzetten om de impact van de hoge energieprijzen en
inflatie voor kwetsbare huishoudens en bedrijven te mitigeren. Ook beveelt de Raad
aan om gecoördineerd begrotingsbeleid te voeren om de houdbaarheid van publieke schulden
te waarborgen en de potentiële economische groei op een duurzame manier te verhogen.
De Raad beveelt tevens aan om het niveau van publieke investeringen hoog te houden
en private investeringen te stimuleren om zo de economische en sociale veerkracht
te vergroten en bij te dragen aan de digitale en groene transitie. Daarnaast roept
de Raad op om koopkrachtverlies te beperken, met name voor lage inkomens, door middel
van loongroei. Zogenaamde tweederonde-effecten voor de inflatie dienen hierbij te
worden voorkomen. Ook wordt onderstreept dat steun aan bedrijven tijdelijk moet zijn
en gericht moet zijn op levensvatbare bedrijven. De prikkel voor gasbesparingen moet
hierbij blijven bestaan. Uit de aanbeveling volgt dat het van belang is om het ondernemingsklimaat
te verbeteren door onder andere de effectiviteit van insolventieraamwerken te versterken.
Tot slot beveelt de Raad aan om de macro-economische stabiliteit te waarborgen, kredietkanalen
tot de economie te behouden en het risico op financiële fragmentatie te voorkomen.
Nederland kan zich vinden in de aanbevelingen zoals die voorliggen in de Eurogroep.
Na bespreking in de Eurogroep zal de Raad van de Europese Unie de aanbevelingen goedkeuren.
Hierna zal Europese Raad deze aanbevelingen bekrachtigen, waarna de Raad de aanbevelingen
formeel aanneemt.
Ecofinraad
Presentatie werkprogramma Zweeds voorzitterschap
Document:
https://swedish-presidency.consilium.europa.eu/media/nlihve0l/the-swedi…
Aard bespreking: presentatie en gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
Zweden is in de eerste helft van 2023 de voorzitter van de Raad van de Europese Unie.
In deze Ecofinraad zal Zweden het werkprogramma presenteren en aangeven wat de prioriteiten
zijn voor het komende halfjaar.
Het werkprogramma voor de Ecofinraad voor de eerste helft van 2023 is ten tijde van
het schrijven van deze geannoteerde agenda nog niet gepubliceerd. Wel heeft het Zweeds
voorzitterschap de prioriteiten voor het komend halfjaar aangekondigd. Het Zweeds
voorzitterschap geeft aan dat ook de eerste helft van 2023 in het teken zal staan
van de gevolgen van de oorlog in Oekraïne. Het voorzitterschap streeft er verder naar
een gecoördineerde aanpak voor het Europese concurrentievermogen bovenaan de politieke
agenda te houden.
Het voorzitterschap gaat in op de economische uitdagingen en onzekerheid, met hoge
inflatie, een ernstige energiecrisis en snel stijgende rentetarieven die consumptie,
productie en investeringen afremmen. Het voorzitterschap streeft naar eenheid in deze
uitdagende situatie en naar effectief gebruik van bestaande, gezamenlijke instrumenten.
Vervolgens wordt een aantal belangrijke thema’s voor het komende halfjaar benoemd.
Dit betreft, onder andere, de noodzaak van financiële steun aan en wederopbouw van
Oekraïne, hervormingen en investeringen in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit
(Recovery and Resilience Facility, RRF) en in het bijzonder REPowerEU, implementatie van het Europees Semester, herziening van het Stabiliteits- en Groeipact
(SGP), deactiveren van de algemene ontsnappingsclausule uit het SGP voor 2024, herziening
van de richtlijn energiebelastingen, de voorstellen voor btw in het digitale tijdperk,
aanpak van belastingontwijking, aanpak van witwassen en terrorismefinanciering, de
digitale euro, aanpassing van het Financieel Reglement, het voorstel voor nieuwe eigen
middelen en hervorming van de douane-unie.
De algemene prioriteiten van het Zweedse voorzitterschap zijn te vinden op de website
van het voorzitterschap.9 Nederland kan de presentatie van het Zweeds voorzitterschap aanhoren.
Economische en financiële impact van de Russische agressie jegens Oekraïne
Document: n.v.t.
Aardbespreking: gedachtewisseling.
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De afgelopen maanden heeft de Ecofinraad meermaals gesproken over de economische en
financiële impact van de Russische agressie tegen Oekraïne en over Europese steunmaatregelen.
Zo heeft de Raad kort na de Ecofinraadvergadering van 6 december jl. ingestemd met
het wetgevingspakket voor macro-financiële bijstand (MFB) aan Oekraïne in 2023 in
de vorm van 18 miljard euro in concessionele leningen met lange looptijden.10 Naar verwachting wordt de leenovereenkomst tussen de Commissie en Oekraïne in januari
2023 getekend. Dit betekent dat de budgettaire verwerking in de nationale begroting
van 2023 naar verwachting gebeurt bij de eerste suppletoire begroting voor 2023.
De Ministers zullen tijdens deze Ecofinraad opnieuw een gedachtewisseling hebben over
economische en financiële aspecten van de Russische inval in Oekraïne. De Europese
instellingen zullen de Ecofinraad naar verwachting voorzien van een update van de
situatie in Oekraïne, de door de EU ingestelde sancties en de (financieel-economische)
ontwikkelingen in de EU. Nederland zal hierbij uitdragen dat blijvende solidariteit
met Oekraïne essentieel zal blijven. Het kabinet zal zich blijven inzetten voor steun
aan Oekraïne op het gebied van humanitaire noden, early recovery en uiteindelijk ook bij wederopbouw. Deze hulp moet zowel bilateraal als vanuit de
EU gegeven worden, waarbij nauw wordt samengewerkt met internationale partners en
organisaties.
Uitvoeringsbesluit van de Raad onder de herstel- en veerkrachtfaciliteit
Document:
https://commission.europa.eu/system/files/2022–12/COM_2022_737_1_EN.pdf
Aard bespreking: aanname uitvoeringsbesluit van de Raad.
Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid.
Toelichting:
Tijdens de Ecofinraad zal een aanpassing van het Luxemburgse herstel- en veerkrachtplan
(HVP) ter besluitvorming voorliggen. Met de goedkeuring van het Hongaarse herstelplan
in december 2022 hebben alle 27 lidstaten een goedgekeurd plan onder de herstel- en
veerkrachtfaciliteit (Recovery and Resilience Facility, RRF).
Luxemburg heeft een aanvraag bij de Europese Commissie (de Commissie) ingediend voor
een aanpassing van het HVP dat middels een uitvoeringsbesluit van de Raad op 13 juli
2021 is goedgekeurd.11 Op grond van de definitieve subsidieallocatie op 30 juni 2022, zijn de beschikbare
RRF-middelen voor Luxemburg neerwaarts bijgesteld van de aanvankelijk geschatte 93,5 miljoen
euro naar 82,7 miljoen euro.12 Op 30 november 2022 heeft Luxemburg daarom een verzoek ingediend tot een aanpassing
van het HVP die uitdrukking geeft aan de aanpassing van de beschikbare subsidies onder
de RRF. De RRF-verordening biedt hiertoe de mogelijkheid.13
De Commissie oordeelt dat het Luxemburgse herstelplan ook na de aanpassing voldoet
aan de eisen van de RRF-verordening. De wijzigingen in het plan zijn beperkt. Van
de oorspronkelijke acht hervormingen en twaalf investeringen vervalt één investering.
Hervormingen waar Nederland veel waarde aan hecht zoals die op het gebied van anti-witwassen
blijven onveranderd. Nederland zal daarom instemmen met het voorstel tot aanpassing
van het uitvoeringsbesluit van de Raad inzake het Luxemburgse herstel- en veerkrachtplan.
Europees Semester 2023
Document: De concept Raadsconclusies en Raadsaanbevelingen zijn op het moment van schrijven
nog niet beschikbaar. Deze documenten worden voorafgaand aan de vergadering op het
Delegates Portal geplaatst onder de titels «Alert Mechanism Report 2023 Council conclusions», Annual Sustainable Growth Survey
2023 Draft Council conclusions» en «Council recommendations on the economic policy
of the euro area».
Aard bespreking: besluitvorming – aanname Raadsconclusies Alert Mechanism Report (AMR) en Annual Sustainable Growth Startegy (ASGS) en goedkeuring eurozone-aanbevelingen.
Besluitvormingsprocedure: Aanname Raadsconclusies met consensus, goedkeuring eurozone-aanbevelingen met gekwalificeerde
meerderheid waarbij alleen de eurolanden stemmen.
Toelichting:
De Europese Commissie (de Commissie) heeft op 22 november jl. verscheidene documenten
gepubliceerd als onderdeel van het Herfstpakket van het Europees Semester, waaronder
het jaarlijkse rapport over het waarschuwingsmechanisme (Alert Mechanism Report, AMR) van de macro-economische onevenwichtighedenprocedure (MEOP), de jaarlijkse analyse
van duurzame groeiprioriteiten van de Europese Unie (EU) voor 2022 (Annual Sustainable Growth Survey, ASGS) en het voorstel voor de Raadsaanbevelingen over het economisch beleid van de
eurozone (Euro Area Recommendations, eurozone aanbevelingen).14 Het kabinet heeft op 19 december jl. een brief met een appreciatie van het herfstpakket
naar het parlement verstuurd.15
In de Ecofinraad liggen de eurozone-aanbevelingen en de Raadsconclusies voor het AMR
en de ASGS ter besluitvorming voor. De eurozone-aanbevelingen worden de dag voor de
Ecofinraad in de Eurogroep besproken. Na goedkeuring door de Ecofinraad zal de Europese
Raad de aanbevelingen bekrachtigen, waarna de Ecofinraad deze formeel aanneemt.
In de ASGS blikt de Commissie vooruit op de belangrijkste economische beleidsuitdagingen
voor het komende jaar. De prioriteiten zijn net als de afgelopen jaren onderverdeeld
in vier gebieden: 1) klimaatbeleid, 2) productiviteit, 3) rechtvaardigheid en 4) macro-economische
stabiliteit en hebben tot doel om de economie duurzamer, veerkrachtiger en inclusiever
te maken. In de Raadsconclusies worden deze prioriteiten door de Raad verwelkomd en
wordt daarnaast aandacht besteed aan de hoge energieprijzen en inflatie.
Het AMR spoort mogelijke macro-economische onevenwichtigheden op en bepaalt welke
lidstaten worden onderworpen aan nader onderzoek. Deze onderzoeken moeten uitwijzen
of en in welke mate de betreffende lidstaten te kampen hebben met macro-economische
onevenwichtigheden en in hoeverre deze een risico vormen voor de lidstaten zelf, de
eurozone, of de Europese Unie als geheel. De Commissie is voornemens om dit jaar in
tien lidstaten met bestaande onevenwichtigheden de ontwikkeling ervan nader te onderzoeken.
Dit zijn Frankrijk, Duitsland, Nederland, Portugal, Roemenië, Spanje, Zweden, Cyprus,
Griekenland en Italië. Hiervan zijn in Cyprus, Griekenland en Italië ernstige onevenwichtigheden
geconstateerd. De aanleiding voor het diepteonderzoek in Nederland is het overschrijden
van grenswaarden van het MEOP scoreboard. Het onderzoek zal zich richten op de lopende
rekening, private schulden en de ontwikkeling van de huizenprijzen. Daarnaast wil
de Commissie ook onderzoeken starten naar potentiële nieuwe onevenwichtigheden in
Tsjechië, Estland, Letland, Litouwen, Luxemburg en Slowakije. In de Raadsconclusies
wordt het AMR verwelkomd en wordt het belang van een voortdurende implementatie van
de MEOP voor het opsporen, voorkomen en corrigeren van onevenwichtigheden benadrukt.
Daarnaast wordt aangegeven dat veranderende macro-economische omstandigheden de risico’s
op onevenwichtigheden vergroten.
In de voorliggende Raadsaanbevelingen voor het economisch beleid van de eurozone beveelt
de Raad aan om in 2023 het gebruik van generieke budgettaire steunmaatregelen te vermijden.
Eurolanden kunnen wel gerichte maatregelen inzetten om de impact van de hoge energieprijzen
en inflatie voor kwetsbare huishoudens en bedrijven te mitigeren. Ook beveelt de Raad
aan om gecoördineerd begrotingsbeleid te voeren om de houdbaarheid van publieke schulden
te waarborgen en de potentiële economische groei op een duurzame manier te verhogen.
De Raad beveelt tevens aan om het niveau van publieke investeringen hoog te houden
en private investeringen te stimuleren om zo de economische en sociale veerkracht
te vergroten en bij te dragen aan de digitale en groene transitie. Daarnaast roept
de Raad op om de teruggang in koopkracht te beperken, met name voor lage inkomens,
door middel van loongroei waarbij zogenaamde tweede ronde effecten voor de inflatie
voorkomen dienen te worden. Ook wordt onderstreept dat steun aan bedrijven tijdelijk
moet zijn en gericht op levensvatbare bedrijven. De prikkel voor gasbesparingen moet
hierbij blijven bestaan. Uit de aanbeveling volgt dat het van belang is om het ondernemingsklimaat
te verbeteren door onder andere de effectiviteit van insolventieraamwerken te versterken.
Tot slot beveelt de Raad aan om de macro-economische stabiliteit te waarborgen, kredietkanalen
tot de economie te behouden en het risico op financiële fragmentatie te voorkomen.
Nederland is voornemens om in te stemmen met de Raadsconclusies voor zowel het Alert Mechanism Report als de Annual Sustainable Growth Survey en de goedkeuring van de eurozone aanbevelingen te steunen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.