Brief regering : Kabinetsreactie op het AIV-advies ‘Mensenrechten; Kernbelang in een geopolitiek krachtenveld’
32 735 Mensenrechten in het buitenlands beleid
Nr. 354
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 oktober 2022
Hierbij bied ik u de kabinetsreactie aan op advies 122 van de Adviesraad Internationale
Vraagstukken (AIV) gepubliceerd op 28 juni 2022, genaamd «Mensenrechten: Kernbelang
in een geopolitiek krachtenveld». Het kabinet is erkentelijk voor het grondige rapport
en spreekt zijn waardering uit voor de analyse en heldere aanbevelingen van de AIV.
Deze bieden goede aanknopingspunten en bouwstenen voor de beleidsbrief «Mensenrechten,
Democratie en Internationale Rechtsorde» die, zoals in de beleidsbrief Buitenlandse
Zaken d.d. 8 maart jl. aangekondigd, nog dit jaar aan de Kamer zal worden aangeboden.
Specifieke inzet en keuzes van het kabinet zullen in die beleidsbrief nader worden
uitgewerkt. In deze kabinetsreactie zal op hoofdlijnen worden ingegaan op de aanbevelingen
en aandachtspunten van de AIV.
Het kabinet deelt de analyse van de AIV dat de erkenning en bescherming van mensenrechten
niet enkel belangrijk per se zijn, maar ook een welbegrepen eigenbelang: zij zijn
de cruciale schakel tussen rechtstaat, democratie en internationale veiligheid. Ten
gevolge van verschuivingen in de wereldwijde machtsverhoudingen en de opmars van autocratische
tendensen en regimes, staan de rechtstaat, democratie en mensenrechten onder druk.
Tegelijkertijd moet ook rekening worden gehouden met de afgenomen mondiale invloed
van Nederland en onze partnerlanden. De recente stemming in de mensenrechtenraad waarin
een (procedurele) resolutie inzake mensenrechten in China werd weggestemd, geeft deze
nieuwe realiteit pijnlijk weer. Zoals de AIV terecht stelt dwingt deze harde realiteit
onontkoombaar tot een aanpassing van buitenlands beleid, met inbegrip van het mensenrechtenbeleid.
Effectiviteit is hierbij een belangrijk uitgangspunt. In een beleidsbrief die nog
dit jaar aan de Kamer wordt voorgelegd, zal worden weergegeven hoe dit kabinet een
effectief mensenrechtenbeleid wil voeren in deze veranderende wereld.
Hieronder vindt u een appreciatie van het AIV-advies per aanbeveling.
• Aanbeveling 1 – Verdedig onverkort het behoud van rechtsstaat, democratie en mensenrechten.
De AIV stelt terecht dat Nederland de bescherming van grondrechten en rechten van
de mens grondslag heeft gemaakt van de eigen rechtsorde en van zijn buitenlands beleid.
Zoals aangekondigd in de bovengenoemde beleidsbrief Buitenlandse Zaken zal het kabinet
een beleidsbrief aan de Kamer sturen, waarin het verband tussen mensenrechten, democratie
en internationale rechtsorde en de Nederlandse inzet terzake helder uiteen wordt gezet.
Mensenrechten, democratie en internationale rechtsorde zijn nauw met elkaar verbonden
en vormen een belangrijk fundament van stabiele en welvarende samenlevingen. Het kabinet
zal zich waar mogelijk inzetten om deze kernwaarden te verbinden aan veiligheid, duurzame
ontwikkeling en milieu.
• Aanbeveling 2 Zet in het buitenlands beleid de basisbeginselen van mensenrechten, zoals internationaal
geformuleerd, blijvend centraal: menselijke waardigheid, universaliteit, gelijkheid/nondiscriminatie
en ondeelbaarheid. Hieronder vallen ook de principes van vrijheid en het tegengaan
van straffeloosheid en corruptie.
• Aanbeveling 3 Maak niet langer onderscheid tussen verschillende categorieën van rechten.
In de beleidsbrief «Mensenrechten, Democratie en Internationale Rechtsorde» zullen
de grondbeginselen van de mensenrechten, zoals menselijke waardigheid, universaliteit
en het gelijkheidsprincipe centraal staan. Ook zal er geen onderscheid worden gemaakt
tussen de verschillende categorieën van recht, maar zal de inzet van dit kabinet zich
vooral richten op het beschermen en ontwikkelen van de mensenrechten en het bijhorende
instrumentarium en instellingen, inclusief bijdragen aan nieuwe rechtsontwikkelingen.
De AIV stelt terecht dat niet alle rechten overal even snel of op dezelfde manier
geïmplementeerd worden. Het is inderdaad goed om, zoals de AIV adviseert, aan te sluiten
bij datgene wat in een gegeven context van bijvoorbeeld het maatschappelijk middenveld
of andere actoren steun krijgt, en daarin flexibel te zijn. Op deze manier kan ook
beter de samenwerking worden gezocht met landen die zich actief willen inzetten om
de nationale en internationale mensenrechtensituatie te verbeteren. Binnen het brede
scala aan mensenrechten zal het kabinet wel, zoals vastgelegd in het regeerakkoord,
en conform het aangekondigde feministisch buitenland beleid, speciale aandacht blijven
geven aan gelijke rechten voor vrouwen en meisjes en voor LHBTIQ+, vrijheid van religie
en levensovertuiging, vrijheid van meningsuiting (zowel online als offline) en mensenrechtenverdedigers
en maatschappelijke ruimte. In de beleidsbrief «Mensenrechten, Democratie en Internationale
Rechtsorde» zal verder speciale aandacht worden besteed aan het tegengaan van flagrante
corruptie en kleptocratie, onder andere door met internationale partners het anti-corruptie
instrumentarium te versterken.internationale anti-corruptie instrumentarium tegen
het licht te houden om te bezien welke concrete verbeteringen wenselijk en mogelijk
zijn.
• Aanbeveling 4 Verdedig en bescherm proactief de internationale en nationale mensenrechteninfrastructuur.
Benut daarbij het bestaan van de daarin besloten formele en informele checks and balances
om mensenrechten op langere termijn effectiever te maken.
De AIV adviseert om in het beleid niet alleen de afwezigheid van mensenrechtenschendingen
centraal te laten staan, maar ook de voldoende aanwezigheid van een (constitutionele,
politieke en maatschappelijke) infrastructuur om schendingen te voorkomen te herstellen.
In het nieuwe beleid zal worden ingezet op het stimuleren van de naleving van de universele
rechten van de mens met speciale aandacht voor het beschermen en ontwikkelen van de
mensenrechten en het bijhorende instrumentarium en de instellingen, inclusief bijdragen
aan nieuwe rechtsontwikkelingen. Conform het AIV-advies zal hierbij worden ingezet
op het tegengaan van procedurele ondermijning van onafhankelijkheid en effectiviteit
van de mensenrechteninfrastructuur door andere staten, het bewaken van effectieve
toegang voor het maatschappelijk middenveld en het waarborgen van voldoende en structurele
financiële middelen voor het functioneren van die infrastructuur. Daarnaast zal worden
ingezet op het voorkomen van, beschermen tegen, vervolgen van en aanspreken op mensenrechtenschendingen.
Hierbij is het van belang om de nationale instituties in verschillende landen te versterken
en te ondersteunen die zich inzetten voor de bescherming van mensenrechten. Hierbij
gaat het zowel om staatsinstituties (onafhankelijke rechterlijke macht, effectieve
nationale mensenrechteninstituten), als maatschappelijke waakhonden, van vrije media
tot mensenrechtenverdedigers en -organisaties: een sterk maatschappelijk middenveld.
• Aanbeveling 5 Maak mensenrechten een expliciet onderdeel van andere mondiale beleidsterreinen en
narratieven, zoals de Sustainable Development Goals, klimaat, milieu, migratie en
sociale media. Operationaliseer het mensenrechtenbeleid via een kabinetsbrede en domein-overstijgende
aanpak en via mensenrechteneducatie.
Zoals de AIV stelt in zijn advies «duurzame ontwikkeling en mensenrechten» d.d. 10 mei
2019 biedt de duurzame ontwikkelings (SDG)-agenda een wereldwijd kader voor een samenhangende
(integrale) benadering van duurzame ontwikkeling en mensenrechten. Door de SDG’s te
realiseren, kan ook een groot aantal mensenrechtendoelen op het gebied van economie,
maatschappij en milieu worden verwezenlijkt. Een van de hoofdoelen van het Nederlandse
beleid op ontwikkelingssamenwerking zoals vastgelegd in de beleidsnota «Doen waar
Nederland goed in is» is het bereiken van de duurzame ontwikkelingsdoelen. In de beleidsbrief
«Mensenrechten, Democratie en Internationale Rechtsorde» wordt aan deze doelstelling
bijgedragen door in te zetten op het beschermen en ontwikkelen van het mensenrechteninstrumentarium
en nieuwe rechtsontwikkeling. Zo wordt het bestaansrecht van de hele mensenrechtencatalogus,
met daarbij zowel de burger- en politieke rechten als de sociaaleconomische en andere
rechten, gegarandeerd en worden de bijbehorende juridische verplichtingen, ook op
het terrein van monitoren en handhaven, nageleefd. De beleidsbrief zal op interdepartementaal
niveau worden afgestemd en kabinetsbreed worden uitgevoerd.
• Aanbeveling 6 Bouw actief aan nieuwe (en wisselende) coalities met gelijkgestemde landen en aan
partnerschappen met het maatschappelijk middenveld binnen en buiten Europa op basis
van gedeelde waarden en belangen.
Zoals de AIV terecht stelt is het toneel van de internationale gemeenschap veel pluriformer
dan voorheen. Om mensenrechten en mensenrechtenbescherming steviger te verankeren
in de internationale (rechts)orde is het noodzakelijk te investeren in nieuwe partnerschappen
met gelijkgezinde landen en met andere actoren dan staten. Het kabinet zou hier aan
willen toevoegen dat hierbij niet alleen gekeken moet worden naar gelijkgezinde landen,
maar ook naar landen die niet dezelfde zienswijze hanteren. Juist met deze landen
is het van belang om de dialoog aan te gaan en na te gaan waar er wel punten van overeenstemming
zijn. Juist die pluriformiteit kan worden benut ten behoeve van het Nederlandse mensenrechtenbeleid.
Het is hierbij van belang dat er sprake is van een gelijkwaardige dialoog en minder
van terechtwijzen, met name in de bilaterale relaties.
De AIV-aanbeveling dat de regering gebruik dient te maken van de nieuwe kansen die
veel van de huidige samenlevingen bieden om mensenrechten en mensenrechtenbescherming
van «onderaf» te ondersteunen en te bevorderen, zal worden opgevolgd, zowel waar het
samenwerking met maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven betreft, als ook
nationale instellingen als mensenrechteninstituten, de rechterlijke macht, religieuze
en levensbeschouwelijke organisaties en media-instellingen en journalisten.
• Aanbeveling 7 Gebruik en stimuleer nieuwe internationale en EU-instrumenten om mensenrechten te
beschermen en mensenrechtenschendingen te sanctioneren of anderszins aan te pakken.
Zoals ook aangegeven in de reactie op aanbeveling 4 zal de beleidsbrief «Mensenrechten,
Democratie en Internationale Rechtsorde» zich richten op het beschermen en ontwikkelen
van de mensenrechten en het bijhorende instrumentarium en de instellingen, inclusief
bijdragen aan nieuwe rechtsontwikkelingen. Conform het advies van de AIV zal hierbij
nadruk op de rechtsstaat worden gelegd als onderdeel van het bevorderen van democratie.
Ook zal de samenhang met het EU-instrumentarium en de inzet van de Raad van Europa
worden vergroot en zal gekeken worden naar mogelijkheden om nationale mensenrechteninstituten
te versterken, zoals ook vermeld in reactie op aanbeveling 4.
• Aanbeveling 8 Benader de relatie met autocratisch handelende staten principieel maar durf ook pragmatisch
te zijn: houd vast aan de dialoog maar steun ook anti-autoritaire tegenbewegingen
Zoals ook aangeven onder aanbeveling 6 zal het kabinet ook de dialoog aangaan met
landen die niet op alle aspecten dezelfde zienswijze hanteren. Dit geldt ook voor
meer autocratische landen. Het kabinet deelt de mening van de AIV dat het mensenrechtennarratief
van autocratisch handelende staten, dan wel het gebrek hieraan, dermate verschilt
van dat van Nederland dat het veelal lastig zal zijn op basis van een dialoog tot
overeenstemming of resultaten te komen, maar dat dat niet af moet doen aan de bereidheidtot
dialoog en tot, daar waar mogelijk, vormen van samenwerking en ondersteuning te komen.
Hierbij is het van belang dat gelijktijdig steun wordt geboden aan het maatschappelijk
middenveld, de vrije media en andere actoren die zich inzetten voor democratische
ruimte en mensenrechten.
• Aanbeveling 9 Erken dat in Nederland – en in het Westen – tekortkomingen bestaan in de naleving
van mensenrechten.
Om de geloofwaardigheid van de Nederlandse mensenrechteninzet te garanderen, is het
van belang dat Nederland open en eerlijk is over de eigen tekortkomingen en die van
de EU. Zowel in bilaterale contacten met landen, met partnerorganisaties, maar ook
bij de inzet van multilaterale instrumenten als de Universal Periodic Review (UPR), moet er ruimte zijn om de Nederlandse mensenrechtensituatie te bespreken en
het belang van het beschermen en verder ontwikkelen van de rechten van de Nederlandse
burgers. Nederland zal zich ook blijven inzetten om de beperking van de democratische
ruimte, mensenrechten en de rechtstaat binnen de EU zoveel mogelijk tegen te gaan.
• Aanbeveling 10 Versterk de capaciteit en kennis inzake mensenrechten binnen de overheid, waaronder
het departement zelf en het postennetwerk.
In het regeerakkoord is opgenomen dat er aanvullende middelen beschikbaar zullen komen
voor mensenrechten wereldwijd. Deze middelen zijn gebruikt om de capaciteit van het
postennet en het departement van het Ministerie van Buitenlandse Zaken te versterken
en het Mensenrechtenfonds aan te vullen. Na de aanbieding van de beleidsbrief «Mensenrechten,
democratie en internationale rechtsorde» aan de Kamer, zal het Ministerie van Buitenlandse
Zaken eveneens een nieuwe mensenrechtencursus voor beleidsmedewerkers vormgeven. Conform
het AIV-advies zal deze cursus ook worden opengesteld voor medewerkers van andere
departementen.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken