Brief regering : Experiment Generieke werkgeversvoorziening
34 352 Uitvoering en evaluatie Participatiewet
Nr. 256
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ARMOEDEBELEID, PARTICIPATIE EN PENSIOENEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juli 2022
UWV geeft sinds 1 maart 20201 uitvoering aan het experiment generieke werkgeversvoorziening (GWV) waarbinnen werkgevers
de mogelijkheid hebben om een subsidie aan te vragen om de werkplek aan te passen
ten behoeve van inclusieve werkgelegenheid voor meerdere of opeenvolgende personen
met een structurele functionele beperking. Per 1 juli 2021 is de reikwijdte van het
experiment verruimd en zijn ervaren knelpunten weggenomen2. Met dit experiment beproeft UWV de mogelijkheden om voorzieningen voor zowel de
UWV als gemeentelijke populatie op voorhand beschikbaar te maken voor werkgevers.
Het reguliere beleid voorziet enkel in het verstrekken van voorzieningen aan werkgevers
en werknemers bij het in dienst nemen van mensen met een beperking. Het Besluit experimentele
subsidie generieke werkgeversvoorzieningen voorziet in subsidieverstrekking door UWV
voor de periode 1 juli 2021 tot en met 30 juni 2022 en de verplichting een subsidieplafond
te stellen voor de resterende periode van het jaar 2022 en de daaropvolgende jaren.
UWV heeft een uitvoeringstoets uitgebracht op de regeling voor het verstrekken van
subsidies na 30 juni 2022. Na een jaar ervaring met het experimenteerbesluit, is gebleken
dat de belangstelling bij werkgevers voor het aanvragen van een subsidie beperkt is,
en dat de uitvoering van het experiment in de praktijk dusdanig complex is dat UWV
concludeert dat de regeling onuitvoerbaar is.
Redenen die UWV heeft aangegeven voor het onuitvoerbaar zijn van de regeling zijn:
• Het niet concreet in beeld zijn van de werknemer met een structurele functionele beperking
maakt de beoordeling door de arbeidsdeskundige of iets een passende voorziening is
(wel haast) onmogelijk.
• UWV is niet geëquipeerd om technische innovaties van de werkgever goed te kunnen beoordelen.
Ook het extern inhuren van dergelijke expertise is complex en tijdrovend.
• Het Besluit betreft complexe regelgeving. Om te kunnen bepalen of een werkgever wel
of geen recht heeft op de subsidie is een afwegingskader nodig dat o.a. betrekking
heeft op de uit te voeren bedrijfseconomische toets. UWV heeft een extern expertise
bureau verzocht een afwegingskader op te stellen. Het bureau heeft aangegeven dat
de regelgeving te complex is om tot een afwegingskader te komen.
Op basis van het oordeel onuitvoerbaar is het subsidieplafond voor de experimentele
subsidie generieke werkgeversvoorzieningen in de bijgevoegde regeling vanaf 1 juli
2022 op nihil gesteld. Hiermee wordt afgezien van de mogelijkheid voor UWV om vanaf
1 juli 2022 nieuwe aanvragen in behandeling te nemen en subsidies te verstrekken.
Ook in de periode vanaf 1 januari 2023 zal in het kader van dit experiment geen subsidie
meer worden verstrekt.
Het niet verlengen van de aanvraagperiode betekent niet het einde van het experiment.
Werkgevers die een subsidie toegekend hebben gekregen worden gedurende drie jaar door
UWV gemonitord en in opdracht van SZW wordt door een extern onderzoeksbureau een evaluatieonderzoek
uitgevoerd. Een eerste tussenresultaat wordt begin 2023 verwacht. Op basis van de
(eerste) uitkomsten van de evaluatie, onderzoek ik samen met UWV de mogelijkheden
om werkgevers die meer inclusief willen ondernemen te ondersteunen. Hierover zal ik
uw Kamer te zijner tijd informeren. Daarnaast blijft het ondersteunen van werkgevers
in de vorm van werkplekaanpassingen mogelijk. De reguliere dienstverlening van UWV
en gemeenten biedt werkgevers de mogelijkheid om een vergoeding aan te vragen voor
kosten voor aanpassing van een werkplek voor een werknemer met een beperking die in
beeld is.
De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen