Brief regering : Verkeersnotificaties diplomaten
35 925 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2022
Nr. 111
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 juli 2022
Nederland is trots gastland van 111 ambassades, 39 consulaten en 38 internationale
organisaties.1 Hun medewerkers genieten in Nederland immuniteit en hebben daarmee rechten, maar
ook plichten, zoals het volgen van de Nederlandse verkeersregels. Daarom heeft het
Ministerie van Buitenlandse Zaken het systeem verkeersnotificaties in het leven geroepen,
waarmee ze het rijgedrag van personen met immuniteit volgt. Op die manier kunnen personen,
aan wie vanwege hun immuniteit geen reguliere verkeersboete kan worden opgelegd, alsnog
worden aangesproken op hun verkeersovertredingen.
Onder verwijzing naar mijn brief van 14 juli 2021 (Kamerstuk 35 570 V, nr. 76) informeer ik uw Kamer hierbij over de voortgang van de gekozen aanpak. Het verheugt
mij te kunnen mededelen dat het systeem de afgelopen drie jaar een positieve bijdrage
heeft geleverd aan de verkeersveiligheid in Nederland. Graag licht ik in deze brief
de voortgang, alsmede nieuwe initiatieven voor versterking van de aanpak, nader toe.
Het systeem verkeersnotificaties
Als gevolg van een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uit 2014 mag aan
personen met immuniteit geen sanctie worden opgelegd voor verkeersovertredingen. Daarom
heeft het ministerie het systeem verkeersnotificaties ontwikkeld, zodat personen met
immuniteit alsnog kunnen worden aangesproken op verkeersovertredingen. Door dit systeem,
dat op 1 mei 2019 in werking is getreden, ontvangen personen met immuniteit een door
het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) gestuurde en door het Ministerie van
Buitenlandse Zaken ondertekende notificatiebrief. Deze brief informeert hen over de
overtreding en gaat vergezeld van een verzoek tot vrijwillige betaling van een bedrag
dat overeenkomt met het bedrag van de sanctie die een persoon zonder immuniteit opgelegd
zou worden.
Dit is de onderste trede van de escalatieladder waarop het beleid inzake verkeersovertredingen
van diplomaten berust. Naarmate overtredingen zwaarder zijn of vaker voorkomen, worden
zwaardere maatregelen ingezet. Zo volgt het ministerie het rijgedrag van personen
met immuniteit nauwgezet op basis van overzichten die het CJIB ieder kwartaal verstrekt.
Bij een hoog aantal overtredingen door een ambassade, consulaat of internationale
organisatie of stelselmatige dan wel zware overtredingen door een specifieke medewerker
worden aanvullende maatregelen genomen. Deze betreffen onder meer het aanspreken van
de leidinggevende van de medewerker, door deze te ontbieden op het ministerie. In
het gesprek wordt gewezen op de plicht om de Nederlandse wet- en regelgeving te respecteren.
Waar nodig volgt aankondiging van verdere maatregelen, zoals het intrekken van tankpassen.2 Ook kan, in samenspraak met het Openbaar Ministerie (OM), om opheffing van de immuniteit
worden verzocht, waarna (indien nodig) tot strafrechtelijke vervolging kan worden
overgegaan. In het uiterste geval volgt een laatste waarschuwing alvorens over wordt
gegaan tot het verzoek om terugtrekking van de diplomaat in kwestie. Deze maatregel
is de uiterste trede van de escalatieladder.
De aanpak gaat uit van vrijwillige medewerking, maar geeft ook mogelijkheden tot hard
optreden. Ervaringen uit de afgelopen drie jaar tonen aan dat ambassades, consulaten
en internationale organisaties constructief meewerken in het aanspreken van hun medewerkers.
Zij delen de opvatting van het ministerie dat immuniteit er is opdat diplomaten onafhankelijk
kunnen functioneren, en niet om ongestraft verkeers- of andere overtredingen te begaan.
Daarnaast dragen de notificatiebrieven en gesprekken met de werkgever bij aan een
groter bewustzijn van de Nederlandse verkeersregels.
Afname verkeersovertredingen door personen met immuniteit
Het aantal verkeersovertredingen door voertuigen met een bijzonder kenteken was in
de afgelopen jaren als volgt:
Mei 2018 t/m april 2019
28.030
Mei 2019 t/m april 2020
13.508
Mei 2020 t/m april 2021
7.981
Mei 2021 t/m april 2022
8.460
In vergelijking met drie jaar geleden, toen het systeem verkeersnotificaties werd
ingevoerd, is het totale aantal verkeersovertredingen van voertuigen met een bijzonder
kenteken gedaald met 69,8%. Dit toont aan dat de aanpak met notificatiebrieven en
gesprekken, in combinatie met de mogelijkheid van aanvullende maatregelen, effectief
is.
Bovenstaande cijfers laten zien dat het aantal overtredingen in de periode mei 2021
t/m april 2022 met 6% is gestegen ten opzichte van het aantal overtredingen in de
periode mei 2020 t/m april 2021. Dit heeft zeer waarschijnlijk te maken met toegenomen
rijbewegingen nadat de coronamaatregelen werden versoepeld. Het aantal overtredingen
begaan door personen zonder immuniteit nam namelijk ook toe en steeg sterker: het
totale aantal geconstateerde verkeersovertredingen door voertuighouders met een regulier
kenteken nam toe met 9,3%.3 Verder toont een vergelijking tussen het gemiddelde aantal overtredingen per regulier
kenteken en per bijzonder kenteken aan dat het verschil tussen deze twee groepen opnieuw
kleiner is geworden. In de periode januari t/m april 2022 was sprake van gemiddeld
0,26 overtredingen per voertuig met een regulier kenteken en 0,3 overtredingen per
bijzonder kenteken, terwijl dat in de periode januari t/m april 2021 een verschil
betrof van 0,25 overtredingen per voertuig met een regulier kenteken en 0,3 overtredingen
per bijzonder kenteken. 4
Zware overtredingen nemen verder af
Zoals aangekondigd in mijn brief van 14 juli 2021 en mijn brief van 10 juni 2020 (Kamerstuk
35 300 V, 68) is het terugdringen van het aantal zware verkeersovertredingen5 één van mijn prioriteiten. Daarom ben ik verheugd u mede te delen dat het aantal
zware overtredingen met 75,7% is afgenomen sinds de invoering van het systeem in 2019.
In het afgelopen jaar was sprake van een daling van 35,7% ten opzichte van het jaar
ervoor.
Het aantal zware verkeersovertredingen door voertuigen met een bijzonder kenteken
was in de afgelopen drie jaar als volgt:
Mei 2019 t/m april 2020
37
Mei 2020 t/m april 2021
14
Mei 2021 t/m april 2022
9
Deze positieve cijfers laten onverlet dat het aantal zware overtredingen verder omlaag
kan en moet. Daarom zet ik mijn aanpak voort om het proces bij zware overtredingen
aan te passen, zodat in overleg met het Openbaar Ministerie eerder om opheffing van
immuniteit kan worden gevraagd. Bij de voortgang van deze aanpak heb ik gekozen voor
zorgvuldigheid boven snelheid: het systeem moet goed functioneren en juridisch kloppen.
Inmiddels heeft een beleidsverkenning plaatsgevonden met alle betrokken partijen:
het Openbaar Ministerie, het Parket Centrale Verwerking Openbaar Ministerie (CVOM),
het CJIB en het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Momenteel wordt in kaart gebracht
hoe de processen optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. Daarna volgt een impactbepaling
en vervolgens de implementatie.
Inzet op verbetering betaalgedrag
Het ministerie ziet oproepen tot betaling van notificatiebrieven als middel om het
doel van minder verkeersovertredingen en verbetering van de verkeersveiligheid te
bereiken. Sinds de invoering van het systeem verkeersnotificaties op 1 mei 2019 is
in totaal € 1.014.194 ontvangen aan vrijwillige betalingen. Voor de periode 1 mei
2021 t/m 30 april 2022 bedroegen de ontvangen vrijwillige betalingen € 275.074.
Het percentage vrijwillige betalingen is gestabiliseerd op ca. 50%. Om het betaalgedrag
verder te verbeteren heb ik de afgelopen periode een pilot opgezet met herinneringsbrieven.
Een persoon met immuniteit ontvangt na het niet betalen van een notificatiebrief een
eerste herinnering en daarna een tweede herinnering. De eerste resultaten stemmen
positief: in de periode januari t/m april 2022 is 16% van de niet-betaalde notificatiebrieven
na een eerste herinneringsbrief alsnog betaald. Op het moment van schrijven zijn de
effecten op het rijgedrag en de effecten van een tweede herinneringsbrief nog niet
bekend. De pilot heeft een looptijd van een jaar, waarna ik de effecten op het rij-
en betaalgedrag zal evalueren en zal doen besluiten tot het al dan niet voortzetten
van de gekozen aanpak.
Optimalisering van het systeem verkeersnotificaties
Zoals aangekondigd in mijn brief van 14 juli 2021 verkent het ministerie de mogelijkheden
om medewerkers van internationale organisaties met functionele immuniteit niet langer
uit te zonderen van reguliere verkeersboetes. Daarmee zouden zij bij een verkeersovertreding
niet langer een notificatiebrief ontvangen, maar een reguliere beschikking. Het ministerie
werkt deze aanpak uit op drie sporen. Allereerst is het ministerie bij wijze van pilot
in gesprek met enkele grote internationale organisaties om te peilen of zij bereid
zijn mee te werken. Deze gesprekken stemmen positief: een aantal organisaties gaf
aan dat zij ervoor open staan niet alleen medewerkers met beperkte immuniteit, maar
ook medewerkers met volledige immuniteit onder het systeem van reguliere verkeersboetes
te laten vallen. Het tweede spoor betreft een juridische analyse van de zetelverdragen,
waarbij wordt gekeken wat nodig is om de voorgestelde wijziging mogelijk te maken.
Ten slotte verkent het ministerie met de uitvoeringspartners of en hoe een dergelijke
wijziging technisch vormgegeven en geïmplementeerd kan worden.
Prioriteiten voor komend jaar
Het uitgangspunt blijft dat alle weggebruikers in Nederland de verkeersregels dienen
te respecteren, inclusief personen met immuniteit. Daarom zet het ministerie ook de
komende periode in op het verder terugdringen van het aantal overtredingen door personen
met immuniteit.
Daarbij geef ik prioriteit aan:
1. Afronding van de huidige consultaties met internationale organisaties, alsook het
juridische en technische onderzoek, om personen met beperkte immuniteit niet langer
uit te zonderen van reguliere verkeersboetes. Daarna kan deze aanpak worden uitgebouwd
naar andere organisaties;
2. Monitoring en evaluatie van de pilot herinneringsbrieven om tot een besluit te komen
om het versturen van herinneringsbrieven al dan niet permanent te maken;
3. Voltooiing van de aanpassing van de procedure voor zware overtredingen, zodat in overleg
met het Openbaar Ministerie eerder om opheffing van immuniteit kan worden gevraagd.
Volgend jaar zal ik uw Kamer wederom informeren over de voortgang.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
Indieners
-
Indiener
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken