Brief regering : Verslag informele Raad van Onderwijsministers 16 maart 2022 en OJCS-Raad 4 en 5 april 2022 (cultuur/av en onderwijs)
21 501-34 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport
Nr. 386
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2022
Hierbij stuur ik u het verslag van de Informele Raad (VTC) van Onderwijsministers
die op 16 maart jl. plaatsvond en van het cultuur/AV- en onderwijsdeel van de Onderwijs,
Jeugd, Cultuur en Sport Raad (OJCS-Raad) die op 4 en 5 april jl. plaatsvond.
Ook informeer ik u over de Raadsaanbeveling Europese benadering micro-credentials,
de Raadsaanbeveling over leren voor de groene transitie en duurzame ontwikkeling en
Raadsconclusies over de bescherming en veiligheid van journalisten en andere mediaprofessionals.
Mede namens de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister
voor Primair en Voortgezet Onderwijs,
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf
Informele Raad Onderwijsministers – 16 maart 2022
Het Franse voorzitterschap heeft een virtuele bijeenkomst georganiseerd over de situatie
in Oekraïne en de mogelijke respons van de Europese onderwijsministers hierop. Het
Franse voorzitterschap vroeg lidstaten wat zij kunnen doen om kinderen en leraren
in Oekraïne materieel te ondersteunen, om onderwijs aan Oekraïense vluchtelingenkinderen
te garanderen en op weke manier de coördinatie en solidariteit tussen de Europese
initiatieven versterkt kan worden.
Aan het begin van de Informele Raad sprak de Oekraïense Minister van Onderwijs, Shkarlet
Serhiy, de aanwezigen toe en bedankte de Europese Onderwijsministers voor hun steun.
Daarnaast gaf hij aan dat de Oekraïense overheid zich inzet voor het ontsluiten van
lesmaterialen in het Oekraïens die Europese scholen kunnen gebruiken om les te geven
aan Oekraïense vluchtelingenkinderen.
Na Minister Serhiy nam de Eurocommissaris Gabriel het woord om namens de Commissie
haar solidariteit met Oekraïne te uiten. Daarnaast gaf ze aan dat de Europese Commissie
bestaande Europese platforms, zoals School Education Gateway en E-twinning, zou inzetten
om lesmaterialen en goede voorbeelden te ontsluiten en op die manier scholen die onderwijs
geven aan Oekraïense vluchtelingenkinderen te ondersteunen.
Veel lidstaten betuigden ten eerste solidariteit en medeleven aan het Oekraïense volk
en gaven aan dat ze grote inzet plegen om onderwijs aan Oekraïense vluchtelingen te
garanderen. Daarnaast gaven ze aan inderdaad behoefte te hebben aan lesmaterialen
in de Oekraïense taal en dat hun scholen en instellingen geholpen zouden zijn met
goede voorbeelden omtrent het bieden van onderwijs aan Oekraïense vluchtelingenkinderen.
Een groot aantal lidstaten gaf ook aan ondersteuning nodig te hebben bij het inschatten
van het onderwijsniveau van Oekraïense vluchtelingen, met name op het oog op leerlingen
die in het laatste jaar van de middelbare school geplaatst worden en eindexamen zouden
moeten doen.
Bovendien gaven sommige lidstaten aan, met name de lidstaten die een groot aantal
vluchtelingen opvangen, behoefte te hebben aan additionele financiële middelen om
het onderwijs aan Oekraïense vluchtelingen te kunnen garanderen. Een aantal lidstaten
vroeg aandacht voor het belang van de wederopbouw van het Oekraïense onderwijssysteem
na de oorlog en de ondersteuning die de Europese Unie in dat kader zou moeten bieden.
Tenslotte gaven lidstaten aan dat het niet alleen belangrijk is om kwalitatief goed
onderwijs te bieden, maar ook aandacht te hebben voor het mentale welzijn van Oekraïense
vluchtelingen.
Nederland heeft, in lijn met de geannoteerde agenda die u eerder heeft ontvangen1, aangegeven dat het solidair is met Oekraïne en dat het hoopt dat het land weer snel
veilig is. Daarnaast heeft Nederland aangegeven dat het de Oekraïense bevolking in
de tussentijd probeert te helpen door humanitaire en materiële hulp te bieden aan
het Oekraïense volk, waaronder ook aan kinderen en leraren. Bovendien heeft Nederland
aangegeven dat het kabinet scholen (financieel) ondersteunt bij het onderwijs dat
zij aan Oekraïense kinderen geven. Tenslotte heeft Nederland aangegeven graag met
andere lidstaten de optie voor het opzetten van een digitale Oekraïense school te
willen verkennen.
Cultuur/AV-deel OJCS-Raad – 4 april 2022
Raadsconclusies over het bevorderen van interculturele uitwisselingen door mobiliteit
van kunstenaars en cultuurprofessionals en door meertaligheid in het digitale tijdperk
en Raadsconclusies over een Europese strategie voor het ecosysteem van de culturele
en creatieve sector
Tijdens dit onderdeel zijn de Raadsconclusies over het bevorderen van interculturele
uitwisselingen door mobiliteit en meertaligheid en de Raadsconclusies over een Europese
strategie voor het ecosysteem van de culturele en creatieve sector aangenomen. Alle
voorstellen zijn unaniem aangenomen, maar enkele lidstaten hebben verklaringen ingediend
waarin ze aangeven de term «gender», die in de voostellen voorkomt, te zien als gelijkheid
tussen man en vrouw.
Beleidsdebat over de maatregelen ter bescherming van de culturele sector en zijn actoren
die getroffen worden door de situatie in Oekraïne
Kort voor aanvang van de OJCS-Raad heeft het Franse voorzitterschap besloten om het
eerder aangekondigde onderwerp van het debat over het verbeteren van de toegang tot
en de participatie van burgers, met name jongeren, in het cultuuraanbod van de EU
te wijzigen naar aanleiding van de situatie in Oekraïne.
De Oekraïense Minister voor cultuur en informatiebeleid, Oleksandr Tkachenko, was
uitgenodigd om via een videoverbinding een toelichting te geven op de huidige situatie
in Oekraïne. Hij wijst o.a. op de dreiging die uitgaat van de desinformatie via Russische
mediakanalen vraagt om steun om beschadigd cultureel erfgoed na de oorlog te herstellen
en geplunderd cultureel erfgoed terug te vinden.
Alle lidstaten en de Europese Commissie spreken dank en steun uit voor de interventie
van Minister Tkachenko.
Het beleidsdebat ging over de maatregelen ter bescherming van de culturele sector
en zijn actoren die getroffen worden door de situatie in Oekraïne. In opvolging van
de verklaring die tijdens de informele OJCS-Raad op 7 maart jl. is aangenomen vertelden
lidstaten over hun inzet. Veel lidstaten richten o.a. fondsen op voor culturele samenwerking
met Oekraïne en voor gevluchte kunstenaars, breiden artist-in-residence programma’s
uit voor hen, verstrekken meer beurzen aan Oekraïense journalisten en bieden hulp
aan bij het beschermen van cultureel erfgoed tegen vernietiging, plundering en zijn
extra alert i.v.m. illegale handel in cultuurgoederen uit Oekraïne. Lidstaten onderstrepen
het belang van coördinatie op EU-niveau en het inzichtelijkheid maken van acties/informatie
over maatregelen door de Europese Commissie.
Namens de Europese Commissie gaf Eurocommissaris Gabriel aan dat binnen het Creative
Europe programma de middelen voor mobiliteit gedeeltelijk zullen worden benut ter
ondersteuning van Oekraïense kunstenaars en er een specifieke actie binnen Creative
Europe zal worden opgericht inzake Oekraïne. Ook roept ze lidstaten op tot indiening
van meer projecten met Oekraïense partners en wijst op het «Creatives Unite» platform,
waar initiatieven van Europese netwerken die ondersteund zijn via Creative Europe
vermeld staan. Dit platform kan dienen als informatiekanaal voor lidstaten om hun
acties inzake Oekraïne te vermelden. In 2023 zal de Commissie een actie presenteren
inzake het delen van expertise en het versterken van capaciteitsopbouw van Oekraïense
professionals bij het herstel van hun cultureel erfgoed. Als laatste geeft de Commissie
aan Oekraïne via het EU Civil Protection Mechanism noodmateriaal te kunnen leveren
ter bescherming van Oekraïens cultureel erfgoed.
Nederland heeft aangegeven geschokt te zijn door de oorlog in Oekraïne, die ook de
kwetsbaarheid van cultuur en erfgoed laat zien die in hun voortbestaan worden bedreigd.
Nederlandse culturele en creatieve organisaties hebben verschillende inspirerende
acties ondernomen als het gaat om het hosten van kunstenaars, het ondersteunen van
de persvrijheid en de bescherming van Oekraïens erfgoed. Via het Nederlandse ambassadenetwerk
en door Nederland gefinancierde organisaties als Free Press Unlimited probeert Nederland
bijvoorbeeld journalisten en mensenrechtenverdedigers uit Oekraïne en Rusland te steunen.
Ook draagt Nederland twee miljoen euro bij aan een programma gericht op de bescherming
van journalisten in nood. Verder werkt het Cultural Emergency Response programma van
het Prins Claus Fonds internationaal samen met o.a. Aliph in een netwerk voor de bescherming van cultuur en erfgoed
in Oekraïne. Ook passen Nederlandse cultuurfondsen hun artist in residency programma’s
aan voor opvang van gevluchte Oekraïense kunstenaars en hebben verschillende Oekraïense
en Russische dansers een plek gekregen bij Nederlandse dansgezelschappen. Wat betreft
het centraliseren van informatie over maatregelen heeft Nederland aangegeven het liefst
aan te sluiten bij bestaande structuren en netwerken, die de Commissie wellicht in
kaart kan brengen. De doelgroep is daarbij niet alleen professionals, maar ook beleidsmakers,
om zo van elkaar te leren. Tot slot heeft Nederland steun uitgesproken aan Oekraïne
en gezegd samen met de collega’s in de EU en de Raad van Europa op te willen trekken
om te doen wat we kunnen.
Diversen
Na het beleidsdebat werd er aandacht gevraagd voor diverse zaken:
− De Slowaakse delegatie heeft Trenčín uitgeroepen tot culturele hoofdstad 2026.
− De Italiaanse delegatie heeft de lidstaten geïnformeerd over een conferentie van cultuurministers
van de Euro-mediterrane regio. Deze eerste bijeenkomst van cultuurministers van het
EU Zuidelijk Partnerschap zal plaatsvinden op 16 en 17 juni 2022 in Napels.
− De Estse, Letse en Litouwse delegatie hebben opgeroepen tot gecoördineerde hulp op
EU-niveau om het cultureel erfgoed van Oekraïne te waarborgen. Daarbij denken ze aan
training van experts over Oekraïens cultureel erfgoed en gecoördineerde acties om
illegale handel van cultuurgoederen uit Oekraïne tegen te gaan. Daarnaast doen ze
ook de oproep aan de Europese Commissie om een drietal Russische staatszenders aan
de EU-sanctielijst toe te voegen.
− De Tsjechische delegatie heeft de prioriteiten van hun voorzitterschap in de tweede
helft van 2022 toegelicht. Voor cultuur zal het opstellen van het werkplan 2023–2026
op de agenda staan, waarbij o.a. aandacht is voor digitalisering. Voor media zal de
Media Freedom Act, mogelijke synergiën met de AVMSD, transparantie en onafhankelijkheid
van media op de agenda staan.
Onderwijsdeel OJCS-Raad – 5 april 2022
Raadsconclusies over het bevorderen van de Europese mobiliteit van leraren, Raadsconclusies
over een strategie voor Europese Universiteiten en Raadsaanbeveling over het bouwen
van bruggen voor effectieve Europese samenwerking op het gebied van hoger onderwijs
Tijdens dit onderdeel zijn Raadsconclusies over het bevorderen van de Europese mobiliteit
van leraren, Raadsconclusies over een strategie voor Europese Universiteiten en Raadsaanbeveling
over het bouwen van bruggen voor effectieve Europese samenwerking op het gebied van
hoger onderwijs aangenomen. Alle voorstellen zijn unaniem aangenomen, maar enkele
lidstaten hebben verklaringen ingediend waarin ze aangeven de term «gender», die in
de voostellen voorkomt, te zien als gelijkheid tussen man en vrouw.
Het voorzitterschap gaf aan dat met de Raadsconclusies over lerarenmobiliteit een
belangrijke stap is gezet richting het versterken van carrièrepaden van leraren in
en het aantrekkelijker maken van het lerarenberoep binnen Europa. Over de unaniem
aangenomen voorstellen ten aanzien van Europees hoger onderwijs werd aangegeven dat
zij een belangrijke stap zijn richting het versterken van de kwaliteit van het Europese
hoger onderwijs alsmede de versterking van samenwerking op het gebied van hoger onderwijs
en wetenschap in Europa.
Beleidsdebat over de versterking van crisismanagement in relatie tot de Europese Onderwijsruimte
De Oekraïense Minister voor onderwijs, Shkarlet Serhiy woonde via videoverbinding
de start van het beleidsdebat bij en gaf aan dat het van groot belang is dat Oekraïense
leerlingen, leraren en het Oekraïense onderwijssysteem in deze tijden ondersteund
worden door internationale organisaties zoals de Europese Unie.
Het beleidsdebat ging over de manier waarop Europese samenwerking vorm gegeven kan
worden om de Oekraïense crisis maar ook toekomstige crises het hoofd te bieden. Veel
lidstaten gaven hierbij aan dat de Europese Unie snel heeft kunnen handelen naar aanleiding
van de Oekraïne-crisis en dat dit aangeeft dat de huidige coördinatiemechanismen,
zoals de strategische sturing vanuit de High Level Group, volstaan en dat er geen
nieuwe mechanismes in het leven geroepen hoeven te worden. Enkele lidstaten gaven
aan dat er wel nagedacht zou kunnen worden over een aparte crisisstructuur.
Een groot aantal lidstaten gaf aan dat het delen van goede voorbeelden in tijden van
crises waardevol is, dat de huidige werkstructuren van de Europese Onderwijsruimte2 hier voldoende toe geëquipeerd zijn en dat de Europese Commissie en aankomende voorzitterschappen
zich blijvend zouden moeten inzetten op het delen van goede voorbeelden. Daarnaast
riepen vooral de lidstaten die een groot aantal vluchtelingen opvangen op om nieuwe
solidariteitsfondsen in het leven te roepen om lidstaten die (onevenredig) veel vluchtelingen
opvangen te ondersteunen.
Nederland heeft in lijn met de geannoteerde agenda3 die u eerder heeft ontvangen aangegeven dat een «roadmap» van komende initiatieven
binnen de Europese Onderwijsruimte meer inzicht zou kunnen bieden in hoe deze gebruikt
kan worden om het hoofd te bieden aan crises, dat een eenduidige aanpak voor het delen
van goede voorbeelden de efficiëntie van de samenwerking zou vergroten en dat het
ook in tijden van crises van belang is dat lidstaten leidend zijn binnen de besluitvormingsprocessen
van de Europese Unie.
De Commissie gaf zoals eerder aan dat verschillende Europese platforms, zoals de School
Education Gateway, zijn ingezet om lesmaterialen te delen en dat verschillende fondsen
flexibel ingezet kunnen worden om maatregelen die nodig zijn ten gevolge van de crisis
te bekostigen.
Diversen
Na het beleidsdebat werd er aandacht gevraagd voor diverse zaken.
Het Franse voorzitterschap vroeg aandacht voor een verklaring over investeringen in
het onderwijs. Via deze verklaring geven lidstaten aan «learning lab» op te zullen
zetten dat de effectiviteit van investeringen in het onderwijs zal evalueren. Daadwerkelijke
deelname aan het «learning lab» zal vrijwillig zijn. Nederland wacht op nadere informatie
van de Europese Commissie alvorens een besluit te nemen over de eigen deelname. Deze
informatie en de daaropvolgende besluitvorming worden in het najaar verwacht.
De Ministers werden uitgenodigd om aanwezig te zijn bij een conferentie over duurzaamheidsonderwijs
die in het najaar in Nicosia wordt georganiseerd en tenslotte gaf het aanstaande Tsjechische
voorzitterschap een presentatie over zijn werkprogramma. Het Tsjechische voorzitterschap
zal op het gebied van onderwijs inzetten op mentaal welzijn, sociale veiligheid, digitaal
onderwijs en vaardigheden.
Raadsaanbeveling Europese benadering micro-credentials en Raadsaanbeveling over leren
voor de groene transitie en duurzame ontwikkeling
Over de Raadsaanbeveling Europese benadering micro-credentials ontving u op 11 februari
jl. een BNC-fiche4. Over de Raadsaanbeveling over leren voor de groene transitie en duurzame ontwikkeling
(eerder genoemd: leren voor ecologische duurzaamheid) ontving u op 25 februari jl.
een BNC-fiche5.
De onderhandelingen over de voorstellen hebben plaatsgevonden op basis van deze BNC-fiches
en de beoogde onderhandelingsresultaten zijn in grote mate gerealiseerd. Nederland
is tevreden met de resultaten, die in lijn zijn met het Nederlandse beleid.
Beide Raadsaanbevelingen zijn op 16 en 17 juni in de EPSCO-Raad als hamerstuk zijn
aangenomen. Daarvoor is gekozen omdat er geen Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport Raad
meer gepland staat tijdens het Franse voorzittershap.
Raadsconclusies over de bescherming en veiligheid van journalisten en andere mediaprofessionals.
Het Franse voorzitterschap heeft na de OJCS-Raad van 4 en 5 april nog Raadsconclusies
voorgesteld over de bescherming en de veiligheid van journalisten en andere mediaprofessionals.
Inhoud
In de conclusies wordt het belang van vrijheid van meningsuiting en recht op informatie
voor democratie benadrukt en de rol van de journalistiek daarbij. Er wordt gewezen
op de gevaren waar journalisten en andere media professionals aan blootgesteld worden
en de precaire economische situatie. De conclusies bouwen voort op een aanbeveling
van de Europese Commissie van september 2021.
De Europese Commissie wordt onder meer opgeroepen om, in het kader van het bestaande
European News Media Forum (een forum waarin stakeholders in de nieuws media bijeenkomen),
discussies en uitwisselingen van beste praktijken te organiseren over de bescherming
van journalisten. En om de financiering van onafhankelijke onderzoeksjournalistiek
te verstevigen.
De Europese Commissie en de lidstaten worden onder meer opgeroepen om de kennis over
de potentiële risico's voor mediaprofessionals en de beste praktijken die kunnen helpen,
met name wat betreft hun bescherming en veiligheid in gebieden met gewapende conflicten,
te vergroten. Ook wordt opgeroepen om de sector te stimuleren om initiatieven en indicatoren
te ontwikkelen voor de betrouwbaarheid van nieuws- en mediakanalen, zoals het in dienst
hebben van journalisten en andere mediaprofessionals, met als doel platforms en adverteerders
te stimuleren verantwoordelijkheid te tonen bij het deelnemen aan de beschikbaarheid
van betrouwbare informatie en verschillende perspectieven.
In de tekst is ook aandacht voor de huidige situatie in Oekraïne en worden de Commissie
en lidstaten opgeroepen om journalisten en andere mediaprofessionals die ernaar streven
om op onafhankelijke en onpartijdige wijze verslag te doen van gewapende conflicten
te ondersteunen en initiatieven aan te moedigen die hun werk en de verspreiding ervan
bevorderen, bijvoorbeeld speciale secties in met name mediadiensten in de Oekraïense
taal en onafhankelijke en verbannen journalisten en mediaprofessionals, met name uit
landen als Oekraïne, Wit-Rusland en de Russische Federatie, in het licht van hun individuele
situatie en reden van ballingschap te steunen.
Appreciatie
Nederland heeft de Raadsconclusies gesteund. De Raadsconclusies sluiten aan bij het
Nederlandse beleid en de in september gepubliceerde aanbeveling van de Europese Commissie
over de bescherming van journalisten. Persvrijheid is fundamenteel voor een goed functionerende
democratie. Nederland staat pal voor dit grondrecht. Journalisten moeten hun werk
onafhankelijk en in veiligheid kunnen doen.
Na een korte onderhandeling in Raadskader zijn de Raadsconclusies op 21 juni jl. als
hamerstuk door de Raad Algemene Zaken aangenomen. Daarvoor is gekozen omdat er geen
Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport Raad meer gepland staat tijdens het Franse voorzittershap.
Indieners
-
Indiener
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap