Brief regering : Voortgang Jongerenstrategie Youth at Heart
34 952 Investeren in Perspectief – Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland
Nr. 180
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 juni 2022
De strategie Youth at Heart (bijlage bij Kamerstuk 34 952, nr. 104) is in februari 2020 met Uw Kamer gedeeld.1 Met deze aanpak heeft Nederland vele resultaten behaald en internationaal een voortrekkersrol
gepakt in het centraal plaatsen van jongeren binnen onze internationale samenwerking.
De Nederlandse aanpak kenmerkt zich door 1) de vaardigheden die jongeren leren beter
te laten aansluiten op de arbeidsmarkt, 2) ondernemerschap onder jongeren te ondersteunen,
en 3) de stem van jongeren in hun eigen samenleving en in ons beleid te versterken.
Speciale aandacht gaat uit naar jongeren in situaties van gedwongen ontheemding.
Tijdens mijn bezoeken aan Oeganda, Kenia en Irak was ik onder de indruk van de innovatiekracht
van jongeren en in mijn beleid wil ik me voor hen inzetten. De Youth at Heart strategie is allereerst belangrijk omdat circa 60% van de mensen in de Sahel, de
Hoorn van Afrika, het Midden-Oosten en Noord-Afrika (MENA) onder de 35 jaar oud is.2 Daarnaast toont de disproportionele impact van COVID-19 op jongeren de noodzaak om
in te blijven zetten op het perspectief van jongeren. Zo nam jeugdwerkgelegenheid
in het eerste pandemiejaar wereldwijd af met 8,7%.3 Door het langdurig wegvallen van onderwijs bestaat het risico op een verloren generatie.
Ondanks de vele uitdagingen zijn er ook grote (economische) kansen. Het zijn meestal
de jongeren in deze samenlevingen die met innovatieve en digitale oplossingen komen
voor maatschappelijke, economische en klimaat uitdagingen. Nederland wil investeren
in de kracht van deze ondernemende jongeren.
Door het perspectief van jongeren in de focusregio’s te vergroten, bestrijden we armoede
en dragen we bij aan het voorkomen van instabiliteit en irreguliere migratie. Veel
jongeren in genoemde regio’s voelen zich buitengesloten en niet gehoord. Het actief
luisteren naar jongeren en het investeren in programma’s gericht op het bevorderen
van ondernemerschap en werkgelegenheid onder jongeren, zoals Orange Corners en het Challenge Fund for Youth Employment, maakt ze een volwaardig deel van hun samenleving.
In deze brief houd ik de Youth at Heart aanpak tegen het licht en bied ik een doorkijk naar de toekomstige inzet, in samenhang
met de BHOS-nota en de Afrikastrategie. Ik blik allereerst terug op hoe Nederland
uitvoering heeft gegeven aan de Youth at Heart strategie, waarbij ik mij beperk tot voorbeelden vanuit een aantal programma’s. Vervolgens
sta ik stil bij de Nederlandse aanpak voor het versterken van de stem van jongeren
in hun eigen samenleving en in ons beleid. Tot slot bied ik inzicht in de manier waarop
ik de komende jaren invulling zal geven aan de jongerenagenda.
Kijkend naar de toekomst is het belang van baankansen voor jongeren evident. Ik zal
onderzoeken hoe succesvolle interventies kunnen worden opgeschaald. Ook zal ik bezien
hoe de kansen van jongeren meer centraal kunnen worden geplaatst in het bredere BHOS
beleid en zal ik blijven inzetten op betekenisvolle jongerenparticipatie voor het
behalen van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDGs).
Kansen voor jongeren
De Youth at Heart aanpak gaat uit van een geïntegreerde benadering van jeugdwerkgelegenheid, waarbij
de vaardigheden die jongeren leren relevant dienen te zijn voor de arbeidsmarkt van
de 21e eeuw. Daarbij wordt nauw samengewerkt met de private sector. Binnen bijvoorbeeld
het Nexus Skills & Jobs programma in Jordanië, heeft een van de projecten een focus op het combineren van
soft skills met technische training in ICT en ondernemersvaardigheden. Soft skills zijn vaardigheden zoals kritisch denken, communicatievaardigheden en oplossingsgericht
denken.
Er is ook aandacht voor de kansen en uitdagingen van jongeren die ontheemd zijn, en
de gastgemeenschappen die hen opvangen. Zo werken UNICEF en ILO nauw samen op het
innovatie programma UPSHIFT, onder het Prospects partnerschap.4 UPSHIFT streeft ernaar om jongeren de vaardigheden en middelen te bieden die ze nodig
hebben om problemen in hun gemeenschappen aan te pakken. Hierbij richt UNICEF zich
op leren en vaardigheden en legt de ILO zich toe op ondernemerschap.
Om het ondernemersklimaat voor jongeren te verbeteren, werken we samen met de private
sector. Zo investeert het Challenge Fund for Youth Employment (CFYE) in startups die werkgelegenheid genereren voor jongeren, met specifieke aandacht voor jonge vrouwen
(zie hieronder Box Gender). In Oeganda steunt het CFYE bijvoorbeeld een sociale onderneming
die duurzame energiesystemen toegankelijk maakt voor rurale huishoudens. Nederland
ziet de agri-food sector en de digitale sector als groeisectoren. Voorbeelden hiervan
zijn de Nederlandse steun aan Generation Unlimited
5, dat samenwerkt met bedrijven als Unilever rond het versterken van de landbouw en
voedselsector en Microsoft in het breder toegankelijk maken van online leerplatforms.
In het verbeteren van het ecosysteem voor jonge ondernemers spelen programma’s zoals
Orange Corners (uitgevoerd door het Youth Employment and Entrepreneurship Team van RVO) en Local Employment for African Development (LEAD) een belangrijke rol. Via deze programma’s wordt er onder andere gewerkt aan
het hervormen van ongunstige wet- en regelgeving voor startups en het creëren van
trainingsmogelijkheden (incubatie en acceleratie) voor jonge ondernemers. Jonge ondernemers
hebben behoefte aan financieringsinstrumenten die rekening houden met hun specifieke
kansen en uitdagingen. In Irak lanceerde ik onlangs een Orange Corners Innovation Fund om jonge ondernemers toegang tot financiering te kunnen bieden. De NASIRA-faciliteit,
uitgevoerd door FMO, dekt een deel van de risico’s van lokale financiële instellingen
af bij het verstrekken van financiering aan jonge ondernemers. Ook het Dutch Good Growth Fund (DGGF) is zich meer gaan richten op jongeren door investering van kapitaal en het
verlenen van technische assistentie aan jonge ondernemers.
Digitalisering
Digitale technologie, waarvan het gebruik versneld is door de COVID-19 pandemie, heeft
het onderwijs en de manier van werken blijvend veranderd. Om ervoor te zorgen dat
jongeren voorbereid zijn op deze ontwikkelingen heeft het LEAD programma in Nigeria
en Somalië een sterke focus op digitale vaardigheden in combinatie met soft skills.
Daarnaast stellen deze vaardigheden jongeren in staat hun stem beter te laten horen.
Over de inzet op digitalisering wordt U verder geïnformeerd in de BHOS nota.
Gender
Wereldwijd is de jeugdwerkloosheid onder vrouwen hoger dan onder mannen. In Afrika
werkt de meerderheid van de jongeren, vooral jonge vrouwen, in de informele sector
en onder slechte omstandigheden. Aanhoudende genderrollen, sociale normen en discriminatie
maken het voor jonge vrouwen moeilijker om een baan te vinden. Het CFYE steunt in
Nigeria een groeiend ICT-bedrijf dat jongeren in staat stelt om digitale diensten
te leveren binnen en buiten Afrika. Hierbij is speciale aandacht voor baankansen voor
jonge vrouwen (>60% van de doelgroep) en meer specifiek jonge moeders.
Stem van jongeren
Binnen de programma’s van Youth at Heart wordt ingezet op betekenisvolle jongerenparticipatie. Tijdens de ontwikkeling van
nieuwe programma’s, zoals bijvoorbeeld het nieuwe Beroeps- en Hoger Onderwijsprogramma,
de opvolger van het huidige Orange Knowledge Programme (OKP), wordt samengewerkt met jongeren om te komen tot een aanpak die aansluit op
hun realiteit. Daarnaast werken de VN partners (UNICEF, ILO, UNHCR) binnen het Opportunity Fund van het Prospects programma in toenemende mate samen met jongeren.
Om structurele jongerenparticipatie binnen het ministerie te bevorderen is de Jongerenadviescommissie
opgericht, bestaande uit tien jongeren uit Afrika, het Midden Oosten en het Koninkrijk
der Nederlanden.6 Ook verschillende ambassades hebben jongerenadviesorganen opgezet en specifieke jongerenstrategieën
uitgewerkt. Om collega’s in Den Haag en op de ambassades handvatten te geven hoe jongeren
het beste structureel te betrekken zijn een «toolkit»7 en een online-cursus ontwikkeld. Deze instrumenten zijn in samenwerking met jongeren
en jongerenorganisaties, zoals CHOICE, de West Wing, de Nationale Jeugdraad en de
VN Jongerenvertegenwoordigers gerealiseerd.
Jongerenorganisaties bevinden zich in de haarvaten van de samenleving, zij spreken
zich uit tegen ongelijkheid en onrecht en vóór inclusieve verandering. Zij geven aan
dat het lastig is om toegang te krijgen tot directe financiering omdat de vereisten
veelal te hoog zijn. Binnen het beleidskader Versterking Maatschappelijk Middenveld
en instrumenten zoals VOICE en het Civic Space Fund financieren we jongerenorganisaties door kleinere fondsen beschikbaar te stellen.8 Deze tailor-made approach sluit aan bij de behoeftes van kleinere jongerenorganisaties met een beperkt
absorptievermogen. Nederland heeft met succes opgeroepen tot meer financiering van
lokale organisaties in de recent aangenomen OESO/DAC aanbeveling.9 Ook ontwikkelt Nederland samen met de donorgemeenschap handvatten om dit om te zetten
in actie. Nederland steunt tevens het Civicus Youth Lab.10
Om aan te sluiten bij de realiteit van jongeren moeten organisaties hun – vaak verkokerde
– werkwijze aanpassen. Werken aan en vanuit het perspectief van jongeren leidt tot
betere samenwerking. Zo heeft deze integrale benadering binnen het Prospects partnerschap geleid tot intensivering van samenwerking tussen multilaterale organisaties
(ILO, UNHCR en UNICEF) op het gebied van «learning to earning» en het vergroten van de kansen van jongeren. Binnen het ministerie is een werkgroep
opgericht om de samenwerking en verankering van de jongeren-agenda te stimuleren.
Daarnaast is er een netwerk van youth focal points vanuit de ambassades opgericht.
Nederland speelt op deze agenda een internationale voortrekkersrol en katalyseert
deze inzet in samenwerking met partners. In november 2020 werd het Youth at Heart Virtual Forum georganiseerd.11 In samenwerking met meer dan 75 internationale partners, waaronder maatschappelijke
organisaties, private sector, fondsen en agentschappen van de Verenigde Naties, andere
overheden, kennisinstellingen en jongerenorganisaties gaf Nederland het signaal af
te investeren in het perspectief van jongeren, met jongeren als partners. Ook speelt
Nederlands een actieve rol binnen de Europese Unie en hebben we -samen met Denemarken
– het thema «jongeren» hoger op de agenda gekregen bij de EU.12
Nederland toont zich een partner van jonge mensen, meestal gemarginaliseerd binnen
hun samenlevingen. Vaak is er sprake van een beschadigd sociaal contract tussen de
jonge bevolking en veelal «gerontocratische» elites. De jongerenagenda resoneert in
veel van de landen waar wij werken. In onze bilaterale relaties zetten we in toenemende
mate in op de specifieke kansen en uitdagingen van jongeren. In bijvoorbeeld Irak,
Soedan, Burkina Faso en Jordanië werkt Nederland zichtbaar voor en met jongeren.
Voor zowel het vergroten van kansen voor jongeren via de programma’s als voor het
versterken van de stem van jongeren binnen ons beleid, onze bilaterale- en multilaterale
relaties, is de inzet van de Ambassadeur-in-Algemene-Dienst voor Jongeren, Onderwijs
en Werk instrumenteel geweest. Om de ingezette koers te consolideren en de Youth at
Heart agenda uit te blijven dragen, zal deze AMAD functie voortgezet worden.
Aanscherpingen van beleid
Ik zie een aantal kansen voor aanscherping van de Youth at Heart agenda. Nederland investeert in toekomstbestendige vaardigheden en baankansen voor
jongeren in digitalisering en de groene economie. Aandachtspunt hierbij is de kwaliteit
van werk en een fatsoenlijk inkomen. Fintech en e-commerce bieden hierbij kansen. De komende jaren wil Nederland bekijken hoe het de meest succesvolle
en kansrijke programma’s op jeugdwerkgelegenheid en ondernemerschap kan opschalen.
Daarbij wordt ook gekeken naar investeringsfondsen en Team Europe Initiatieven.
Het nieuwe Beroeps- en Hoger Onderwijsprogramma zal zich richten op het versterken
van beroeps- en hoger onderwijs. De samenwerking met de private sector staat hierbij
centraal, met het doel om een ondernemende generatie op te leiden. Ik wil hiermee
de kans op (fatsoenlijk) werk voor jongeren vergroten en innovaties aanmoedigen.
De inzet op opvang in de regio zal worden geïntensiveerd en uitgebreid. Daarbij zullen
de specifieke kansen en uitdagingen van jongeren in situaties van gedwongen ontheemding
blijvende aandacht krijgen in onder andere de voortzetting van het Prospects-partnerschap.
In EU- en VN verband en via onze bilaterale relaties zullen we betekenisvolle jongerenparticipatie
blijvend op de agenda zetten. In de Meerjarige Landenstrategieën van de ambassades
zal er vaker aandacht worden besteed aan jongeren als dwarsdoorsnijdend thema. In
de Afrikastrategie zal nader worden in gegaan op hoe Nederland zich verhoudt tot Afrika
als continent van de toekomst. Ook blijven we binnen bestaande instrumenten kijken
naar meer mogelijkheden voor directe financiering van jongerenorganisaties.
Bovendien is het luisteren naar jongeren een integraal onderdeel van onze werkwijze.
De Jongerenadviescommissie speelt daarin een belangrijke rol.
Gezien de positieve ervaringen met het meer centraal plaatsen van de kansen en uitdagingen
van jongeren, gaat het ministerie vaker een «jongerenlens» toepassen binnen verschillende
beleidsterreinen. Op bepaalde terreinen, zoals Mental Health and Psychosocial Support (MHPSS), Sexual and Reproductive Health and Rights (SRHR) wil ik de reeds bestaande inzet op jongeren bestendigen. Ik wil graag verder
inzetten op de kansen en uitdagingen van jongeren binnen de internationale inzet op
landbouw (via bijvoorbeeld de FAO en IFAD). Op de thema’s mensenrechten en veiligheid
en stabiliteit kan de inzet op jongeren eveneens worden versterkt. Nederland gaat
meer inzetten op het toepassen van de Inter-Agency Standing Committee (IASC) richtlijnen voor het betekenisvol werken met en voor jonge mensen in humanitaire
context.
Klimaat
Er is wereldwijd toenemende behoefte van jongeren om hun stem te laten horen op het
gebied van mondiale klimaatactie. Het We Are Tomorrow Global Partnership is een kennisuitwisseling tussen 12 klimaatjongerenbewegingen wereldwijd, in samenwerking
met de Nederlandse Jonge Klimaatbeweging en het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Jongerenparticipatie blijft centraal staan binnen ons internationaal klimaatbeleid.
Daarnaast zetten we ons ervoor in dat jongeren op het juiste moment bij de juiste
mensen aan tafel zitten. Jongeren zijn belangrijke pleitbezorgers voor een toekomstbestendige
wereld.
Conclusie
We zijn op de goede weg en ik wil mij inzetten voor innovatief beleid voor jongeren,
voortbouwend op de Youth at Heart strategie. Ik kijk hoe programma’s voor jeugdwerkgelegenheid kunnen worden opgeschaald
en werk aan een nieuw programma voor beroeps- en hoger onderwijs. De positie van jongeren
in situaties van gedwongen ontheemding krijgt meer aandacht. Het Kabinet zal jongeren
betekenisvol blijven betrekken bij het bredere BHOS-beleid. Daarnaast bekijken we
hoe de samenwerking met jongerenorganisaties kan worden voortgezet en waar mogelijk
uitgebreid. Tot slot zal ik mij binnen de bilaterale- en multilaterale dialoog blijven
inzetten voor jongeren.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking