Brief regering : Evaluatie sluiting Ketheltunnel
29 296 Tunnelveiligheid
Nr. 44
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 juni 2022
Tijdens het vragenuur van 17 mei jl. is met uw Kamer gesproken over de sluiting van
de Ketheltunnel op 16 mei. De door de sluiting van de tunnel ontstane verkeershinder
is ronduit vervelend geweest voor de weggebruikers (Handelingen II 2021/22, nr. 80, mondelingen vragen van het lid Koerhuis over het bericht «Ketheltunnel dicht tijdens
ochtendspits vanwege ziekmeldingen, inmiddels weer open»). Aan de Kamer is toegezegd
dat voor de zomer de uitkomsten van de evaluatie van Rijkswaterstaat toegestuurd zouden
worden. De Kamer heeft tevens verzocht om een overzicht van het aantal bevoegde operators
per tunnel bij Rijkswaterstaat. Met deze brief wordt aan deze toezegging en vraag
invulling gegeven.
Feitelijke situatie maandagochtend 16 mei
Op maandagochtend 16 mei jl. van ongeveer 06.30 uur tot ongeveer 08.30 uur is de Ketheltunnel
op de A4 in beide richtingen afgesloten geweest. Dit besluit is genomen omdat Rijkswaterstaat
de veiligheid in de tunnel niet meer kon garanderen, nadat twee collega’s zich ziek
meldden, kort voordat hun dienst om 6:30 uur begon. Vanwege het gesloten karakter
van een tunnel en het feit dat tunnels in Nederland over het algemeen geen vluchtstroken
hebben, is de kans op escalatie van een incident groter dan op de open weg.
Mede om die reden heeft de wetgever bepaald dat tunnels met een lengte van meer dan
500 meter aangesloten moeten zijn op een bedieningscentrale met 24/7 videobewaking
en dat er voldoende en gekwalificeerd personeel aanwezig moet zijn voor het bedienen
en bewaken van de tunnel. De openstellingsvergunning van een tunnel wordt verleend
op basis van deze uitgangspunten. Voor de Ketheltunnel is deze vergunning afgegeven
door de gemeente Schiedam.
De sluiting van deze tunnel, die in een belangrijke verkeersader in de Randstad ligt,
had directe gevolgen voor de doorstroming op de A4 zelf maar ook op de omliggende
wegen zoals de A20, A13 en A15. Weggebruikers hebben ongemak en hinder ervaren en
dit heeft – begrijpelijk – tot ergernis geleid. Dat rekent Rijkswaterstaat zichzelf
aan, temeer omdat al vrij snel duidelijk was dat het een ongelukkige samenloop van
omstandigheden is geweest. Zoals tijdens het vragenuur van 17 mei al toegelicht, is
er geen sprake van structurele personeelstekorten, maar is het fout gegaan in de opschaling
en interne communicatie na een tweetal ziektemeldingen. Rijkswaterstaat heeft dit
incident geëvalueerd om te bezien of er maatregelen nodig zijn om herhaling te voorkomen.
Evaluatie
Voor de evaluatie heeft Rijkswaterstaat gesprekken gevoerd met betrokken medewerkers
en de protocollen tegen het licht gehouden die in dit geval – onverwachte en acute
uitval van ingeroosterd personeel – van toepassing zijn. Deze protocollen (verzuimprotocol,
piketprotocol, verdringingsreeks) zijn de afgelopen twee jaar regelmatig toegepast
omdat Rijkswaterstaat in deze (corona)periode nadrukkelijker dan eerder te maken heeft
gehad met uitval van personeel vanwege ziekte.
Uit de evaluatie blijkt dat de verdeling van taken en verantwoordelijkheden zoals
beschreven in de protocollen niet volledig is gevolgd. In de ontstane situatie waren
er verschillende mogelijkheden om te zorgen voor voldoende gekwalificeerd personeel,
maar door een menselijke fout is te laat volgens protocol gehandeld. Het besluit om
bij afwezigheid van voldoende toezicht de Ketheltunnel te sluiten, is op zichzelf
een juiste beslissing geweest. Dit besluit had echter niet genomen hoeven te worden,
als er in een eerder stadium gehandeld was volgens de voorgeschreven werkwijze.
Vervolg
Rijkswaterstaat heeft inmiddels alle medewerkers die werken met de eerder genoemde
protocollen nogmaals geïnstrueerd. Verder uniformeert Rijkswaterstaat het landelijk
verzuimprotocol en de daarbij behorende piketrollen zodanig dat ze maar voor één uitleg
vatbaar zijn.
Bevoegde medewerkers
De wetgever schrijft voor dat het personeel gekwalificeerd moet zijn. Rijkswaterstaat
heeft voor iedere relevante functie een OTO-programma (opleiden, trainen, oefenen)
opgesteld, waar wegverkeersleiders die ingezet worden als tunneloperator aan deelnemen.
Rijkswaterstaat beschikt over 214 wegverkeersleiders die tevens tunneloperator zijn.
Deze zijn werkzaam in de vijf regionale verkeerscentrales. Een tunneloperator is doorgaans
opgeleid om enkele tunnels te bedienen. Vanwege veiligheidsaspecten is het aantal
tunnels dat een operator tegelijkertijd mag bedienen echter gemaximeerd.1
Rijkswaterstaat bedient vanuit de vijf regionale verkeerscentrales 24 tunnels, 24
uur per dag, 7 dagen per week. In de bijlage treft u een overzicht aan van alle tunnels
die bediend2 worden door Rijkswaterstaat met het aantal opgeleide medewerkers per tunnel.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
Indieners
-
Indiener
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat