Brief regering : Eerste Halfjaarbericht 2022 Politie
29 628 Politie
Nr. 1098
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 juni 2022
De politie voert de strafrechtelijke rechtshandhaving uit, handhaaft de openbare orde
en verleent hulp aan hen die dat behoeven. Achter deze formele terminologie, afkomstig
uit de Politiewet 2012, gaat onvoorstelbaar veel schuil. De politie staat midden in
de samenleving en heeft een cruciale rol in de veiligheid van Nederland. Politiemedewerkers
zetten zich dag en nacht in voor een land waarin we ons veilig voelen, waar we vrij
zijn en waar we onszelf kunnen zijn. Ik zie dat politiemedewerkers toegewijd zijn
en werken met hart en ziel voor de samenleving. Dat verdient respect en waardering.
Ik zie ook de uitdagingen waar de politie voor staat. Over kwantitatief en kwalitatief
voldoende politiemedewerkers beschikken, digitale opsporing verstevigen, discriminatie
tegengaan en de ondermijnende criminaliteit aanpakken zijn maar enkele voorbeelden.
Om nog maar niet te spreken over de ontwikkelingen bij de Landelijke Eenheid, waar
ik uw Kamer in een separate brief over informeer. Daarom is er fors geïnvesteerd in
het politiewerk om de basis voor de komende jaren goed op orde te krijgen. Het geld
dat de politie jaarlijks ter beschikking staat, is sinds de start van de nationale
politie sterk toegenomen en deze lijn zet ik voort. De komende jaren wordt er verder
geïnvesteerd, zoals te zien in de begroting met 200 miljoen in het Regeerakkoord (Bijlage
bij Kamerstuk 35 788, nr. 77) voor de basis op orde en 135 miljoen uit de motie van het lid Hermans (Kamerstuk
35 925, nr. 13). Daarnaast ben ik erg verheugd dat er een arbeidsvoorwaardenakkoord is gesloten
met een gemiddelde loonsverhoging van 9,5% over 2,5 jaar. In dit akkoord waarderen
en erkennen wij het belangrijke werk van de uitvoerende politiemedewerkers in een
tijd van verzwarende werkomstandigheden als gevolg van de onderbezetting met een tijdelijke
financiële tegemoetkoming boven op de salarisverhoging.
Dit alles is nodig zodat de politie in staat blijft de oren en ogen te zijn in de
wijk, en voldoende toegerust is op de uitdagingen van de toekomst.
Deze brief
In deze brief informeer ik u over de staat van de politie. Ik informeer uw Kamer langs
drie lijnen, te weten: de positie van de politie in de samenleving, de toerusting
van de politieorganisatie en de ontwikkeling van de taakuitvoering en het werkaanbod.
In bijlage 1 heb ik ten aanzien van deze lijnen kerncijfers visueel weergegeven. Deze
kerncijfers helpen bij het beeld van de ontwikkeling en trends van de politieorganisatie
en de context waarin zij acteren. In bijlage 2 informeer ik u over de gedane toezeggingen,
moties en over een aantal aanvullende zaken.
Positie van de politie in de samenleving
Een goed functionerende politie begint met een betrouwbare politie. De reputatie van
de politie en het vertrouwen dat burgers hebben in de politie zijn voor de legitimiteit
van de politie essentieel. In opdracht van de politie wordt sinds 2020 onder burgers
gemeten hoe het met de reputatie van- en het vertrouwen in de politie is gesteld.
Uit de metingen blijkt dat de reputatie van- en het vertrouwen in de politie onder
burgers overwegend goed is.1 Het beeld van de tevredenheid over het functioneren van de politie in de buurt en
tevredenheid over het laatste politiecontact afkomstig uit de meest recente Veiligheidsmonitor
(2021) laten een vergelijkbaar beeld zien van overwegende tevredenheid over de politie.
Daarnaast blijkt uit de CBS-cijfers over 2021 dat de politie het publieke instituut
is dat het grootste vertrouwen kent.2 Dit is bewonderingswaardig te noemen tijdens de coronacrisis waarin er veel van de
politie gevraagd is. Deze resultaten zijn opgenomen in de bijlage kerncijfers politie.
De politie gebruikt de monitoring van reputatie en vertrouwen om de dienstverlening
en de communicatie van de politie te optimaliseren met als doel om het vertrouwen
in- en de reputatie van de politie onder burgers te vergroten.
In de kerncijfers3 is te zien dat slachtofferschap van traditionele criminaliteit (vermogens-, gewelds-
en vandalismedelicten) en geregistreerde aangiften van criminaliteit net als voorgaande
jaren afnemen. Slachtofferschap van cybercrime heeft nu een omvang die vergelijkbaar
is met het slachtofferschap van traditionele criminaliteit (17%). De verschuivingen
tussen verschillende soorten criminaliteit blijft hierin een aandachtspunt zal de
komende periode om stappen vragen. Het aantal klachten van burgers over het optreden
van de politie is toegenomen en de tevredenheid van burgers over het laatste contact
met politie in de eigen gemeente is afgenomen ten opzichte van vorig jaar, maar dit
tevredenheidscijfer ligt hoger dan bij de vorming van de Nationale Politie. Het percentage
incidenten waarbij de politie geweld gebruikt blijft klein. In 0,12% van alle incidenten
waarbij de politie is ingezet, werd geweld door politieambtenaren (GDPA) toegepast.
De financiële middelen en personele capaciteit van de politie nemen toe. Het percentage
ziekteverzuim van 5,6% (gemiddelde over 12 maanden in 2021) is vergelijkbaar met het
verzuimpercentage van 2020, maar is nog steeds lager dan het verzuimpercentage in
de jaren 2013–2019.
Dit halfjaarbericht en de kerncijfers zijn opgesteld zodat de ontwikkelingen zo goed
als mogelijk te volgen zijn voor u als Kamer. Dit is een dynamisch geheel, elk halfjaar
probeer ik dit steeds beter te doen met ook de inbreng vanuit de Kamer.
Toerusting van de politieorganisatie
Personele capaciteit
In het vorige halfjaarbericht van december jl.4 heeft mijn ambtsvoorganger uw Kamer geïnformeerd over de druk op de politiecapaciteit,
met name in de gebiedsgebonden politiezorg en in de basisteams. De formeel vastgestelde
strategische personeelsprognose uit de Begroting en Beheersplan 2022–26 van politie
wees toen uit dat de operationele formatie en de bezetting in 2024–2025 weer in balans
komen. Ik heb uw Kamer toegezegd in de halfjaarberichten steeds een zo gedetailleerd
mogelijk overzicht te geven van de politiecapaciteit, met cijfers voor instroom en
uitstroom, het aantal politiemedewerkers in opleiding en de totale formatie. Een concrete
uitsplitsing is toegevoegd in bijlage 2.
In deze uitsplitsing ga ik tevens in op de (externe) instroomcijfers bij de politieacademie
in relatie tot de verwachte (externe) instroom, de uitvalcijfers van aspiranten in
relatie tot de verwachte uitval en de onvoorziene uitstroomcijfers in de operationele
sterkte (minus aspiranten) in relatie tot de verwachte onvoorziene uitstroomcijfers
en het aantal zij-instromers.
Uit de cijfers blijkt dat het korps een forse groei heeft doorgemaakt, namelijk van
een operationele formatie van 49.803 fte in 2016 naar 51.728 fte eind 2021. De totale
operationele bezetting valt lager uit dan de formatie, doordat het opleiden van grote
aantallen nieuwe medewerkers voor de uitbreiding van de bezetting en de vervanging
van vertrekkend personeel tijd kost. Deze groeit nog door tot 2026 en zal dan 52.254
bedragen. Dit is nog exclusief de 700 fte uit de motie van het lid Hermans.
Politievrijwilligers
In het Commissiedebat Politie van 17 februari 2022 en 11 mei 2022 (Kamerstuk 29 628, nrs. 1073 en 1094) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over politievrijwilligers: in-,
zij en doorstroom. Naar aanleiding van de motie van het lid Bisschop (Kamerstuk 29 628, nr. 1093), over een plan van aanpak voor het streven naar de norm van 10% politievrijwilligers
voor eind 2027, worden de mogelijkheden voor behoud, verbreding en vergroting van
de inzet van politievrijwilligers geschetst. In de komende maanden wordt dit plan
van aanpak gemaakt. In bijlage 2 informeer ik u nader over de voortgang rondom politievrijwilligers.
Invulling 200 mln CA-middelen
In het kader van het Coalitieakkoord is door dit kabinet een bedrag oplopend tot € 200
miljoen beschikbaar gesteld ter versterking van de politieorganisatie. Hiermee worden
de prioritaire knelpunten in de bedrijfsvoering van de politie gedekt. Er wordt onder
andere geïnvesteerd in de basisvoorzieningen IV, de operationele sterkte bij de meldkamers
en taakontwikkeling als gevolg van algemene wet- en regelgeving. Een belangrijke andere
post is een intensivering op bijzondere zorg, ter ondersteuning van medewerkers die
kampen met PTSS.
Politieonderwijs
Met mijn brief van 29 april jl. heb ik uw Kamer uitgebreid geïnformeerd over het politieonderwijs.5 In dit halfjaarbericht ga ik in op het Politieonderwijsverslag 2021 dat door de Inspectie
van Justitie en Veiligheid (hierna Inspectie) is opgesteld en waarover de Inspectie
mij op 18 mei jl. heeft geïnformeerd. De Inspectie schetst een positief beeld over
het politieonderwijs en concludeert dat de Politieacademie op de goede weg is. Er
zijn de afgelopen jaren forse stappen gezet. In bijlage 6 vat ik de bevindingen van
de Inspectie kort samen.
Stelsel beroepsgerelateerd letsel
Ik acht het van groot belang dat politiemedewerkers die als gevolg van hun werk te
maken hebben met letsel gehoord en geholpen worden. Dit geldt in het bijzonder voor
(voormalig) agenten die kampen met PTSS. Daarom wordt door de politie, de vakbonden
en mijn ministerie hard gewerkt aan de realisatie van het nieuwe stelsel beroepsgerelateerd
letsel voor de politie. In dit nieuwe stelsel worden knelpunten uit het huidige stelsel
geadresseerd en komt de nadruk te liggen op preventie en de zorg en begeleiding die
nodig is bij herstel en re-integratie. Toegang tot het stelsel vindt plaats op basis
van vertrouwen. Bij de realisatie wordt nauw samengewerkt met politie, de vakorganisaties
en de Centrale Ondernemingsraad van de politie Recent is een akkoord bereikt over
de laatste openstaande punten, waaronder de wijze van schadevaststelling- en afwikkeling
en de re-integratie van aspiranten. Nu deze stap gezet is, verschuift de focus naar
het uitwerken van de regelgeving en verdere uitwerking van de gemaakte afspraken,
zodat het stelsel per de beoogde datum van 1 januari 2023 ingevoerd kan worden. Ook
de implementatie van het nieuwe stelsel wordt voorbereid. Gezien het belang van een
goede uitvoering van het nieuwe stelsel is met de politievakorganisaties afgesproken
dat zij en de Centrale Ondernemingsraad de voorbereidingen nauwgezet zullen volgen.
In bijlage 2 van dit halfjaarbericht wordt ook ingegaan op de gedane toezeggingen
over de lopende restschadezaken en een advies van de Commissie van Advies Restschade
Afwikkeling Politie.
Politie voor Iedereen
De politie levert veel inspanningen om te komen tot een diverse en inclusieve organisatie
die herkenbaar en benaderbaar is voor alle burgers en groepen in onze samenleving.
Hiervoor is het realiseren van een veilige werkomgeving voor alle medewerkers een
essentiële voorwaarde. Dit is dan ook een belangrijk onderdeel van het realisatieplan
Politie voor Iedereen. Recente verhalen van politiemedewerkers in de documentaire
«De Blauwe Familie» over hun ervaringen binnen de politie met discriminatie en uitsluiting,
heeft de noodzaak van deze inspanningen nogmaals benadrukt en stimuleert tegelijkertijd
om ze met kracht voor te zetten. Binnen de politieorganisatie is geen plek voor discriminatie
en een politie die discriminatie aanpakt in de samenleving, moet zelf ook veilig en
inclusief zijn. Ik vind het ontzettend moedig dat deze collega’s een stap naar voren
hebben gezet om hun verhaal te vertellen en ik ben blij dat de politieleiding dit
actief en diepgaand oppakt. Op dit moment wordt nader bezien door de korpsleiding
welke aanvullende maatregelen naar aanleiding van de signalen genomen worden. Dit
sluit aan op de maatregelen die al in voorbereiding waren na de dialoogsessies in
het korps over hoe om te gaan met discriminerend gedrag en de normstelling hiervoor.
De uitkomsten hiervan worden op korte termijn met uw Kamer gedeeld. Over de voortgang
van het totale realisatieplan Politie voor Iedereen informeer ik u verderop in deze
brief (bijlage 2).
De ontwikkeling van de taakuitvoering en de werkvraag
Geweldsmiddelen politie
De politie werkt continue aan verdere professionalisering van hun optreden en verbetering
van het gebruik van geweldsmiddelen door opleiding en training. In bijlage 2 van deze
brief neem ik u mee in recente ontwikkelingen op het gebied van de politiehond en
het stroomstootwapen.
Landelijke Eenheid
Zoals toegezegd in mijn brief van 4 april jl.6 informeer ik uw Kamer voortaan in het halfjaarbericht over de voortgang van de veranderingen
bij de Landelijke Eenheid. Ik heb in deze brief gemeld dat de Landelijke Eenheid een
transitie zal moeten doormaken. Er zijn fundamentele ingrepen nodig op het vlak van
de positionering in het bestel, de organisatie-inrichting, de werkcultuur, het leiderschap
en de bedrijfsmatige ondersteuning. Ik verwacht uw Kamer voor het zomerreces in mijn
beleidsreactie op het eindadvies van de commissie Schneiders te kunnen informeren
over de kaders van de transitie.
Op een aantal plekken in de Landelijke Eenheid zijn de afgelopen periode al maatregelen
getroffen, onder meer naar aanleiding van aanbevelingen van de Inspectie Justitie
en Veiligheid en de commissie Brouwer. In mijn brief van 4 april jl. heb ik al een
aantal concrete maatregelen toegelicht die de korpschef heeft getroffen. In aanvulling
hierop heeft de korpschef mij geïnformeerd over de volgende ontwikkelingen.
Bij de afdeling Afgeschermde Operaties van de Dienst Specialistische Operaties is
een programmamanager aangesteld voor de aansturing van de opvolging van de aanbevelingen
van de Inspectie Justitie en Veiligheid en de commissie Brouwer. In de afgelopen maanden
zijn er weer stappen gezet om de personeelszorg te verbeteren. Er zijn extra leidinggevenden
aangesteld en de werkverbanden zijn verkleind, zodat het zicht op de mensen en de
operaties is verbeterd. Tevens is een (concept)zorgplan voor medewerkers in het heimelijk
domein opgesteld, in nauwe samenwerking met de korpspsycholoog. Voor de mentale begeleiding
van medewerkers in het heimelijke domein worden op korte termijn twee psychologen
geselecteerd. Deze psychologen komen dicht op de operatie te werken, zodat zij tijdig
kunnen adviseren over het mentale welzijn van de daarbij betrokken politiemensen.
Daarnaast is voortgang te melden bij het vormgeven van de tijdelijke voorziening voor
toetsing van morele en ethische aspecten van heimelijke trajecten. Deze voorziening
wordt ingesteld in afwachting van het advies van de commissie Sorgdrager over de waarborgen
voor heimelijk werken, dat voor het einde van het jaar wordt verwacht. De heer Oebele
Brouwer is bereid gevonden om een tijdelijke commissie te vormen voor de toetsing
van de ethische en morele aspecten van heimelijke traject. De heer Brouwer zal tevens
dienstdoen als meldpunt voor zorgen over veiligheid, moraliteit en ethiek medewerkers
uit het heimelijk domein en hun naasten.
Bij het cluster Contraterrorisme, Extremisme en Radicalisering wordt doorgewerkt aan
de maatregelen ten aanzien van het aanbrengen van focus in de operaties. Tevens zijn
de autorisaties voor toegang tot informatiebakken geverifieerd, zodat gegarandeerd
is dat medewerkers alleen toegang hebben tot informatie waarvoor zij bevoegd zijn.
Bij de Dienst Landelijke Informatieorganisatie wordt doorgewerkt aan de werkcultuur
en het leiderschap. Er worden feedback- en gesprekstrainingen georganiseerd voor leidinggevenden
en medewerkers en er wordt in klankbordgroepen gesproken over de ontwikkeling van
het vak. In de komende periode wordt de nadruk gelegd op de ontwikkelopgave binnen
teams, waarbij gewerkt zal worden aan versterkte taak- en rolduidelijkheid en verbetering
van de groepsdynamiek.
Internationale politiesamenwerking
Voor een effectieve en efficiënte uitvoering van de politietaak is samenwerking en
informatie-uitwisseling tussen de Nederlandse en buitenlandse politiediensten cruciaal.
De politie heeft hiertoe verschillende instrumenten en kanalen tot haar beschikking.
De samenwerking met andere landen binnen Europol en INTERPOL zijn hier belangrijke
voorbeelden van, maar ook de strategische allianties met relevante landen (en het
versterken daarvan) helpen in de strijd tegen criminaliteit. Door de plaatsing van
politieliaisons bij strategische partners en in landen waar in Nederland uitwerkende
criminaliteit haar oorsprong vindt, wordt gezorgd voor korte lijnen in de samenwerking.
De liaisons zorgen voor een goede informatiepositie t.a.v. criminaliteitsbestrijding
in het buitenland. Door inzet van politie in internationale vredesmissies in EU, VN
en OVSE verband wordt bijgedragen aan rechtsstaatsopbouw en ontwikkeling en hervorming
van de veiligheidssector in de missiegebieden. Waar mogelijk wordt verbinding gezocht
met de doelstellingen op het gebied van internationale criminaliteitsbestrijding.
Het kabinet beoogt het instrumentarium voor internationale politiesamenwerking slagvaardig,
bijdetijds, robuust en met waarborgen omkleed te houden. Het kabinet draagt actief
bij aan deze ontwikkelingen, onder andere in EU-, Benelux- en INTERPOL-verband. Hierbij
geldt als belangrijke waarde dat, alvorens nieuwe instrumenten overwogen worden, het
kabinet inzet op de verbetering van de reeds bestaande instrumenten. In het vorige
halfjaarbericht heb ik aan uw Kamer aangegeven in de halfjaarberichten terug te komen
op de internationale politiesamenwerking. In bijlage 5 ga ik gedetailleerder in op
recente ontwikkelingen en inspanningen op de verschillende deelterreinen.
Informatievoorziening (IV) – strategie
Begin mei is de nieuwe meerjarige IV-strategie van de politie vastgesteld. Sneller,
Simpeler en Samen zijn de termen waarmee stappen gezet worden om de ICT in het hart
van de politie te krijgen. Door de snel digitaliserende samenleving en de verwevenheid
tussen de fysieke en de virtuele wereld zijn informatie en technologie meer dan ooit
onderdeel van de kern van het politiewerk. Het is van levensbelang om de operationele
politiecollega’s snel en op een veilige manier precies de benodigde informatie op
het juiste moment te bieden. «Up-to-date» zijn is niet meer voldoende: IV voor de
politie moet vooroplopen om Nederland veilig te houden. Hierdoor staat de politie
volwaardig in een maatschappij waarbij digitalisering geen keuze is, maar een noodzakelijke
ontwikkeling. Het besef dat IV in het hart van het politiewerk komt, is direct terug
te vinden in de nieuwe IV-strategie. De IV-strategie is een startpunt om op veel thema’s
op systeemniveau binnen de politie verbeteringen door te kunnen voeren. Groeiende
uitdagingen hierbij zijn de krapte op de arbeidsmarkt en de leeftijdsopbouw van het
huidige personeelbestand.
In de IV-bijlage wordt nader ingegaan op de toekomstbestendige inrichting van de informatievoorziening
bij de politie: het versterken van de basisinfrastructuur ten behoeve van continuïteit,
het realiseren van vernieuwing en het vergroten van de cyberveiligheid.
Tot slot
De politie blijft verder werken aan de grote opgaven die voor liggen. Ook na twee
intensieve jaren coronacrisis blijft de druk onverminderd hoog. Met de extra investeringen
wordt het fundament bij de politie verder verstevigd en worden de juiste randvoorwaarden
gecreëerd om politie in staat te stellen te doen wat zij moeten doen: het beschermen
van (kwetsbare) mensen en verder bouwen aan een veilig Nederland.
Ik zal uw kamer blijven informeren over de verschillende ontwikkelingen bij de politie
middels verschillende kamerbrieven en het volgende halfjaarbericht.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid