Brief regering : Defensienota 2022 – sterker Nederland, veiliger Europa
36 124 Defensienota 2022 – sterker Nederland, veiliger Europa
Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 juni 2022
Hierbij bieden wij u de «Defensienota 2022 – sterker Nederland, veiliger Europa» aan1.
Dit doen we in een tijd waarin landen wereldwijd worden geconfronteerd met een divers,
en complex dreigingsbeeld. Er is een oorlog gaande in het hart van Europa. De Russische
invasie van Oekraïne laat zien dat onze vrijheid, veiligheid en welvaart niet vanzelfsprekendheid
zijn. Europese landen moeten beter in staat zijn hun inwoners te beschermen. Daarom
worden binnen de NAVO en de EU maatregelen genomen. De investeringen van dit kabinet
stellen de Nederlandse krijgsmacht in staat om een relevante bijdrage te kunnen leveren
op alle drie de hoofdtaken, nu en in de toekomst.
De Defensienota is leidend voor de inrichting, samenstelling en de toerusting van
de krijgsmacht en schetst een samenhangend beeld van de investeringen die dit kabinet
in Defensie doet. Met deze investeringen gaan we bouwen aan een toekomstgerichte krijgsmacht.
De krijgsmacht moet kunnen anticiperen en direct kunnen reageren op uiteenlopende
dreigingen. Daarvoor is het nodig dat Defensie transformeert naar een moderne, technologisch
hoogwaardige en innovatieve organisatie met een sneller reactievermogen, groter aanpassingsvermogen
en betere gevechtskracht, handelend op basis van de best beschikbare informatie.
De komende jaren wordt ook ingezet op het verdiepen en verbreden van samenwerking,
nationaal en internationaal, publiek en privaat. Met Europese partners en bondgenoten
gaan we slimmer samenwerken en zetten we in op gezamenlijke ontwikkeling, aankoop
en onderhoud van materieel, gezamenlijke opleiding en training van personeel, gezamenlijke
oefeningen en inzet, verdere integratie van eenheden en het gezamenlijk beschikken
over capaciteiten. Defensie wordt ook zichtbaarder in de samenleving en laat resultaten
zien op het gebied van duurzaamheid en diversiteit.
Dat begint met het investeren in personeel. Het personeel is het hart van onze organisatie.
Zij verdienen goede arbeidsvoorwaarden en een veilige werkomgeving. Daaraan geven
we prioriteit. Ook modernisering is noodzakelijk om blijvend het hoofd te kunnen bieden
aan dreigingen waarmee Nederland haar partners nu en in de nabije toekomst kunnen
worden geconfronteerd. Daarvoor zijn het verhogen van de gereedheid, het gericht versterken
van de gevechtskracht en het vergroten van de wendbaarheid noodzakelijk.
Door het verstevigen van de basis en het investeren in modernisering, wordt Defensie
een organisatie waarbij de gevechtseenheden en de ondersteunende capaciteiten en de
taken en middelen structureel in balans zijn. Het bouwen van een toekomstbestendige
krijgsmacht kost evenwel tijd. De inmiddels ingezette groei vraagt veel van onze mensen
en bedrijfsvoeringsprocessen. Bovendien zullen ontwikkelingen zoals een krappe arbeidsmarkt,
lange levertijden van materieel en een beperkte omgevingsruimte voor uitdagingen zorgen.
Defensie ziet als geen ander de noodzaak om snel en op verantwoorde wijze deze groei
te realiseren, en zet daar ook vol op in.
Motie-Sjoerdsma c.s.
Met de Defensienota geven wij ook invulling aan de motie van het lid Sjoerdsma c.s.2 De motie verzoekt te bezien wat er op korte termijn nodig en mogelijk is om de al
voorziene toename van het defensiebudget eerder te laten plaatsvinden, te onderzoeken
of er meer kan worden geïnvesteerd in de defensiesamenwerking met NAVO en Europese
partners en om naar manieren te zoeken om nog deze kabinetsperiode structureel extra
te investeren in Defensie. Met de Defensienota geven wij invulling aan de extra investeringen
en de samenwerking met onze partners en bondgenoten. Conform de incidentele suppletoire
begrotingen koopt Defensie versneld munitie aan, waarmee invulling wordt gegeven aan
het verzoek om versneld te investeren.3 Mogelijk aanvullende versnellingen worden betrokken bij de reguliere begrotingsproducten.
Comptabiliteitswet
In de Kamerbrief van 1 november 2021 (Kamerstuk 31 865, nr. 198) is uw Kamer geïnformeerd over de werkwijze dat vanuit artikel 3.1 uit de Comptabiliteitswet
(CW3.1) voor beleidsvoorstellen met significante financiële gevolgen (€ 20 mln. of
meer in enig jaar) een apart kader moet worden opgenomen in Kamerbrieven onder de
naam «beleidskeuzes uitgelegd». Om invulling te geven aan deze werkwijze zijn als
bijlage bij deze Kamerbrief voor elk van de actielijnen uit de Defensienota kaders
vanuit CW3.1 opgenomen.
Bijgevoegd treft u een ambitieus maar realistisch plan voor de toekomst van onze krijgsmacht,
mogelijk gemaakt door de grootste investering in Defensie sinds het einde van de Koude
Oorlog. Meerjarig politiek commitment blijft noodzakelijk om de ingezette verandering
voor de lange termijn te realiseren.
De Minister van Defensie, K.H. Ollongren
De Staatssecretaris van Defensie, C.A. van der Maat
Bijlage 1: Beleidskeuzes uitgelegd
Artikel 3.1 van de Comptabiliteitswet bepaalt dat beleidsvoorstellen met significante
financiële gevolgen in Kamerbrieven in aparte kaders worden toegevoegd onder de naam
«beleidskeuzes uitgelegd. In dit kader is een toelichting opgenomen op instrumenten,
doelen, financiële gevolgen en de verwachte doeltreffendheid en doelmatigheid. Omdat
de Defensienota meerdere actielijnen bevat die ieder een eigen kader vereisen, is
ter vergroting van de vindbaarheid ervoor gekozen deze kaders te bundelen en als bijlage
bij de aanbiedingsbrief te voegen. Iedere actielijn krijgt zo een toelichting op de
na te streven doelstellingen, in te zetten beleidsinstrumenten, de financiële gevolgen
voor het Rijk en maatschappelijke sectoren, de doeltreffendheid, de doelmatigheid
en de evaluatieparagraaf.
Conform het Defensie Materieel Proces (DMP) wordt per DMP-fase een brief aan de Kamer
gestuurd voor alle investeringen boven de 25 miljoen euro. Voor DMP-projecten die
zijn gebaseerd op de Defensienota worden in deze DMP-brieven niet opnieuw de kaders
«Beleidskeuzes uitgelegd» opgenomen, maar wordt volstaan met een verwijzing naar de
Defensienota.
Een evaluatieparagraaf maakt onderdeel uit van de kaders. Voor alle actielijnen geldt
dat Defensie gebruik maakt van de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel
van de begroting die jaarlijks met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt
om alle monitors, evaluaties en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang
op de actielijnen goed kan meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie
beschikt. Hiervoor worden per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald
en onderzoeken en monitoractiviteiten gepland. Met de uitgevoerde onderzoeken, evaluaties
en monitoractiviteiten, maakt Defensie meta-analyses. De uitkomsten van deze analyses
stuurt Defensie in de vorm van een periodieke rapportage aan de Kamer.
Actielijn 1: Krachtige Ondersteuning
1. Doel(en)
Hoofddoelstelling: de inzetbaarheid op de kortst mogelijke termijn vergroten waardoor
Defensie sneller en vaker kan worden ingezet en een inzet langer kan volhouden.
Te bereiken effecten/subdoelstellingen:
– Ondersteuning van de gevechtseenheden.
o Ondersteunende capaciteiten hersteld en versterkt.
o Inzetbaarheid verhoogd.
– Vergroten van de voorraden.
o Groter voortzettingsvermogen.
o Betere geoefendheid.
– Samenwerking verbreden en verdiepen.
o Pooling en sharing.
o Effectiever optreden in verbinding met nationale (veiligheids)partners, marktpartijen
en de samenleving.
o Efficiënter gebruik van (schaarse) resources door schaalvoordelen en specialisatie.
– Extra capaciteiten voor nationale taken.
2. Beleids-instrument(en)
Om de beoogde doelstellingen te realiseren, neemt Defensie maatregelen op het gebied
van:
– herstellen van bestaande capaciteiten.
– investeren in extra capaciteiten.
– investeren in extra voorraden.
– samenwerken met partners en bondgenoten.
Defensie investeert in ondersteuning van de special operations forces (SOF), de ondersteuning van het Duits-Nederlandse tankbataljon, luchttransportcapaciteit,
grondgebonden luchtverdediging, de geneeskundige keten, vuursteun voor grondgebonden
en maritieme eenheden en militaire politietaken, militaire mobiliteit, bescherming
van vitale militaire en civiele infrastructuur, chemische, biologische, radiologische
en nucleaire (CBRN)- beschermingscapaciteiten.
Defensie vergroot de voorraden van munitie, geneeskundige goederen, brandstof, voeding,
uitrusting en reservedelen, waar nodig inclusief de opslagfaciliteiten.
Defensie gaat de samenwerking met nationale en internationale veiligheidspartners
en met het bedrijfsleven en kennisinstituten (ecosystemen) verdiepen en verbreden.
3.A. Financiële gevolgen voor het Rijk
In mln €
2022
2023
2024
2025
2026
Krachtige ondersteuning
–
327
815
1.307
1.577
3.B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Defensie zoekt bij elke uitgave naar manieren om, naast de investering in veiligheid,
ook andere maatschappelijke meerwaarde te genereren. Defensie gaat de samenwerking
met kennisinstituten en het bedrijfsleven verder verdiepen door de kennis- en innovatie-ecosystemen
met deze partijen te versterken en te kijken naar innovatieve samenwerkingsvormen.
Innovatie voor militaire doelen biedt namelijk kansen voor andere sectoren.
4. Nagestreefde doeltreffendheid
Investeren in de operationele ondersteuning is effectief: meer eenheden kunnen tegelijk
worden ingezet en er kan meer worden getraind en geoefend. Een verhoogd voorraadniveau
komt direct ten goede aan de wendbaarheid en door exploitatietekorten op te lossen
zal de operationele gereedheid omhoog gaan.
5. Nagestreefde doelmatigheid
Door achterstanden weg te werken, genereren we met de bestaande eenheden meer gevechtskracht.
Bij het versterken van de ondersteunende eenheden is specifiek gekozen voor die capaciteiten
en voorraden die passen bij de gekozen focus. Daarnaast kiezen we voor eenheden waarover
Nederland zelf moet kunnen beschikken bij inzet of gereedstellingsactiviteiten. Daarbij
wegen we voortdurend af over welke ondersteuning Defensie moet beschikken en welke
ondersteuning we kunnen organiseren in samenwerking met bondgenoten en marktpartijen.
6. Evaluatie paragraaf
Voor het evalueren van de actielijnen uit de Defensienota maakt Defensie gebruik van
de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel van de begroting die jaarlijks
met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt om alle monitors, evaluaties
en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang op de actielijnen goed kan
meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie beschikt. Hiervoor worden
per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald en onderzoeken en monitoractiviteiten
gepland.
Actielijn 2: Een goede werkgever, verbonden met de samenleving
1. Doel(en)
Defensie heeft voldoende en de juiste mensen nodig om de uit de Grondwet voortvloeiende
hoofdtaken uit te voeren. Een toekomstbestendige krijgsmacht begint met investeringen
in de mensen van Defensie. Zij zijn het hart van de organisatie. Zij moeten zich kunnen
richten op hun unieke werk. Daarvoor moeten ze goed worden beloond, goede spullen
hebben, passende opleidingen krijgen en in een veilige en prettige werkomgeving kunnen
functioneren (doelen). De achterstand die Defensie door eerdere bezuinigingen heeft
opgelopen, moet worden weggewerkt. Dat verbetert niet alleen de wendbaarheid, maar
ook de gereedheid en inzetbaarheid van de organisatie (effecten).
2. Beleids-instrument(en)
Om de beoogde doelstellingen te realiseren, nemen wij maatregelen op het gebied van
personeel, veiligheid, vastgoed, duurzaamheid en samenwerking met publieke en private
partners.
Personeel
– Moderne arbeidsvoorwaarden. Het invoeren van een nieuw en modern personeelsmodel en
beloningsmodel en de bijbehorende IT-systemen dat flexibiliteit en maatwerk faciliteert
en aan de basis staat van een wendbare organisatie waarin de personele gereedheid
op orde is.
– Het optimaal benutten van onze reservisten en uitbreiding van het bestaande bestand,
onder meer door nog nadrukkelijker samen te werken met civiele en commerciële partners.
– Vernieuwing van het zorgstelsel voor veteranen.
Veiligheid
– Speciale adviseurs voor veiligheid bij de operationele eenheden.
– Beter en eerder risico’s inzichtelijk maken zodat expliciete besluitvorming hierover
kan plaatsvinden. Veiligheid wordt een vaste waarde van ons denken en doen.
Vastgoed
– Een goede werkomgeving. Daarom pakken we de problemen met ons dure, verouderde vastgoed
grondig aan met oog voor de regionale impact. Defensie verkent de opties om het vastgoed
van Defensie te concentreren, verduurzamen en vernieuwen en zal rond de zomer een
nieuw strategisch vastgoedplan naar de Kamer sturen, ook in reactie op het IBO Vastgoed
Defensie. Dit plan fungeert als kader voor de komende 10 tot 15 jaar.
Duurzaamheid
– Opstellen van een uitvoeringsagenda verduurzamingsplannen op het gebied van vastgoed,
materieel en innovatie.
– Energietransitie materieel.
– Verduurzamingsmaatregelen vastgoed.
Samenwerking
– Uitwisselen van personeel met het bedrijfsleven.
– Vergroten gebruiksruimte defensie en oefenen midden in en samen met de maatschappij.
3.A. Financiele gevolgen voor het Rijk
In mln €
2022
2023
2024
2025
2026
Een goede werkgever, verbonden met de samenleving
335
739
987
1.087
1.161
3.B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Bij het plannen en vormgeven van de vastgoedtransitie zal Defensie constant in gesprek
gaan en blijven met het regionale bestuur en overige belanghebbenden. Samen met partners
en het bedrijfsleven maakt Defensie duurzamere keuzes voor de energietransitie van
ons (toekomstige) operationeel materieel. Hierbij zetten we in op de meerwaarde van
duurzaamheid voor de operaties.
4. Nagestreefde doeltreffendheid
Defensie wil een werkplek bieden waar mensen willen werken en waar ze willen blijven.
Voldoende goede mensen zijn een noodzaak om de gereedheid en inzetbaarheid te verhogen
– en dat is urgent.
Door intensiever en slimmer samen te werken met overheden, het bedrijfsleven en kennisinstellingen,
een deel van onze eenheden schaalbaar in te richten en de uitwisseling van personeel
met andere sectoren makkelijker te maken, vergroten we bovendien onze wendbaarheid
en slagkracht, en de verankering van Defensie in de samenleving.
Ook de werkomgeving verbetert. Ons vastgoed is bijvoorbeeld sterk verouderd, waarbij
een transformatie van onze vastgoedportefeuille de enige mogelijkheid is om deze toekomstbestendig
in te richten. Daarnaast investeert Defensie ten behoeve van de nationale veiligheidstaak
in die capaciteiten die bijdragen aan de samenwerking met onze partners.
5. Nagestreefde doelmatigheid
De hier geschetste acties zijn een mix van personeelsacties die binnen het financiële
kader leiden tot een zo groot mogelijk effect. De investeringen versterken elkaar,
door vanuit diverse thema’s bij te dragen aan eenzelfde doel. Betere arbeidsvoorwaarden,
een veilige werkomgeving en goede huisvesting vergroten de aantrekkelijkheid van Defensie
als werkgever en ze spreken een grotere doelgroep aan. Het is efficiënt om de vastgoedportefeuille
te herzien langs de lijnen van concentreren, verduurzamen en vernieuwen.
Bij de investeringen in de nationale veiligheid is specifiek gekeken naar de verplichtingen
die Defensie heeft aan haar partners, zowel nationaal als internationaal. Door juist
daarin te investeren dragen we bij aan een sterkere veiligheidsketen en wordt de samenwerking
met partners verstevigd.
6. Evaluatieparagraaf
Voor het evalueren van de actielijnen uit de Defensienota maakt Defensie gebruik van
de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel van de begroting die jaarlijks
met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt om alle monitors, evaluaties
en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang op de actielijnen goed kan
meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie beschikt. Hiervoor worden
per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald en onderzoeken en monitoractiviteiten
gepland.
Actielijn 3: Versterken van specialismen
1. Doel(en)
Het leveren van een bijdrage aan de veiligheid van Europa door te investeren in capaciteiten
en kwaliteiten waar onze krijgsmacht goed in is en die de grootste meerwaarde hebben
voor het gezamenlijk optreden met onze bondgenoten en partners.
2. Beleids-instrument(en)
Om de beoogde doelstellingen te realiseren, neemt Defensie maatregelen op het gebied
van extra capaciteiten, samenwerking met partners en bondgenoten, het materieelproces
en duurzaam materieel.
Extra capaciteiten
– Investeren in inlichtingencapaciteit, capaciteiten in het cyberdomein, special operations
forces en de geïntegreerde lucht- en raketverdediging, waaronder versterking van de
fregatten, onderzeeboten, jachtvliegtuigen en grondgebonden luchtverdedigingssystemen.
– Investeren in de tijdige vervanging van systemen door modern, hoogtechnologisch materieel,
zoals raketartillerie, dronebestrijdingscapaciteit, MQ-9 en anti-torpedocapaciteit.
– Professionaliseren inzet militaire trainers en adviseurs.
Samenwerking met partners en bondgenoten
– Verdieping samenwerking op basis van het strategisch Kompas van de EU en het strategisch
concept van de NAVO, waaronder de verdere integratie van de landmacht met die van
Duitsland.
– Ook wordt training en advisering van veiligheidsinstituties ter bevordering van de
internationale rechtsorde beter geborgd en uitgebreid.
– Het aanjagen van specialisatie binnen Europa.
Materieelproces
– Aanvullen tekorten in het investeringprogramma voor vervangingstrajecten.
– Actualiseren DMP-proces.
Duurzaam materieel
– Nul-emissievariant voor meer niet-operationele voertuigen.
– Emissieloze hulpvaartuigen marine.
– Structureel bijmengen biologische of synthetische brandstoffen
– Duurzaamheidseisen en afwegingskaders doorvoeren.
3.A. Financiele gevolgen voor het Rijk
In mln €
2022
2023
2024
2025
2026
Versterken van specialismen
–
521
957
1.020
2.107
3.B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Voor het versterken van specialismen investeert Defensie in binnen- en buitenland.
Hiermee versterken we de Europese defensie-industrie. Ook in Nederland investeren
we in de defensie-industrie en bij investeringen in het buitenland streven we waar
mogelijk naar industriële participatie van Nederland. Daarnaast investeren we gezamenlijk
met kennisinstituten in de benodigde kennisopbouw en ontstaan er mogelijkheden voor
de Nederlandse en ook de Europese IT-sector.
4. Nagestreefde doeltreffendheid
Specialisatie is een verdergaande vorm van samenwerking met als uitgangspunt meer
gebruik te maken van de afzonderlijke sterke kwaliteiten van partners en bondgenoten.
Dankzij onze samenwerkingsverbanden hoeven we niet alles zelf te doen en te kunnen.
Door met extra investeringen specialismen te versterken, wordt de totale gevechtskracht
dus op een slimme manier vergroot.
Defensie kan daarmee beter voldoen aan internationale verplichtingen en meer inzet
realiseren.
5. Nagestreefde doelmatigheid
Bij het gericht versterken van specialismen, kiezen we voor capaciteiten waarmee Defensie
meerwaarde heeft ten opzichte van Europese partners en die passen binnen de gekozen
focus. Verouderd materieel wordt vervangen voordat de exploitatiekosten significant
stijgen; dat is efficiënter dan blijven investeren in onderhoud van oud materieel.
6. Evaluatieparagraaf
Voor het evalueren van de actielijnen uit de Defensienota maakt Defensie gebruik van
de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel van de begroting die jaarlijks
met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt om alle monitors, evaluaties
en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang op de actielijnen goed kan
meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie beschikt. Hiervoor worden
per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald en onderzoeken en monitoractiviteiten
gepland.
Actielijn 4: Meer Europese Samenwerking
1. Doel(en)
Europese landen moeten zichzelf en hun belangen beter kunnen verdedigen. De vrijheid,
veiligheid en welvaart van Europese burgers moeten worden beschermd. Dat kan Nederland
alleen samen met onze bondgenoten en partners: het geheel is meer dan de som der delen.
Een sterke NAVO -als hoeksteen van onze collectieve verdediging- en een sterke EU
zijn dus nodig.
Net als Nederland, verhogen andere (Europese) landen hun defensie-uitgaven. Zo investeert
bijvoorbeeld Duitsland fors in de krijgsmacht. Dit is dus het moment om slimmer samen
te werken, om doelmatig te investeren. Bijvoorbeeld door te kiezen voor dezelfde wapensystemen,
zodat we gezamenlijk onderhoud kunnen uitvoeren en makkelijker en beter kunnen oefenen
en inzetten. Hiermee vergroten we de interoperabiliteit en daarmee de slagkracht van
de Europese landen.
Nederland zal hierin een voortrekkersrol vervullen. Daarmee wordt bijgedragen aan
het sneller verhogen van de gezamenlijke operationele gereedheid, het tegengaan van
fragmentatie en het versterken van de Europese veiligheidsarchitectuur.
Europa is een krachtiger partner in de trans-Atlantische relatie als de Europese landen
een grotere rol kunnen spelen in het beschermen van de eigen belangen. Daarvoor is
het nodig dat Europa zelfstandig kan beschikken over basale capaciteiten zoals strategisch
luchttransport.
2. Beleids-instrument(en)
Om de beoogde doelstellingen te realiseren, neemt Defensie maatregelen op het gebied
van de versterking van de samenwerking in NAVO- en EU-verband en de overige multi-
en bilaterale samenwerking.
Versterking van de samenwerking in NAVO- en EU-verband
– De komende jaren wil Nederland een voortrekkersrol spelen in deze internationale samenwerking.
– Nederland blijft zich inzetten voor betere interoperabiliteit en meer standaardisatie
binnen de EU en de NAVO.
– Nederland brengt de eigen planprocessen meer in lijn met die van de NAVO en de EU.
– We vergroten onze presentie bij EU-instellingen.
– We verruimen de mogelijkheden voor deelname aan PESCO projecten, het EDF en de Europese
Vredesfaciliteit (EPF).
Multi- en bilaterale samenwerking
– Nederland intensiveert de hechte samenwerking die de afgelopen jaren is opgebouwd
met de strategische partners Duitsland, Frankrijk, België, Luxemburg, Noorwegen, het
VK en de VS.
– Met buurlanden worden verdergaande afspraken gemaakt over behoeftestellingen, het
ontwikkelen van capaciteiten, inkopen en onderhouden van materieel, opleiden van personeel,
gezamenlijk trainen en deelnemen aan missies.
– Nederland kijkt ook nadrukkelijk naar andere partners, omdat we gebruikmaken van de
dezelfde systemen, omdat we van nature goed kunnen samenwerken of omdat we goed zijn
in dezelfde dingen of elkaar kunnen aanvullen.
– Professionaliseren van het vakgebied van de militaire diplomatie.
3.A. Financiele gevolgen voor het Rijk
In mln €
2022
2023
2024
2025
2026
Meer Europese samenwerking
–
110
120
135
135
3.B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Via het EDF wordt aanspraak gemaakt op financiering vanuit de EU. Deelname aan internationale
projecten kan een positief effect op de positionering van de Nederlandse defensie-industrie
en de kennisinstellingen hebben.
4. Nagestreefde doeltreffendheid
Defensie zet in op het versterken van samenwerking met Europese partners. Bijvoorbeeld
door te investeren in programma’s die tot doel hebben de gezamenlijk capaciteiten
op te bouwen, interoperabiliteit te vergroten en de Europese industrie te versterken
(zoals het EDF) wordt de samenwerking in woord en daad versterkt. Dat is noodzakelijk,
en dat doel kan nu bereikt worden.
Kortom: samenwerking levert voordelen op. Door slim samen te werken, bijvoorbeeld
door transportcapaciteit te poolen and sharen, creëren we ruimte om in andere capaciteiten te investeren. Door slim te investeren,
kunnen we beter gebruik maken van onze meerwaarde en behoeften die in de EU of NAVO
bestaan invullen. Door hetzelfde materieel te kopen, zetten we stappen op het gebied
van interoperabiliteit en standaardisatie. Het synchroniseren van onze investeringen
verbetert de gezamenlijke slagkracht.
5. Nagestreefde doelmatigheid
Defensie komt door samenwerking tot een doelmatige besteding van middelen en bereikt
op die manier zoveel mogelijk slagkracht voor iedere euro, meer effectiviteit en een
hoge interoperabiliteit en standaardisatie. Zo bereikt Defensie bijvoorbeeld samen
met Europese partners schaalgrootte door minder verscheidenheid in typen en varianten.
6. Evaluatieparagraaf
Voor het evalueren van de actielijnen uit de Defensienota maakt Defensie gebruik van
de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel van de begroting die jaarlijks
met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt om alle monitors, evaluaties
en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang op de actielijnen goed kan
meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie beschikt. Hiervoor worden
per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald en onderzoeken en monitoractiviteiten
gepland.
Actielijn 5: Innoverend vermogen en Nieuwe Domeinen
1. Doel(en)
Voorop lopen in kennisontwikkeling, onderzoek en innovatie, en in de verkenning van
nieuwe domeinen. Het slagveld breidt zich uit. Wetenschap en technologie maken meer
en meer het verschil tussen winnen en verliezen. Kennisontwikkeling en innovatie geven
de doorslag.
Te bereiken effecten/subdoelstellingen:
– Snel kunnen inspelen op relevante ontwikkelingen
– Strategische autonomie via een vitale defensiesector
– Arbeidsextensiever werken door inzet van innovatieve technologie zoals automatisering,
digitalisering en robotisering.
2. Beleids-instrument(en)
Om de beoogde doelstellingen te realiseren, neemt Defensie maatregelen op het gebied
van:
– Europese samenwerking zoals PESCO en EDF;
– Samenwerking met bedrijven, universiteiten en kennisinstellingen;
– Kennis- en Technologie-ontwikkeling (uitvoeringsagenda SKIA, investeren in R&D, ontwikkeling
wapensystemen);
– Kortcyclische innovatie binnen de Defensieonderdelen;
– Ruimtedomein (ruimteagenda, internationale samenwerking, uitbreiding DSSC);
– Arbeidsextensiever werken (nieuwe technologieën voor veilige en effectieve inzet van
personeel).
3.A. Financiele gevolgen voor het Rijk
In mln €
2022
2023
2024
2025
2026
Innoverend vermogen en nieuwe domeinen
–
119
233
284
275
3.B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Defensie gaat de samenwerking met kennisinstituten en het bedrijfsleven verder verdiepen
door de kennis- en innovatie- ecosystemen met deze partijen te versterken en te kijken
naar innovatieve samenwerkingsvormen. Innovatie voor militaire doelen biedt namelijk
kansen voor andere sectoren.
4. Nagestreefde doeltreffendheid
De operationele behoeften van de krijgsmacht veranderen. Om daarop in te spelen is
technologische vernieuwing nodig – en die is binnen bereik. Dat komt door de decennialange
samenwerking tussen Defensie en haar strategische kennispartners. Technologische samenwerking
leidt ertoe dat systemen interoperabel zijn en dat operationele samenwerking belangrijker
wordt. Defensie versterkt gericht de gevechtskracht door onder andere de capaciteiten
in het cyberdomein uit te breiden.
5. Nagestreefde doelmatigheid
Doordat strategische kennispartners hun mensen en faciliteiten ook voor andere opdrachtgevers
inzetten, kan Defensie gebruik maken van opgedane kennis en ervaring en zijn de investeringen
van Defensie in kennisopbouw en technologieontwikkeling doelmatiger dan wanneer Defensie
dit in eigen beheer zou doen. Voor het cyber- en het ruimtedomein kiest Defensie voor
strategische autonomie als die vereist is, en voor internationale samenwerking waar
dat kan. Daarmee slaan we twee vliegen in één klap: de ontwikkel- en exploitatiekosten
worden gedeeld met partners en de interoperabiliteit van systemen wordt vergroot.
6. Evaluatieparagraaf
Voor het evalueren van de actielijnen uit de Defensienota maakt Defensie gebruik van
de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel van de begroting die jaarlijks
met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt om alle monitors, evaluaties
en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang op de actielijnen goed kan
meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie beschikt. Hiervoor worden
per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald en onderzoeken en monitoractiviteiten
gepland.
Actielijn 6: Informatiegestuurd werken en optreden
1. Doel(en)
Defensie moet data en informatietechnologie benutten om succesvol te kunnen zijn in
moderne conflicten en crises. Daarnaast moet Defensie weerbaar zijn tegen desinformatie,
haar eigen systemen kunnen beschermen tegen cyberaanvallen en in het uiterste geval
zelf offensieve cyberoperaties kunnen uitvoeren binnen een solide stelsel van waarborgen.
Ook moet Defensie transparanter worden.
2. Beleids-instrument(en)
Om de beoogde doelstellingen te realiseren, neemt Defensie maatregelen op het gebied
van commandovoering, inlichtingen, multidomein optreden, cybercapaciteiten en samenwerking
met (inter)nationale veiligheidspartners. Defensie versterkt het effect van deze maatregelen
door de informatiehuishouding te verbeteren en interne en externe transparantie te
bevorderen.
Commandovoering
– Betere toegang tot, en gebruik van, data en informatie leidt tot betere besluiten
en vergroot de effectiviteit van onze operaties in alle domeinen.
– Daartoe investeert Defensie naast een robuuste IT infrastructuur in verdere integratie
en versterking van sensor-, wapen- en commandovoeringsystemen, capaciteiten om informatie
sneller en beter te kunnen verwerken.
– Investeren in satellietcommunicatiecapaciteit.
Inlichtingen
– Versterking inlichtingencapaciteit bij de MIVD.
– Investeren in kleine, op afstand bedienbare verkenningscapaciteiten.
Multidomein optreden
– Moderniseren IT-infrastructuur voor het veilig en snel uitwisselen van informatie.
– Vervangen van mobiele communicatiesystemen om beter en veilig met partners en bondgenoten
te kunnen communiceren.
Cybercapaciteiten
– Uitbreiden offensieve en defensieve cybercapaciteiten.
– Verhogen cyberreadiness door het verbeteren cyberinlichtingenpositie en het vergroten van de cyberweerbaarheid.
– Versterken CEMA capaciteit.
– Creëren van trainingsmogelijkheden in het cyberdomein.
Samenwerking
– Versterken kennisopbouw hybride conflictvoering.
– Verkennen rol defensie voor het versterken van de weerbaarheid van het Koninkrijk
tegen hybride dreigingen.
– Delen van informatie over hybride dreigingen met partners en bondgenoten.
Informatiehuishouding en transparantie
– Opstellen Defensiebrede Informatiestrategie.
– Verbeteren van de naleving van wet- en regelgeving met betrekking tot informatieverstrekking
en -beheer (o.a. Wet open overheid en Archiefwet).
– Verbeteren volwassenheidsniveau op het gebied van informatiehuishouding, om te komen
tot informatiegestuurd werken als basis voor informatiegestuurd optreden.
– Versterken militair en ambtelijk vakmanschap op het gebied van transparantie en informatiehuishouding
– Verbeteren van herkenning, erkenning en opvolging van signalen en meldingen.
3.A. Financiele gevolgen voor het Rijk
In mln €
2022
2023
2024
2025
2026
Informatiegestuurd werken en optreden
–
434
733
918
885
3.B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Met investeringen in Informatie Gestuurd Optreden wordt samen met diverse kennisinstituten
voorzien in de benodigde kennisopbouw en ontstaan er mogelijkheden voor de Nederlandse
en Europese IT-sector en gerelateerde bedrijven en instellingen. Hiermee versterken
we de Nederlandse en Europese defensie-industrie.
4. Nagestreefde doeltreffendheid
Nu de dreiging ook in het digitale domein toeneemt, is het nodig om ook daar effectief
op te treden. Investeren in informatiegestuurd werken en optreden vergroot de gereedheid,
inzetbaarheid en wendbaarheid van Defensie. Als besluitvormers binnen en buiten Defensie
beschikken over relevante, betrouwbare en actuele informatie kunnen zij beter, sneller
en gerichter beslissen over de inzet van militaire instrumenten. Zo neemt het anticipatie-
en handelingsvermogen toe.
5. Nagestreefde doelmatigheid
Informatiegestuurd werken en optreden zorgt dat het mogelijk is om mensen en materieel
van Defensie optimaal in te zetten. Dat geldt zowel voor de voorbereiding op hun taken
als bij inzet. Het fundament van onze IT-infrastructuur wordt op orde gebracht; dat
leidt tot efficiencywinst over de hele linie. Hetzelfde geldt voor de informatiehuishouding.
6. Evaluatieparagraaf
Voor het evalueren van de actielijnen uit de Defensienota maakt Defensie gebruik van
de Strategische Evaluatieagenda (SEA). De SEA is onderdeel van de begroting die jaarlijks
met Prinsjesdag verschijnt. Deze evaluatieagenda helpt om alle monitors, evaluaties
en onderzoeken zo te plannen, dat Defensie de voortgang op de actielijnen goed kan
meten en daardoor tijdig over relevante sturingsinformatie beschikt. Hiervoor worden
per actielijn nog een evaluatiebehoefte en -procedure bepaald en onderzoeken en monitoractiviteiten
gepland.
Indieners
-
Indiener
K.H. Ollongren, minister van Defensie -
Medeindiener
C.A. van der Maat, staatssecretaris van Defensie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.