Brief regering : Handhavings- en nalevingscijfers NVWA tabak 2021
32 011 Tabaksbeleid
Nr. 94 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 maart 2022
Met deze brief informeer ik u over de resultaten van het toezicht in 2021 door de
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (hierna: NVWA) op de naleving van het rookverbod
en de leeftijdsgrens voor het kopen van rookwaren. De factsheets met deze resultaten
vindt u bij deze brief1. Daarnaast ontvangt u de NVWA-factsheet «Neutrale verpakkingen sigaretten en shag»2. Verder deel ik met deze brief de monitor «Onderzoek rookverbod openbare gebouwen
en werkplekken 2021» van onderzoeksbureau Breuer&Intraval en het onderzoeksrapport
van het Mulier Instituut over de rookvrije onderwijsterreinen in 20213.
Inspectieresultaten rookverbod 2021
De NVWA houdt toezicht op het rookverbod zowel door risicogerichte inspecties als
door voedselveiligheidsinspecties in de horeca en andere levensmiddelenbedrijven waarbij
de naleving van het rookverbod additioneel wordt gecontroleerd. Risicogerichte inspecties
worden uitgevoerd in sectoren waar de naleving achterblijft zoals cafés en discotheken.
Meldingen en tips kunnen ook aanleiding geven tot risicogerichte inspecties. Net als
vorig jaar zijn er als gevolg van COVID-19 en de daarmee gepaard gaande maatregelen
minder risicogerichte inspecties uitgevoerd. Er zijn in 2021 bij horecabedrijven 807
risicogerichte inspecties uitgevoerd. Daarbij zijn er in totaal 134 (17%) maatregelen
opgelegd. Daarnaast is bij 15.114 horecabedrijven de naleving van het rookverbod additioneel
gecontroleerd. Bij deze inspecties zijn 108 (1%) maatregelen opgelegd. Ook andere
bedrijven dan horecabedrijven zijn gecontroleerd. Dit vanwege een melding of omdat
er tijdens een inspectie met een andere aanleiding een overtreding van het rookverbod
werd waargenomen. Bij deze 266 inspecties zijn 63 (24%) maatregelen opgelegd. Per
1 januari 2022 mogen er in bedrijven geen rookruimtes meer in gebruik zijn (voor de
horeca en (semi)publieke gebouwen gold dit al). Dit zal voor de NVWA in 2022 een aandachtspunt
zijn.
Inspectieresultaten leeftijdsgrens rookwaren 2021
Twee derde van de huidige rokers is begonnen met roken voor zijn of haar 18e jaar4. Naleving van de leeftijdsgrens is daarom van het grootste belang. De NVWA controleert
bij verkooppunten of de verkopers van rookwaren waaronder ook e-sigaretten zich houden
aan de leeftijdsgrens. De NVWA gebruikt hierbij de observatiemethode en sinds 2020
ook de testkoopmethode. Bij deze laatste methode zet de NVWA testkopers in bij risicobedrijven
voor aankoop van rookwaren. In 2021 zijn 1.635 risicogerichte testkoopinspecties uitgevoerd
waarbij 617 (38%) maatregelen zijn opgelegd. Het maatregelpercentage was het hoogst
bij de kleine supermarkten (52%) en horeca (50% – met name cafetaria’s) en het laagst
bij de ketensupermarkten (25%). Daarnaast zijn er in 2021 3.469 observatie-inspecties
uitgevoerd. Daarbij zijn 329 kooppogingen waargenomen waarbij 69 (21%) maatregelen
zijn opgelegd.
Neutrale verpakkingen sigaretten en shag
Sinds oktober 2021 mogen sigaretten en shag alleen nog in neutrale verpakkingen worden
verkocht. De NVWA heeft in het laatste kwartaal van 2021 risicogericht gecontroleerd
of verkooppunten zich hieraan houden. Er zijn in totaal 238 controles uitgevoerd bij
verkooppunten waarbij ook op dit punt additioneel is gecontroleerd. Bij 21 (9%) bedrijven
is een overtreding vastgesteld waartegen is opgetreden met een boete.
Neutrale verpakkingen zijn ingevoerd als uitvloeisel van het Nationaal Preventieakkoord5. Onderzoek wijst namelijk uit dat zowel volwassenen als jongeren neutrale verpakkingen
minder aantrekkelijk vinden. Het bewustzijn van de schadelijkheid van het roken wordt
tevens vergroot en er zijn aanwijzingen dat neutrale verpakkingen bijdragen aan minder
roken en aan stoppogingen6.
Onderzoek rookverbod openbare gebouwen en werkplekken
Onderzoeksbureau Breuer&Intraval heeft in opdracht van de NVWA in 2021 de naleving
van het rookverbod binnen verschillende bedrijfstakken onderzocht. In totaal hebben
816 bedrijven verdeeld over negen sectoren een online vragenlijst ingevuld over het
binnen hun bedrijf ingevoerde rookverbod. De sector «reparatie en handel» scoort significant
hoger ten opzichte van het totaal terwijl de sectoren «bouwnijverheid» en «vervoer,
opslag & communicatie» significant lager scoren. De meerderheid van de bedrijven zegt
geen knelpunten te ervaren bij de handhaving van het rookverbod binnen het bedrijf
zelf. Gemelde knelpunten betreffen vooral beperkt draagvlak onder het personeel en
geen verantwoordelijkheid nemen voor het handhaven van het rookverbod. Bedrijven geven
aan dat het personeel over het algemeen (70%) de handhaving redelijk vindt. Bij bedrijven
binnen de sector «vervoer, opslag en communicatie» vindt slechts 59% van het personeel
de handhaving van het rookverbod redelijk.
Rookvrije onderwijsterreinen
Rokers die jong beginnen, roken gemiddeld meer sigaretten per dag en hebben meer moeite
om te stoppen. Hoe jonger iemand begint, hoe groter de kans dat hij of zij op latere
leeftijd blijft roken. Er is gebleken dat veel jongeren beginnen met roken op het
onderwijsterrein, daarom is het belangrijk dat deze terreinen rookvrij zijn. Daarnaast
wordt zo de norm versterkt dat roken niet normaal is. Het rookverbod voor onderwijsterreinen
is op 1 augustus 2020 van kracht geworden voor alle onderwijsvormen. Dat betekent
dat er op het gehele terrein niet gerookt mag worden. De onderwijsinstellingen zijn
verplicht het rookverbod in te stellen, aan te duiden en te handhaven. Om onderwijsinstellingen
te ondersteunen in het rookvrij maken van hun onderwijsterreinen is een landelijke
campagne gelanceerd. De NVWA houdt toezicht op de naleving van het rookverbod.
In 2015, 2016, 2018 en 2020 heeft het Mulier Instituut onderzoek gedaan naar de stand
van zaken van de rookvrije onderwijsterreinen en in 2021 is dit onderzoek voor de
laatste maal herhaald. Net als in 2020 zijn vrijwel alle onderwijsterreinen (gedeeltelijk)
rookvrij. Het primair onderwijs was in 2020 al vrijwel geheel rookvrij, daarom is
dat onderwijstype niet meegenomen in het vervolgonderzoek. In plaats daarvan is verder
uitgevraagd wat de beweegredenen zijn van andere onderwijsinstellingen om (nog) niet
rookvrij te zijn. In het voortgezet onderwijs is net als het jaar ervoor 97% van de
instellingen geheel rookvrij. In het mbo is met 94% een vergelijkbaar hoog percentage
van de onderwijsinstellingen geheel rookvrij. Ook het overgrote deel van de hogeronderwijsinstellingen
is rookvrij, hoewel een aantal instellingen ook aangeeft nog knelpunten te ervaren
in het rookvrij maken van hun terrein. Een overzicht van de resultaten in 2018, 2020
en 2021 is hieronder weergegeven.
Onderwijstype
Geheel rookvrij
Gedeeltelijk rookvrij
Niet rookvrij
2018
2020
2021
2018
2020
2021
2018
2020
2021
Primair onderwijs
80%
98%
16%
2%
4%
–
–
Voortgezet onderwijs
62%
97%
97%
37%
3%
3%
1%
–
–
Middelbaar beroepsonderwijs
14%
95%
94%
80%
4%
5%
6%
1%
1%
Hoger beroepsonderwijs
92%
88%
8%
12%
–
–
Wetenschappelijk onderwijs
93%
92%
7%
8%
–
–
Onderwijsinstellingen geven aan dat er meer draagvlak is voor het rookvrij maken van
de terreinen wanneer dit in breder gezondheidsperspectief wordt gebracht. Tegelijkertijd
blijkt dat voor mbo-, hbo- en wo-instellingen de wettelijke verplichting ook een belangrijke
reden is om een rookvrij onderwijsterrein in te stellen. Respondenten geven aan dat
het nog niet altijd even makkelijk is om het rookverbod te handhaven en dat er bijvoorbeeld
overlast kan ontstaan van rokende scholieren en studenten buiten het terrein. Tegelijkertijd
geven onderwijsinstellingen aan dat het roken steeds minder normaal is bij nieuwe
leerlingen, waardoor het probleem afneemt.
Het is belangrijk dat kinderen en jongeren opgroeien in een rookvrij omgeving, immers
zien roken doet roken. De rookvrije onderwijsterreinen zijn een belangrijke bijdrage
aan de rookvrije generatie. Ik ben erg positief over de grote stappen die er sinds
2018 zijn gezet, met name het mbo dat van 14% naar 94% is gegaan valt op. Van de onderwijsinstellingen
die aangeven nog niet geheel rookvrij te zijn geeft het grootste gedeelte aan dit
nog wel te gaan doen. Ik wil ook die laatste instellingen aanmoedigen om hun onderwijsterrein
rookvrij te maken. Via het programma Helder op School kunnen onderwijsinstellingen
daarbij ook geholpen worden.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. van Ooijen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport