Brief regering : Uitkomsten van de onderhandelingen over de vervroegde 20e middelenaanvulling van de International Development Association (IDA20) voor de periode 2022-2025
26 234 Vergaderingen interim- Committee en Development Committee
Nr. 262
BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN VAN
FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 maart 2022
Hierbij informeren wij u over de uitkomsten van de onderhandelingen over de vervroegde
20e middelenaanvulling van de International Development Association (IDA20) voor de periode 2022–2025. De onderhandelingen zijn in december 2021 afgerond
en met de goedkeuring van het eindrapport (IDA20 Deputies Report) op 17 februari 2022 formeel vastgesteld1.
IDA is het Wereldbankonderdeel dat leningen met gunstige voorwaarden en schenkingen
verstrekt aan de 76 armste landen in de wereld die geen of beperkte toegang hebben
tot de kapitaalmarkt. Het concessionele karakter van IDA-financiering vereist dat
donorlanden de middelen elke drie jaar aanvullen met giften. De Tweede Kamer is in
de aanloop van de eerste onderhandelingsronde voor deze middelenaanvulling in juni
geïnformeerd.2 Op 22 oktober jl. is de Tweede Kamer vervolgens geïnformeerd over de resultaten van
de derde onderhandelingsronde en de Nederlandse inzet (Kamerstuk 26 234, nr. 261) voor de laatste onderhandelingsronde.
In deze brief lichten wij (1) het financieringspakket, (2) het beleidspakket en (3)
de Nederlandse bijdrage aan IDA20 toe.
Aanleiding
De mondiale COVID-19-crisis vraagt om een respons van mondiale instellingen. De Wereldbankgroep
is hierbij een centrale speler. Nederland is sinds de start in 1960 bij IDA betrokken
en een vaste donor bij de driejaarlijkse middelenaanvullingen. Door het naar voren
halen van financiële middelen van IDA19 voor de COVID-19-crisisrespons, onder meer
voor de aanschaf van vaccins, ontstond een tekort aan middelen voor het laatste jaar
van IDA19 (2021–2023). IDA-landen zijn hard geraakt door de COVID-19 pandemie waardoor
zij nog meer een beroep op externe financiering moeten doen en IDA meer schenkingen
en concessionele financiering aan deze landen heeft verstrekt om hun schuldkwetsbaarheid
niet verder te laten oplopen. De financieringslast van de directe COVID-19-crisisrespons
bemoeilijkt het weerbaar maken van IDA-landen voor toekomstige pandemieën en het halen
van de Sustainable Development Goals (SDG’s) in 2030. Tegen deze achtergrond hebben donoren in 2021 gezamenlijk besloten
de middelenaanvulling voor IDA20 één jaar naar voren te halen. Nederland heeft hierbij
ingezet op een ambitieus financieringsscenario voor IDA20 gezien de grote negatieve
impact van de COVID-19-pandemie op lage-inkomenslanden en het ongelijke economische
herstel van deze landen ten opzichte van ontwikkelde economieën. Tegelijkertijd is
het wenselijk dat na de COVID-19-crisis het IDA20 pakket wordt ingezet voor lange-termijndoelen,
zoals de vergroening van economieën en de ontwikkeling van menselijk kapitaal.
IDA speelt als ’s werelds grootste bron van concessionele financiering en als belangrijkste
ontwikkelingspartner van de allerarmste landen een essentiële rol bij de respons op
de coronacrisis en het economische herstel erna. In verschillende donor rankings en evaluaties3 springt IDA eruit als een effectief en transparant kanaal voor ontwikkelingssamenwerking.
Voor Nederland is IDA historisch een belangrijke partner voor het realiseren van BHOS-prioriteiten.
Als invloedrijke donor is Nederland in staat geweest om de afgelopen jaren sterke
convergentie te bewerkstelligen tussen het Nederlandse BHOS-beleid en de prioriteiten
van IDA. Nederland hecht dan ook aan een IDA met voldoende financiële slagkracht.
Vanuit dit perspectief kijkt Nederland terug op een succesvolle middelenaanvulling,
zowel als het gaat om de totale beschikbare financiering voor de armste en kwetsbaarste
landen, als de thematische prioriteiten en de beleidstoezeggingen die aansluiten bij
de Nederlandse inzet.
1. Financieringspakket IDA20
Er is een financieringspakket overeengekomen van USD 93 miljard voor de periode 2022–2025.
Dat is USD 11 miljard meer dan bij de vorige middelenaanvulling (IDA19) twee jaar
geleden, een stijging van 13%. Dit bedrag bestaat voor USD 84,3 miljard uit concessionele
financiering: dit deel stijgt met USD 10,5 miljard ten opzichte van IDA19. De uitbreiding
van de financiële middelen komt onder andere ten goede aan fragiele staten en (post-)
conflictgebieden (FCS) met een stijging van de totale financiering voor FCS van USD
7,5 miljard naar USD 8,8 miljard, een stijging van 17%.
Tabel 1: IDA20 financieringspakket: bestemmingen
USD, miljard
IDA19
IDA20
Totale financiering klantlanden
82,0
93,0
w.v. concessionele financiering
73,8
84,3
I. Landenallocaties
60,5
62,8
w.v. FCS
7,5
8,8
II. Speciale loketten
20,5
30,2
w.v. loket voor regionale samenwerking
7,6
7,9
w.v. loket voor vluchtelingen
2,2
2,4
w.v. crisisresponsloket
2,5
3,3
w.v. scale-up window – leningen met korte looptijd (nieuw)
0,0
7,8
w.v. scale-up window – regulier
5,7
6,3
w.v. private sectorloket
2,5
2,5
III. Arrears Clearance
1,0
0,0
De belangrijkste veranderingen binnen het IDA20 financieringspakket ten aanzien van
eerdere middelenaanvullingen zijn:
1) Balansoptimalisatie: een verlaagde kapitaaleis waardoor IDA minder kapitaal hoeft
aan te houden als buffer om renterisico’s af te dekken. Hierdoor kan kapitaal worden
ingezet voor het creëren van USD 5 miljard aan extra financiering binnen IDA20. Dit
is wenselijk omdat op deze manier met dezelfde hoeveelheid kapitaal een groter leenvolume
aan klantlanden kan worden bereikt. Deze maatregel heeft geen invloed op de financiële
stabiliteit van IDA.
2) Selectievere inzet van concessionele financiering: nieuwe financiële producten (renteloze
leningen met een looptijd van 50 jaar en kortdurende leningen voor landen die een
houdbare schuldenpositie hebben4) leiden tot een lager gebruik van kapitaal terwijl hiermee nog steeds concessionele
financiering wordt verstrekt. Door deze innovaties kan nog eens USD 9 miljard aan
extra financiering worden verstrekt.
Beide veranderingen in het financieringspakket zorgen ervoor dat donoren naar verhouding
minder financiering hoeven in te brengen en dat voor elke ingelegde euro door donoren
een viervoud aan financiering door IDA verstrekt kan worden.
Deze extra financiering komt vooral terecht bij de speciale thematische loketten met
daarbij veel aandacht voor de COVID-19-crisisrespons door een 31% toename van het
crisisresponsloket en het loket voor regionale samenwerking (o.a. financiering voor
COVID-19-vaccins, diagnostisering en behandelingen). Het speciale loket voor private-sectorfinanciering
(sinds IDA18), waarmee financiering door de International Financial Corporation (IFC) en het Multilateral Investment Guarantee Agency (MIGA) voor IDA-landen wordt gemobiliseerd, wordt voortgezet.
Het totale financieringspakket wordt mogelijk gemaakt door schenkingsbijdragen van
donoren, interne middelen en terugbetalingen alsmede de uitgifte van obligaties.
Onderdeel van de interne middelen is deze keer een overheveling van USD 11 miljard
van middelen die niet ingezet zijn tijdens de verkorte looptijd van IDA19. De totale
bijdrage van donoren (USD 23,5 miljard) bestaat voor het grootste gedeelte uit schenkingen.
Een deel van de donorbijdragen bestaat uit bijdragen in het kader van multilaterale
schuldverlichting door IDA. Dit laatste betreft naheffingen voor schuldkwijtschelding
onder het Highly-Indebted Poor Countries initiatief (HIPC) en arrears clearance
5. Daarnaast is er sprake van een beperkte bijdrage (USD 1,8 miljard) ten behoeve van
een ander schuldkwijtscheldingstraject, het Multilateral Debt Relief Initiative (MDRI)6.
Tot slot vormt marktfinanciering het grootste deel van de schuldfinanciering. Hierbij
wordt vanaf IDA18 financiering opgehaald via het uitgeven van obligaties. Eerdergenoemde
innovaties leiden ertoe dat IDA in staat is een groter gedeelte te financieren met
marktfinanciering. Als laatste kiezen aan aantal andere donoren ervoor de bijdragen
te betalen door middel van «concessionele partnerleningen», welke ook onder schuldfinanciering
worden gerekend.
2. Beleidspakket IDA20
Het thema van IDA20 is: «Building Back Better from the Crisis: Toward a Green, Resilient and Inclusive Future». Met het totaalpakket verwacht IDA de komende drie jaar onder meer de volgende resultaten
te bereiken: verbeterde toegang tot water voor 13–20 miljoen mensen, basisgezondheidsdiensten
voor 285–430 miljoen mensen, en 35–50 miljoen mensen voorzien van nieuwe of verbeterde
toegang tot elektriciteit.
IDA20 sluit in grote mate aan op de Nederlandse ontwikkelingsprioriteiten, zoals blijkt
uit de thematische focus van het beleidspakket: menselijk kapitaal, klimaatverandering,
fragiliteit, werkgelegenheid, gendergelijkheid en economische transformatie. Dwarsdoorsnijdende
onderwerpen, die in elk thema gereflecteerd worden, zijn: crisisparaatheid (crisis preparedness), bestuur en instituties, schulden en technologie. Hiermee bouwt IDA20 voort op de
prioriteiten van IDA19 door deze te versterken en voegt IDA20 hieraan een focus toe
op menselijk kapitaal als thema en crisisparaatheid en bestuur en instituties als
dwarsdoorsnijdende thema’s. Nederland is bijzonder tevreden met onderstaande afspraken:
Klimaat
IDA verhoogt de ambitie op klimaat. Deze stappen sluiten aan op het klimaatbeleid
van de Wereldbankgroep als geheel (Climate Change Action Plan 2021–2025) en zij zijn in een aantal gevallen hierop een aanvulling: (1) IDA brengt
alle financiering per juli 2023 in lijn met de doelen van het akkoord van Parijs waarvoor
de multilaterale banken een selectiviteitsraamwerk ontwikkelen, (2) gemiddeld 35%
van de investeringen heeft zogenaamde climate co-benefits, wat wil zeggen dat de financiering een positieve bijdrage levert aan het opbouwen
van klimaatweerbaarheid of het tegengaan van emissies, (3) IDA verleent technische
ondersteuning aan nationale klimaatplannen en klimaatstrategieën voor de lange termijn
van klantlanden (National Determined Contributions - NDC’s en Long-Term Strategies – LTS’s), (4) IDA ondersteunt minimaal 50 landen bij een klimaattransitie en (5)
IDA20 kent resultaatdoelstellingen op clean cooking en toegang tot elektriciteit.
Gender
IDA20 kent een separate beleidsdoelstelling over seksuele en reproductieve gezondheid
en rechten (SRGR). Daarnaast is de aandacht voor gender in het gehele beleidspakket
geïntegreerd.
Menselijk kapitaal
Als gevolg van de pandemie is gezondheidszorg een belangrijk aspect van het beleidspakket.
Alle IDA-landen worden ondersteund bij het versterken van inclusieve gezondheidszorgsystemen.
IDA20 zet ook sterk in op onderwijs met specifieke aandacht voor de leerachterstanden
als gevolg van COVID-19. Daarnaast worden in 20 landen de achterstanden in het onderwijs
verminderd. Ook is er aandacht voor alfabetisering en het verminderen van barrières
tussen het primaire en secundaire onderwijs voor meisjes.
Schulden
IDA kent sinds IDA19 een streng schuldenbeleid (Sustainable Development Finance Policy – SDFP) en scherpt dit binnen IDA20 verder aan door een doorlopende positieve prikkel
te creëren voor IDA-landen om aan afspraken over schuldentransparantie en -management
te voldoen. Wanneer IDA-landen zich niet aan de afspraken houden, kan de financiering
door IDA gekort worden. Ook zal IDA binnen IDA20 bijdragen aan het verbeteren van
de coördinatie tussen crediteuren door concrete doelen en resultaten te formuleren,
bijvoorbeeld bij de focus op het delen van data. Daarnaast zal IDA 50 landen helpen
bij het opstellen van schuldenrapportages, een verdubbeling ten opzichte van IDA19.
Wat Nederland betreft blijft de verslechterde schuldensituatie van IDA-klantlanden
een zorg en heeft Nederland daarom met gelijkgestemde donoren gepleit voor aanscherping
van het SDFP binnen IDA20, aansluitend op bredere internationale initiatieven, zodat
de prikkels voor klantlanden om een duurzaam en transparant leenbeleid te voeren,
worden versterkt.
Leningen in lokale valuta
IDA introduceert binnen IDA20 een pilot voor financiering in lokale valuta aan klantlanden.
Nederland heeft zich hiervoor ingezet: leningen in lokale valuta kunnen een positieve
impact hebben op de schuldhoudbaarheidspositie van landen omdat er geen sprake is
van wisselkoersrisico. In deze pilot zal IDA in klantlanden de nadruk leggen op leningen
in lokale valuta. Daarnaast is het positief dat de pilot tijdens de tussentijdse evaluatie
besproken wordt met de mogelijkheid om deze verder uit te breiden.
Samenwerking met partners
Nederland stelt dat samenwerking van de Wereldbank met andere partners, en specifiek
VN-organisaties, belangrijk is om de gestelde doelen van IDA20 te bereiken en om meer
impact te hebben op de korte- en lange-termijnontwikkelingen binnen de klantlanden.
Het is daarom positief dat het IDA20-pakket expliciet refereert aan deze samenwerking,
bijvoorbeeld in de vorm van Integrated National Financing Frameworks. IDA heeft daarnaast toegezegd om bij de tussentijdse evaluatie te rapporteren over
de samenwerking met andere partners.
3. Nederlandse bijdrage IDA20
Nederland heeft een financiële bijdrage van EUR 846,1 miljoen aan IDA20 toegezegd.
Hiervan is EUR 829,8 miljoen aan ODA-middelen, de kernbijdrage, afkomstig van de begroting
van het Ministerie van Financiën (begrotingshoofdstuk IX). Met deze bijdrage heeft
Nederland hetzelfde stemaandeel van 2,94% als bij IDA19. De overige EUR 16,3 miljoen
is afkomstig van de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
(XVII) en betreft een bijdrage voor HIPC en arrears clearance operaties. Hiervoor zijn donoren, inclusief Nederland, onder IDA14 een verplichting
aangegaan. Met deze bijdragen worden IDA-leningen in uitzonderlijke situaties kwijtgescholden.
De HIPC-bijdragen worden traditioneel gebaseerd op aandelen onder IDA13. Voor Nederland
is dat 2,87%.
De Nederlandse bijdrage aan IDA20 zal verspreid over 7 jaar (2023–2029) worden betaald.
Dit is een versneld betaalschema ten opzichte van het standaard betaalschema van IDA
van 9 jaar. Zowel de hoogte van deze bedragen als het betaalritme passen binnen de
hiervoor begrote stelposten op beide begrotingen. De overeengekomen Nederlandse bijdrage
als onderdeel van het financieringspakket voor IDA20 wordt verwerkt in de eerste suppletoire
begroting van 2022 van de ministeries van Financiën (kernbijdrage) en Buitenlandse
Zaken (voor HIPC-schuldverlichting en arrears clearance).
Tabel 2: Vergelijking samenstelling NLse bijdrage onder IDA19 en IDA20
IDA19
IDA20
Begroting
Aandeel
EUR, miljoen
Aandeel
EUR, miljoen
1. Kernbijdrage
FIN (IX)
2,87%
796,7
2,94%
829,8
2. Compensatie HIPC
BHOS (XVII)
2,87%
23,2
2,87%
9,1
3. Compensatie arrears clearance
BHOS (XVII)
2,87%
5,1
2,87%
7,2
TOTAAL
2,94%1
825,0
2,94%
846,1
X Noot
1
Door het versneld betalen van de IDA19-bijdrage en het bijbehorende krediet komt het
totale aandeel van Nederland in IDA19 op 2,94%.
In totaal dragen 47 donoren bij aan IDA20, waarvan – naast de traditionele donoren
– twee nieuwe donoren (Kroatië en Marokko) en drie teruggekeerde donoren (Algerije,
Mexico en Rusland). Traditionele donoren als Japan, Frankrijk, Duitsland, Zwitserland
en Italië hielden net als Nederland hun aandeel (nagenoeg) gelijk. Het Verenigd Koninkrijk
verlaagde de bijdrage vanwege brede bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking met
55%. De Verenigde Staten en de Scandinavische en Baltische landen verhoogden de bijdrage
daarentegen. De Verenigde Staten verhoogden hun bijdrage zelfs met USD 300 miljoen.
De grootste percentuele verhoging kwam van Saudi-Arabië: in plaats van de verwachtte
USD 400 miljoen, proportioneel aan de bijdrage onder IDA19, werd nu USD 700 miljoen
bijgedragen. China verhoogde zijn proportionele bijdrage met bijna 0,2%.
De percentueel hogere bijdragen van deze donoren is echter niet voldoende om het financieringsgat
van USD 1,9 miljard veroorzaakt door de lagere bijdrage van het Verenigd Koninkrijk
volledig op te vullen. Nederland behoudt als negende donor een belangrijke positie
binnen IDA.
Tabel 3: Aandeel top 10 donoren in vergelijking met IDA19
Positie
Donor
Bijdrage IDA20
(USD, miljoen)
Aandeel totale donorbijdragen IDA20
Aandeel totale donorbijdragen IDA19
1
Verenigde Staten
3.500
10.18%
9,31%
2
Japan
3.439
10.00%
10,00%
3
Duitsland
1.933
5.62%
5,62%
4
Verenigd Koninkrijk
1.860
5.41%
12,07%
5
Frankrijk
1.740
5.06%
5,06%
6
China
1.330
3.87%
3,72%
7
Canada
1.132
3.29%
3,45%
8
Zweden
1.080
3.14%
3,02%
9
Nederland
1.009
2.94%
2,94%
10
Zwitserland
725
2.11%
2,12%
Tot slot
Gezien de hierboven beschreven mondiale uitdagingen en de unieke rol en comparatieve
voordelen van IDA om deze samen met ontwikkelingslanden het hoofd te bieden, zijn
wij verheugd over het overeengekomen ambitieuze beleidspakket voor IDA20. Dit resultaat
versterkt niet alleen de centrale positie van IDA in de internationale financieringsarchitectuur
voor ontwikkeling, het is ook een belangrijk signaal van multilaterale samenwerking.
De significante Nederlandse bijdrage aan IDA is een uitdrukking van het belang dat
Nederland toekent aan de rol van IDA, niet alleen bij het bereiken van lange-termijn
doelen als de SDG’s, maar ook bij het bestrijden van de COVID-19-crisis en het bevorderen
van het herstel van deze landen na de crisis. Daarnaast bestendigt deze bijdrage de
Nederlandse positie, niet alleen binnen IDA als een top 10 donor, maar ook binnen
de Wereldbankgroep als geheel als een invloedrijke, betrouwbare partner die bereid
is samen met andere landen verantwoordelijkheid te nemen voor een vervroegde middelenaanvulling.
Nederland zal blijven toezien op het goede functioneren van de Wereldbank en op de
implementatie van de overeengekomen afspraken onder IDA20. Halverwege deze IDA19-periode
(najaar 2023) vindt een tussentijdse evaluatie plaats (de Mid-Term Review) om de voortgang te bespreken. Zoals gebruikelijk zal uw Kamer over de uitkomsten
hiervan worden geïnformeerd.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher
De Minister van Financiën,
S.A.M. Kaag
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën