Brief regering : Geannoteerde agenda voor de informele Raad Buitenlandse Zaken Handel van 13 en 14 februari 2022
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 2457 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 februari 2022
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda aan voor de informele Raad Buitenlandse Zaken
Handel van 13 en 14 februari 2022. Bijgevoegd aan de geannoteerde agenda vindt u de
kwartaalrapportage handelsakkoorden1. Hierin zijn de wijzigingen t.o.v. de kwartaalrapportage van oktober 2021 dikgedrukt
opgenomen voor de leesbaarheid en transparantie.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher
GEANNOTEERDE AGENDA INFORMELE RAAD BUITENLANDSE ZAKEN/HANDEL VAN 13–14 FEBRUARI 2022
Op 13 en 14 februari 2022 zal in Marseille de informele Raad Buitenlandse Zaken Handel
onder Frans voorzitterschap plaatsvinden. Tijdens de Raad zal worden gesproken over
de WTO, de handelsbetrekkingen tussen de EU en Afrika en de handelsrelatie tussen
de EU en de VS, in het bijzonder de handels- en investering gerelateerde onderwerpen
van de EU-VS Trade and Technology Council (TTC).
Daarnaast zal de Raad tijdens de lunch op maandag 14 februari informeel van gedachten
wisselen over lopende handelsdossiers met Bernd Lange, de voorzitter van het Comité
Internationale Handel (INTA-comité) van het Europees parlement.
WTO en de 12e Ministeriële Conferentie (MC12)
De Raad zal tijdens een informeel diner op zondagavond 13 februari de stand van zaken
bespreken wat betreft de WTO en de 12e Ministeriële Conferentie (MC12). De Conferentie zou van 30 november t/m 3 december
jl. plaatsvinden, maar werd op 26 november jl. uitgesteld wegens de snelle verspreiding
van de Omicron-variant van COVID-19 en de als gevolg daarvan ingestelde inreisbeperkingen
van Zwitserland. De WTO leden zijn het erover eens dat de Conferentie zo snel als
mogelijk plaats zou moeten vinden, maar er is nog geen besluit genomen over een nieuwe
datum.
Aan de vooravond van de uitgestelde Conferentie leende het multilaterale krachtenveld
zich slecht voor grote doorbraken op de belangrijkste onderhandelingssporen binnen
de WTO. Het kabinet heeft geen indicaties dat er de komende tijd veranderingen plaats
zullen vinden in dit krachtenveld. Desalniettemin zal het kabinet zich ten volste
inzetten voor betekenisvolle resultaten in de aanloop naar en tijdens MC12.
Voor het kabinet is het bereiken van een akkoord om schadelijke visserijsubsidies
tegen te gaan een belangrijk potentieel resultaat voor MC12. Door middel van dit akkoord
kunnen de WTO-leden de visbestanden en de biodiversiteit in de zeeën en oceanen helpen
waarborgen. Nederland zal daarom tijdens de Raad inzetten op een zo constructief mogelijke
opstelling van de EU binnen deze onderhandelingen, om zo oplossingen te vinden voor
zoveel mogelijk van de openstaande punten.
Nederland zal zich binnen de Raad ook inzetten voor een constructieve, proactieve
opstelling van de EU op het gebied van Trade & Health, waarbij alle belangrijke aspecten
meegenomen dienen te worden, zoals exportbeperkingen, intellectuele eigendomsrechten
en handelsfacilitatie. Doel hierbij is om te komen tot overeenstemming over een omvattende
verklaring vóór of tijdens MC12.
Wat betreft WTO-hervormingen zal Nederland in de Raad steun uitspreken voor het voorstel
van de EU tot een Werkgroep voor WTO-hervormingen, herstel en hervorming van het geschillenbeslechtingssysteem
van de WTO, en de opnieuw opgestarte trilaterale samenwerking met de VS en Japan om
tot nieuwe disciplines voor bijvoorbeeld industriële subsidies en staatsgeleide bedrijven
te komen, met het oog op een mondiaal gelijk speelveld.
Op 15 december jl. heeft de EU samen met andere WTO-leden een drietal plurilaterale
verklaringen over handel en milieu ondertekend (zie ook Geannoteerde Agenda RBZ/Handel
van 11 november 20212). Het kabinet hecht aan succesvolle implementatie van de verklaringen en zal hier
in EU verband op inzetten.
EU-Afrika handelsbetrekkingen
Vervolgens zal de informele Raad in de plenaire sessie op 14 februari spreken over
de EU-Afrika handelsbetrekkingen. De EU-Afrika relatie vormt één van de prioriteiten
van het Franse EU-voorzitterschap.
De EU-AU top op 17 en 18 februari a.s. zal een belangrijke rol spelen in het bestendigen
van de EU-Afrika betrekkingen. Tijdens deze top zal de nodige aandacht zijn voor de
handelsrelatie en voor het ondersteunen van de ontwikkeling en weerbaarheid van Afrikaanse
economieën. De EU zet er op in om met behulp van publiek geld de private sector te
mobiliseren om ontwikkelingsrelevante investeringen te doen in Afrika.
Het kabinet hecht veel belang aan de strategische samenwerking met Afrikaanse partners.
Voor veel van de uitdagingen waarmee de EU zich geconfronteerd ziet is op verschillende
terreinen, waaronder handel, versterkte samenwerking met de Afrikaanse partners essentieel.
Nederland zal tijdens de Raad het belang benadrukken van de African Continental Free
Trade Area (AfCFTA), als belangrijke motor voor het bevorderen van werkgelegenheid,
investeringen en handel in en met Afrika. De EU is door de Afrikaanse Unie (AU) gevraagd
deze economische integratie actief te ondersteunen. Voor verdere modernisering van
de handelsrelatie met Afrika kan op langere termijn worden ingezet op een EU-AfCFTA
handelsakkoord, waarmee zowel de EU-Afrika handelsrelatie als de regionale economische
integratie kunnen worden versterkt. Daarnaast zal Nederland aandacht vragen voor het
belang van inclusieve duurzame economische ontwikkeling, private sector ontwikkeling
en het bevorderen van het investeringsklimaat in Afrika, met specifieke aandacht voor
de belangen van jongeren, vrouwen en de informele sector die hard zijn getroffen door
de pandemie.
EU-VS Trade & Technology
De Raad zal spreken over de voortgang van de EU-VS Trade and Technology Council (TTC). Zoals ook uiteen gezet in de Geannoteerde Agenda RBZ/Handel van 11 november
20213 ziet Nederland de TTC als belangrijk platform voor trans-Atlantisch overleg dat samenwerking
op handel en technologie verder kan intensiveren. Voor het nemen van besluiten heeft
de TTC geen bevoegdheden. Hiervoor moeten de geëigende besluitvormingsprocessen worden
doorlopen.
De verklaring van de eerste TTC bijeenkomst op politiek niveau in Pittsburgh op 29 september
2021 is het vertrekpunt voor verdere concretisering van deze samenwerking4. Momenteel werken de Europese Commissie en de VS aan werkprogramma’s van de tien
thematische werkgroepen. In gezamenlijkheid worden mogelijke onderwerpen geïdentificeerd
waarop concrete resultaten geboekt kunnen worden. Het tempo van dit proces verschilt
per werkgroep. De Commissie heeft een website gemaakt met een overzicht van de activiteiten
per werkgroep. Hier staat ook de publieke input van stakeholders weergegeven, voor
zover deze al verzameld is.5
De datum voor de tweede TTC bijeenkomst op politiek niveau is nog niet bekend. Er
wordt naar gestreefd deze in mei 2022 plaats te laten vinden.
De TTC is illustratief voor de verbeterde trans-Atlantische handelsrelatie sinds het
aantreden van de nieuwe Amerikaanse Administratie. Naast de samenwerking in de TTC
hecht het kabinet ook veel belang aan het Global Arrangement on Sustainable Steel Production tussen de EU en de VS, en de bijbehorende wederzijdse opschorting van tarieven in
het staal- en aluminium handelsconflict6. Nederland heeft daarnaast ook zorgen over mogelijke nieuwe handelsbelemmerende maatregelen.
Dit betreft met name de voorgestelde wijzigingen in Amerikaanse Buy American wetgeving, die zouden kunnen leiden tot verminderde toegang voor Europese aanbieders
tot de Amerikaanse markt voor aanbestedingen.
Lunch met de voorzitter van het INTA-comité
Tijdens de lunch zal de Raad informeel van gedachten wisselen over de lopende handelsdossiers
met de voorzitter van het INTA-comité van het Europees parlement, Bernd Lange. Naast
de bovengenoemde onderwerpen komen daarbij naar verwachting ook de belangrijkste wetgevende
dossiers aan de orde, waaronder de triloogonderhandelingen over het Internationaal
Aanbestedingsinstrument en het voorstel van de Europese Commissie voor een verordening
die economische dwang door derde landen moet adresseren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.