Brief regering : Uitvoering van de gewijzigde motie van het lid Futselaar over het voorkomen van dubbele verplichtingen die tot financiële problemen kunnen leiden
35 421 Wijziging van de Telecommunicatiewet in verband met het invoeren van een opt-in-systeem voor het overbrengen van ongevraagde communicatie voor commerciële, ideële of charitatieve doeleinden aan natuurlijke personen
Nr. 17 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 juni 2021
Op 20 januari 2021 heeft uw Kamer de motie van het lid Futselaar (Kamerstuk 35 421, nr. 16) aangenomen (Handelingen II 2020/21, nr. 48, item 18). Deze motie is ingediend tijdens het debat (Handelingen II 2020/21, nr. 46, item 4) inzake de wijziging van de Telecommunicatiewet in verband met het invoeren van een
opt-in-systeem voor het overbrengen van ongevraagde communicatie voor commerciële,
ideële of charitatieve doeleinden aan natuurlijke personen (Kamerstuk 35 421).
In deze brief geef ik, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
– Klimaat en Energie, uitvoering aan de motie. De motie stelt dat consumenten door
energieaanbieders verleid worden een contract aan te gaan zonder dat hun huidige contract
ontbonden wordt zodat dit ertoe kan leiden dat consumenten ongewild langdurig dubbele
verplichtingen aangaan die voor financiële problemen kunnen zorgen. In lijn met deze
motie vind ik het onacceptabel als consumenten door misleidende wervingspraktijken
worden verleid om dubbele verplichtingen aan te gaan. De motie verzoekt de regering,
desnoods in overleg met de sector, te komen tot garanties dat deze situatie zich niet
meer kan voordoen.
In deze brief zal ik toelichten welke juridische en technische garanties de consument
beschermen tegen deze situatie.
1. Vrijheid en extra bescherming
Consumenten zijn in principe vrij om met iedere energieleverancier naar keuze een
contract aan te gaan. Ook mag een consument er voor kiezen om vóór het einde van het
lopende contract, een contract aan te gaan met een andere energieleverancier.
De door de motie genoemde onduidelijke en misleidende voorlichting is op grond van
de wet niet toegestaan. Een handelaar die gebruikmaakt van een oneerlijke handelspraktijk
jegens een consument, pleegt een onrechtmatige daad en daarmee is de overeenkomst
vernietigbaar (art. 6:193j lid 3 BW). In de wet is vastgelegd dat consumenten extra
bescherming genieten bij overeenkomsten die op afstand of buiten de verkoopruimte
tot stand zijn gekomen, zoals in het geval van colportage («verkoop aan de deur»).
Consumenten kunnen in dergelijke gevallen zonder een opgave van reden de overeenkomst
binnen veertien dagen ontbinden (art. 6:230o BW). Verder wordt de consument bij verkoop
buiten de verkoopruimte op grond van de Reclamecode Fieldmarketing (hierna: RCF) extra
beschermd (art. 9 lid 1). Misleiding en overtredingen van de RCF worden aangemerkt
als oneerlijke handelspraktijken.
Indien een consument het vermoeden heeft dat een energieleverancier gebruik maakt
van misleidende reclame of gebruik maakt van een oneerlijke handelspraktijk kan de
consument bij de civiele rechter een procedure aanspannen. Ook kan de consument een
melding doen bij de ACM ConsuWijzer (via www.consuwijzer.nl) van de Autoriteit Consument en Markt (hierna: ACM).
De ACM houdt toezicht op de naleving van deze regels en kan bij overtreding handhavend
optreden jegens de overtreder als sprake is van schade aan collectieve belangen van
consumenten (art. 1 en art. 8.8 Wet handhaving consumentenbescherming).
Tot slot bepaalt de Elektriciteitswet 1998 in art. 95m lid 1 dat de voorwaarden verbonden
aan een leverings-of transportovereenkomst met een kleinverbruiker transparant, eerlijk
en vooraf bekend dienen te zijn. De ACM houdt toezicht op de naleving van deze regels
en kan handhavend optreden bij constatering van niet naleving van bovengenoemde regelgeving.
2. Opzegvergoeding
Indien de consument vroegtijdig en ná het verstrijken van de wettelijke bedenktermijn
van 14 dagen een contract voor bepaalde tijd opzegt met een energieleverancier en
daarmee het contract ontbindt, kan door de betreffende energieleverancier een opzegvergoeding
bij de consument in rekening worden gebracht (art. 95m, achtste lid, Elektriciteitswet
1998 en 52b, achtste lid, Gaswet). De ACM houdt toezicht op de naleving van deze regels
over opzegvergoedingen. In het kader van dat toezicht heeft de ACM richtsnoeren (Richtsnoeren
Redelijke Opzegvergoedingen Vergunninghouders) geformuleerd over de hoogte en voorwaarden
van een dergelijke opzegvergoeding. Bijvoorbeeld bij een contract van één jaar is
de opzegvergoeding maximaal € 50.-
3. (On)mogelijkheid meerdere energieleveranciers
Technisch gezien is het niet mogelijk om twee energieleveranciers op één aansluiting
te laten contracteren in het zogenoemde Centraal Aansluitingen Register (hierna: CAR).
Dit is bevestigd door zowel de beheerder van het CAR, Energie Data Services Nederland
(EDSN) als branchevereniging Energie-Nederland (EN). Het bestaande energiecontract
wordt te allen tijde ontbonden in het CAR zodra er een nieuw contract wordt gesloten.
Uit het hier bovengenoemde blijkt dat het technisch uitgesloten is dat meerdere energieleveranciers
gelijktijdig energie leveren aan consumenten. Het is juridisch wel mogelijk dat een
consument op aanbiedingen van meerdere energieleveranciers ingaat. Om in kaart te
brengen of, en zo ja hoeveel meldingen bekend zijn van de door het Kamerlid aangehaalde
situatie, heb ik navraag gedaan bij de ACM. Conclusie is dat het niet vaak voorkomt
dat de consument een contract sluit met meerdere energieleveranciers. Dit is uit het
volgende gebleken.
4. De praktijk
In de praktijk kan het voorkomen dat een consument een lopend energiecontract heeft
en in een korte periode achtereenvolgend meerdere malen telefonisch dan wel via verkoop
aan de deur wordt benaderd door verschillende energieleveranciers, waarbij verschillende
aanbiedingen aan een consument worden gedaan. Denk hierbij aan kortingen, maar ook
aan welkomstcadeau-’s zoals een waardebon of elektronica. Indien een consument ingaat
op het aanbod van meerdere energieleveranciers, en dus een energiecontract met hen
sluit, ontstaan er vanaf dat moment dubbele financiële verplichtingen (voorschotbedragen)
voor de consument.
Op grond van de Informatiecode elektriciteit en gas (hierna: Informatiecode) dient
de nieuwe energieleverancier in het CAR een zogenoemd switchverzoek in te dienen.
In dit verzoek wordt o.a. vermeld wanneer de overstap moet plaatsvinden. Op het moment
dat er meerdere energieleveranciers kort na elkaar een dergelijk verzoek indienen,
dient te worden beoordeeld welke energieleverancier voorrang heeft. De Informatiecode
stelt regels voor wie de nieuwe energieleverancier wordt. Eerder heb ik geconstateerd
dat het niet mogelijk is dat in het CAR twee energieleveranciers op één aansluiting
contracteren. Daarbij verdient opmerking dat uit navraag bij de ACM is gebleken dat
in, het geval waarbij de consument kort na elkaar meerdere energiecontracten sluit,
het de praktijk slechts gaat om een handvol meldingen en het overstapproces in een
overgroot deel van de gevallen wel goed gaat.
5. Niet dubbel betalen voor energie
Als EDSN het switchproces heeft voltooid en duidelijk is welke energieleverancier
daadwerkelijk mag leveren en factureren, zullen teveel betaalde voorschotbedragen
worden verrekend. Er zijn bij de ACM geen gevallen bekend dat dit niet gebeurt.
Een eventuele opzegvergoeding – indien de consument na het verstrijken van de wettelijke
bedenktijd zijn overeenkomst opzegt – is de consument wel verschuldigd aan de energieleverancier
die uiteindelijk niet mag en kan leveren. Zoals hierboven geschetst, zijn er regels
voor deze opzegvergoeding en gaat het om een beperkt bedrag, bijvoorbeeld bij een
contract van één jaar is de opzegvergoeding maximaal € 50. Ook dient de consument
eventueel ontvangen welkomstcadeau-’s terug te geven aan de niet leverende energieleverancier.
Mochten er toch onverhoopt problemen ontstaan, dan kan de ACM handhavend optreden.
6. Gesprekken energiesector
Via berichtgeving uit de media heb ik kennisgenomen van ergernis bij consumenten en
gebrekkige naleving van regels die consumenten beschermen bij verkoop buiten de verkoopruimte.
Naar aanleiding hiervan heb ik in december 2019 een gesprek gevoerd met de bestuurders
van energieleveranciers over misstanden bij deur-aan-deurverkoop. Ik heb uw Kamer
hierover geïnformeerd (Kamerstuk 27 879, nr. 75). Op mijn verzoek heeft de sector per brief aangegeven welke maatregelen zij hebben
getroffen. Het gaat hierbij om de aanscherping van de Gedragscode Consument en Energieleverancier
en het in leven roepen van het Centraal Intermediair Register Energiemarkt (CIRE).
Ik heb daarbij benadrukt dat het van belang is om in contact te blijven met de sector
over dit onderwerp en dat wij de ontwikkelingen rond de verkoop van energiecontracten
buiten de verkoopruimte nauwgezet zullen blijven volgen.
Conclusie
De situatie die de motie aanhaalt, waarbij consumenten langdurig dubbele verplichtingen
aangaan, is gezien het bovenstaande dus uitgesloten en wordt ook niet herkend door
de ACM, EDSN en Energie Nederland.
Gezien het bovenstaande constateer ik dat consumenten op deze wijze voldoende garanties
hebben dat het aangaan van langdurige financiële dubbele verplichtingen met meerdere
energieleveranciers niet mogelijk is. Daarom zie ik geen reden tot verdere acties.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat