Brief regering : Geannoteerde Agenda informele JBZ-raad 15-16 juli 2021
32 317 JBZ-Raad
Nr. 695 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VOOR RECHTSBESCHERMING EN VAN
               DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 juni 2021
Hierbij bieden wij u, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken, de geannoteerde
                  agenda aan van de informele bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken
                  op 15 en 16 juli 2021 in Slovenië.
               
De Minister van Justitie en Veiligheid, de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris
                  van Justitie en Veiligheid zijn voornemens deel te nemen aan deze informele JBZ-Raad.
               
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol
Geannoteerde agenda van de informele bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse
                  Zaken, 15–16 juli 2021
               
I. Binnenlandse Zaken, Asiel en Migratie
               
1. Digitale Agenda vanuit een rechtshandhavingsperspectief
               
= discussie
Het Sloveens voorzitterschap wil tijdens de informele Raad van gedachten wisselen
                  over de «Digitale Agenda vanuit een rechtshandhavingsperspectief». Op het moment van
                  schrijven zijn nog geen nadere stukken bekend.
               
De bespreking betreft een voortzetting van de discussie in de JBZ-Raad van 7 en 8 juni
                  2021 ten aanzien van kunstmatige intelligentie en de impact die de regulering hiervan
                  heeft op de rechtspleging en de rechtshandhaving.
               
Zoals aan uw Kamer gemeld in de BNC-fiches over de DSA en kunstmatige intelligentie1 onderschrijft het kabinet het fundamentele belang van grondrechten en de menselijke
                  maat in de toepassing van digitale technologieën in de rechtspleging en rechtshandhaving.
                  Daarentegen moet ook aandacht bestaan voor de effectieve bestrijding van digitale
                  criminaliteit, effectieve opsporing en veiligheid.
               
2. Follow-up Brdo-Brijuni Process
               
Naar verwachting zal het voorzitterschap de Raad bijpraten over de laatste ministeriële
                  bijeenkomst van het Brdo-Brijuni Process, waar is gesproken over migratie-uitdagingen
                  in de regio. Het Brdo-Brijuni Process is een bijeenkomst van de EU-lidstaten Slovenië
                  en Kroatië met zes Balkanlanden voor versterking van de regionale samenwerking in
                  de Westelijke Balkan.
               
3. Werklunch: Pact op Asiel en Migratie: mogelijke weg voorwaarts
               
= discussie
Het inkomende Sloveense Voorzitterschap heeft de voor migratie verantwoordelijke bewindspersonen
                  uitgenodigd om tijdens de lunch van gedachten te wisselen over de asiel- en migratievoorstellen
                  van de Commissie en over mogelijke stappen die kunnen worden gezet om vooruitgang
                  te boeken. Ter voorbereiding van de discussie zal het Sloveense Voorzitterschap een
                  discussiestuk verspreiden. Dat is op het moment van schrijven nog niet ontvangen.
               
Voor het krachtenveld verwijst het kabinet kortheidshalve naar de laatste verslagen
                  van de JBZ-raad.2 Dit krachtenveld is onveranderd. In algemene zin bestaat er brede overeenstemming
                  over het belang van geïntensiveerde inzet op de externe dimensie waarbij alle relevante
                  instrumenten kunnen worden ingezet om de brede migratiesamenwerking met partnerlanden
                  te versterken. Ten aanzien van de procedures aan de buitengrenzen en de inrichting
                  van solidariteit lopen de posities nog steeds uiteen. Een standpunt van de Raad op
                  individuele voorstellen wordt niet op korte termijn voorzien.
               
De inbreng van het kabinet zal zijn gebaseerd op de standpunten zoals verwoord in
                  de BNC-fiches.3 Ondanks dat verschillende voorstellen nadrukkelijk aan elkaar zijn gelieerd, is het
                  kabinet geen voorstander van de zogenoemde pakketbenadering. Het kabinet pleit er
                  al langer voor om enkele wetgevingsvoorstellen, zoals de Eurodac-verordening, versneld
                  af te ronden. Ook voorstellen die niet afhankelijk zijn van wetgeving dienen wat het
                  kabinet betreft zo snel mogelijk te worden uitgevoerd. Daarbij wordt gedacht aan de
                  implementatie van het versterkte mandaat van Frontex op terugkeer, maar ook het versterken
                  van de samenwerking met belangrijke partnerlanden door middel van de brede partnerschappen.
               
4. Schengenstrategie
               
= discussie
Tijdens dit agendapunt wordt een discussie voorzien over de Schengenstrategie die
                  de Europese Commissie op 2 juni jl. heeft gepubliceerd. Lidstaten zullen worden gevraagd
                  een eerste reactie te geven en hun verwachtingen te delen, bijvoorbeeld ten aanzien
                  van de door de Commissie voorgestelde aanpassing van de Schengen Grenscode aankomend
                  najaar. Een discussiestuk wordt nog verwacht.
               
Over de gepresenteerde strategie heeft uw Kamer op 21 juni jl. een eerste toelichting
                  ontvangen via het verslag van de JBZ-raad van 6–7 juni jl.4 Via het BNC-traject ontvangt uw Kamer nog voorafgaand aan deze informele JBZ-raad
                  een uitgebreide toelichting en een kabinetsappreciatie. Het standpunt ten aanzien
                  van Schengen en de noodzaak om Schengen te versterken is eerder met uw Kamer gedeeld.5 De inbreng van het kabinet zal gebaseerd zijn op dit standpunt.
               
II. Justitie, Grondrechten en Burgerschap
               
1. Kunstmatige intelligentie
               
= discussie
Het Sloveens voorzitterschap wil naar verwachting een discussie voeren over het op
                  21 april jl. gepubliceerde voorstel voor een de Verordening betreffende Kunstmatige
                  Intelligentie (AI)6. Het Sloveense voorzitterschap zal naar verwachting een discussiestuk verspreiden.
                  Op het moment van opstellen van de geannoteerde agenda is dit document nog niet beschikbaar.
                  Het Europees grondrechtenagentschap (FRA) wordt ook uitgenodigd voor deze discussie.
               
De Telecomraad heeft het voortouw bij de behandeling van het voorstel voor een verordening.
                  Het voorstel is tevens besproken in de JBZ-raad van 7–8 juni vanwege het belang van
                  het voorstel voor een effectieve rechtshandhaving. De lidstaten hebben besproken dat
                  het gebruik van AI in de rechtspleging, de rechtshandhaving en het veiligheids- en
                  migratiedomein van grote toegevoegde waarde is, maar dat het belangrijk is een goede
                  balans te vinden tussen enerzijds de effectiviteit van het gebruik van AI en anderzijds
                  de rechtsbescherming en de bescherming van grondrechten. Naar verwachting zal het
                  Sloveens voorzitterschap deze balans nader willen bespreken.
               
De inzet van het kabinet, zoals verwoord in het BNC-fiche, ziet erop de justitiesector,
                  inclusief rechtshandhavingsinstanties, uit te rusten met passende moderne instrumenten
                  om de rechtsbescherming en de veiligheid van de burgers te waarborgen, met de benodigde
                  waarborgen om hun fundamentele rechten en vrijheden te eerbiedigen. Daarbij stelt
                  het kabinet vast dat er een redelijk evenwicht moet worden gevonden tussen deze waarborgen
                  en de mogelijkheden van organisaties als rechtshandhavingsdiensten om AI-systemen
                  te gebruiken en te ontwikkelen.
               
2. Kindvriendelijke rechtsprocedures
               
= discussie
In aanloop naar het aankomend voorzitterschap heeft Slovenië duidelijk gemaakt veel
                  waarde te hechten aan mensenrechten en kinderrechten in het bijzonder. Naar verwachting
                  zal het Sloveense Voorzitterschap na bespreking in deze informele Raad willen toewerken
                  naar Raadsconclusies over kinderrechten.
               
Op 24 maart jl. heeft de Europese Commissie een voorstel uitgebracht voor een Europese
                  Strategie voor de Rechten van het Kind. Met deze strategie beoogt de Commissie alle
                  nieuwe en bestaande EU-wetgeving, beleid en financieringsinstrumenten die raken aan
                  kinderrechten samen te brengen binnen één alomvattend kader7. Het voor de informele Raad geagendeerde thema «kindvriendelijke rechtsprocedures»
                  is een van de vijf thema’s van de Europese Strategie. Lidstaten worden onder andere
                  opgeroepen om universele, gratis en onmiddellijke toegang tot geboorteregistratie
                  en certificering voor alle kinderen te bevorderen en te waarborgen. Het kabinet hecht
                  veel waarde aan kindvriendelijke rechtsprocedures. Zoals ook in het BNC-fiche is toegelicht,
                  wordt het belang van het kind in Nederland in alle procedures meegewogen en in jeugdstrafrechtprocedures
                  vanaf de aanhouding tot en met de inverzekeringstelling vooropgesteld.
               
Tijdens de JBZ-Raad zal de inzet van het kabinet conform het BNC-fiche zijn, waarbij
                  een belangrijk element blijft dat lidstaten de vrijheid behouden om met nationaal
                  beleid invulling te geven aan de kinderrechtenstrategie.
               
3. Werklunch: Digitaal nalatenschap
               
= discussie
Voor de lunchbespreking heeft het Sloveens voorzitterschap het onderwerp digitaal
                  nalatenschap geagendeerd. Nederland heeft dit onderwerp eerder binnen de EU onder
                  de aandacht gebracht. Onder digitaal nalatenschap moet onder andere worden verstaan
                  de gegevens die iemand na zijn of haar overlijden in social media accounts achterlaat,
                  zoals Facebook, LinkedIn of Instagram, maar ook hun emailbox of foto’s in de digitale
                  omgeving. Er zijn nu geen specifieke regels voor het erven van digitale accounts met
                  bijbehorende inhoud bij overlijden. Digitaal nalatenschap heeft raakvlakken met verschillende
                  rechtsgebieden (onder meer erfrecht, contracten- en consumentenrenrecht en privacyrecht)
                  en heeft per definitie een grensoverschrijdend karakter. Het kabinet heeft onderzoek
                  laten doen naar aspecten van de digitaal nalatenschap en zal dit binnenkort aan uw
                  Kamer zenden. Vanwege de grensoverschrijdende aspecten van de digitale diensten acht
                  het kabinet een discussie op EU-niveau van groot belang om duidelijkheid te scheppen
                  voor de burger, diens nabestaanden en de grote technologiebedrijven. Een groot aantal
                  lidstaten ondersteunt dit. Het is op dit moment nog onduidelijk op welke wijze het
                  voorzitterschap dit onderwerp wil bespreken.
               
Indieners
- 
              
                  Indiener
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid - 
              
                  Medeindiener
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming - 
              
                  Medeindiener
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid 
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.