Brief regering : Fiche: Mededeling nieuwe Europese Consumentenagenda
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 3032 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 januari 2021
Overeenkomstig de bestaande afspraken ontvangt u hierbij 8 fiches die werden opgesteld
door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).
Fiche: Mededeling digitalisering van justitie (Kamerstuk 22 112, nr. 3027)
Fiche: Mededeling Europees Democratie Actieplan (Kamerstuk 22 112, nr. 3028)
Fiche: Verordening betreffende e-CODEX (Kamerstuk 22 112, nr. 3029)
Fiche: Verordening Brexit Adjustment Reserve (Kamerstuk 22 112, nr. 3030)
Fiche: Mededeling strategie Europese justitiële opleiding 2021–2024 (Kamerstuk 22 112, nr. 3031)
Fiche: Mededeling nieuwe Europese Consumentenagenda
Fiche: Mededeling Strategie versterking toepassing Handvest Grondrechten EU (Kamerstuk
22 112, nr. 3033)
Fiche: Mededeling EU-actieplan media in het digitale decennium (Kamerstuk 22 112, nr. 3034).
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
Fiche: Mededeling nieuwe Europese Consumentenagenda
1. Algemene gegevens
a) Titel voorstel
Mededeling van de Commissie aan het Europees parlement en de Raad. Nieuwe Consumentenagenda.
De weerbaarheid van de consument versterken met het oog op duurzaam herstel.
b) Datum ontvangst Commissiedocument
13 november 2020
c) Nr. Commissiedocument
COM (2020) 696 final
d) EUR-Lex
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:52020DC06…
e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Raad voor Regelgevingstoetsing
Niet opgesteld
f) Behandelingstraject Raad
Raad voor Concurrentievermogen
g) Eerstverantwoordelijk ministerie
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
2. Essentie voorstel
De nieuwe consumentenagenda («de agenda») bevat een visie voor het EU-consumentenbeleid
voor de periode 2020–2025, voortbouwend op de consumentenagenda uit 2012 (die afliep
in 2020) en de New deal voor consumenten uit 20181. Deze agenda heeft tot doel tegemoet te komen aan de onmiddellijke behoeften van
consumenten in het licht van de coronacrisis, en hun weerbaarheid te vergroten.
De agenda dient als leidraad voor de uitvoering van het programma voor de interne
markt in het kader van het nieuwe meerjarig financieel kader (MFK). De agenda bevordert
maatregelen voor een meer groene, digitale en eerlijke interne markt, en streeft ernaar
om zo het vertrouwen onder consumenten te vergroten. In haar agenda heeft de Commissie
ook een lijst met 22 vervolgacties opgenomen, veelal wetgevende voorstellen, die in
de komende 2 jaar worden gepubliceerd. Dit BNC-fiche heeft alleen betrekking op de
mededeling. Voor de wetgevende voorstellen zullen na publicatie aparte BNC-fiches
worden opgesteld.
De agenda heeft betrekking op vijf hieronder weergegeven prioritaire gebieden:
De groene transitie
De Commissie zet vooral in op duurzaamheid. Zij wil consumenten beter laten informeren
over de mate van duurzaamheid van hun aankoop en in het algemeen sterkere prikkels
in beleid opnemen die duurzamere omgang met producten bevorderen (b.v. langere levensduur,
meer reparatie, betere inzameling). De Commissie komt daarom later dit jaar met een
initiatief om consumenten een grotere rol te geven bij de groene transitie, onder
andere door een effectief recht op reparatie. Ook kan de toekomstige herziening van
de richtlijn verkoop van goederen2 volgens de Commissie een goede gelegenheid bieden om na te gaan wat er nog meer kan
worden gedaan om reparatie te promoten en meer duurzame, circulaire producten aan
te moedigen. Verder stelt de Commissie voor om onderwerpen als vroegtijdige veroudering,
greenwashing3, bevorderen van reparatie boven vervanging, beschikbaarheid van onderdelen en een
minimum garantieperiode op tweedehands of gerepareerde producten aan te pakken. Hiervoor
worden afzonderlijke wetgevende voorstellen gepubliceerd.
De digitale transformatie
De consumentenregels moeten volgens de Commissie geschikt zijn voor de huidige digitale
ontwikkelingen; de richtlijn modernisering consumentenbescherming4 (die onder andere de richtlijn oneerlijke handelspraktijken aanpast) en de richtlijn
digitale content5 hebben hiertoe al belangrijke stappen gezet. De Commissie vindt dat extra maatregelen
nodig zijn om ervoor te zorgen dat de consument zowel offline als online voldoende
is beschermd en met vertrouwen aankopen kan doen. Dit wordt deels al geadresseerd
in het voorstel voor een Wet inzake digitale diensten6 dat zich richt op meer verantwoordelijkheden voor online platforms en dat ervoor
moet zorgen dat consumenten ook online beschermd worden tegen illegale content en
producten. Ook wordt door de Commissie gekeken hoe de huidige productveiligheidsregels
moeten worden aangepast, omdat zogenaamde «slimme producten» in steeds meer huishoudens
zijn te vinden. In navolging van haar Witboek over AI7 werkt de Commissie aan een voorstel om een hoog niveau van bescherming van de consumentenbelangen
en de bescherming van de grondrechten te waarborgen, teneinde het vertrouwen op te
bouwen dat nodig is om AI ingang te doen vinden in de samenleving.
Verhaalmogelijkheden en versterking van consumentenrechten
Consumenten moeten hun recht kunnen halen; de Commissie concludeert dat dat in de
praktijk soms lastig blijkt. De handhaving van consumentenregels in de EU is versterkt
met de vernieuwde CPC-Verordening.8 De Commissie is van plan een project voor de oprichting van een «EU-e-Lab» te financieren,
dat de autoriteiten een gemeenschappelijke gereedschapskist zal bieden voor onlineonderzoeken
en toezicht op gevaarlijke producten die online worden verkocht. De Commissie ondersteunt
de lidstaten bij een tijdige en efficiënte omzetting, uitvoering en handhaving van
de moderniseringsrichtlijn consumentenbescherming die onder meer voorziet in meer
digitale rechtvaardigheid en strengere sancties en de richtlijn representatieve vorderingen9 die consumenten in staat stelt om de krachten te bundelen en gezamenlijk verhaal
te halen.
Specifieke behoeften van bepaalde groepen consumenten
Kwetsbare consumenten hebben meer/specifieke bescherming nodig. De Commissie benoemt
specifiek consumenten die ten gevolge van de coronacrisis extra (financieel) kwetsbaar
zijn, oudere consumenten, consumenten met een beperking en kinderen/minderjarigen
en stelt voor om ten aanzien van deze groepen gerichte acties ondernemen. Zo stelt
de Commissie voor om vanaf 2021 de EU-financiering voor acties om de beschikbaarheid
en kwaliteit van schuldadviesdiensten in de lidstaten te verhogen. Verder verwacht
de Commissie in 2021 een besluit inzake veiligheidseisen op te stellen voor normen
voor kinderverzorgingsproducten en het kader voor productveiligheid te versterken
door de herziening van de richtlijn inzake algemene productveiligheid. Tenslotte zal
de Commissie tegen 2023 een strategische aanpak ontwikkelen om het consumentenbewustzijn
en -onderricht te verbeteren, waarbij ook rekening wordt gehouden met de behoeften
van verschillende groepen, onder meer op basis van gelijkheid en non-discriminatie.
Internationale samenwerking
Veel onveilige producten, die binnen de EU worden verkocht, zijn afkomstig uit derde
landen. Om dit te bestrijden gaat de Commissie, samen met de lidstaten, het gesprek
aan binnen de WTO, UNCTAD en OESO en landen als China en de VS om deze problemen te
bespreken en afspraken te maken.
3. Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel
a) Essentie Nederlands beleid op dit terrein
Nederland beschikt over een stevig wettelijk verankerd consumentenbeleid én -toezicht
dat waarborgen biedt aan consumenten. Dit wettelijk kader is grotendeels tot stand
gekomen door (de implementatie van) EU-regelgeving. Consumenten moeten erop kunnen
vertrouwen dat ze krijgen wat ze hebben gevraagd en niet misleid worden. Evenwichtige
verhoudingen in het handelsverkeer zorgen voor betere uitkomsten van het marktproces.
In Nederland houdt de Autoriteit Consument en Markt (ACM) toezicht op de naleving
van een belangrijk deel van de consumentenbeschermingsregels. Dit doet de ACM op basis
van de Wet handhaving consumentenbescherming. Daarnaast bestaan ook gespecialiseerde
toezichthouders zoals de Autoriteit Financiële Markten en de Autoriteit Persoonsgegevens.
Het kabinet heeft in 2018 concreet ingezet op betere bescherming van consumenten door
uitvoering te geven aan een eigen consumentenagenda (Kamerstuk 27 879, nr. 64).
b) Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel
Het kabinet oordeelt positief over de mededeling van de Commissie. De nieuwe Europese
consumentenagenda komt op veel onderdelen overeen met de Nederlandse consumentenagenda.
Vertrouwen van consumenten is essentieel voor het economisch herstel evenals het bieden
van duidelijkheid aan ondernemers die actief zijn in meerdere EU-lidstaten. Omdat
veel bedrijven grensoverschrijdend zakendoen, is het kabinet van mening dat het nodig
is om in EU-verband te werken aan een gezamenlijke agenda, waarin consumentenproblemen
die nu en straks spelen worden geïdentificeerd en aangepakt.
Het kabinet steunt de focus in deze consumentenagenda op duurzaamheid. Daarbij maakt de Commissie terecht de aantekening dat dit niet moet leiden tot een
overdaad aan informatie en tot hoge extra kosten voor het bedrijfsleven. Dit is ook
voor het kabinet een belangrijk punt; de oplossing van consumentenproblemen ligt niet
altijd in het verstrekken van nog meer informatie, maar in het verstrekken van de
juiste informatie op het juiste moment (zinvolle transparantie) zodat de consument
een overwogen keuze kan maken. Door gebruik te maken van het bestaande instrumentarium
en handhavingskader blijven de regeldruk en nalevingskosten voor bedrijven laag en
wordt toezicht effectiever.
Voor digitalisering hanteert de Commissie hetzelfde uitgangspunt als de kabinetsinzet van de afgelopen
jaren: de consument moet zowel offline als online goed beschermd worden en met hetzelfde
vertrouwen aankopen kunnen doen. Voor het kabinet is vooral belangrijk dat duidelijk
wordt dat platforms als belangrijke online marktspelers bepaalde verantwoordelijkheden
hebben ten opzichte van consumenten. Het gebruik van data, AI en algoritmen heeft
bedrijven en consumenten veel kansen en gemak opgeleverd. Desalniettemin is het kabinet
het eens met de Commissie om ook oog te houden voor de eventuele keerzijden van deze
ontwikkelingen zoals uiteengezet in de Kamerbrief over consument, data en kunstmatige
intelligentie (Kamerstuk 35 134, nr. 14). De digitale economie kan alleen floreren als de consument daarin een sterke positie
inneemt.
De Commissie zet ook nadrukkelijk in op de handhaving van consumentenregels. Het kabinet steunt dit en ziet ook de voordelen van de versterkte samenwerking tussen
lidstaten zoals vastgelegd in de nieuwe CPC-Verordening en de coördinerende rol voor
de Commissie in gezamenlijke acties door de lidstaten.
Het kabinet is het eens met de Commissie dat extra aandacht nodig is voor specifieke
groepen kwetsbare consumenten door middel van de door de Commissie voorgestelde acties. In haar Kamerbrief over
meer verantwoordelijkheden voor online platforms ten opzichte van de consument (Kamerstukken
27 879 en 26 643, nr. 76) heeft het kabinet al aangeven dat het nodig is om onveilige producten, afkomstig
van buiten de EU en vaak aangeboden via online platforms van buiten de EU, aan te
pakken. De door de Commissie aangekondigde herziening van productveiligheidsregels
kan hieraan bijdragen. Daarnaast is het kabinet het met de Commissie eens dat in aanvulling
daarop wordt gesproken met onder andere China en Afrika en dat de Commissie, in samenwerking
met de lidstaten, haar invloed blijft aanwenden in internationale organisaties om in het algemeen een hoge mate van bescherming en veiligheid voor consumenten te
bevorderen.
c) Eerste inschatting van krachtenveld
De verwachting is dat vrijwel alle lidstaten de nieuwe Europese Consumentenagenda
zullen steunen. Het kabinet verwacht wel discussie over de invulling van de verschillende
onderwerpen. Deze vinden vooral plaats nadat de Commissie haar voorstellen die in
de agenda worden aangekondigd heeft gepubliceerd en dus niet in relatie tot de inhoud
van deze agenda. Het kabinet verwacht dat ook het Europees parlement de onderwerpen
die de Commissie nu heeft geagendeerd zal steunen.
4. Grondhouding ten aanzien van bevoegdheid, subsidiariteit, proportionaliteit, financiële
gevolgen en gevolgen op het gebied van regeldruk en administratieve lasten
a) Bevoegdheid
Het kabinet heeft een positieve grondhouding ten aanzien van de bevoegdheid. De mededeling
heeft betrekking op het terrein van consumentenbescherming. Op dit terrein hebben
de EU en de lidstaten een gedeelde bevoegdheid (artikel 4 lid 2 onder f VWEU). De
Commissie is zodoende bevoegd deze mededeling uit te vaardigen.
b) Subsidiariteit
De grondhouding ten aanzien van de subsidiariteit is positief. Consumenten doen hun
aankopen steeds vaker online. De dienstverleners die online actief zijn, bieden veelal
hun producten en/of diensten aan in meerdere (of soms alle) lidstaten. Wegens het
grensoverschrijdende karakter van de online dienstverlening is de EU het meest aangewezen
niveau om op te treden. Gezamenlijke aanpak van de aangegeven consumentenproblemen,
waarvoor de agenda een eerste aanzet geeft, leidt tot betere bescherming van consumenten
in de hele EU maar ook tot meer rechtszekerheid voor ondernemers die actief zijn in
meerdere EU-lidstaten. Met een steeds verder verdiepende interne markt en toename
van het aantal consumententransacties tussen de lidstaten is harmonisatie binnen de
EU cruciaal. Op het gebied van consumentenbescherming doen zich op de interne markt
problemen voor die nationale wetgevers en toezichthouders moeilijk kunnen aanpakken
als zij afzonderlijk van elkaar optreden.
c) Proportionaliteit
De grondhouding ten aanzien van de proportionaliteit is positief. Met een Europese
Consumentenagenda worden prioriteiten aangebracht in het gezamenlijke Europese consumentenbeleid.
De aangekondigde voorstellen, zoals een evaluatie en analyse van de pakketreizenrichtlijn,
een wetgevend voorstel ter versterking van de positie van de consument om duurzamere
keuzes te maken, een update van de richtsnoeren bij de richtlijn oneerlijke handelspraktijken
en een herziening van de algemene productveiligheidsrichtlijn, lijken geschikt om
de consumentenproblemen die in de EU spelen in kaart te brengen en om deze problemen
te bespreken en aan te pakken. Deze voorstellen lijken daarbij niet verder dan noodzakelijk
te gaan en passen binnen de bestaande kaders van het Europees consumentenbeleid. Andere
minder verstrekkende maatregelen dan de voorgestelde acties lijken vooralsnog minder
geschikt te zijn om de geconstateerde problemen effectief aan te pakken.
d) Financiële gevolgen
De publicatie van deze Mededeling heeft geen directe financiële gevolgen aangezien
de agenda zelf niet leidt tot aanpassingen van beleid of regelgeving. De aangekondigde
voorstellen in deze agenda kunnen wel leiden tot financiële gevolgen. Het is op dit
moment niet mogelijk om een indicatie van deze gevolgen te geven, omdat de voorstellen
nog moeten worden gepubliceerd. Het kabinet is van mening dat eventueel benodigde
EU-middelen voor de uitvoering van de agenda gevonden dienen te worden binnen de in
de Raad afgesproken financiële kaders van de EU-begroting 2021–2027 en dat deze moeten
passen bij een prudente ontwikkeling van de jaarbegroting. Eventuele budgettaire gevolgen
voor Nederland moeten worden ingepast op de begroting van het beleidsverantwoordelijke
departement, conform de regels van de budgetdiscipline.
e) Gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten en concurrentiekracht
De mededeling zelf heeft geen directe gevolgen voor de regeldruk voor burgers en bedrijfsleven.
Dat kan anders zijn voor de vervolgacties, maar daarbij geldt dat het kabinet vindt
dat bij de uitwerking van de voorstellen in regelgeving het uitgangspunt moet zijn
dat deze zo lastenluw mogelijk worden vormgegeven. Deze voorstellen worden na publicatie
ervan apart door het kabinet beoordeeld, met een inschatting van de mogelijke gevolgen
voor het bedrijfsleven.
Indieners
-
Indiener
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken