Brief regering : Nadere reactie op Barometer Boudel op Rieg
33 529 Gaswinning
Nr. 809 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 oktober 2020
Onlangs heeft Groninger Gasberaad het rapport «Barometer Boudel op Rieg» gepubliceerd.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en ik hebben met belangstelling kennisgenomen van dit rapport en hebben
uw Kamer op 9 september jl. (Kamerstuk 33 529, nr. 806) een eerste schriftelijke reactie gestuurd. Aanvullend hebben Groninger Gasberaad
en Groninger Bodembeweging ons een open brief1 gestuurd om een aantal punten in relatie tot het wetsvoorstel Versterken nogmaals
onder onze aandacht te brengen. De Minister van BZK en ik gaan in deze brief op beide
in.
De Minister van BZK en ikzelf hebben respectievelijk op 2 september jl. en 23 september
jl. met Groninger Gasberaad gesproken over de inhoud van het rapport. Het is van groot
belang dat Rijk, regio, experts, Kamer en maatschappelijke organisaties voortdurend
met elkaar in contact blijven om tot de best mogelijke oplossingen voor de situatie
in Groningen te komen. Er is om die reden ook regelmatig ambtelijk contact tussen
het Rijk en de maatschappelijke organisaties. Met het wetsvoorstel Versterken, dat
eveneens vandaag aan uw Kamer is gestuurd, zal een aanzienlijk deel van de problematiek
die in het rapport aan de orde komt aangepakt worden. Nu het wetsvoorstel Versterken
naar uw Kamer is gestuurd, is het een passend moment om inhoudelijk op de aandachtspunten
uit het rapport in te gaan. Samenvattend kan ik concluderen dat een aantal conclusies
uit het rapport reeds onder de aandacht zijn van IMG en NCG, meegewogen zijn in recente
besluitvorming omtrent bijvoorbeeld het wetsvoorstel Versterken of nog onderdeel zijn
van bestuurlijke overleggen.
Woningen in Groningen
Misschien wel het belangrijkste punt uit het rapport, waar het GGB in de gesprekken
met de Minister van BZK en mijzelf ook met klem op wees, was de wens om te komen met
een crisisaanpak om, in het licht van de afnemende seismiciteit, Groningen mooier
achter te laten. Dit hangt samen met de wens bewoners in het aardbevingsgebied in
de gelegenheid te stellen hun woningen te verbeteren en daarmee meer keuzevrijheid te bieden.
Het kabinet neemt deze zorgen zeer serieus en is hierover in vergevorderd gesprek
met de regio. Daarbij is het van belang te kijken naar de afbouw van de gaswinning
en de daarmee samenhangende verminderde seismiciteit, waardoor minder versterking
nodig is. Dit biedt perspectief en keuzemogelijkheden voor bewoners. We komen hier
spoedig op terug in een Kamerbrief over de uitkomsten van de bestuurlijke overleggen.
Publieke regie en laagdrempelige procedures
Een terugkomend punt van aandacht in het rapport is de onduidelijkheid rondom wie
waarvoor verantwoordelijk is de governance. De opstellers vinden dat het soms onduidelijk is welke instantie waarop aangesproken
kan worden. Het kabinet heeft in 2018 besloten de afweging over de hoogte van de gaswinning
uit het Groningenveld, de schadeafhandeling en de versterkingsoperatie bij de overheid
te beleggen, zonder inmenging van de NAM. Met de inwerkingtreding van de Tijdelijke
wet Groningen en de oprichting van het IMG is de onafhankelijke publiekrechtelijke
schadeafhandeling wettelijk geregeld. In het rapport wordt ook aangegeven dat met
de overgang van de TCMG naar het IMG nu inderdaad sprake is van het borgen van de
volstrekt onafhankelijke positie van het IMG. Met het wetsvoorstel Versterken zal
nu ook de versterkingsopgave volledig door de overheid aangestuurd worden, met publiekrechtelijke
rechtsbescherming voor de bewoners. Ik blijf als Minister van EZK verantwoordelijk
voor de veiligheid in relatie tot gaswinning. En om dit in de uitvoering van de versterking
goed te laten aansluiten bij de mogelijkheden om ook te investeren in een leefbare
en duurzame toekomst en leefomgeving heeft de Minister van BZK samen met de gemeenten
de verantwoordelijkheid genomen voor de versterkingsoperatie.
Ten aanzien van de duur van procedures en de proceskosten wordt met het wetsvoorstel
dat aan de Kamer is aangeboden voortgang geboekt, bijvoorbeeld door het in elkaar
schuiven van het normbesluit en versterkingsbesluit. Zo is er sprake van één integraal
besluit, genomen door de NCG. Voor wat betreft schadeafhandeling streeft het IMG er
daarnaast naar om de werkwijze zo voortvarend mogelijk en met oog voor de menselijke
maat vorm te geven en uit te voeren.
Een belangrijk punt dat door het Groninger Gasberaad en de Groninger Bodem Beweging
wordt aangehaald, in het rapport en in hun open brief, is de samenloop tussen schade
en versterken. Zij geven aan liever één organisatie als aanspreekpunt voor de Groninger
te wensen. Het kabinet hecht, net als de maatschappelijke organisaties, aan een goede
samenwerking en duidelijkheid voor bewoners, maar acht het daarvoor niet noodzakelijk
beide organisaties te fuseren. Wanneer er sprake is van samenloop tussen schade en
versterking worden de procedures op elkaar afgestemd. In de praktijk blijkt dat bewoners
waar zowel schade en versterking aan de orde is vaak de voorkeur geven aan het sneller
vergoeden van de schade en dit niet aan de versterkingsoperatie willen koppelen. Deze
keuze is aan de bewoner. De NCG en de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen
(TCMG, de voorloper van het huidige IMG) hebben in september 2019 een samenwerkingsconvenant
getekend dat beschrijft op welke manieren door deze partijen kan worden samengewerkt
in situaties waarbij sprake is van samenloop van schade en versterken. Op deze samenwerking
wordt uitgebreid ingegaan in de brief bij het wetsvoorstel Versterken (Kamerstuk 35 603, nr. 5). Verderop in deze brief zal worden ingegaan op de uitvoering van de samenloop tussen
schade en versterken.
Duidelijkheid voor eigenaren
Er is zowel bij de overheid als bij bewoners een sterke wens om duidelijkheid voor
de eigenaar van een pand te scheppen voor wat betreft de versterking. In veel gevallen
hebben bewoners lang in onduidelijkheid gezeten over wat er met hun gebouw zou gaan
gebeuren. Met het wetsvoorstel Versterken wordt een voor bewoners meer begrijpelijke
procedure voorgesteld. In de memorie van toelichting is een «routekaart naar herstel»
beschreven, waarin de stappen uit het versterkingstraject worden beschreven, en voor
eigenaren duidelijk wordt wat er van hen en andere partijen op welk moment wordt verwacht.
De NCG zal deze routekaart actief gaan verspreiden onder bewoners en met hen bespreken
tijdens het versterkingstraject. Met de lokale plannen van aanpak van de verschillende
gemeenten wordt daarnaast zoveel mogelijk vooruitzicht geboden op wanneer welke straten
of wijken worden aangepakt, in ieder geval in het komende jaar.
Versnelling en breuklijnen
Het rapport adresseert dat het in de versterkingsoperatie in zijn geheel nog aan voldoende
snelheid ontbreekt. Met het verduidelijken en versimpelen van de individuele procedure
en met het toepassen van de snellere beoordelingsmethoden is de verwachting dat de
versterkingsoperatie in zijn geheel veel sneller zal verlopen. Met het toepassen van
de nieuwste inzichten wordt zichtbaar dat het veiliger wordt in Groningen. Rijk en
gemeenten staan ervoor nieuwe beoordelingsmethoden op een goede wijze te laten landen
in de operatie. Het toepassen daarvan kan op plaatsen leiden tot onwenselijke effecten
binnen dorpen en gemeenschappen. Een belangrijk onderdeel van de afspraken die het
Rijk met bestuurders in de regio maakt gaat daarom over hoe we met die ongelijkheid
omgaan en hoe we inwoners daarin tegemoet kunnen komen.
Publiekrechtelijke positie bewoners
Boudel op rieg stelt dat in de huidige situatie bij bewoners soms het gevoel ontstaat
niet te weten waar ze juridisch gezien aan toe zijn in de versterkingsoperatie. Het
rapport omschrijft dit als «rechtsonzekerheid» waardoor het soms onduidelijk lijkt
op welke juridische basis actoren handelen. Hierover wordt gezegd: «»Zo duidelijk
als de bevoegdheid, procedures en normen voor de publiekrechtelijke schadeafhandeling
zijn, zo onduidelijk zijn die voor het publiekrechtelijke versterkingstraject. Afgelopen
zomer is in overleg met provincie en gemeenten is over dit onderwerp gesproken en
gekozen voor een procedure met rechtsbeschermingsmogelijkheden die duidelijker moet
zijn vanuit het perspectief van de bewoner. In het wetsvoorstel Versterken heb ik
de rechtsbeschermingsmogelijkheden voor de bewoner en de bevoegdheden van de NCG binnen
de publiekrechtelijk vormgegeven versterkingsoperatie vastgelegd. De NCG is dan hét
aanspreekpunt voor alle inwoners. Ik verwijs u hiervoor ook naar de Kamerbrief over
het wetsvoorstel die gelijktijdig met de brief aan uw Kamer is gezonden.
Samenloop schade/versterken
Een kritiekpunt uit het rapport Boudel op rieg is dat er geen samenhang zou zijn tussen
de versterkingsoperatie en de schadeafhandeling. Om de positie van bewoners voldoende
te kunnen waarborgen biedt het wetsvoorstel Versterken de mogelijkheid om regels voor
samenwerking in de toekomst wettelijk te verankeren. Daarbij geldt dat de samenwerking
er niet toe mag leiden dat de procedure als geheel voor de bewoner langer duurt. Een
eerste interne tussentijdse evaluatie van het convenant is inmiddels uitgevoerd. IMG
en NCG werken aan de opzet van een gezamenlijke externe evaluatie. Uw Kamer wordt
geïnformeerd over de uitkomsten hiervan.
Los van dit wettelijke traject werken het IMG en de NCG nu al samen en intensiveren
dit waar nodig en wenselijk. Uit een eerste onderzoek is gebleken dat slechts beperkt
sprake is van adressen met een openstaande schademelding die tevens zijn opgenomen
in het versterkingsprogramma (Kamerstuk 33 529, nr. 767). Dit neemt natuurlijk niet weg dat waar sprake is van samenloop tussen schade en
versterking deze indien nodig en wenselijk vanuit het perspectief van de bewoner gezamenlijk
worden opgepakt. Hier wordt uitgebreider op ingegaan in de eveneens vandaag gestuurde
Kamerbrief bij de aanbieding van het wetsvoorstel Versterken.
Rapporten over gezondheid/sociaal
Daarnaast uit het rapport kritiek op de manier waarop er met adviezen gericht op maatschappelijke
consequenties wordt omgegaan. Het rapport stelt dat technische adviezen zwaarder wegen
en met praktijkrapporten weinig gedaan wordt. Ik wil graag benadrukken dat niet alleen
technische rapporten maar ook rapporten die meer gericht zijn op sociaalmaatschappelijke
consequenties in Groningen voor ons van groot belang zijn. Dat is dan ook een belangrijke
aanleiding geweest om € 5,4 miljoen te investeren in sociaal-emotionele ondersteuning
in de regio, door bijvoorbeeld de inzet van aardbevingscoaches en extra training voor
zorgpersoneel. Daarnaast biedt het Rijk ondersteuning aan gemeenteraden bij de uitdagingen
waar ze mee te maken krijgen als gevolg van de gaswinning. Raden staan in het Groningse
aardbevingsgebied extra onder druk en tegelijkertijd is hun rol als volksvertegenwoordigers
die opkomen voor de belangen van inwoners belangrijker dan ooit. Het Rijk biedt de
verschillende partijen in Groningen expertise en training op het gebied van participatie
en draagt ook financieel bij om de druk op gemeenteraden te verlichten. Sociaalmaatschappelijke
rapporten worden structureel betrokken bij het maken van beleid in Groningen. Ook
overleggen Rijk, regio en waar nodig GGD of uitvoeringsorganisaties op regelmatige
basis over gezondheidsgerelateerde of sociaalmaatschappelijke onderwerpen.
Vangnetconstructies
Het rapport stelt dat het regelmatig voorkomt dat er vangnetconstructies opgetuigd
worden voor speciale gevallen, hetgeen rechtsongelijkheid in de hand kan werken. De
afgelopen jaren is veelvuldig de roep om meer maatwerk in de uitvoering van de versterkingsoperatie
gehoord bij bewoners, bij regiobestuurders en in de Tweede Kamer. De keerzijde van
de toepassing van maatwerk is dat er meer risico ontstaat op rechtsongelijkheid tussen
bewoners waarmee ik erken dat die rechtsongelijkheid kan zijn opgetreden. Maatwerk
moet dan ook gepast worden toegepast.
Daarnaast vind ik het van belang dat in aanvulling op het reguliere stelsel van procedures
en regelingen voor de schadeafhandeling en de versterkingsoperatie ook vangnetconstructies
zijn voor specifieke gevallen waarin bewoners vanuit het reguliere systeem onvoldoende
hulp en ondersteuning dreigen te ontvangen. Deze vangnetten, zoals de Commissie Bijzondere
Situaties, zal ik daarom blijven steunen.
Complexe gevallen
Het rapport benoemt dat complexere gevallen regelmatig naar achteren geschoven worden.
In het geval van het IMG geldt inderdaad dat eerst snelheid werd gemaakt met de grote
voorraad reguliere schadegevallen die binnenkwam. Sinds enige tijd is het IMG wel
degelijk op grotere schaal begonnen de complexe schadegevallen te behandelen, hetgeen
af te lezen is aan het hoger wordende gemiddeld uitgekeerde bedrag2. Voor bewoners en eigenaren van monumentale of karakteristieke gebouwen is het Erfgoedloket
ingericht. Zij kunnen daar terecht met vragen over bijvoorbeeld regelgeving, procedures,
duurzaamheid, herbestemming of financieringen. Achter het Erfgoedloket staat een deskundig
erfgoedadviesteam met specialisten om ingewikkelde vraagstukken te kunnen beantwoorden.
Het erfgoedadviesteam ondersteunt daarnaast overheden met kennis en deskundigheid.
Voor ondernemers, inclusief agrarisch ondernemers, is een Bedrijvenadviespunt Bodembeweging.
De ondernemersadviseur van de NCG helpt ondernemers bij vragen en problemen rondom
bodemweging door gaswinning. Voor een nadere uiteenzetting van wat er voor de doelgroepen
(agrarisch) ondernemers is en wordt geregeld verwijs ik u naar onze recente Kamerbrief
over de stand van zaken met betrekking tot (agrarisch) ondernemers.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat