Brief regering : Voortgangsrapportage Meerjarenprogramma Depressiepreventie
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 496 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 september 2020
Jaarlijks informeer ik u over de voortgang rondom het Meerjarenprogramma depressiepreventie (MJP DP). Dit programma wordt gezamenlijk uitgevoerd door alle 19 partijen1 die zich in 2017 gecommitteerd hebben aan de uitvoering van het programma. De partijen
zetten zich gezamenlijk in om te komen tot ketenaanpakken in de praktijk. Via deze
brief informeer ik u over de resultaten van het meerjarenprogramma in het afgelopen
jaar. U ontvangt deze rapportage later dan vorig jaar als gevolg van de coronacrisis.
Ambitie
Het meerjarenprogramma heeft tot doel het aantal mensen dat een depressie krijgt substantieel
te verminderen: de ambitieuze stip op de horizon is 30% minder mensen met een depressie
in 2030 (ten opzichte van 2017). Het MJP DP richt zich specifiek op zes groepen mensen
met een hoog risico op het ontwikkelen van depressie. Dat zijn: jongeren, jonge vrouwen
(inclusief pas bevallen moeders), huisartsenpatiënten, werknemers met een stressvol
beroep, chronisch zieken en mantelzorgers. We gaan hierbij uit van onderstaande veranderstrategie.
Naast het MJP DP zijn er andere ontwikkelingen en programma’s, zoals de landelijke
Nota Gezondheidsbeleid2, de Gezonde School, het programma Alles is Gezondheid en de brede maatschappelijke samenwerking gericht op burn-out klachten3, die invloed hebben op de mentale gezondheid van mensen en daarmee zullen bijdragen
aan de ambitie. Waar relevant wordt zo goed mogelijk samengewerkt met deze trajecten,
zodat deze elkaar aanvullen.
Veranderstrategie
Hieronder wordt de veranderstrategie van het MJP DP weergegeven. De eerste stap is
het vormgeven van een goede ketenaanpak rondom de hoogrisicogroepen. De vervolgstap
is om de ketenaanpak in de praktijk (zowel professionals als omgeving) toe te passen.
Als een dergelijke ketenaanpak goed wordt toegepast, dan worden depressieve klachten
bij mensen eerder gesignaleerd en krijgen zij tijdig goede hulp en ondersteuning.
Dit kan eraan bijdragen dat minder mensen depressieve klachten krijgen. En dat mensen
met depressieve klachten minder vaak een depressie ontwikkelen. Dit moet uiteindelijk
leiden tot minder mensen met een depressie.
Figuur 1: Veranderstrategie Meerjarenprogramma Depressiepreventie
Voortgang MJP DP en maatschappelijke ontwikkelingen
Voor één hoogrisicogroep is deze ketenaanpak inmiddels gereed (jongeren) en voor drie
hoogrisicogroepen is deze aanpak in een verder gevorderd stadium (pas bevallen moeders,
huisartspatiënten en werkenden in stressvolle beroepen). Voor mantelzorgers is een
aanbesteding uitgezet en voor chronisch zieken is deze nagenoeg voorbereid. De coronacrisis
heeft helaas ook negatieve effecten voor de ontwikkeling van de ketenaanpakken, met
name bij de pilots bij alle hoogrisicogroepen. Tegelijkertijd heeft de coronacrisis
de maatschappelijke aandacht voor mentale gezondheid sterk doen toenemen. Het urgentiebesef
dat er – vooral nu – preventief gewerkt moet worden aan mentaal welzijn is er zeker.
Dat blijkt ook uit de motie van het lid Segers c.s. die met algemene stemmen is aangenomen.
Deze motie verzoekt de regering om op korte termijn preventieve maatregelen te nemen
om de negatieve gevolgen van de coronacrisis voor het mentaal welzijn te beperken4. De ketenaanpakken van het MJP DP bestaan uit (preventieve) maatregelen en zullen
zeker bijdragen aan het mentaal welzijn van de genoemde hoogrisicogroepen.
Monitoring effecten
Samen met de partijen van de depressiedeal wil ik zicht krijgen op de effecten van
het meerjarenprogramma en op de ontwikkelingen rondom depressiepreventie. De Monitor
Meerjarenprogramma Depressiepreventie is gestart in 2019 en bestaat uit drie onderdelen:
– Landelijke monitor depressie.
– Programmamonitor activiteiten MJP DP.
– Gemeentelijke monitor depressie.
Landelijke monitor depressie
De landelijke monitor depressie brengt de populatie- en zorgprevalentie van depressieproblematiek in Nederland
in kaart voor de zes hoogrisicogroepen uit het MJP DP. In 2019 is uitgezocht welke
indicatoren en bestaande databronnen hiervoor bruikbaar zijn. In 2020 wordt de eerste
(nul)meting uitgevoerd voor 2019 en voorliggende jaren. Vanaf 2021 worden vervolgmetingen
uitgevoerd om de ontwikkelingen vanaf 2020 en latere jaren inzichtelijk te maken.
Jaarlijks wordt een basisset aan cijfers opgeleverd en eens per twee jaar worden uitgebreidere
cijfers aangeleverd. Daarmee hopen we ook zicht te krijgen op de effecten van de coronacrisis
voor de hoogrisicogroepen.
Tussendoelen
Om tussentijds te kunnen beoordelen of we (voldoende) vooruitgang boeken, werken we
met een aantal tussendoelen. Jaarlijks worden enkele concrete en meetbare indicatoren
gemonitord op basis waarvan we met elkaar kunnen bekijken of we de juiste zaken in
gang hebben gezet om daadwerkelijk te komen tot een substantiele afname. Het betreft
de volgende tussendoelen met bijbehorende indicatoren:
Tussendoel
Indicator
Minder mensen hebben depressieproblematiek
De mate waarin (op jaarbasis) depressieproblematiek vóórkomt in (risicogroepen binnen)
de algemene bevolking
Minder mensen gebruiken professionele zorg vanwege depressieproblematiek
De mate waarin (op jaarbasis) vanwege depressieproblematiek gebruik wordt gemaakt
van:
a. huisartsenzorg (incl. POH-GGZ)
b. specialistische GGZ
Het gebruik van professionele zorg vanwege depressieproblematiek wordt minder intensief
De intensiteit (op jaarbasis) van het zorggebruik vanwege depressieproblematiek in
de:
a. huisartsenzorg (incl. POH GGZ)
b. specialistische GGZ
Programmamonitor activiteiten MJP DP
Naast de landelijke monitor wordt ook gewerkt aan een programmamonitor die per hoogrisicogroep de voortgang en effecten van de activiteiten in kaart brengt.
In 2019 en 2020 is gewerkt aan de ontwikkeling en voorbereiding voor de programmamonitor,
zodat in het voorjaar van 2021 een eerste meting kan plaatsvinden. Naast (een selectie
van) kwantitatieve indicatoren, wordt ook kwalitatieve informatie verzameld voor de
programmamonitor. Bijlage 15 geeft een eerste overzicht van de mate van ontwikkeling en toepassing van de ketenaanpak
per hoogrisicogroep. Deze monitoring wordt primair gebruikt om van elkaar te leren
en te beoordelen welke (aanvullende) activiteiten nodig zijn om te komen tot daadwerkelijk
uitvoering van de ketenaanpak in de praktijk.
Gemeentelijke monitor depressie
Tenslotte volgt de gemeentelijke monitor de ontwikkelingen in (integraal) beleid en activiteiten van gemeenten en regio’s
op het gebied van mentale gezondheidsbevordering en depressiepreventie in de publieke
gezondheidszorg en het sociaal domein, inclusief samenwerking in de ggz-keten. In
2018 heeft een nulmeting plaatsgevonden6. Eens per vier jaar (2022, 2028, 2030) zal een vervolgrapportage plaatsvinden.
Aanpak en resultaten per hoogrisicogroep
Jongeren
In augustus 2017 is gestart om een ketenaanpak voor jongeren vorm te geven. GGD GHOR
Nederland heeft daartoe samen met het Trimbos-instituut, het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid
en andere partners een nieuwe slimme wegwijzer Rondom Jong voor depressiepreventie ontwikkeld. Deze wegwijzer is in 2019 afgerond en laat professionals
rond jongeren met depressieve klachten beter met elkaar samenwerken. De wegwijzer
Rondom Jong en de bijbehorende middelen staan op de website van het Trimbos-instituut
en kunnen gratis gedownload worden: https://www.trimbos.nl/kennis/depressie-preventie/rondomjong. De informatie over Rondom Jong wordt de komende tijd verder onder de aandacht gebracht
van scholen in het voorgezet onderwijs via de website van de Gezonde School. Rondom
Jong is ook genoemd in de landelijke nota Gezondheidsbeleid7 als een middel om de mentale gezondheid van jongeren te vergroten. In bijlage 28 wordt een verdere toelichting gegeven op de ontwikkelde producten en de ketenaanpak
rondom jongeren.
Aanstaande en pas bevallen moeders
In 2018 is gestart met het ontwikkelen van een ketenaanpak voor aanstaande en pas
bevallen moeders. GGD GHOR Nederland heeft als trekker samen met stakeholders uit
de geboortezorg een aanpak opgesteld om het aantal vrouwen met een PPD (postpartum
depressie) te verminderen. In 2018 is op initiatief van Kamerlid Ellemeet in de publiekscampagne
(zie pag 6) specifiek aandacht besteed aan deze hoogrisicogroep. In 2019 zijn op basis
van een inventarisatie bij professionals en organisaties diverse producten ontwikkeld:
een factsheet met resultaten, een overzicht van bestaande (erkende) interventies voor
depressiepreventie bij (aanstaande) moeders, een vernieuwde versie van de e-learning
Signaleren postpartum depressie en de folder Waar blijft de roze wolk? Begin 2020 zijn met behulp van deze producten drie pilots aan de slag gegaan met
het verbeteren van de zorg voor aanstaande en pas bevallen moeders. In bijlage 39 wordt een verdere toelichting gegeven op de ontwikkelde producten en de ketenaanpak
rondom pas bevallen moeders. Al met al is het nodige ontwikkeld en in gang gezet om
te komen tot een goede ketenaanpak rondom preventie van postpartum depressie. Na afronding
van de pilots zal bekeken worden hoe de ontwikkelde producten en ketenaanpak ook in
andere regio’s hun plek kunnen vinden.
Huisartspatiënten
In het najaar van 2018 is ook gestart met het ontwikkelen van een ketenaanpak voor
huisartspatiënten met depressieve klachten. MIND (samenwerking tussen Fonds Psychische Gezondheid/Korrelatie en Landelijk Platform Psychische Gezondheid) is de trekker van deze aanpak. Doel is het ontwikkelen van een ketenaanpak voor primaire
en secundaire preventie gericht op patiënten met depressieve klachten/depressie. In
2019 is geïnventariseerd welke interventies er beschikbaar zijn, welke ideeën er zijn
over een ketenaanpak en hoe patiëntreizen verlopen. Er zijn inventarisaties en interviews
gehouden onder cliënten, naasten, huisartsen en praktijkondersteuners GGZ om inzicht
te krijgen in wat zij de meest effectieve preventieve interventies vinden. De daarmee
ontwikkelde producten zijn uitgewerkt tot een mogelijke ketenaanpak. Deze zou in het
eerste kwartaal van 2020 in enkele pilots worden uitgevoerd, maar de pilots konden
vanwege de coronacrisis helaas niet doorgaan. De verwachting is dat door de coronacrisis
straks meer mensen met depressieve klachten naar de huisarts gaan. De ontwikkelde
producten binnen het project kunnen juist nu en in de nabije toekomst goed worden
ingezet. Daarom worden de producten op dit moment breed verspreid via MIND. Er worden
nu gesprekken gevoerd met huisartsenpraktijken en lokale netwerken om eind 2020/begin
2021 alsnog pilots te kunnen uitvoeren. Bovendien pakt MIND de keuzehulpen voor patiënten
en de verwijstips naar zelfhulptools en naar regionale herstel- en zelfregiecentra
digitaal op. In bijlage 410 wordt een verdere toelichting gegeven op de ontwikkelde producten en de ketenaanpak
rondom huisartspatiënten. Juist door de producten op deze manier in de praktijk te
gebruiken en te kijken welke aanpassingen er nodig zijn, verwacht ik dat een ketenaanpak
ontwikkeld wordt die goed aansluit bij de praktijk.
Werknemers in stressvolle beroepen
In februari 2019 is gestart met het ontwikkelen van een ketenaanpak depressiepreventie
onder werkenden in stressvolle beroepen. De NVAB (Nederlandse Vereniging voor Arbeids-
en Bedrijfsgeneeskunde) is de trekker van deze ketenaanpak. In eerste instantie was
de opzet om een overdraagbare ketenaanpak voor «spanningsverschijnselen» te ontwikkelen,
waarmee ook depressie kan worden voorkomen. Het Preventief Medisch Onderzoek (PMO)
– een effectief bewezen interventie – was het startpunt van de ketenaanpak. De doelgroep
omvatte al het ziekenhuispersoneel, waaronder artsen, verpleegkundigen, paramedici
en ondersteunend personeel. Het PMO bleek in de praktijk echter onvoldoende aan te
sluiten bij de behoefte van zorginstellingen, waarbij de coronacrisis zorgde voor
extra terughoudendheid. De gesprekken met geïnteresseerde instellingen hebben echter
wel veel informatie opgeleverd over de preventieve instrumenten die zij inzetten en
redenen om de PMO als ketenaanpak wel of niet in te zetten. Om die reden wordt de
komende periode ingezet op een aanpak die wel aansluit bij behoeften van de betreffende
zorginstellingen. Daarbij zullen ook belangrijke vragen voor de toekomst beantwoord
worden over de wensen, behoeften en aandachtspunten bij de uitvoering van een ketenaanpak
voor «spanningsverschijnselen», waarmee ook depressie kan worden voorkomen. In bijlage 511 wordt een verdere toelichting gegeven op de diverse activiteiten en ontwikkelde producten
rondom werknemers in stressvolle beroepen. Uiteindelijk streven is te komen tot een
sluitende ketenaanpak depressiepreventie voor werkenden in het algemeen, die verschillende
organisaties kunnen toepassen.
Overige hoogrisicogroepen
Voor mantelzorgers is in juni een aanbestedingstraject gestart. Voor chronisch zieken
is de aanbesteding eind augustus uitgezet. Ik verwacht dat de regiegroepen voor deze
twee hoogrisicogroepen in het najaar van 2020 kunnen starten.
Derde jaar publiekscampagne Hey, het is oké
Op 2 april 2019 is de nieuwe Hey, het is oké campagne gestart over angst- en paniekstoornissen en depressie. Ook de website is
vernieuwd: www.heyhetisoke.nl. Voor de campagne is radio en tv ingezet, waarbij gebruik is gemaakt van ervaringsdeskundigen
met angst- en paniekklachten in plaats van acteurs. Ook zijn veel ervaringsverhalen
gefilmd en uitgezonden via onder andere Linda.nl en Telegraaf.nl. Via influencers
zoals Ronnie Flex en Dylan Haegens is een jongerencampagne gestart via social media.
Door het coronavirus zijn veel overheidscampagnes, met een andere boodschap dan het
coronavirus onder controle krijgen, uitgesteld. De publiekscampagne Hey, het is oké is op radio en tv uitgesteld tot 2021. Op social media loopt de communicatie door.
Op Instagram delen inmiddels ruim 4.500 volgers verhalen met elkaar over angst en
depressie. In mei 2020 is ook de corona-campagne over mentale gezondheid gestart,
specifiek gericht op sombere, gespannen en angstige gevoelens tijdens corona. De campagne
is preventief ingezet op radio en social media met tips over een gezonde leefstijl.
Verder heb ik tijdens het AO Zwangerschap en Geboorte op 18 december 2019 op verzoek
van Kamerlid Ellemeet toegezegd de Tweede Kamer te informeren over de mogelijkheden
om in het verlengde van de campagne meer aandacht te besteden aan post-partumdepressies.
Op dit moment wordt daartoe een podcast serie ontwikkeld waarin vrouwen, hun partners
en andere naasten hun persoonlijke ervaringen met postpartum depressie en andere psychische
problemen tijdens en na de zwangerschap delen. Op deze wijze willen we het bestaan
en de effecten van postpartum depressie en andere psychische problemen tijdens en
na de zwangerschap breder onder de aandacht brengen en bespreekbaar maken onder de
doelgroep.
Financiering en borging
Op dit moment zijn middelen beschikbaar (€ 750.000 per jaar) voor het MJP DP om de
ketenaanpakken te ontwikkelen en in pilots toe te passen. De komende tijd zal vooral
ingezet moeten worden op toepassing van de ontwikkelde ketenaanpakken en opschaling
in de praktijk. Ik zal dan ook samen met de betrokken partijen uit de depressiedeal
bespreken wat er nodig is om de ketenaanpak per hoogrisicogroep structureel toe te
passen in de praktijk, zodat mensen daadwerkelijk eerder en beter geholpen gaan worden.
Afsluiting
Voor vier hoogrisicogroepen zijn goede vorderingen gemaakt om te komen tot een ketenaanpak.
Het ontwikkelen van een ketenaanpak zal ook in gang gezet worden voor de 2 resterende
hoogrisicogroepen. Uiteraard zijn we er daarmee nog lang niet. De voortgang en effecten
op het aantal mensen met een depressie zal gemonitord worden. We hebben een eerste
start gemaakt om het aantal mensen met een depressie te verminderen. Maar er is ook
nog een flinke weg te gaan om daadwerkelijk samen het verschil te gaan maken. In september
2021 zal ik u opnieuw informeren over de bereikte resultaten vanuit zowel de monitor
als de regiegroepen.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport