Brief regering : Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 20 juli 2020
21 501-32 Landbouw- en Visserijraad
Nr. 1243 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 juli 2020
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de agenda van de Landbouw- en Visserijraad
van de EU die gepland is op 20 juli aanstaande te Brussel. In deze brief wordt tevens
de in het debat met de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de Green Deal
op 25 juni jl. gestelde vraag van lid Van Raan over de Boer tot Bord-strategie beantwoord
(Handelingen II 2019/20, nr. 88, items 5 en 8).
GEAGENDEERDE ONDERWERPEN OP DE RAAD
GLB Post-2020
De Raad zal van gedachten wisselen over de groene architectuur in het GLB. De groene
architectuur verwijst naar de samenhang van maatregelen binnen het GLB met betrekking
tot klimaat- en leefomgeving. De groene architectuur biedt kansen aan boeren om via
doelgerichte betalingen een bijdrage te leveren aan de opgaven voor klimaat, leefomgeving
en biodiversiteit.
Het Finse voorzitterschap heeft vorig jaar een voorstel ter tafel gebracht voor een
gezamenlijk minimum percentage te besteden budget voor klimaat- en leefomgeving voor
beide pijlers in het nieuwe GLB. Aanvankelijk werd dit voorstel verwelkomd als een
goede basis voor discussie (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1211). Lidstaten verschilden echter sterk van mening over de invulling van dit minimum
percentage, zowel wat betreft de hoogte als de interventies die konden worden meegerekend
voor het percentage. Het Kroatisch voorzitterschap heeft geconcludeerd dat er onvoldoende
steun voor dit voorstel is en heeft het voorstel geschrapt uit de compromisteksten.
Het Duitse voorzitterschap bekijkt nu hoe de ambitie op het gebied van klimaat en
leefomgeving binnen het toekomstig GLB vorm gegeven kan worden.
Enkele lidstaten hebben kenbaar gemaakt voorstander te zijn van het specifiek oormerken
van middelen in de eerste pijler voor ecoregelingen. Sommige lidstaten hebben zorgen
over het ontstaan van mogelijk onbenutte middelen als een deel van het budget voor
klimaat- en leefomgevingsdoelen wordt geoormerkt. Het is de verwachting dat de discussie
in de Raad zich hierop zal richten.
Mijn inbreng in de Raad zal zich richten op het benadrukken van het belang van groene
ambities in het nieuwe GLB. Ik zal pleiten voor het verhogen van het percentage te
oormerken budget in de tweede pijler, aangezien de voorgestelde 30% uit het Commissievoorstel
door veel lidstaten al wordt bereikt. Daarnaast zal ik herhalen dat Nederland voorstander
is van het oormerken van middelen in de eerste pijler voor eco-regelingen. Ik ben
ervan overtuigd dat dit een goede manier is om er voor te zorgen dat beide pijlers
bijdragen aan het verbeteren van klimaat en leefomgeving. Daarbij draagt het oormerken
van middelen bij aan een gelijk speelveld. De zorgen over mogelijk onbenutte middelen
deel ik niet, de geboden financiële flexibiliteit voor het besteden van onbenutte
zoals omschreven in de laatste compromistekst, is voor Nederland voor het moment toereikend.
Van Boer tot Bord-strategie
Tijdens de Raad zullen de landbouw- en visserijministers een gedachtewisseling hebben
over de van Boer tot Bord-strategie. De Europese Commissie heeft op 20 mei jl. de
van Boer tot Bord-strategie en bijbehorend actieplan gepresenteerd. De strategie is
een belangrijke pijler van de Europese Green Deal en beoogt de maatschappelijke uitdagingen
die zich voordoen in de keten van voedselproductie tot voedselconsumptie te adresseren.
Voor nadere informatie over de van Boer tot Bord-strategie verwijs ik uw Kamer graag
het d.d. 26 juni 2020 verzonden BNC-fiche waar de kabinetsappreciatie is gegeven over
de Commissie mededeling (Kamerstuk 22 112, nr. 2891). Mijn inbreng in de Raad zal zich richten op het benadrukken van het belang van
een geïntegreerde EU-visie op het voedselsysteem, de verdere uitwerking van de strategie
en de Nederlandse vragen en aandachtspunten zoals in het BNC-fiche over deze strategie
verwoord.
INFORMATIE TOEKOMST GLB
Stand van zaken Raadswerkgroepen
De Raadswerkgroepen zijn sinds medio juni weer hervat.
Raadswerkgroep Horizontale Vraagstukken
De Raadswerkgroep Horizontale Vraagstukken is op 17 juni jl. weer bijeengekomen. Lidstaten
kregen de kans om commentaar te geven op de huidige status van de Verordening voor
de Strategische Plannen, alsmede het geïntegreerde beheers- en controlesysteem (GBCS)
en de conditionaliteit van de Horizontale Verordening. Bekende standpunten werden
herhaald en er zijn nog altijd een groot aantal onderwerpen waarover lidstaten van
mening verschillen. Tijdens de Raadswerkgroep van 3 juli heeft de Commissie heeft
een toelichting op eenheidsbedragen in het nieuwe prestatiemodel gegeven, en benadrukt
dat het gebruik van gemiddelde eenheidsbedragen beperkt moet blijven. Voor Nederland
is het belangrijk dat gemiddelde eenheidsbedragen in de verantwoordingssystematiek
gebruikt kunnen worden, vanwege o.a. vanwege het collectieve stelsel in het agrarisch
natuur- en landschapsbeheer in Nederland.
Raadswerkgroep Agrifin
De Raadswerkgroep Agrifin is op 16 juni jl. bij elkaar gekomen. Tijdens deze bijeenkomst
werd een presentatie geven over GLB-gerelateerde zaken in het MFK en het Herstelfonds.
Er waren met name veel vragen over de aangekondigde extra middelen in het Herstelfonds.
Nederland is kritisch op de voorgestelde verhoging van de tweede pijler (zie Kamerstuk
21 501-20, nr. 1573).
BEANTWOORDING KAMERVRAAG LID VAN RAAN
Lid Van Raan (PvdD) merkte in het debat met de Minister van Economische Zaken en Klimaat
over de Green Deal op 25 juni jl. op dat de van Boer tot Bord-strategie de huidige
directe inkomenssteun in tact laat, waardoor schaalvergroting wordt aangemoedigd,
wat automatisch tot meer uitstoot zou leiden. Ik kan daarop antwoorden dat het kabinet
de kansen in de Van Boer tot Bord-strategie steunt om de gewenste verduurzaming van
het GLB te ondersteunen en het GLB te laten bijdragen aan de doelen voor klimaat en
leefomgeving van de Green Deal. Steun vanuit het nieuwe GLB, zoals directe inkomenssteun
in de vorm van hectarepremies, is gebonden aan verhoogde conditionaliteit zijnde voorwaarden
op het gebied van onder andere klimaat- en leefomgeving. Lidstaten dienen in hun nationale
strategische plannen aan te geven hoe aan de gestelde voorwaarden in het GLB wordt
voldaan.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.