Brief regering : Commerciële radio: beantwoording vragen van de vaste commissie
24 095 Frequentiebeleid
Nr. 517
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 juni 2020
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft mij verzocht uw Kamer voor
20 juni a.s. een brief te sturen waarin ik uiteenzet hoe ik tegen de huidige situatie
van de radiosector in brede zin aankijkt en hoe ik, gegeven de signalen, de toekomst
van de radiosector voor mij zie. U heeft mij tevens gevraagd om hierbij in te gaan
op zowel de korte als langere termijn, met aandacht voor:
1. de lopende trajecten;
2. de urgentie van eventueel nu te nemen maatregelen en (on)mogelijkheden op dat gebied;
3. het overleg met de sector.
Met deze brief geef ik invulling aan uw verzoek.
Allereerst wil ik kort ingaan op de lopende trajecten. Het gaat daarbij om de uitvoering
van het advies van de Taskforce Radio, uitmondend in onder andere een veiling van
een nieuwe landelijke digitale laag, alsmede de uitvoering van de aanbevelingen van
de dialoogsessies onder leiding van mevrouw Medy van der Laan. Ook de uitvoering van
die aanbevelingen worden in samenspraak met een brede vertegenwoordiging van de commerciële
radiosector opgepakt. Voor deze trajecten verwijs ik u naar mijn brief van 5 april
20201.
De uitbraak van het coronavirus heeft ook grote gevolgen voor de commerciële radiopartijen.
Alle commerciële radiopartijen zijn voor hun businessmodel sterk afhankelijk van advertentie-inkomsten
als cruciale financieringsbron voor hun economische en creatieve activiteiten. Dit
geld niet alleen voor de radiosector maar voor de omroepsector als geheel.
Door de uitbraak van het coronavirus zijn de advertentie-inkomsten van de commerciële
radiopartijen de laatste drie maanden sterk teruggelopen.
Wat de gevolgen van de coronacrisis voor de langere termijn zijn voor deze sector,
is op dit moment echter nog niet te overzien. Op dit moment heeft de coronacrisis
geleid tot een sterk toename van gemiddelde luistertijd. Er wordt meer naar radio
geluisterd dan ooit tevoren. Op langere termijn zou deze toename in luistertijd zich
ook kunnen vertalen in een toename in advertentie-inkomsten2.
Bovendien heeft het kabinet een 2e pakket noodmaatregelen getroffen. Met deze kabinetsbrede
maatregelen, die op 1 juni jl. in werking zijn getreden en doorlopen tot 1 oktober
a.s., beoogt het kabinet banen te behouden en ondersteuning te bieden bij acute problemen,
óók in de radiosector.
Het vraagstuk waarover ik mij nu buig is of de impact van de coronacrisis op de korte termijn voor deze sector aanleiding vormt om – naast het pakket aan noodmaatregelen van het
kabinet waar met name de kleinere radiopartijen gebruik van maken – specifieke maatregelen
te treffen.
Ik ben met partijen daarover in gesprek. In mijn brief van 5 juni jl.3 heb ik u laten weten dat daar waar het advies van mevrouw Van der Laan, alsmede het
advies van de Taskforce Radio, resulteren in het veilen van frequentiespectrum, ik
bereid ben de veiling(en) uit te stellen, zo nodig langer dan enkele maanden als daar
aanleiding toe bestaat. Ik heb de sector reeds toegezegd dat ik over het daadwerkelijk
tijdstip van veilen met hen in overleg zal treden.
Partijen hebben mij naast het uitstel van een aantal veilingen gevraagd of ik nu al
– voor het zomerreces – kan besluiten hun vergunningen na 2022 te verlengen met een
periode van twee tot vier jaar – om de gevolgen van de coronacrisis te ondervangen.
Zoals u weet heb ik partijen gevraagd om hun financiële positie – zo nodig – beter
te onderbouwen. Waar de brancheverenigingen van de radiosector mij al eerder hadden
geïnformeerd, heeft een aantal landelijke partijen hier deze week gevolg aan gegeven.
Op verzoek van uw Kamer is nu het onafhankelijke Adviescollege bezig met het in breder
perspectief bekijken hoe de problematiek in het radiodossier blijvend opgelost kan
worden. Ik heb het Adviescollege daarom gevraagd om integraal beleid voor de langere
termijn vast te stellen. Beleid dat toekomstvast is en met een aantal toekomstige
ontwikkelingen rekening houdt, zoals bijvoorbeeld de op termijn afschakeling van de
analoge radiofrequenties. De verschillende vraagstukken in het radiodossier, waaronder
het toepasselijk verdeelinstrument en de vraag of het mogelijk is om te verlengen
met het loslaten van de geldende beperkingen, zullen in samenhang met elkaar door
dit college worden onderzocht.
Ik hecht eraan om dit advies af te wachten alvorens een beslissing te nemen over al
dan niet tijdelijk verlengen. Dit geeft mij tijd om een dergelijke beslissing zorgvuldig
voor te bereiden. Zo wil ik door een onafhankelijk bureau een quick scan laten uitvoeren
op de financiële gegevens die de radiopartijen hebben overlegd. Het gaat bij een dergelijke
quick scan niet alleen om een terugblik op de afgelopen periode maar ook om een reële
inschatting van de gevolgen voor de rest van 2020 en de periode daarna. De landelijke
partijen hebben zelf daartoe de suggestie gedaan en reeds aangegeven dat zij bereid
zijn aan een dergelijk onderzoek mee te werken.
Daarnaast ben ik gehouden een dergelijke specifieke maatregel te toetsen aan de tijdelijke
Kaderregeling inzake staatsteun die de Europese Commissie heeft uitgevaardigd vanwege
de coronacrisis4. Dit geldt temeer nu het niet zeker is of er voor een tijdelijke verlenging met toepassing
van de huidige systematiek5 een verlengingsprijs gevraagd kan worden. Dit heeft te maken met de korte duur van
de verlenging, die het erg complex maakt om de waarde daarvan te berekenen.
De tijdelijke Kaderregeling staatssteun schrijft voor dat getroffen maatregelen niet
selectief mogen worden toegepast6 en dat indien de maatregel aangemerkt kan worden als staatssteun er rekening gehouden
moet worden met inkomsten op grond van andere maatregelen.
Ik zal uw Kamer na het zomerreces – in september – nader kunnen informeren over de
vraag of een tijdelijke verlenging van de commerciële radiovergunningen mogelijk en
noodzakelijk is.
Uiteraard is bij die afweging ook het advies van het onafhankelijke Adviescollege
voor de langere termijn van belang. Mocht uit de uit te voeren quick scan blijken
dat er toch maatregelen op korte termijn nodig zijn, dan zal ik u daarover uiteraard
per ommegaande informeren.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
Indieners
-
Indiener
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.