Brief regering : COVID-19 aanpak mbo
31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 462 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 maart 2020
Op 15 maart jl. heeft het kabinet besloten dat in verband met het tegengaan van de
verspreiding van het coronavirus er tot en met 6 april geen onderwijs plaatsvindt
op de locaties van scholen in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs (vo) en
middelbaar beroepsonderwijs (mbo). De eerder aangekondigde maatregelen voor hogescholen
en universiteiten blijven ook van kracht tot en met 6 april.
In deze brief ga ik nader in op de implicaties hiervan voor het mbo en meer in het
bijzonder op de aanbevelingen aan de mbo-scholen en hun partners om in deze uitzonderlijke
tijden het onderwijs zoveel mogelijk voort te kunnen laten gaan. Deze aanbevelingen
zijn opgenomen in een servicedocument, dat is opgesteld in nauwe afstemming met de
MBO Raad, NRTO, JOB, de vakbonden en uiteraard de Onderwijsinspectie. Ook de SBB en
Kennisnet zijn hierbij betrokken.
Het servicedocument treft u aan in de bijlage1. Dit document wordt gepubliceerd op internet2 en is «werk in uitvoering»: niet alleen volgen de ontwikkelingen met betrekking tot
het coronavirus elkaar in hoog tempo op, ook kunnen we nu nog niet op alle aspecten
van het mbo de implicaties van deze ontwikkelingen overzien. Daarom hebben we met
onze voornoemde partners afgesproken om (vooralsnog) wekelijks te bezien of nieuwe
onderwerpen volgen en nader geduid worden in de vorm van FAQ.
Uitgangspunt is dat in de periode tot en met 6 april geen onderwijsactiviteiten plaatsvinden
op de locaties van mbo-scholen. Uitzonderingen kunnen o.a. zijn de voorbereiding op
en de uitvoering van (praktijk-)examens en het faciliteren van studenten, die thuis
geen gebruik kunnen maken van afstandsleren en dus een beroep willen doen op leer-
en ICT-faciliteiten van de school.
Het onderwijs gaat zoveel mogelijk door, binnen de kaders van alle veiligheidsmaatregelen
die door het kabinet op advies van het RIVM zijn aangekondigd. Het onderwijs zal daarbij
in andere vormen worden aangeboden, met name in de vorm van afstandsonderwijs. Mbo-scholen
nemen zelf het voortouw om op een voor hen passende manier invulling te geven aan
de genomen maatregel en krijgen daarvoor ook de ruimte. Er vinden in deze periode
geen inspectiebezoeken plaats.
Het servicedocument gaat behalve op de invulling van afstandsonderwijs vooral in op:
1. Toetsen en examens
2. Beroepspraktijkvorming en stages
3. Aanmeldingen, intakegesprekken, het bindend studieadvies en inschrijvingen.
Toetsen en examens
Voor studenten, die in dit studiejaar kunnen diplomeren, wordt de examinering zoveel
mogelijk doorgezet. Deze studenten krijgen prioriteit. Het bevoegd gezag bepaalt de
wijze waarop de examens plaatsvinden met inachtneming van de richtlijnen van het RIVM3. Daarbij kan gedacht worden aan mondelinge examens online, examineren op de locatie
van de stageplek of nog een andere locatie.
Van groot belang is dat scholen heel snel heel duidelijk maken naar studenten wat
zij kunnen verwachten ten aanzien van het plannen van zowel de centrale examens als
de praktijkgerichte examens. Hetzelfde geldt voor de herkansingen. De centrale examens
van het College voor toetsen en examens zijn de komende weken gewoon beschikbaar.
Beroepspraktijkvorming en stages
De stages (beroepspraktijkvorming) in de BOL gaan door, tenzij anders volgt uit overheidsrichtlijnen
(bv. horeca) of als het betreffende leerbedrijf de activiteiten zelf staakt en/of
de student niet meer kan begeleiden. De student heeft het recht om tijdelijk geen
BOL-stage te volgen, indien dit naar zijn of haar opvatting tot een te risicovolle
situatie leidt. De school blijft studenten (op afstand) begeleiden, die hun stage
continueren.
Aanmeldingen, intakegesprekken, het bindend studieadvies en inschrijvingen
Iedereen, die na de zomer wil starten met een mbo-opleiding, moet zich normaliter
voor uiterlijk 1 april aanmelden om toelatingsrecht te hebben tot die opleiding. Deze
aanmelddatum wordt vooralsnog met één maand, dus tot 1 mei, uitgesteld. Door het uitstellen
van de aanmelddatum met een maand kan de logistiek rond aanmelding en intake worden
bekeken en kan ook helder gemaakt worden aan studenten hoe het proces en de communicatie
over intake en plaatsing zal verlopen.
Het geven van een bindend studieadvies (BSA), en het indien nodig verstrekken van
een negatief BSA, kan pas gebeuren wanneer er voldoende beeld is over de studievoortgang
van een student. Alleen als er onvoldoende studievoortgang is over de hele linie,
mag een negatief advies worden gegeven. Mogelijk ontbreekt een deel van het beeld
door het niet kunnen afnemen van examens. In die gevallen lijkt uitstel van het advies
gepast. Mbo-scholen krijgen dan ook de mogelijkheid om tot twaalf maanden na de start
van de opleiding (bij meerjarige opleidingen) een BSA te geven.
Verschillende onderwerpen vergen nog nadere uitwerking, waaronder educatie, inburgering
en de arbeidsvoorwaarden van BBL-studenten. Deze volgen, zoals eerder opgemerkt, in
de vorm van FAQ.
Verder merk ik nog op dat ik uw Kamer eind deze week nader zal informeren over mijn
afspraken met de hogescholen en de universiteiten over de aanpak voor het hoger onderwijs.
Ik waardeer het enorm dat de mbo-scholen en hun partners met zoveel inzet en voortvarendheid
meewerken aan dit document en aan het continueren van het middelbaar beroepsonderwijs
in deze uitzonderlijke omstandigheden. Dat geeft mij het vertrouwen dat we met elkaar
deze situatie door kunnen komen.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.