Brief regering : Vervolg stand van zaken bancaire dienstverlening BES-eilanden
32 013 Toekomst financiële sector
Nr. 231 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 januari 2020
In mijn brief van 3 juni jl. heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de voortgang
van de maatregelen ter bevordering van bancaire diensten op Bonaire, Saba en Sint
Eustatius (Caribisch Nederland).1 In deze brief informeer ik u over de huidige stand van zaken.
Stand van zaken bancaire dienstverlening
In mijn eerdere brief werd een beeld gegeven van het niveau van de bancaire dienstverlening
in Caribisch Nederland op basis van onderzoek uit 2017/2018. De continuïteit van de
bancaire dienstverlening in Caribisch Nederland stond door de beperkte schaal en het
insulaire karakter onder druk, met name op Sint Eustatius en Saba. Ook functioneerde
het elektronisch betalingsverkeer in Caribisch Nederland en tussen Caribisch en Europees
Nederland niet afdoende.
Deze signalen hebben ertoe geleid dat ik, samen met mijn ambtgenoten van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken en Klimaat, de afgelopen maanden
nader heb bekeken wat het huidige niveau van bancaire dienstverlening in Caribisch
Nederland is en of aanvullende maatregelen ten aanzien daarvan vereist zijn. Hieronder
ga ik in op specifieke bancaire voorzieningen en betaaldiensten, eventuele knelpunten
en de maatregelen die ik heb genomen of voorbereid om die knelpunten weg te nemen.
Internetbankieren
Een bijzonder punt van aandacht van uw Kamer en mijzelf is de mogelijkheid om te internetbankieren
in Caribisch Nederland.2 Internetbankieren heeft de potentie om het gemak voor consumenten te verhogen en
de kosten voor banken te verlagen. Het is bemoedigend om te constateren dat de sector
inmiddels een flinke verbeterslag heeft gemaakt. Op elk van de drie eilanden zijn
nu banken actief die de mogelijkheid tot online bankieren aanbieden. Uit een vergelijking
blijkt dat de kosten van internetbankieren afgezet tegen het besteedbaar inkomen in
Caribisch Nederland niet substantieel afwijken van de kosten hiervoor in Europees
Nederland.3
Eurobetaalrekening
Daarnaast heb ik op 3 september jl. in antwoord op vragen van uw Kamer toegezegd4 nader te onderzoeken wat nodig is om het voor ingezetenen van Caribisch Nederland
mogelijk te maken om een eurobetaalrekening te openen bij een Europees Nederlandse
bank. Caribisch Nederland voert de dollar als officieel betaalmiddel. Het aanhouden
van een euro-betaalrekening helpt om transacties tussen Europees Nederland en Caribisch Nederland eenvoudiger
te laten verlopen. Op grond van de huidige regelgeving mogen Nederlandse banken en
betaalinstellingen geen eurobetaalrekeningen aanbieden aan ondernemers en inwoners
in Caribisch Nederland. Na de staatkundige hervormingen is besloten om de marktoegang
tot Caribisch Nederland te beperken tot instellingen gevestigd op de voormalige Nederlandse
Antillen, om zo de continuïteit van de sector zoveel mogelijk te borgen.
Gelet op de sterke signalen dat een breder aanbod van eurobetaalrekeningen gewenst
is en het beperkte effect dat ik verwacht van toetreding van Europees Nederlandse
banken op de markt, heb ik besloten om aanpassing van het Besluit Financiële markten
BES voor te bereiden zodat het Europees Nederlandse banken wordt toegestaan om eurobetaalrekeningen
aan te bieden in Caribisch Nederland. Naast deze juridische beperking geven banken
aan dat er – onder meer vanwege de geografische afstand tussen Caribisch en Europees
Nederland – nog praktische hindernissen bestaan. Banken zien deze hindernissen bijvoorbeeld
bij de identificatie van cliënten. Ik ben met de sector in gesprek om vast te stellen
welke hindernissen er precies zijn en wat er moet gebeuren om deze te nemen.
Toegang tot krediet
Enerzijds zijn er signalen dat ondernemers en consumenten in Caribisch Nederland moeilijk
toegang krijgen tot krediet, wat initiatieven om bijvoorbeeld een bedrijf te starten
of een huis te kopen bemoeilijkt. Anderzijds signaleert de Autoriteit Financiële Markten
(AFM) dat zorgvuldige en betaalbare kredietverstrekking in Caribisch Nederland, vanwege
het risico op overkreditering, blijvend aandacht van de toezichthouder behoeft.
Ten aanzien van het tekort aan kredietmogelijkheden voor consumptief of bedrijfskrediet
geldt dat de algemene lagere kredietwaardigheid en de hogere rentepercentages mogelijke
oorzaken hiervan zijn. Voor wat betreft hypothecair krediet geldt dat mijn ambtgenoot
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in 2018 de nationale hypotheek garantie
BES heeft ingevoerd die hypotheekverschaffing op Bonaire moet stimuleren.5
Ten aanzien van zorgvuldige en betaalbare kredietverstrekking en het voorkomen van
overkreditering loopt de wettelijke bescherming van consumenten in Caribisch Nederland
achter ten opzichte van de omringende landen binnen het Koninkrijk en Europees Nederland.
Ten eerste heb ik daartoe de maximale kredietvergoeding verlaagd die kredietaanbieders
in rekening mogen brengen voor consumentenkredieten.6 Daarnaast bereid ik op dit moment een wetsvoorstel voor om de definitie van maximale
kredietvergoeding te wijzigen zodat, net als in Europees Nederland, koppelverkoop
onmogelijk wordt. Deze wijziging biedt verder consumenten een beter inzicht in de
werkelijke kosten van het krediet. Dit voorstel wordt als onderdeel van de Wijzigingswet
Financiële Markten 2021 op dit moment openbaar geconsulteerd. Samen met de AFM monitor
ik of deze maatregelen voldoende zijn om zorgvuldige en betaalbare kredietverstrekking
in Caribisch Nederland te realiseren.
Tot slot
Er is op dit moment sprake van een stabiel minimumniveau aan bancaire dienstverlening
in Caribisch Nederland. Samen met de toezichthouders blijf ik alert op verdere mogelijkheden
tot verbeteringen in de bancaire dienstverlening in Caribisch Nederland.
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra
Indieners
-
Indiener
W.B. Hoekstra, minister van Financiën