Brief regering : Interbestuurlijk Programma Vitaal Platteland (IBP VP)
29 576 Agenda Vitaal Platteland
Nr. 89
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2019
Bijna twee jaar geleden formuleerden Rijk en medeoverheden de ambitie om een tien
urgente maatschappelijke opgaven gezamenlijk aan te pakken, opgaven die we niet alleen
op kunnen lossen. Op 14 februari 2018 ondertekenden Rijk, provincies, gemeenten en
waterschappen daarom de Programmastart interbestuurlijk programma (IBP) (Kamerstuk
29 362, nr. 266).
Eén van de tien opgaven in het IBP is «Naar een Vitaal Platteland» (IBP-VP). In het
landelijk gebied komen veel grote opgaven samen die vragen om forse en structurele
veranderingen. Deze opgaven zijn gericht op verduurzaming van de landbouw, gezonde
ecosystemen, klimaatdoelstellingen, kwaliteit en leefbaarheid, bodem en waterbeheer
en -kwaliteit en op een gezonde en veilige leefomgeving. Kortom, werken aan een economisch
vitaal, leefbaar en ecologisch duurzaam platteland. Om deze opgave gezamenlijk op
te pakken zijn de VNG, IPO, Unie van Waterschappen en Ministerie van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit (LNV) in juli 2018 tot landelijke samenwerkingsafspraken gekomen
en is afgesproken samen in 15 kansrijke gebieden aan de slag te gaan (Kamerstuk 33 576, nr. 137).
Op 7 maart 2018 heb ik samen met mijn collega van Infrastructuur en Waterstaat (I&W)
uw Kamer geïnformeerd over de besteding van de enveloppe natuur en waterkwaliteit,
met o.a. het voornemen € 40 mln. in te zetten voor IBP-Vitaal Platteland (Kamerstuk
27 625, nr. 422).
Met deze brief informeer ik u over de ontwikkelingen in de afgelopen periode, de huidige
stand van zaken van het IBP-VP, de inhoudelijke ambities en de financiering van de
gebiedsplannen via onder andere de inzet van de genoemde middelen uit de enveloppe
natuur en waterkwaliteit.
Ontwikkelingen in de afgelopen periode
Samen aan de slag in het landelijk gebied
Na de ondertekening van de landelijke samenwerkingsafspraken in juli 2018, zijn in
het najaar 2018 14 van de 15 gebieden aan de slag gegaan1 om de samenwerking verder vorm te geven en tot gebiedsplannen te komen. De samenwerking
is tot stand gekomen vanuit de volgende elementen uit de landelijke samenwerkingsafspraken:
• We werken vanuit de gezamenlijkheid en gelijkwaardigheid van de partijen, die ieder
vanuit hun eigen rol en verantwoordelijkheden een betekenisvolle bijdrage leveren.
Samen optrekken is wat we delen. Daarom is het van belang dat we de urgentie van de
transities erkennen en open dilemma’s en knelpunten delen om gezamenlijk te bekijken
wat nodig is om verder te komen.
• We geven gezamenlijk sturing aan een gemeenschappelijke agenda en maken afspraken
over de inrichting van het vervolgproces, de bestuurlijke regie en wijze van meerjarig
interbestuurlijk werken en organiseren.
• Om genoemde transitieopgaves te realiseren is een samenhangende, gebiedsgerichte aanpak
noodzakelijk.
• We werken met een open agenda met ruimte voor aanpassing en uitbreiding, volgens de
principes van dynamisch programmeren.
Ter ondersteuning van de gebiedsprocessen hebben de vier samenwerkende overheden een
landelijk interbestuurlijk programma Vitaal Platteland ingericht met de volgende speerpunten:
1. Leren door doen
Concreet «leren van elkaar» aan de hand van de actuele praktijk (door middel van een
«community of practice» (werkplaatsen), communicatie, expertsessies, interdepartementale
reflecties en diverse thema werkgroepen) en door een lerende evaluatie IBP-VP (op
verzoek uitgevoerd door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) samen met het Athena
instituut van de Vrije Universiteit (VU)).
2. Wet & Regelgeving
Experimenteerruimte organiseren ten behoeve van de gebieden, door aanpassingen op
beleid, verbeteren regelgeving of plaatselijk en tijdelijk oprekken van knellende
wetgeving. Aangezien wetgevingstrajecten langjarige en ingewikkelde processen zijn,
ligt het accent op het ontsluiten van de juiste juridische kennis, interpretaties
van wetgeving en het waar mogelijk organiseren van experimenten in de gebieden.2
3. Kennis en Onderzoek
Het gaat hier niet zozeer om nieuw te starten onderzoek, maar om het ontsluiten van
resultaten van bestaande en lopende onderzoeken aan de hand van vragen uit de gebieden.
Er wordt hierbij gebruik gemaakt van bestaande (nationale) kennisinfrastructuren.
4. Financiële inzet & dynamisch programmeren
Het idee van dynamisch programmeren is dat je onzekerheden in fasen of stappen oplost.
De basis wordt gelegd in een gezamenlijke lange termijn gebiedsagenda, met concrete
projecten op de korte termijn. De financiering wordt in fases georganiseerd. Bij de
start worden samenwerkingsafspraken tussen de partijen opgesteld waarin het eigenaarschap
en de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de agenda en voor de financiering wordt
onderschreven.
Van samenwerkingsafspraken naar gebiedsplannen
In 15 gebieden ben ik met de medeoverheden (en vaak ook maatschappelijke organisaties
en ondernemers) in gesprek gegaan over de opgaven in het gebied en de gewenste gezamenlijke
aanpak, waarbij we telkens de vraag hebben gesteld hoe we bij die aanpak maximaal
kunnen aansluiten bij de wensen en ideeën tot verandering bij de mensen die wonen,
werken en recreëren in de gebieden. Met als uitgangspunt een gelijkwaardig partnerschap,
heb ik de betrokken partijen hierbij ruimte gelaten om «vanuit het gebied» de focus
en aanpak vorm te geven en zo gebiedsspecifieke invulling te geven aan ook de landelijke
beleidsdoelen.
Dit heeft geresulteerd in zeer diverse gebiedsplannen, waar energieke samenwerkingsverbanden
achter schuil gaan. De gebiedsplannen zijn door mijn ministerie interdepartementaal
afgestemd met de ministeries van I&W, BZK, OCW en EZK om kansen uit de verschillende
beleidsprogramma’s vroegtijdig mee te nemen. Voor verdere verrijking van de gebiedsplannen
zijn gesprekken georganiseerd tussen de partners uit de gebieden en onafhankelijke
experts.
Inhoudelijke ambities
De gebiedsplannen zetten stappen naar een toekomst met een duurzaam perspectief; wat
zijn de ambities voor het gebied, wat is er straks anders, welke opgaven zijn opgepakt.
Bij deze brief vindt u een overzicht van de 15 gebieden met de belangrijkste voorgenomen
doelen per gebied3.
Elk van de plannen draagt bij aan bepaalde grote opgaven van het moment, zoals kringlooplandbouw,
veenweideproblematiek, emissiereductie (waaronder stikstof), bodemvruchtbaarheid en
waterretentie.
De plannen dragen bij aan de realisatie Europese Vogel- en habitatrichtlijnen (VHR)
en daarmee aan natuur en waterkwaliteit. De kwaliteit van een beduidend aantal habitattypen
en soorten staan in Nederland onder druk doordat de ruimtelijke, water en milieucondities
niet op orde zijn (PBL, Balans van de leefomgeving 2018). In de gebiedsplannen is
veel aandacht voor deze omgevingscondities. Een actueel voorbeeld hiervan is brongericht
beleid om stikstofbelasting te verminderen die via lucht en water het natuurgebied
binnenkomt.
Bij het opstellen van de plannen is zoveel mogelijk rekening gehouden met lopende
en voorziene andere gebiedstrajecten. Dit neemt niet weg dat het een grote opgave
is gebleken om de vele trajecten die in de gebieden spelen goed aan elkaar te verbinden.
Er worden stappen gezet op dit terrein, maar we zijn er nog niet. Juist ook op dit
punt kijk ik uit naar de conclusies en aanbevelingen uit de lerende evaluatie van
het PBL/VU Athena instituut.
Financiering van de gebiedsplannen
Naar verwachting tekenen begin 2020 bestuurders van de betreffende provincies, waterschappen,
gemeenten en ik voor elk afzonderlijk gebied bestuurlijke samenwerkingsafspraken,
waarmee ik volgens de huidige inzichten overga tot toekenning van de € 40 mln. uit
de enveloppe natuur- en waterkwaliteit met de volgende toedeling over de 14 gebieden4:
1. Westerkwartier
€ 1.930.000
2. Eems-Dollard
€ 2.910.000
3. Drents Plateau
€ 1.100.000
4. Aldeboarn / De Deelen (veenweide)
€ 1.500.000
5. Weerribben-Wieden (veenweide)
€ 2.600.000
6. Twente
€ 1.970.000
7. Achterhoek
€ 1.350.000
8. Veluwe Food Valley
Regio Deal FoodValley1
9. ZO Zandgronden
€ 6.950.000
10. Heuvelland
€ 3.750.000
11. Van Gogh
€ 4.500.000
12. ZW Delta
€ 4.590.000
13. HU Veenweide (veenweide)
€ 1.200.000
14. Amsterdam Wetlands (veenweide)
€ 1.500.000
15. Nieuw Land
€ 4.150.000
X Noot
1
Het Veluwe FoodValley gebiedsplan is nog in ontwikkeling en zal aansluiten bij de
activiteiten die ontplooid en bekostigd worden uit de Regio Deal FoodValley.
De medeoverheden committeren zich met het tekenen van de samenwerkingsafspraken volgens
de huidige inzichten aan de toekenning van in het totaal circa € 148 mln. aan de 14
gebieden voor het uitvoeren van de gebiedsplannen. Om de komende twee jaar concreet
te leren van de samenwerking, wordt per gebied vastgelegd hoe de samenwerking vorm
wordt gegeven in samenwerkingsafspraken die ik per gebied de komende maanden met de
betrokken partners zal tekenen. Deze samenwerkingsafspraken verschillen natuurlijk
per gebied, maar in ieder geval wordt afgesproken dat minimaal alle vier de overheden
betrokken zijn bij de verdere doorontwikkeling en uitvoering van het plan, welke financiële
bijdragen door de partijen geleverd wordt en dat bij de verdere invulling en uitwerking
van de gebiedsplannen zoveel mogelijk bijdragen geleverd worden aan het in samenwerking
komen tot stikstofreductie.
Tenslotte
Met het tekenen van de samenwerkingsafspraken en het daarmee het toekennen van de
financiële middelen zetten we belangrijke stappen. We kunnen daarmee samen aan de
slag om hun plannen verder uit te werken en uit te voeren. Samen met medeoverheden
en maatschappelijke organisaties werken we in gebiedsgerichte aanpak aan een vitaal
platteland met én voor de mensen die wonen, werken en recreëren in de gebieden.
In het voorjaar van 2020 zal de lerende evaluatie, uitgevoerd door PBL/VU Athena instituut,
een eerste tussenrapportage opleveren met eerste lessen van IBP-VP. Ik zal u bij die
gelegenheid informeren over de voortgang van IBP-VP.
De voortgang van het IBP-VP is verder te volgen op www.werkplaatsvitaalplatteland.nl.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit