Brief regering : Beleidsvisie mkb-financieringsmarkt
32 637 Bedrijfslevenbeleid
Nr. 386 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 november 2019
In deze brief informeer ik uw Kamer, zoals toegezegd in mijn brief van 4 april 20191, over mijn visie op de mkb-financieringsmarkt en de acties die ik zal ondernemen
om deze markt beter te laten functioneren. Het doel dat ik voor ogen heb is dat het
mkb optimale toegang tot financiering heeft. Deze beleidsvisie is tot stand gekomen
naar aanleiding van een analyse van het onderzoeksbureau Dialogic van de mkb-financieringsmarkt2 en het beleid van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) dat betrekking
heeft op deze markt. Tevens betrek ik in deze brief het CPB-onderzoek «mkb-financiering
in Europees perspectief» en de analyse van de Europese Commissie naar de mkb-financieringsmarkt
in de lidstaten (SME Envoy-onderzoek).3
De rapporten laten in essentie zien dat de markt voor mkb-financiering met name voor
de doelgroep klein mkb (het hoogste risicosegment) diverse knelpunten kent waar het
huidige mkb-financieringsbeleid goed op aangrijpt, maar waar nog aanvullende inzet
op mogelijk is. Specifiek voor kredietverlening geldt dat het mkb in Nederland minder
financiering verkrijgt dan het Europees gemiddelde, mogelijk als gevolg van een lagere
financieringsbehoefte van bedrijven en de markconcentratie op de mkb-financieringsmarkt.
Het SME Envoy-onderzoek heb ik samen met de Europese Commissie gecoördineerd, met
als doel goede voorbeelden van instrumenten op de mkb-financieringsmarkt in kaart
te brengen en te delen. Met het kwantitatieve beeld van Centraal Planbureau (CPB)
en de praktische exercitie vanuit het SME Envoy-netwerk, die ik hierbij met uw Kamer
deel, heb ik invulling gegeven aan de motie van het lid Graus4, die verzoekt om onderzoek naar hoe de complexiteit en toegankelijkheid van de mkb-financieringsmarkt
in Nederland zich verhouden tot die in omringende landen. Op de uitkomsten hiervan
zal ik in deze brief nader ingaan. Eerst geef ik een analyse van de stand van de economie
en ontwikkelingen van verschillende onderdelen van de mkb-financieringsmarkt aan de hand van genoemde rapporten, gevolgd door een schets van het toekomstbeeld
in Europees perspectief en mijn inzet.
Economie in transitie
Economisch gezien staat Nederland er goed voor. De groei van nu biedt echter geen
garanties voor de groei van morgen – de eerste tekenen dat de conjunctuur weer minder
wordt dienen zich al aan.5 De afgelopen jaren hebben Nederlandse bedrijven zich staande gehouden in een omgeving
die onderhevig is aan verschillende transities, zoals digitalisering, globalisering,
en op het gebied van duurzaamheid en klimaat. Deze transities staan ook centraal in
het missiegedreven innovatiebeleid.6 Onderdeel van deze transities is een versnelling van vernieuwing, disrupties, bedrijfscycli
en productcycli. Daarmee nemen ondernemersrisico’s toe. Mkb-ondernemers zullen zich
niet alleen staande moeten houden, maar werk moeten maken van een nieuwe manier van
groeien, waarin investeren in hun structurele groeivermogen centraal staat.
Het Nederlands Comité voor Ondernemerschap signaleert dat bedrijfsinvesteringen ondanks
de hoogconjunctuur niet zijn toegenomen de laatste jaren, terwijl dit het uitgelezen
moment is voor bedrijven om te investeren in hun groeivermogen.7 Goed toegankelijke financiering voor mkb-bedrijven, en met name voor startups en
scale-ups, is van cruciaal belang voor innovatie en groei van de Nederlandse economie
in het licht van bovengenoemde transities.
Het kabinet onderstreept het belang om het verdienvermogen van Nederland te versterken
op de lange termijn. De Minister van EZK onderzoekt samen met de Minister van Financiën
hiervoor hoe een investeringsfonds kan worden opgericht, dat toegevoegde waarde heeft
ten opzichte van bestaande publieke initiatieven zoals Invest-NL.8 De Minister van EZK komt dit jaar met een brede agenda om het duurzame verdienvermogen
op de lange termijn te versterken.
Ontwikkelingen mkb-financiering
Om groei en transitie te realiseren zijn meer investeringen nodig, die veelal een
risicovol karakter hebben. Daarom is van belang dat er goede proposities zijn. Het
kabinet is in dit verband voorstander van verdere integratie van Europese kapitaalmarkten,
waardoor er een grotere pool van (risico)kapitaal beschikbaar komt voor de financiering van investeringen door
(mkb-)bedrijven. Hieronder licht ik de ontwikkelingen toe. Vervolgens ga ik in op
het beleidsinstrumentarium, knelpunten en acties om eerlijke en toegankelijke financiering
voor het mkb te realiseren.
Ontwikkelingen vraagzijde van de mkb financieringsmarkt
Mkb-ondernemers hebben moeite om financieringsmogelijkheden te overzien en af te wegen.
Ook al zijn er nieuwe spelers in de markt gekomen, het financieringsaanbod kan meer
divers. Dit komt ten goede aan het mkb. Een belangrijke factor om rekening mee te
houden is dat een individueel mkb-bedrijf niet zo vaak een financieringsaanvraag doet,
waardoor deze bedrijven er in het algemeen weinig ervaring mee hebben. Kennis over
het aanvragen van financiering zal daarom vaak beperkt of gedateerd zijn. Specifiek
voor de groep startups en scale-ups signaleert TechLeap.NL dat de financieringsmarkt
gefragmenteerd is en de beoordeling van aanvragen (vaak met relatief hoog risico)
specialistische kennis van investeerders vraagt. Voor de ondernemer zelf is een gebrek
aan tijd en financiële middelen ook vaak een beperking voor het vinden van de juiste
financiering. De combinatie van deze factoren maakt het voor veel ondernemers moeilijk
om een financieringsaanvraag te doen. Dit neemt niet weg dat ondernemers een eigen
verantwoordelijkheid hebben om zich goed voor te bereiden op een financieringsaanvraag
en om te zorgen dat ondernemingsplannen goed aansluiten op financieringsmogelijkheden
(«investment readiness»). De rol van adviseurs bij financieringsaanvragen is hierbij van toenemend belang.
Ontwikkelingen risicokapitaal
Met name ondernemers die relatief kleine bedragen risicodragend vermogen zoeken hebben
moeite om dit kapitaal te vinden en te verkrijgen. De markt voor lage bedragen aan
risicokapitaal ervaart knelpunten en is minder ontwikkeld. Dit is ook een knelpunt
omdat bancaire kredietverlening voor startups, scale-ups en bedrijven met weinig onderpand
lastiger te verkrijgen is terwijl over het algemeen dergelijk kleine (mkb-)bedrijven
vooral afhankelijk zijn van bancair krediet.
Daar is een mismatch tussen het hoge risicoprofiel en het vaak beperkte rendement
van de investering. Dit terwijl de vraag naar dit soort kapitaal alsmaar toeneemt,
gezien de transitieopgaven en digitalisering van bedrijven.9 De toegang tot risicokapitaal voor startups, scale-ups en innovatieve ondernemingen
vraagt om een goed ontwikkelde risicokapitaalmarkt. Een brede basis van financiering
door (internationale) investeerders, zoals investeringsbanken en pensioenfondsen is
hierbij ook van belang.
Waar het gaat om grotere investeringsbedragen en lagere risicoprofielen in de private equity-sector, zien we dat in de huidige gunstige conjunctuur voldoende aanbod in de markt
is. Bij een economische terugval zal het aanbod op deze markt naar verwachting afnemen.
Voldoende beschikbaarheid van risicokapitaal voor ondernemers zal ook een positieve
invloed hebben op de mogelijkheid om vreemd vermogen aan te trekken.
Een aandachtspunt bij het stimuleren van de beschikbaarheid van risicokapitaal, is
dat ondernemers vaak niet bekend zijn met de financieringsvormen die de eigendomsverhoudingen
beïnvloeden of deze veelal niet prefereren, terwijl dit bij financiering van innovaties
of startupfinanciering wel nodig kan zijn. Het is dan ook van belang dat ondernemers
meer kennis verkrijgen om een weloverwogen besluit te kunnen nemen en openstaan voor
deze financieringsvormen.
Ontwikkelingen bancaire financiering
Er is al jaren sprake van een lage rente op de bancaire markt als gevolg van een ruim
monetair beleid. Tegelijkertijd zijn er ook structurele factoren die bijdragen aan
de lage rente, waaronder vergrijzing. Theoretisch zou de groei van de reële economie
van de afgelopen jaren ook een groei van de financiële economie inhouden. In Nederland
daalt echter sinds 2013, in tegenstelling tot veel andere landen in de Eurozone, het
uitstaand kredietvolume van banken aan het mkb gestaag en wordt dit tot op heden niet
volledig gecompenseerd door de groei van non-bancaire financieringsvormen. Dit heeft
onder andere te maken met de financiële crisis die grote impact heeft gehad op het
mkb. De financiële situatie van veel mkb-ondernemingen verslechterde als gevolg hiervan
in de periode tussen 2008 en 2013. De verkopen en winstgevendheid namen af en de solvabiliteit
van mkb-ondernemingen ging achteruit, doordat veel ondernemingen teveel met schuld
waren gefinancierd. Het mkb werd als gevolg van de hogere risico’s moeilijker financierbaar
voor kredietverstrekkers. Bovendien is een risico-inschatting voor mkb-ondernemingen
lastiger te maken dan voor grote bedrijven, aangezien er in beperktere mate sprake
is van continuïteit en track record. Hierdoor zijn mkb-bedrijven in de regel kwetsbaarder dan het grootbedrijf.
De constatering is dat in Nederland relatief veel kredietaanvragen worden afgewezen.10 Afwijzingen van kredietaanvragen horen bij een gezonde markt, omdat (1) ondernemersplannen
niet altijd van voldoende kwaliteit en/of haalbaar zijn (2) het mkb minder afhankelijk
wordt van schuld en (3) het goed is dat banken nauwkeurig (kunnen) beoordelen aan
wie zij geld uitlenen. Echter, dit verklaart niet volledig het hoge percentage afwijzingen
van bancaire kredietaanvragen in vergelijking tot andere landen in de Eurozone. Het
zou namelijk niet goed zijn als ondernemers ontmoedigd worden bij het vinden en verkrijgen
van bankfinanciering.11 Het CPB stelt dat marktconcentratie op de kredietmarkt12, de angst om te worden afgewezen en de concurrentie met het hypotheekproduct aannemelijke
verklaringen zijn voor een lagere financieringsbehoefte en een relatief hoog afwijzingspercentage.
Alhoewel oorzaak en gevolg niet objectief vast te stellen zijn op basis van de CPB-analyse
is het aannemelijk dat genoemde knelpunten bijdragen aan een minder toegankelijke
bancaire financieringsmarkt voor het mkb. Banken zouden in dit verband hun rol bij
het faciliteren van alternatieve financieringsvormen verder kunnen uitbouwen. Dit
in lijn met de financiële steun van banken aan Qredits, hun uitgesproken steun voor
kredietunies die nog gevolgd zou kunnen worden door financiële steun (zoals aan Qredits)
en de inzet op ontwikkeling stapelfinanciering en doorverwijzing naar andere financiers.
Groei alternatieve financiering
De sterke dominantie van banken op de mkb-financieringsmarkt is de afgelopen jaren
enigszins afgenomen door de opkomst van alternatieve financiers. Het landschap bestaat
nu uit aanbieders van verschillende alternatieve vormen van financiering.13 Zij bieden diverse soorten financiering aan, zowel risicokapitaal als leningen. Dit
betekent niet alleen meer concurrentie, maar ook financiering die beter aansluit bij
de preferenties van ondernemers. Het marktaandeel van non-bancaire aanbieders is echter
nog zeer beperkt vergeleken met bancaire aanbieders. Veel van deze nieuwe aanbieders
opereren momenteel in een ongereguleerde markt. In het belang van ondernemers en een
duurzame ontwikkeling van de financieringsmarkt is het belangrijk dat de overheid
volgt hoe de markt zich ontwikkelt. Dit geldt overigens niet alleen voor ondernemers.
Ook intermediaire partijen, waaronder accountants, hebben veelal onvoldoende zicht
op het gehele financieringslandschap, waaronder allerlei nieuwe vormen van financiering,
om ondernemers te ondersteunen bij groei- en investeringsplannen.14
De toekomst van de mkb-financieringsmarkt
Een aantal van de hiervoor benoemde ontwikkelingen waren aanleiding om in 2014 het
Aanvullend Actieplan MKB-financiering uit te brengen. Langs drie lijnen is ingezet
op het versterken van de mkb-financieringsmarkt. Ten eerste werd het aanbod op de markt voor risicodragend vermogen vergroot
via een aantal financieringsinstrumenten. Ten tweede werd het aanbod van de mkb-financieringsmarkt
verbreed zoals met het stimuleren van crowdfunding, kredietunies en via institutionele
beleggers. Ten derde werden acties geformuleerd om de werking van de markt te verbeteren.
Deze acties waren gericht op voorlichting, informatievoorziening en marktwerking.
Medio 2018 is het Mkb-actieplan verschenen met acties langs dezelfde lijnen als in
2014 – namelijk intensivering van risicokapitaalinstrumentarium (grotere investeringsfondsen
in de Seed en kapitaalstorting aan de Regionale ontwikkelingsmaatschappij in Zeeland),
verbetering van de toegang tot financiering (stimuleren financieringstafels) en het
stimuleren van alternatieve financiering (ondersteuning Stichting MKB Financiering).
Onderzoeksbureau Dialogic heeft een uitgebreide analyse van de financieringsmarkt
verricht om te bezien in hoeverre de beleidsmix van EZK nog passend en effectief is.
Daaruit komt een positief beeld naar voren dat het instrumentarium van EZK goed heeft
bijgedragen aan de mkb-financieringsmarkt in Nederland. De hoofdconclusie van de analyse
van Dialogic is dat het financieringsinstrumentarium (noodzakelijkerwijs) divers is,
maar niet alle knelpunten afdekt «Er is sprake is van een breed instrumentarium. De meeste regelingen lijken op zichzelf
een legitieme rationale te kennen; ze grijpen aan op reële knelpunten in de markt
waarvoor overheidsingrijpen gerechtvaardigd lijkt. Het beleid voor spillovers is relatief
rijk (VFF, IK, SEED) die ieder een deel van de financieringsketen/-markt bestrijken.
Alleen in de proof-of-concept en preseed fase kent de beleidsmix weinig interventie;
daar moeten ondernemers het hebben van regionale initiatieven. Het beleid is minder
rijk voor coördinatie en ontwikkeling van vaardigheden.»
Deze knelpunten hebben met name betrekking op een effectieve werking van de mkb-financieringsmarkt,
de kwaliteit van de financieringsaanvraag en het toenemende belang van risicokapitaal.
Allereerst blijf ik het huidige mkb-financieringsbeleid voortzetten. Daarnaast benoem
ik in deze brief acties om de geïdentificeerde knelpunten op te lossen, te verminderen
of nader te onderzoeken. Het oplossen van de genoemde knelpunten op de mkb-financieringsmarkt
dient zich te verhouden tot andere beleidsdoelen, bijvoorbeeld ten aanzien van de
realisatie van de bankenunie en kapitaalmarktunie, monetair beleid en de financiële
stabiliteit. Met mijn beleid probeer ik de mkb-financieringsmarkt te stimuleren, maar
houd ik ook rekening met deze andere beleidsdoelen.
Europese context
Een breed financieringslandschap is ook belangrijk om Nederlandse ondernemerschapsecosystemen
te versterken. Het is belangrijk dat (Nederlandse) bedrijven bij buitenlandse activiteiten
voldoende financieringsmogelijkheden in Nederland ter beschikking hebben of nationale
activiteiten in het buitenland financieringsmogelijkheden vinden. Zo kan Nederland
optimaal profiteren van de allocatie van kennis en kapitaal. De nieuwe Europese Commissie
heeft mkb-beleid ook als één van haar speerpunten benoemd waar het SME Envoy-netwerk
voeding aan geeft. Eén van de acties is te komen tot een IPO-fonds voor het mkb zodat
het Europese mkb gemakkelijker aandelenkapitaal kan aantrekken. Dit is één van de
acties die kan worden ondernomen binnen de kapitaalmarktunie, waarover de Minister
van Financiën uw Kamer separaat heeft geïnformeerd in zijn reactie op het rapport
van de werkgroep NextCMU.15 Binnen Europa is het zaak om de kapitaalmarktunie verder te versterken om diepere
en beter geïntegreerde Europese kapitaalmarkten te realiseren. Zo kunnen startups
en scale-ups beter worden gefaciliteerd. Voor alternatieve financieringsvormen, zoals
crowdfunding, kan harmonisatie helpen bij groei van de financieringsvorm. Ik ben blij
dat de nieuwe Europese Commissie financiering van het mkb als een van haar prioriteiten
heeft benoemd. Het kabinet pleit er dan ook voor dat in het kader van de Kapitaalmarktunie
initiatieven in die richting worden genomen. Verder heeft de Commissie het InvestEU-programma
opgezet gericht op versterking van financiering van het mkb.
Ik versterk voorts de positionering van Nederland richting (internationale) investeerders
via deelname en mede-organisatie van grote internationale evenementen, zoals de Global Entrepreneurship Summit die begin juni heeft plaatsgevonden. Ook het jaarlijkse evenement CES Unveiled (dit jaar op 17 oktober jl.) is hiervoor belangrijk. Dit zijn evenementen, om netwerken
van investeerders, bedrijven en overheid rond innovatie en ondernemerschap aan te
jagen rondom thema’s waar Nederland sterk in is. De organisatie hiervan biedt mogelijkheden
om netwerken via Nederlands gastheerschap van toekomstige evenementen verder te vergroten.
Met de oprichting van Invest-NL wordt bovendien verder gewerkt aan het beter benutten
van Europese middelen voor de financiering van mkb-ondernemingen en ondernemingen
in de scale-up-fase, bijvoorbeeld in het InvestEU-raamwerk en de instrumenten van
de Europese Investeringsbank en het Europees Investeringsfonds.
Inzet EZK voor een toekomstbestendige mkb-financieringsmarkt
Naast de hoofdconclusie dat de beleidsmix passend is, identificeren de onderzoekers
van Dialogic en CPB een aantal aandachtspunten en knelpunten die vragen om het verleggen
van beleidsaccenten en/of het doen van nader onderzoek. Hieronder presenteer ik een
aantal acties die aanvullend zijn op mijn huidige beleid en zullen bijdragen aan het
doel de toegankelijkheid van financiering voor ondernemers met goede ondernemersplannen
te verbeteren. Het SME Envoy-onderzoek heeft hiervoor waardevolle input gegeven en
wordt volgend jaar gecontinueerd.
Ik zie dat vanwege gebrek aan kennis en tijd, in combinatie met hoge zoekkosten, ondernemers
problemen hebben zich goed te presenteren bij financiers, om vervolgens succesvol
financiering aan te trekken. De afgelopen jaren heb ik hier beleid op gevoerd en in
2018 heb ik met het Mkb-actieplan reeds een aantal acties gestart om ondernemers te
helpen in hun zoektocht naar financiering, bijvoorbeeld door introductie van financieringstafels
en ondersteuning van de Stichting MKB Financiering. Daarnaast zal ik aanvullende acties
oppakken:
1. Het versterken van kennis en vaardigheden van ondernemers om een goede financieringsaanvraag
te kunnen doen
Hiervoor zal ik een (digitale) tool laten ontwikkelen door de Kamer van Koophandel
en onder de aandacht brengen bij ondernemers. Deze tool zal ook informatie over vreemd
vermogen versus risicokapitaal bevatten. Tevens kunnen ondernemerschapsvaardigheden,
waaronder vaardigheden op het gebied van financiering, verbeterd worden via bijvoorbeeld
een programma als O2LAB, dat zich richt op het stimuleren van ondernemerschapsonderwijs.
2. Het versterken van investment readiness van ondernemingen
Hiertoe zal ik de bestaande, voornamelijk regionale programma’s in kaart brengen en
bezien of en hoe verdere actie van de rijksoverheid nodig is, al dan niet via een
beleidsexperiment en aan de hand van regionale ervaringen. Daarnaast wil ik via voorlichting
ondernemers informeren over de kansen die extern eigen vermogen hen kan bieden, zodat
zij dit in hun zoektocht naar financiering als een serieus alternatief meewegen.
3. Het verstevigen van de intermediaire adviesmarkt
In lijn met het NEMACC-onderzoek16 en Dialogic-rapport is het van belang dat de mkb-accountant kan groeien in diepgang,
analyse en advies. De Stichting MKB-financiering heeft met stakeholders het initiatief
genomen om deze markt te versterken. Ik steun waar mogelijk en wenselijk het initiatief
van de branche om te komen tot een keurmerk/branchevereniging van financieringsadviseurs.
Vergroten inzicht in overheidsinstrumenten
Bekendheid van de financieringsinstrumenten bij ondernemers is geen doel op zich.
Wel is het belangrijk dat inzicht en kennis aanwezig is bij de betrokken partijen,
zoals de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s), de Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland (RVO.nl), de Kamer van Koophandel (KvK) en zodra het is opgericht ook Invest-NL,
om goede voorlichting te kunnen geven aan ondernemers. Ik ga met deze partijen hierover
in gesprek en betrek hierin de mogelijkheden voor digitale toepassingen, evenals de
KvK Gids voor bedrijfsfinanciering en de Financieringsdesk. Dit in lijn met de motie
van de leden Wörsdörfer (VVD) en Amhaouch (CDA)17 die verzoekt om in gesprek te gaan met relevante partijen over afstemming en doorverwijzing
naar de verschillende overheidsloketten. De samenwerking tussen Rijk en regio in het
kader van valorisatie en de inrichting van de Fastlane voor startups en scale-ups
bij RVO.nl betrek ik hier ook in.
Inzet beschikbaarheid risicokapitaal
De risicokapitaalmarkt zal gebaat zijn met een responsief instrumentarium, zo blijkt
uit de analyse van Dialogic. Bovendien blijkt dat mkb’ers met het hoogste risicoprofiel
extra stimulering nodig hebben. Zoals reeds eerder genoemd in deze brief, is het kabinetsbeleid
gericht op het beschikbaar komen van risicokapitaal de afgelopen jaren geïntensiveerd
(denk daarbij aan de Vroege Fase Financiering, SEED, SEED BA-faciliteit, ROM’s, Invest-NL,
DVI, Co-investeringsfonds). Blijvende inzet hierop is daarbij zeer van belang. Deze
instrumenten zijn een aantal jaar geleden opgenomen in het Toekomstfonds. Dit biedt
de nodige flexibiliteit om met de verschillende instrumenten in te kunnen blijven
spelen op behoeften op de financieringsmarkt. Daarnaast zal ik de volgende acties
oppakken:
4. Verkennen EZK-steun bij opzet nieuwe ROM’s
De provincies Utrecht en Flevoland hebben de oprichting van ROM’s in hun regio opgenomen
in hun recente coalitieakkoorden. Momenteel wordt EZK-betrokkenheid bij deze initiatieven
verkend, waarbij EZK in de vormgeving zoveel mogelijk aan wil sluiten bij de behoefte
van de regio. De ROM’s leveren via hun participatiefondsen een belangrijke bijdrage
aan de beschikbaarheid van risicokapitaal voor het innovatieve mkb.
5. Verkenning opties stimuleren risicokapitaal
Ik zal, in het licht van initiatieven in omringende landen om risicokapitaal te stimuleren,
breed verkennen of er nog aanvullende acties mogelijk zijn om in de vroege fase financiering
te stimuleren.18 Gelet op de rol en impact van TechLeap.NL bij het versterken van het ecosysteem voor
startups en scale-ups zal ik hen bij de uitwerking hiervan betrekken.19 Ik zal de Tweede Kamer voor de zomer van 2020 over de uitkomsten informeren.
Via het initiatief Fastlane werkt RVO.nl in een pilot aan het verbeteren van de dienstverlening aan bedrijven
die op zoek zijn naar overheidsfinanciering. Hierin zal RVO.nl proactief zoeken naar
startups en scale-ups, die potentie hebben om internationale markten te gaan bedienen.
Bedrijven worden gescout middels data-analyse, via het organiseren van bijeenkomsten
op de hubs en interne doorverwijzing. De groeikans van de scale-up wordt als basis
genomen en vervolgens wordt gekeken hoe betere dienstverlening rond financieringsinstrumenten
vanuit de overheid deze groei kan ondersteunen en versnellen.
6. Gesprek met pensioenfondsen en andere institutionele beleggers
Ik zal me blijven inzetten om het aanbod van risicokapitaal in de gehele markt, van
vroege fase tot aan groei en consolidatie, nog verder te verbeteren door de betrokkenheid
te vergroten van financiers die niet of nog weinig actief zijn in deze markt, zoals
pensioenfondsen en andere institutionele beleggers. Ik ga hierover nog dit jaar met
hen in gesprek en zal ze daarbij tevens wijzen op de kansen die Invest-NL biedt voor
co-financiering bij de opzet van nieuwe instrumenten.
Tijdens de behandeling van de Machtigingswet oprichting Invest-NL in de Tweede Kamer
is toegezegd om onderzoek te doen naar de haalbaarheid en de marktappreciatie van
het in de markt zetten van het Dutch Venture Initiative (DVI) (Handelingen II 2018/19, nr. 82, item 16). Huidige inzichten geven aan dat de haalbaarheid mede wordt bepaald door de voorwaarden
waaronder het naar de markt kan worden gebracht. De definitieve voorwaarden moeten
nog worden opgesteld. Daarbij valt te denken aan: waarborgen beleidsdoelstellingen,
goedkeuringen van onder andere het bestuur en de andere aandeelhouders in DVI en de
toezichthouder, acceptabele financiële condities, geen risico’s met bijvoorbeeld het
EU-staatssteunkader en belastingregimes. Dit jaar nog zal ik de Tweede Kamer een voorstel
sturen onder welke uitgewerkte voorwaarden het naar de markt brengen succesvol kan
worden geacht. Daarna kunnen eventueel concrete vervolgstappen worden gezet.
Inzet op kredietverleningsmarkt
Uit het onderzoek van Dialogic en het CPB blijkt dat de markt voor mkb-financiering
nog steeds een aantal knelpunten kent waardoor het mkb minder toegang heeft tot financiering.
Het gaat dan om (1) de mogelijke marktconcentratie bij bancaire financiering, en (2)
relatief beperkte omvang van de niet-bancaire financieringsmarkt. Verder concludeert
het onderzoek van Dialogic dat er nader onderzoek nodig is naar de mate van bescherming
van (kleine) ondernemers bij het aangaan van financiering. Om inzicht te verwerven
in karakteristieken van de financieringsmarkt, met name de aanbodzijde van vreemd
vermogen, is het nuttig deze periodiek te monitoren. Dit zorgt voor verdere verbreding
en professionalisering van de markt.
Via onder andere de Borgstelling MKB-Kredieten (BMKB) en Qredits (microfinanciering)
zorg ik dat financiering voor kleine en startende ondernemers beschikbaar is. Om het
financieringsaanbod van het mkb te verbreden heeft EZK «fundinggarantie» op fondsen
met private investeringen gericht op (achtergestelde) leningen en factoring beschikbaar
gesteld. Om kwaliteit en transparantie van de sector voor alternatieve financiering
als geheel te stimuleren ondersteun ik daarnaast de Stichting MKB Financiering, die
recent een gedragscode heeft ontwikkeld waar verschillende aanbieders bij zijn aangesloten.
Met de Financieringsmonitor breng ik in kaart wat de financieringsbehoefte van het
mkb is. Daarnaast zal ik de volgende acties oppakken:
7. Monitoren markt mkb-financiering
In afstemming met het Ministerie van Financiën, Autoriteit Financiële Markten (AFM),
De Nederlandse Bank (DNB) en Autoriteit Consument en Markt (ACM) zal ik -aanvullend
op de financieringsmonitor die de financieringsbehoefte van het mkb in kaart brengt-
een marktmonitor opzetten en zo jaarlijks de ontwikkelingen op de bancaire en non-bancaire
markt voor mkb-financiering monitoren. Zo zal ik kennis over deze markt (nieuwe spelers)
actueel houden en daarmee een vinger aan de pols kunnen houden, zodat ik bijvoorbeeld
tijdig signalen kan ontvangen over of specifieke doelgroepen extra aandacht vragen.
Deze monitor zal ik met relevante partijen bespreken. In het onderzoek is ook aandacht
geweest voor de bescherming van (kleine) ondernemers. De onderzoekers concluderen
dat er meer onderzoek nodig is om hierover conclusies te kunnen trekken. Zoals ik
reeds heb aangegeven in antwoord op vragen van de leden Sneller en Sjoerdsma20 zal de Minister van Financiën de omvang in kaart brengen van de problematiek die
ontstaat voor mkb’ers en zzp’ers als gevolg van mogelijke excessen in voorwaarden
van niet-bancaire kredieten en bezien op welke wijze deze excessen kunnen worden tegengegaan.21 Ik zal vervolgens jaarlijks de gehanteerde voorwaarden van zowel bancaire als niet-bancaire
mkb-financiers monitoren als een van de onderdelen van de marktmonitor.
8. Verdere stimulering van de alternatieve sector
Verschillende alternatieve financiers kunnen reeds gebruik maken van het bestaande
financieringsinstrumentarium zoals de BMKB. Voor andere instrumenten, zoals de SEED-regeling,
worden specifieke tenders gehouden voor specifieke sectoren en/of doelgroepen en de
voor hen geschikte financiers. De komst van Invest-NL zal de mogelijkheden voor risicodragende
financiering voor mkb-ondernemingen en ondernemingen in de scale-up-fase, vooral in
de transitiedomeinen waarop Invest-NL zich zal richten, vergroten.
9. Verbetering kredietinformatie
In samenwerking met De Nederlandsche Bank en het Ministerie van Financiën zal ik een
onderzoek uitvoeren naar het nut en de mogelijkheid om een kredietregister te ontwikkelen
waar karakteristieken van leningen en leners kunnen worden geregistreerd en onder
voorwaarden worden gedeeld. Dit onderzoek zal eind 2019 starten. Doel is om inzicht
te verwerven in de mogelijke functies, opzet en kosten van een kredietregister en
daarbij van voorbeelden uit het buitenland te leren, evenals van de reeds gestandaardiseerde
rapportage van kredietgegevens door banken aan de ECB (Anacredit). Een kredietregister
kan bijdragen aan een verbeterde toegang van nieuwe kredietverleners tot de markt
voor mkb-kredieten en aan een verbeterde toegang van mkb’ers tot krediet. Daarnaast
kan een kredietregister de beoordelingskosten van financiers en mogelijk de rente
die wordt doorberekend aan de mkb’er verlagen. Ook het gebruik van Standard Business
Reporting als standaard van financiële verslaggeving voor verbetering van de kredietinformatie
wordt in deze actie betrokken.
Handhaven verruimingen BMKB
Als een ondernemer een tekort aan zekerheden heeft, kan bij de aanvraag van financiering
door de bank of geaccrediteerde andere financier een beroep gedaan worden op de BMKB.
Deze borgstelling dekt het tekort aan zekerheden bij de ondernemer, ook voor de investeringen
in immateriële activa. De Financieringsmonitor 2018 laat zien dat micro- en kleinbedrijven
minder succesvol zijn in hun financieringsaanvraag. Om de kredietverlening aan deze
groep te blijven ondersteunen zal ik de verruimingen in de BMKB (ingesteld tijdens
de crisisperiode) voortzetten tot medio 2022 en geef daarmee uitvoering aan de motie
Wörsdörfer (VVD) «handhaven verruimingen BMKB» (Kamerstuk 35 200 XIII, nr. 13). De verruimingen zouden in 2019 aflopen, maar worden verlengd tot na de volgende
evaluatie van de BMKB (medio 2022), hierin worden ook de verruimingen geëvalueerd.
Dankzij de verruimingen kunnen bestaande bedrijven met een kredietbehoefte tot € 266.667
een overheidsborgstelling ontvangen van 67,5% in plaats van 45%. Daarnaast blijft
de komende jaren het verhoogde maximum van het BMKB-krediet van € 1,5 miljoen (voorheen
€ 1 miljoen) gehandhaafd.
Onderzoek zekerhedenpraktijk bij mkb-financiering
Zekerheden vormen een belangrijk onderdeel van een financiering van het mkb doordat
het een soort «verzekering» is voor financiers voor het geval het bedrijf de financiering
niet kan terug betalen. Zoals is geantwoord door de Minister van Financiën op de vragen
van de leden Sneller, Groothuizen en Sjoerdsma (allen D66) over dit onderwerp22, is het noodzakelijk om een onderzoek te verrichten naar de wijze waarop de Nederlandse
financieringspraktijk nu werkt om te beoordelen of het wenselijk is beleidsvoornemens
op dit terrein te ontwikkelen, in welke richting dan ook. In het genoemde antwoord
is de bereidheid uitgesproken om een opdracht tot een onderzoek daarnaar te geven,
waarbij tevens, mede gelet op de op 18 juni door Uw Kamer aangenomen motie van de
leden Wörsdörfer (VVD) en Sneller (D66) (Kamerstuk 35 200 XIII, nr. 12), de zekerheidsstelling bij mkb-financiering aan de orde zal komen. Met dit onderzoek
zal worden gestart in het najaar van 2019 en het zal gereed zijn in het 2e kwartaal
2020.
In opdracht van mij heeft Dialogic een breed onderzoek gedaan naar de mkb-financieringsmarkt.
Met de nieuwe marktmonitor en de reeds bestaande Financieringsmonitor blijf ik de
ontwikkelingen volgen. Ik informeer u over de voortgang van het mkb-financieringsbeleid
inclusief bovenstaande acties in de voortgangsrapportage van het mkb-actieplan die
in juni 2020 naar uw Kamer wordt gestuurd.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer
Indieners
-
Indiener
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat