Brief regering : Voortgang van de Retailagenda
27 838 Detailhandel
Nr. 27
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 juli 2019
Met deze brief wil ik u informeren over de voortgang van de Retailagenda.
De Retailagenda is in 2015 gestart op initiatief van het Ministerie van Economische
Zaken (Kamerstuk 27 838, nr. 13). De partijen achter de Retailagenda, overheden, betrokken organisaties en marktpartijen,
werken aan een gezonde en op de toekomst voorbereide retail en toekomstbestendige
binnensteden.
Aanleiding voor de Retailagenda zijn de structurele maatschappelijke en technologische
veranderingen die grote invloed hebben op de retail en de leefbaarheid van stadcentra,
dorpskernen en centrumgebieden.
Vanuit het beeld dat de transitie van de sector nog in volle gang is en een gezamenlijke
aanpak noodzakelijk, zijn partijen per 1 januari 2018 met de Vervolgaanpak van de
Retailagenda van start gegaan. Zoals afgesproken met mijn voorganger, Minister Kamp,
hebben het Rijk, de provincies, gemeenten en brancheorganisaties middelen en mankracht
beschikbaar gesteld voor de samenwerking. Betrokken partijen geven aan dat ze publiek-private
samenwerking op lokaal, regionaal en landelijk niveau waardevol vinden.
De Retailagenda werkt de tweede helft van dit jaar met alle betrokkenen en geïnteresseerde
partijen aan een visie en aanbevelingen voor de middellange termijnontwikkeling van
de retail en winkelgebieden. Op basis hiervan zal ik aan het einde van dit jaar met
alle betrokkenen terugblikken op de samenwerking en bespreken in welke vorm we in
de toekomst het best aan een gezonde retail en aantrekkelijke winkelgebieden kunnen
werken.
Aan deze brief zijn drie documenten als bijlagen toegevoegd.
1. Als eerste de Voortgangsrapportage Retailagenda zoals die door de voorzitter van de
Retailagenda, mevrouw M. van Hees, aan mij is aangeboden1.
2. Als tweede vindt u bijgevoegd het onderzoeksrapport van SEO «Marktwerking en knelpunten
in de huurmarkt voor retail-vastgoed»2. Tijdens het Algemeen Overleg gehouden op 1 februari 2018 heb ik toegezegd dit onderzoeksrapport
aan uw kamer te zenden (Kamerstuk 34 647, nr. 12).
3. De derde bijlage is de leidraad «Risico-inventarisatie Dienstenrichtlijn»3. In mijn brief van 4 december 2018 aan uw Kamer over «de implementatie van Europese
regelgeving betreffende het verkeer van diensten op de interne markt», heb ik aangegeven
dat ik mij in zal zetten om aanvullende gerichte voorlichting ter beschikking te stellen
en uw Kamer hierover te informeren.4 Met deze leidraad kunnen gemeenten nagaan of hun bestemmingsplannen mogelijk in strijd
zijn met de Dienstenrichtlijn. De Ministeries van Binnenlandse Zaken en Economische
Zaken en Klimaat, het IPO en VNG werken momenteel aan een uitgebreidere landelijke
handreiking Dienstenrichtlijn, die naar verwachting in het najaar van 2019 wordt gepresenteerd.
Alvorens in te gaan op de voortgang van de Retailagenda beschrijf ik op hoofdlijnen
de ontwikkelingen in de sector, zodat u de samenwerking en voortgang in het licht
van de marktomstandigheden kunt plaatsen.
Ontwikkelingen in de retail
De ontwikkelingen in de retail laten een divers beeld zien dat past bij de transitie
die de sector doormaakt.
Sinds het dieptepunt in 2013 stijgt de omzet in de detailhandel gestaag. In 2018 realiseerde
de detailhandel een omzetstijging van 3,3%. Dat is de op één na hoogste omzetgroei
na 2008, maar lager dan veel andere MKB-sectoren.
Er zitten grote verschillen in deelsectoren. De omzet van de winkels in non-food groeide
in 2018 met 1,7%. Winkels in voedings- en genotmiddelen deden het beter met 3,2% meer
omzet. Opmerkelijk is dat in 2018 de omzet van de non-foodwinkels nog 13% lager was
dan voor de crisis. De omzet van winkels in voedings- en genotmiddelen lag daarentegen
ruim 18% hoger dan voor de crisis.
De onlineomzet blijft heel hard groeien en is daarmee de motor achter de groei in
de detailhandel. In 2018 was de online omzet 17,8% hoger dan in 2017. Webwinkels (hoofdactiviteit
internetverkoop) hebben ruim 13% meer omgezet. De online omzet van winkels waarvan
de verkoop via het internet een nevenactiviteit is (multi-channelers) groeide met
bijna 26%. Hoewel het online-aandeel hard groeit is dit aandeel in de consumentenbestedingen
nog beperkt tot rond de 9%.
Vanaf 2013 tot en met 2018 is het aantal faillissementen in de detailhandel gedaald.
In de eerste vier maanden van 2019 gingen 123 winkelbedrijven failliet, één meer dan
in de eerste vier maanden van vorig jaar. De transitie van de sector en de veranderingen
in het verdienmodel zijn nog volop in ontwikkeling. Naar verwachting zullen we ook
de komend periode faillissementen blijven zien.
Ondanks de faillissementen en reorganisaties is het aantal banen in de detailhandel
in de afgelopen 5 jaar gestaag gegroeid. In 2018 kwamen er naar schatting 6.000 banen
bij en in 2019 zullen dat er naar verwachting ook rond de 6.000 zijn. Het UWV geeft
aan dat het totale aantal werkzame personen in de detailhandel in 2017 bijna 883.000
is. Daarmee is het een van de grootste sectoren op het gebied van werkgelegenheid
(9%) in Nederland. Terwijl twee jaar geleden de arbeidsmarkt voor verkoopmedewerkers
nog ruim was, is deze inmiddels als «krap» bestempeld. Een groeiend aantal winkeliers
ziet arbeidsaanbod als de beperkende factor in de bedrijfsvoering.
Het terugdringen van leegstand is vanaf het begin een aandachtspunt van de Retailagenda
geweest. Begin 2015 was de winkelleegstand rond de 7,5%. In 2018 is de winkelleegstand
voor het vierde jaar op rij gedaald met 0,3% naar 6,7%. Het aantal vierkante meters
winkelvloeroppervlakte daalde nog sterker met 0,5% ook naar 6,7%. Voorgaande jaren
kwam dat met name door de invulling van winkelpanden met horeca. Nu zien we een nieuwe
beweging, namelijk dat 2.000 winkelpanden van functie zijn gewijzigd naar met name
woningen. De dalende huurprijzen voor winkelvastgoed versnellen dit proces.
Net zoals we verschillen in sectoren zien, zien we ook grote verschillen in winkelgebieden.
De centra van de grote steden trekken veel bezoekers en winkelend publiek. Veel middelgrote
steden en middelgrote winkelcentra verliezen hun centrumfunctie en zullen deels moeten
transformeren naar andere functies om economisch gezond en aantrekkelijk te blijven
voor bewoners en bezoekers. Zeven op de tien winkelgebieden kampt met een afname van
bezoekers. In vijftien jaar tijd is het aantal bezoekers in de winkelstraten op een
gemiddelde zaterdag gedaald van 3,2 naar 2,4 mln.
De Retailagenda
In de eerste jaren van de Retailagenda is veel energie gestoken in het agenderen van
de thematiek en het bouwen van een netwerk. De partners van de Retailagenda onderstrepen
het belang van de publiek-private samenwerking, die heeft geleid tot groeiend onderling
vertrouwen en begrip voor elkaars belangen.
Met de Vervolgaanpak van de Retailagenda is gekozen voor verdieping. In deze fase
is niet meer actief ingezet op het sluiten van nieuwe RetailDeals. Dat er op initiatief
van de gemeenten nog 16 nieuwe Retaildeals zijn gesloten en één RegioDeal met de regio
Parkstad (9 gemeenten) geeft aan dat het onderwerp nog volop op de agenda staat in
steden.
Met de Vervolgaanpak van de Retailagenda is meer focus aangebracht. De Retailagenda
richt zich tot eind 2019 op 5 thema’s, te weten: regionale afstemming, lokale transformatie, samen investeren, Human Capital Agenda en kenniscreatie & innovatie. De vijf thema’s zijn onderling met elkaar verbonden. Regionale afstemming en lokale
transformatie hebben een directe impact op het winkellandschap. De bereidheid tot
duurzame investeringen hebben effect op de mogelijkheden voor lokale transformatie.
De thema’s Human Capital Agenda en kenniscreatie & innovatie raken werknemers en werkgevers.
Daarnaast is er in ieder thema aandacht gegeven aan drie randvoorwaardelijke onderwerpen:
digitalisering, internationalisering/Europa en duurzaamheid. Hieronder volgt een compacte
omschrijving van de inzet en de voortgang per thema. Uitgebreidere informatie vindt
u in de bijgevoegde voortgangsrapportage (bijlage 1)
1 Regionale afstemming
De zoektocht naar vernieuwing en innovatie, maar ook de leegstandsopgave in de detailhandel
manifesteert zich op lokaal niveau: in binnensteden, in kernen en in de periferie.
De sleutel om hier gericht aan te werken ligt echter vaak op regionaal niveau. Het
is noodzakelijk om vanuit een breder economisch perspectief in de regio keuzes te
maken en de verbinding te leggen met andere ruimtelijke functies (wonen, werken, cultuur,
verblijfsrecreatie).
Provincies zijn aan de slag gegaan met de afgesloten Retaildeals, met als winst dat
in alle provincies invulling wordt gegeven aan detailhandelsbeleid en verschillende
aanpakken en ervaringen worden uitgewisseld. Daarnaast worden instrumenten ontwikkeld,
zoals een gezamenlijke aanpak voor koopstroomonderzoeken een handreiking voor de sanering
van plancapaciteit in bestemmingsplannen. Vlak voor de provinciale verkiezingen heeft
de Retailagenda kansenkaarten voor alle provincies gepresenteerd, met het gevoerde
beleid van de afgelopen periode en de kansen die er voor de nieuwe colleges liggen.
2 Lokale transformatie
De doelstelling voor dit thema is het versnellen van de lokale transformatie om te
komen tot compacte, comfortabele (gastvrij), complete (inclusief horeca, cultuur etc.)
en duurzame winkelgebieden.
Afgelopen periode heeft de nadruk gelegen op het delen van kennis en het ontwikkelen
van instrumenten voor winkelgebieden met overcapaciteit. Voor de komende periode geven
gemeenten aan behoefte te hebben aan verdieping van kennis rond transformatiestrategieën
gericht op de daadwerkelijke uitvoering van fysieke projecten. Hiervoor is een uit
experts bestaand «reviewteam» samengesteld, welke een beperkt aantal gemeenten intensief
onderzoekt en van advies voorziet. De lessen die hieruit volgen worden samen met de
resultaten van een schriftelijk onderzoek onder alle 158 Retaildealgemeenten verwerkt
in een handreiking, die aan alle gemeenten beschikbaar wordt gesteld.
3 Samen investeren
Om winkelgebieden aantrekkelijk en duurzaam te maken zijn gerichte investeringen nodig.
Hiervoor is een goede samenwerking tussen de retailers, de vastgoedeigenaren en de
overheden een voorwaarde. Kennis ontwikkelen en kennisdelen is hierbij belangrijk.
De huurmarkt voor de detailhandel is vanaf het begin van de Retailagenda een veel
bediscussieerd thema. Vastgoedeigenaren en vertegenwoordigers van de detailhandel
hadden geen gedeeld beeld van het karakter en het functioneren van de huurmarkt. Om
meer inzicht te krijgen in het functioneren van de markt heb ik SEO Economisch Onderzoek
gevraagd om te onderzoeken of deze markt zich gedraagt zoals vanuit economisch oogpunt
verwacht mag worden, of dat er sprake is van fundamentele verstoringen. Op basis van
het onderzoek concludeer ik dat er geen sprake is van fundamentele verstoringen die
om overheidsingrijpen vragen. Wel zijn in het onderzoek zeven potentiële knelpunten
geïdentificeerd die de marktwerking kunnen verstoren. Deze knelpunten hangen samen
met de kenmerken van de huurmarkt voor retail- vastgoed, bijvoorbeeld de inelasticiteit
van het vastgoedaanbod en de informatie-asymmetrie tussen kleine en grote partijen.
Het onderzoek is toegevoegd in de bijlagen.
Als vervolg op het onderzoek organiseert het ministerie een expertbijeenkomst met
betrokkenen bij de huurmarkt. Met hen wordt gekeken of de potentiele knelpunten herkenbaar
zijn en in hoeverre mogelijke negatieve effecten zijn te ondervangen door een gezamenlijke
aanpak. Voor enkele knelpunten zijn daar al lopende trajecten voor. Zo nemen de provincies
verantwoordelijkheid voor de bovenlokale afstemming en regie om beleidsconcurrentie
op lokaal niveau te voorkomen. Een ander voorbeeld is het onderzoek dat het Kadaster
heeft uitgevoerd naar de informatieachterstand die kleine winkeliers als huurders
kunnen ervaren. Hieruit kwam naar voren dat er bij een deel van deze groep ondernemers
behoefte bestaat aan begeleiding bij het sluiten van een nieuw huurcontract. In mijn
ogen sluit dit goed aan bij de dienstverlening die brancheorganisaties bieden en met
hen worden de mogelijkheden van gerichte begeleiding verkend.
4 Human Capital Agenda.
De Human Capital Agenda (HCA) gaat over de inzet van werkgevers, werknemers, brancheverenigingen
en vakbonden, onderwijs- en kennisinstellingen en overheden om de competenties van
iedereen werkzaam in de retail aan te laten sluiten bij de toekomst en transitie van
de sector. Taken en competenties in de retail veranderen. Expertise, servicegerichtheid
en kennis van nieuwe technologieën en digitalisering zijn belangrijk.
De HCA is bij uitstek een netwerkconcept. Vanuit een agenderende, aanjagende en faciliterende
rol wordt met alle relevante partijen en de talrijke initiatieven in de sector samengewerkt.
Naast het opzetten van een netwerk zijn er onder verantwoordelijkheid van de Retailagenda
zes nieuwe projecten opgestart met onder andere financiering uit de sector via de
Stichting Detailhandelsfonds (SDF):
• Future Proof Retail, in living labs worden met hbo- en mbo-studenten concrete businessvraagstukken
uitgevoerd;
• Centrum Management Academy, voor het opleiden van professionele centrummanagers;
• Youfit@retail, een platform voor alle werknemers in de detailhandel gericht op loopbaanbegeleiding
en een levenslang ontwikkelen;
• De e-Academy, ontwikkelt een leerportaal voor de e-retail met een voor ondernemers
kostenloos basisaanbod van e-learnings;
• Retail Qualification Framework, een online beschikbaar overzicht voor de hele sector
met beroepscompententieprofielen- en kwalificaties.
• Veilig werken in de winkel, met learningmodules, groepstrainingen en een website wordt
gewerkt aan veiligheid.
5 Kennis en Innovatie
Kenniscreatie & innovatie vormen de basis voor een sector die toekomstbestendig en
aantrekkelijk is en blijft. Op allerlei plaatsen (op straatniveau in winkelgebieden,
bij retailers en bij lokale overheden) en met inzet van uiteenlopende nieuwe methoden
vindt (digitale) innovatie in de retail plaats.
De Retailagenda wil alle opgedane kennis verder vergroten en verbinden.
Voor en door de sector is het kennisplatform Retailinsiders gelanceerd. Retailinsiders
verzamelt kennis en data over ontwikkelingen in de retail en winkelgebieden en stelt
deze breed beschikbaar. Een tiental steden investeert met behulp van retailinnovatielabs
in de ontwikkeling van nieuwe kennis, kennis die later beschikbaar komt voor alle
RetailDeal-gemeenten. Daarnaast worden op lokaal niveau over specifieke thema’s (bijvoorbeeld
branding, loyaliteit en merkstrategie) intervisiesessies georganiseerd om partijen
te laten profiteren van elkaars opgedane kennis en ervaring.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat