Brief regering : Geannoteerde agenda bijeenkomst NAVO-ministers van Defensie op 26 en 27 juni 2019 te Brussel
28 676 NAVO
Nr. 320 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 juni 2019
Inleiding
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, de geannoteerde
agenda aan ten behoeve van de bijeenkomst van de NAVO-ministers van Defensie op 26
en 27 juni a.s. te Brussel.
De ministers spreken over lastenverdeling en de invulling van het NATO Readiness Initiative (NRI). Met de EU Hoge Vertegenwoordiger Mogherini en de Zweedse en Finse collega’s
spreken de ministers over ontwrichtende technologieën. De ministeriële bijeenkomst
wordt afgesloten met een vergadering van de landen die een bijdrage leveren aan de
Resolute Support missie in Afghanistan.
Het Intermediate-Range Nuclear Forces (INF)-verdrag is een belangrijk onderwerp tijdens deze bijeenkomst, aangezien op
2 augustus a.s. de opzegtermijn van zes maanden verstrijkt. De NAVO blijft zich inzetten
voor het behoud van het verdrag. Tegelijkertijd moet de NAVO zich beraden op mogelijke
vervolgstappen op zowel diplomatiek als militair vlak. Dit wordt tijdens een van de
werksessies besproken.
INF-verdrag
Het INF-verdrag heeft meer dan dertig jaar lang een belangrijke bijdrage geleverd
aan de stabiliteit en veiligheid van het Euro-Atlantische gebied. Nederland en de
NAVO-bondgenoten onderschrijven onverminderd het belang van het behoud van dit verdrag,
maar het nog langer voortduren van een situatie waarin één van de partijen het verdrag
schendt, is niet houdbaar, zoals ook al uiteengezet in de Kabinetsreactie op het AIV-adviesrapport
«Kernwapens in een Nieuwe Geopolitieke Werkelijkheid» (Kamerstuk 33 783, nr. 32). Mede tegen deze achtergrond hebben de Verenigde Staten als verdragspartij, maar
ook Nederland en andere NAVO-bondgenoten, er veelvuldig bij Rusland op aangedrongen
om terug te keren naar een complete en verifieerbare naleving van de Russische ontwapeningsverplichtingen
onder het verdrag. Helaas heeft Rusland hier tot op heden geen gevolg aan gegeven.
Desondanks is Nederland zich ook de afgelopen tijd actief blijven inzetten om het
INF-verdrag overeind te houden en zal dat ook de komende tijd blijven doen, conform
de moties Voordewind (Kamerstuk 33 694, nr. 30) en Van Ojik c.s. (Kamerstuk 33 694, nr. 41). Tegen deze achtergrond heeft Minister Blok van Buitenlandse Zaken tijdens zijn
bilaterale ontmoeting met zijn Russische collega Lavrov in Helsinki op 17 mei jl.
andermaal nadrukkelijk op het belang van het behoud van het INF-verdrag gewezen en
Rusland opgeroepen terug te keren naar een complete en verifieerbare naleving van
zijn verdragsverplichtingen. Ook tijdens de aanstaande bijeenkomst van de NAVO-ministers
van Defensie zal ik duidelijk het Nederlandse standpunt terzake naar voren brengen
en de Nederlandse steun uitspreken voor een bijeenkomst van de NAVO-Rusland Raad nog
voor het verstrijken van het verdrag.
Tegelijkertijd bespreekt de NAVO hoe we als bondgenootschap op een gebalanceerde en
proportionele wijze kunnen reageren om de bondgenootschappelijke veiligheid blijvend
te kunnen garanderen. Nederland levert een actieve bijdrage aan deze gesprekken en
tijdens de bijeenkomst spreken de ministers over de stand van zaken en het vervolgtraject.
Innovatie en ontwrichtende technologieën
Tijdens het werkdiner wordt in aanwezigheid van de EU Hoge Vertegenwoordiger Mogherini
en de ministers van Defensie van Finland en Zweden gesproken over innovatie en zogenaamde
disruptive technologies, zoals kunstmatige intelligentie en autonome systemen. Het is een eerste discussie
over deze onderwerpen, waarbij geen besluitvorming is voorzien. De ministers spreken
in algemene zin over de kansen en risico’s die van beide uit gaan. Het kabinet is
zich bewust van het risico dat nieuwe wapensystemen kwaadwillend worden ingezet door
statelijk en niet-statelijke actoren zoals ook verwoord in de motie Koopmans c.s.
(Kamerstuk 33 694, nr. 43) en verwelkomt dan ook deze discussie. In de Kamerbrief die u van de Minister van
Buitenlandse Zaken heeft ontvangen op 13 mei 2019 (Kamerstuk 33 694, nr. 45), wordt nader ingegaan op dit onderwerp.
Naar verwachting wordt tijdens deze sessie tevens gediscussieerd over China. De Amerikaanse
overheid heeft zorgen geuit over de Chinese activiteiten op het gebied van onder meer
cyber en de verwerving van kritische infrastructuur.
Ook de Nederlandse inlichtingendiensten hebben regelmatig gewezen op Chinese activiteiten
in het cyberdomein, zoals blijkt uit de openbare jaarverslagen van de AIVD en MIVD.
Nederland verwelkomt de discussie in de NAVO over China. Daarbij acht Nederland het
in de eerste plaats van belang om een duidelijk en op feiten gebaseerd beeld te hebben
van mogelijke implicaties van het Chinese veiligheids- en defensiebeleid voor individuele
bondgenoten en de NAVO als geheel. Hierbij baseert Nederland zich op hetgeen hierover
gesteld is in de onlangs verschenen beleidsnotitie van het kabinet «Nederland-China:
een nieuwe balans» (Kamerstuk 35 207, nr. 1).
Lastenverdeling
In juli 2018, op de NAVO-top te Brussel, hebben de staatshoofden en regeringsleiders
afgesproken dat landen geloofwaardige nationale plannen dienen op te stellen over
hoe zij invulling zullen geven aan de afspraken die in 2014 tijdens de Top in Wales
zijn gemaakt. De ministers bespreken de halfjaarlijkse update van de nationale plannen
die de landen eind 2018 hebben ingediend, aan de hand van een door de Secretaris-generaal
op te stellen rapport. De urgentie om de defensie-uitgaven te verhogen in het licht
van de ontwikkeling van de internationale veiligheidssituatie en het belang van een
evenwichtige trans-Atlantische lastenverdeling zal daarbij nogmaals worden benadrukt.
Het kabinet heeft in de Voorjaarsnota (Kamerstuk 35 210, nr. 1) besloten om de defensie-uitgaven structureel te verhogen met € 162 miljoen extra
per jaar en daarnaast ook extra geld beschikbaar te stellen voor investeringen. Het
bedrag loopt op tot € 461 miljoen in 2024 en in totaal gaat het om € 1,5 miljard voor
de periode 2019 tot en met 2024. Nederland geeft hiermee in 2024 rond de 1,3% van
het bbp uit aan Defensie. Voor het berekenen van dit percentage zijn de groeicijfers
gebruikt zoals het Centraal Planbureau deze in maart 2019 heeft gepubliceerd. De politieke
intentie voor deze investeringen was reeds aangekondigd in het Nationaal Plan, dat
in december 2018 is ingediend bij de NAVO. In dit plan staan prioritaire capaciteitendoelstellingen
die aansluiten bij de capaciteitendoelstellingen van de NAVO. Dit zijn extra F-35»s,
meer vuurkracht op land en op zee, meer ondersteuning voor special forces en uitbreiding van het cyber- en informatiedomein. Het geld dat vrijkomt met de Voorjaarsnota
is onvoldoende om te investeren in alle genoemde prioriteiten uit het Nationaal Plan.
Er moeten dus keuzes worden gemaakt. Uw Kamer wordt hierover binnen afzienbare tijd
geïnformeerd.
Afschrikking en verdediging
In het licht van de geopolitieke ontwikkelingen en de discussie over lastenverdeling
binnen het Bondgenootschap spreken de ministers over afschrikking en collectieve verdediging.
Het zal daarbij met name gaan over het NATO Readiness Initiative (NRI). De NAVO heeft bij de bondgenoten een concrete vraag naar bijdragen neergelegd,
zowel voor gevechtseenheden als voor (gevechts)ondersteuningseenheden. Tijdens de
bijeenkomst bespreken de ministers de stand van zaken met betrekking tot de gedane
toezeggingen om invulling te geven aan het initiatief. Het is de bedoeling dat in
2019 eenheden worden geïdentificeerd die voor langere termijn deel gaan uitmaken van
het initiatief. Een van de vervolgstappen is om deze eenheden samen te voegen tot
grotere verbanden en die ook als zodanig te laten trainen en oefenen. Uiteindelijk
worden deze eenheden met de al bestaande NATO Response Force samengevoegd in wat dan zal gaan heten de adapted NATO Response Force.
Nederland heeft in eerste instantie zowel in het maritieme als in het land- en het
luchtdomein aan NAVO capaciteiten aangeboden, maar kan vooralsnog niet geheel voldoen
aan wat NAVO graag van Nederland als bijdrage zou zien. Dit heeft te maken met het
herstel van de gereedheid waar nog aan wordt gewerkt en de inspanningen in missies
en operaties. Bovendien zal de gereedheid van de aangeboden eenheden geleidelijk moeten
worden opgebouwd. Het plan hiervoor wordt aangeboden aan NAVO.
Uw Kamer heeft op vrijdag 14 juni jongstleden een brief over de samenhang van de Nederlandse
inspanningen ten behoeve van snelle reactiemachten en missies en operaties tot en
met 2021 ontvangen. In deze brief wordt de Nederlandse bijdrage aan het NRI in samenhang
met andere inspanningen en de gereedheid van de krijgsmacht bezien.
Tijdens de werksessie zal ook over het overkoepelend ruimtebeleid van de NAVO worden
gesproken waarin een aantal basisprincipes en nader uit te werken thema’s worden beschreven.
Zo wordt erkend dat het voor de NAVO van belang is te onderzoeken welke effecten ontwikkelingen
in de ruimte kunnen hebben op de veiligheid van het bondgenootschappelijk verdragsgebied
en hoe daarop voorbereid te zijn. Evenwel is het vooralsnog niet de bedoeling dat
de NAVO eigenstandige ruimte-capaciteiten ontwikkelt. Nederland verwelkomt het ontwikkelen
van beleid op dit belangrijke onderwerp. Op ruimtevaart gebaseerde technologie is
in de haarvaten van onze samenleving doorgedrongen en ook voor militaire toepassingen
is de ruimtevaart steeds belangrijker geworden, bijvoorbeeld op het gebied van navigatie
en communicatie. Defensie investeert daarom in diverse onderzoeksprogramma’s, zoals
op het gebied van satellieten.
Werksessie Resolute Support
De ministers spreken met de ministers van de operationele partners in Resolute Support en Afghanistan over de veiligheidssituatie in Afghanistan en de voortgang van de
missie. Daarbij gaat het in het bijzonder over het lopende vredesproces.
Nederland zal tijdens deze sessie herhalen dat een blijvend commitment van de NAVO
en de internationale gemeenschap in Afghanistan nodig is om de juiste voorwaarden
voor vrede te scheppen, waaronder een duurzaam en zelfredzaam veiligheidsapparaat.
Ook zal Nederland pleiten voor een inclusief intra-Afghaans vredesproces dat gesteund
wordt door de regio.
Nuclear Planning Group
Voorafgaand aan de ministeriële bijeenkomst vergadert de Nuclear Planning Group. De ministers spreken daar over het nucleaire beleid van de NAVO.
Memorandum of Understanding Tactical Edge Networking
En marge van de bijeenkomst tekenen Nederland en Duitsland een Memorandum of Understanding
(MoU), in navolging van een intentieverklaring uit 2018, inzake de digitale integratie
en samenwerking van eenheden van alle krijgsmachtdelen op het tactische niveau. Een
gezamenlijk programma om te werken aan het verbeteren van interoperabiliteit van gedigitaliseerde
operaties wordt tevens benoemd in de roadmap bij de Declaration of Intent die Nederland onlangs met Duitsland tekende. Uw Kamer ontvangt deze Declaration of Intent een dezer dagen.
De MoU die wordt ondertekend, legt de basis voor een gezamenlijk programma onder de
naam Tactical Edge Networking (TEN). Dit programma is een randvoorwaarde voor digitale (inter)nationale interoperabiliteit
en legt de basis om informatiegestuurd optreden mogelijk te maken. Met dit programma
werken we ook binnen het NAVO-programma Federated Mission Networking samen om gezamenlijk standaarden voor bondgenootschappelijke interoperabiliteit te
implementeren.
TEN creëert mogelijkheden voor de gezamenlijke ontwikkeling en implementatie van standaarden
en oplossingen voor de digitalisering van het mobiele optreden op het tactische niveau.
Het programma creëert tevens mogelijkheden voor gezamenlijke verwerving van deze oplossingen.
Deze MOU behelst een samenwerkingsintentie waarbij juridische en financiële verplichtingen
slechts worden aangegaan na aanvullende besluitvorming over financiering, behoeftestelling
en verwerving, waarbij dekking zal worden gevonden in de Defensiebegroting. Hierbij
wordt waar van toepassing het Defensie Materieelproces gevolgd. Het programma gaat
na ondertekening van start.
De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.