Brief regering : Eindverslag werkgroep KNMI-metingen

Nr. 641 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN DE STAATSSECRETARIS VAN
INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 juni 2019

In onze brief van 21 maart jl. (Kamerstuk 33 529, nr. 614) hebben wij u laten weten dat aan de werkgroep die de consequenties van de meetafwijkingen
van het KNMI in kaart brengt een presentatie is gegeven door NAM en KNMI. Uit deze
presentatie blijkt dat volgens hen de afwijkende metingen niet zijn gebruikt voor
het berekenen van de seismische dreiging en risico ten gevolge van de gaswinning in
Groningen, de zogenaamde Hazard and Risk Assessment (HRA). De uitkomsten van de jaarlijkse
HRA zijn medebepalend voor de prioritering van de versterkingsopgave.

Op 25 april jl. hebben wij in het overleg met de vaste commissie voor Economische
Zaken en Klimaat en de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat over dit
onderwerp toegezegd uit te zoeken of het eindverslag van de werkgroep en de bovengenoemde
presentatie met u gedeeld kunnen worden. U treft beide stukken in de bijlage1.

Zoals wij eerder aan u hebben gemeld en u kunt lezen in het eindverslag van de werkgroep
heeft Staatstoezicht op de Mijnen onderzoek in gang gezet om de conclusies van NAM
en KNMI te bevestigen. Dit onderzoek bestaat uit verschillende deelonderzoeken. Zodra
resultaten van dit onderzoek beschikbaar zijn, zullen wij u hierover nader informeren.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer