Brief regering : Verslag Voorjaarsvergadering van de Wereldbankgroep van 11 tot en met 13 april 2019 in Washington
26 234 Vergaderingen interim- Committee en Development Committee
Nr. 227 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 mei 2019
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Financiën, het verslag aan van de Voorjaarsvergadering
van de Wereldbankgroep («de Bank»)1, die plaatsvond van 11 tot en met 13 april 2019 in Washington DC. Op 26 maart 2019
is uw Kamer per brief geïnformeerd over de beoogde Nederlandse inzet (Kamerstuk 26 234, nr. 224).
Kort voorafgaand aan de Voorjaarsvergadering, op 5 april, werd David Malpass door
de Raad van Bewindvoerders tot nieuwe president van de Wereldbankgroep benoemd, als
opvolger van de per 1 februari afgetreden president Jim Kim. Zoals hij ook reeds gedaan
had in de aanloop naar zijn verkiezing sprak de nieuwe president tijdens de voorjaarsvergadering
publiekelijk zijn committering uit aan de bestaande beleidsdoelstellingen van de Bank,
in het bijzonder het verhogen van gedeelde welvaart en het beëindigen van extreme
armoede. Hij onderschreef daarbij ook de belangrijke rol van de Bank bij het aanpakken
van uitdagingen op voor Nederland belangrijke thema’s als klimaat, menselijk kapitaal
(o.a. onderwijs en gezondheid), gender, schuldhoudbaarheid en fragiliteit. Deze inzet
werd door Nederland en veel andere landen verwelkomd, waarbij de nadruk gelegd werd
op het belang van goede implementatie.
In het Development Committee (DC), de ministeriële bijeenkomst van de Voorjaarsvergadering, stonden naast het
aantreden van de nieuwe president de volgende onderwerpen centraal: de implementatie
van de in 2018 overeengekomen kapitaalverhogingen van de International Bank for Reconstruction and Development (IBRD) en de International Finance Corporation (IFC), disruptieve technologieën en de mondiale economische en financiële situatie.
Nederland ondersteunde in het Development Committee de beleidsinzet van de Bank maar riep de Bank onder meer op tot een nog sterkere
inzet in fragiele en door conflict getroffen landen. Voorts drong Nederland aan op
een sterkere inzet om de Sustainable Development Goals te behalen. De schriftelijke
interventie van Nederland2 evenals het Communiqué3 van de vergadering zijn bijgevoegd4.
1. Update implementatie kapitaalverhogingen IBRD en IFC, en Forward Look
Hoewel de algemene conclusie van Nederland en andere aandeelhouders was dat de Bank
goed op koers ligt met de implementatie van de vorig jaar overeengekomen beleidsdoelstellingen
in het kader van de kapitaalverhogingen IBRD en IFC en de in 2016 aangenomen Forward Look, benadrukten Nederland en veel andere landen vooral het belang van verdere implementatie,
met name op gebieden als fragiliteit en het behalen van de ambitieuze doelstellingen
voor klimaat en gender.
Verschillende landen, waaronder Nederland, riepen de Bank op om meer vaart te zetten
achter de decentralisatie van activiteiten en de uitbreiding van personeel en capaciteit
in fragiele en instabiele landen. Nederland wees er hierbij op dat het percentage
van Wereldbank-personeel dat op dit moment in de fragiele en instabiele landen werkt
nog aanzienlijk verhoogd kan worden.
President Malpass riep de Verenigde Staten op tot instemming met de kapitaalverhoging
van de IFC door de betreffende resolutie te ondertekenen.
2. Disruptieve technologieën
De Bank ziet veel kansen in technologische veranderingen voor effectieve en efficiënte
ontwikkeling van landen. Met name de toepassing van «disruptieve» (transformatieve)
technologieën voor ontwikkelingslanden staat hoog op de agenda van de Bank. Bijzondere
aandacht ging hierbij uit naar Afrika. De Bank heeft het ambitieuze doel om in 2030
alle bewoners van Afrika te hebben verbonden met de digitale economie. Op dit moment
is slechts 10 à 20 procent van de Afrikaanse bevolking verbonden.
Evenals een aantal andere landen vroeg Nederland om specifieke aandacht voor armoedebestrijding
en inclusiviteit met betrekking tot de mainstreaming van deze technologieën, waarbij alle groeperingen moeten kunnen profiteren van technologische
vooruitgang, waaronder digitalisering. Nederland benadrukte ook het belang van samenwerking
met de private sector om de doelen te bereiken.
In dit verband werd tijdens de sessie van het Development Committee alsmede tijdens verschillende side events waar Nederland aan deelnam, uitgebreid gesproken over human capital, mede als uitvloeisel van het vorig jaar door de vorige president geïnitieerde «Human
Capital Project» (zie Kamerstuk 26 234, nr. 221). In lijn met de BHOS-prioriteiten gaf Nederland aan dat goed onderwijs cruciaal
is, de sleutel vormt tot duurzame ontwikkeling en een belangrijk middel is voor de
bestrijding van armoede en fragiliteit.
3. Mondiale financieel-economische situatie
De discussie over dit onderwerp vond plaats tegen de achtergrond van een analyse van
de Bank die wees op verminderde groeivooruitzichten in veel lage- en middeninkomenslanden,
onder meer vanwege sluimerende handelsconflicten en klimaatverandering. Nederland
vroeg in dit kader om sterkere inzet om de Sustainable Development Goals en de doelen
van het Klimaatakkoord van Parijs te behalen alsook samenwerking met andere internationale
organisaties – zoals de VN – te intensiveren. Dit kreeg brede steun.
Voorts ging onder dit onderwerp veel aandacht uit naar de toegenomen kwetsbaarheid
van veel ontwikkelingslanden voor risico’s op het terrein van schuldenhoudbaarheid,
in het bijzonder ook voor een toenemende groep lage inkomenslanden. Hoewel IMF en
de Bank op dit terrein reeds actief beleid voeren, onder meer door ondersteuning bij
vroege signalering van risico’s en steun ten behoeve van meer transparantie en beter
schuldenmanagement, riep Nederland de Bank en IMF op tot een nog sterkere inzet van
hun eigen instrumentarium. In dit kader kondigde Nederland een nieuwe bijdrage aan
van 10 miljoen dollar aan de Debt Management Facility (DMF). Het DMF is de gemeenschappelijke faciliteit van de Bank en IMF die lage-inkomenslanden
ondersteunt bij schuldenmanagement. President Malpass maakte bekend dat de Bank van
plan is het aantal werknemers dat zich met schuldenproblematiek bezighoudt te verdubbelen,
en dat de Bank actief zal inzetten op de verbetering van schuldentransparantie en
rapportagestandaarden.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag
Indieners
-
Indiener
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.