Brief regering : Gaswinning Waddenzee: Advies Auditcommissie monitoringsjaar 2017 en vervolg LTS-studie
29 684 Waddenzeebeleid
Nr. 169
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 april 2019
Uw Kamer wordt jaarlijks geïnformeerd over het advies van de Auditcommissie Gaswinning
onder de Waddenzee. Hierbij stuur ik u, mede namens de Minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit, het advies «Monitoring aardgaswinning onder de Waddenzee vanaf
de locaties Moddergat, Lauwersoog en Vierhuizen, over de resultaten van het monitoringsjaar
2017», dat de Auditcommissie op 11 december 2018 aan mij heeft uitgebracht (bijlage
1)1.
Ook zal ik in deze brief helderheid verschaffen over de wenselijkheid van een bredere
toepassing van de Lange Termijn Bodemdaling (LTS) systematiek voor kleine velden.
De LTS-systematiek, die in februari 2018 ten genoegen van de Inspecteur-Generaal der
Mijnen is afgerond, is vooralsnog uitsluitend toegepast voor de gaswinning Ameland.
Advies Auditcommissie
Het oordeel
De Auditcommissie vindt het, gelet op de rapportages, aannemelijk dat de bodemdaling
in 2017 binnen de toegestane gebruiksruimte is gebleven. De conclusie van NAM dat
er in 2017 geen aanwijzingen zijn voor veranderingen in de natuur die mogelijk het
gevolg zijn van de gaswinning, vindt de Auditcommissie echter te stellig. In de rapportages
is namelijk gesignaleerd dat de vogelsoorten kluut en kanoet in aantal teruglopen,
terwijl deze aantallen elders in de Waddenzee minder sterk afnemen of zelfs toenemen.
Alhoewel de Auditcommissie geen aanwijzingen heeft dat het vermoeden van NAM dat het
hier gaat om natuurlijke fluctuaties onjuist is, adviseert zij om hiernaar in 2019
nader onderzoek te doen.
Aandachtspunten voor rapportages monitoringsjaar 2018
Voor de rapportages over het eerstvolgende monitoringsjaar doet de Auditcommissie
de volgende aanbevelingen:
1. De Auditcommissie vraagt bijzondere aandacht voor de doorwerking van de inzichten
uit de Lange Termijn Bodemdaling (LTS) studie, zoals uitgevoerd voor de gaswinning
Ameland, voor het bepalen en voorspellen van de diepe bodemdaling door de gaswinning
onder de Waddenzee. Met name een beter inzicht in de kans dat grote(re) verschillen
tussen de gemeten en de gemodelleerde daling in de toekomst kunnen optreden.
2. Voor het meten van de dynamiek van de wadplaten vraagt de Auditcommissie – ondanks
de verbeterde kwaliteit van de (lidar)metingen – nog aandacht voor het verder verbeteren
van het proces van data-inwinning en de omgang met weercondities.
3. De Auditcommissie adviseert verder dat NAM in de samenvatting en integrale beoordeling
de navolgbaarheid van de conclusies en het integrale karakter verbetert.
4. Tot slot constateert de Auditcommissie dat het onderwerp «aardbevingen», nadat dit
voor het monitoringsjaar 2015 naar tevredenheid van de Auditcommissie is beschreven
in de integrale rapportage, in de rapportage 2017 niet meer voor komt. De Auditcommissie
adviseert dit onderwerp consequent op te nemen en steeds aan te geven of er nieuwe
inzichten zijn.
Aandachtspunten voor de zesjarige evaluatie van het monitoringsprogramma
In 2019 zal de zesjaarlijkse evaluatie van het monitoringsprogramma (voor de jaren
2014 tot en met 2019) plaatsvinden. Hieruit moet duidelijk worden of, en zo ja welke,
aanpassingen van het monitoringsprogramma nodig zijn.
De Auditcommissie vraagt hierbij:
1. met name aandacht voor de integrale analyse van monitoringsresultaten, met als doel
om geconstateerde trendmatige veranderingen zoveel mogelijk te kunnen verklaren;
2. om bij de evaluatie beslisschema’s voor zowel het verloop van aantallen wadvogels
als van de soortenrijkdom op de betreffende kwelders van de Waddenzee en in het Lauwersmeer
op te stellen en te doorlopen. Met als doel om zichtbaar te maken of de huidige meetresultaten
en meetopzet voldoen.
Ik zie erop toe dat door NAM invulling wordt gegeven aan alle door de Auditcommissie
in haar advies gedane aanbevelingen. NAM heeft bevestigd de gedane aanbevelingen ook
invulling te kunnen en zullen geven.
Bredere toepassing van de LTS-systematiek
Ten aanzien van de vraag of het wenselijk is om de Lange Termijn Bodemdaling (LTS)
systematiek zoals eerder toegepast voor de gaswinning Ameland, breder te laten toepassen
voor de kleine velden, heb ik najaar 2018 adviezen ingewonnen van SodM en van TNO.
Hieruit komt naar voren dat de LTS-systematiek een adequate aanpak is voor de verificatie
van de met modellen berekende bodemdaling tegen de gemeten bodemdaling, waarbij rekening
wordt gehouden met de daarbij aanwezige onzekerheden. Toepassing van deze systematiek
leidt gaandeweg tot een verkleining van de bandbreedte van onzekere modelparameters,
hetgeen de bodemdalingsvoorspellingen (inclusief het optredende na-ijleffect) betrouwbaarder
maakt.
Op basis van genoemde adviezen stel ik vast dat het voor gaswinning onder de Waddenzee
mogelijk en wenselijk is om het principe van de LTS-systematiek toe te passen. Zowel
bij het volgen van een bestaande gaswinning als bij het vooraf beoordelen van de effecten
van een eventuele nieuwe gaswinning. Met de kennis die is opgebouwd in het LTS-traject
kan, naar inschatting van SodM, een eenvoudiger toepassing dan voor de gaswinning
Ameland is gebruikt al een veel beter inzicht geven in de totale bodemdaling in het
gebied als gevolg van de gaswinning. Ik heb NAM dan ook ondertussen gevraagd om een
studie volgens deze systematiek uit te voeren voor andere kleine velden in het oostelijk
deel van de Waddenzee.
Voor andere kleine velden wordt momenteel, onder regie van SodM en gebruikmakend van
de resultaten van de LTS-studie, gewerkt aan de opstelling van een Industrieleidraad
voor de analyse van diepe bodemdaling.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
Indieners
-
Indiener
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat