Brief regering : Startbeslissing Luchtruimherziening
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 595 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT EN DE STAATSSECRETARIS VAN
DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 april 2019
Met deze brief ontvangt u de Startbeslissing voor het programma Luchtruimherziening1. Deze beslissing markeert de afronding van de Onderzoeksfase van het programma. In
die fase zijn alle noodzakelijke voorbereidingen getroffen om het programma te kunnen
starten. In de voortgangsbrieven van juli en december 2018 bent u daarover geïnformeerd
(Kamerstuk 31 936, nrs. 511 en 551).
Met het programma Luchtruimherziening creëren we een luchtruim dat in 2023 en daarna
structureel meer capaciteit biedt voor civiel (commercieel) vliegverkeer, conform
afspraak in het regeerakkoord (bijlage bij Kamerstuk 34 700, nr. 34). Een luchtruim dat de militaire inzet en oefenbehoefte, rekening houdend met onder
andere de komst van de F-35, kan accommoderen zodat de grondwettelijke taken van Defensie
worden geborgd. Een luchtruim dat de verdere ontwikkeling van vliegveld Lelystad mogelijk
maakt. Een luchtruim waarin klimaat en leefbaarheid voor het eerst expliciet zijn
meegewogen als ontwerpbelang, naast veiligheid en capaciteit. Een luchtruim ook dat
zoveel mogelijk voorbereid is op de komst van nieuwe gebruiksvormen zoals onbemande
systemen (drones) en waarin rekening gehouden wordt met internationale afspraken zoals
gemaakt in bijvoorbeeld FABEC verband en Single European Sky.
Afronding Onderzoeksfase
Tijdens de Onderzoeksfase zijn maatschappelijke stakeholders, luchtruimgebruikers
en regionale bestuurders betrokken bij de opzet van het programma. Onder meer zijn
via luchtvaartgesprekken in het land met meer dan 500 deelnemers dilemma’s over de
luchtruimherziening besproken. Ook zijn de gebruikers van het luchtruim geconsulteerd.
Rode draad is dat het gebruik de afgelopen decennia sterk is toegenomen terwijl de
beschikbare ruimte in de lucht niet groter wordt. Steeds vaker ontstaan daardoor knelpunten.
Die knelpunten betreffen niet alleen capaciteit en benutting, maar ook de hinder op
de grond. Grootschalige herziening van het luchtruim is naast verruiming van de capaciteit
en een efficiënter gebruik, ook gericht op verduurzaming: het beperken van de impact
van vliegroutes op de omgeving. Bij het bereiken van deze doelen staat uiteraard veiligheid
steeds voorop.
De modernisering van het luchtruim gebeurt langs drie sporen. Bij elk spoor wordt
de omgeving op een gerichte wijze meegenomen (conform de participatieladder).
Verbeteringen aansluitroutes Lelystad vóór 2023
Naar aanleiding van de wens van uw Kamer (nader gewijzigde motie van de leden Amhaouch
en Dijkstra (Kamerstuk 35 000 XII, nr. 67) hebben wij in de voortgangsbrief over de luchtruimherziening (14 december, Kamerstuk
31 936, nr. 551) aangegeven vóór 2023 de belemmeringen weg te nemen om zo veel mogelijk ongehinderd
te kunnen klimmen op de aansluitroutes.
Met deze Startbeslissing geven wij invulling aan deze toezegging. Richting alle vijf
luchtruimsectoren zorgen de verbeteringen ervoor dat zoveel mogelijk ongehinderd geklommen
wordt. Dat is mogelijk door de volgende maatregelen: ten eerste het loslaten van het
uitgangspunt dat er geen interferentie met Schiphol-verkeer mag zijn, en ten tweede
dat er standaard gebruikt gemaakt mag worden van luchtruim dat primair is ingericht
voor de afhandeling van militair verkeer. De luchtverkeersleidingsorganisaties hebben
zich nadrukkelijk achter de maatregelen geschaard.
De maatregelen bieden meer ruimte voor het vliegverkeer van Lelystad en zorgen ervoor
dat het Lelystad-verkeer op een vergelijkbare manier wordt afgehandeld als het verkeer
van andere Nederlandse luchthavens. Dit betekent dat een vliegtuig op de aansluitroutes
van Lelystad Airport net als elders in Nederland ongehinderd kan klimmen; alleen bij
uitzondering, bijvoorbeeld als gevolg van weersomstandigheden, specifiek baangebruik
op Schiphol of bij daadwerkelijk gebruik van militair luchtruim is dit op de Lelystad-routes
niet altijd mogelijk.
Concreet betekent dit bijvoorbeeld op de voor het Lelystad-verkeer belangrijkste routes
naar het zuiden (sector 3) het volgende. Door het geschikt maken van het luchtruim
voor gecombineerd Lelystad- en Schiphol-verkeer ten oosten van de Veluwe kan het horizontale
routedeel op 6.000 voet (circa 1.800 m) aan het begin van deze aansluitroute vervallen.
Doordat een stuk militair gecontroleerd luchtruim (Nieuw-Milligen TMA-D/TRA12) nu
standaard beschikbaar komt voor Lelystad-verkeer kunnen vervolgens in nagenoeg alle
gevallen ook de horizontale routedelen op 9.000 en 10.000 voet (circa 2.700 en 3.000 meter)
vanaf Apeldoorn tot Gorinchem verdwijnen. Hierdoor kan vanaf het begin van deze aansluitroute
ongehinderd worden doorgeklommen naar het hogere luchtruim. In bijlage 4 van de Startbeslissing
vindt u een nadere toelichting op de verbeteringen in alle luchruimsectoren.
De verbeteringen zullen uiterlijk in de winter van 2021/2022 zijn doorgevoerd. Zij
vormen in de aanloop naar de luchtruimherziening een mooi resultaat van de civiel-militaire
samenwerking die we zijn aangegaan voor een effciënter gebruik van het luchtruim.
Toepassing van bovenstaande verbeteringen is vergemakkelijkt door de eerder gerealiseerde
co-locatie en verdergaande operationele afstemming tussen civiele en militaire verkeersleiders.
Resultaten in 2023
Met deze Startbeslissing starten wij per direct met de samenhangende aanpak voor de
resultaten in 2023. Het betreft:
• de inpassing van een militair oefengebied (onder andere voor de F-35) in het noorden
van het Nederlands luchtruim met voldoende capaciteit om de militaire missie effectiviteit
te verzekeren en hierdoor de grondwettelijke taken van Defensie te kunnen uitvoeren.
Het streven is om dit gebied (direct of op termijn) onderdeel te maken van een grensoverschrijdend
oefengebied;
• de herinrichting van het oosten en zuidoosten van het Nederlands luchtruim om de ontsluiting
voor het verkeer van en naar Nederlandse luchthavens te verbeteren, inclusief een
structurele oplossing voor het verkeer van en naar luchthaven Lelystad zodat deze
luchthaven kan doorgroeien naar het maximum van 45.000 vliegtuigbewegingen.
Deze resultaten zijn in nauwe afstemming met de verantwoordelijke luchtverkeersleidingsorganisaties
gedefinieerd en sluiten aan op reeds in gang gezette projecten voor de herinrichting
van het zuidwestelijk deel en de implementatie van Free Route Airspace in het hogere
luchtruim.
Roadmap 2023–2035
Met het behalen van de resultaten in 2023 zijn de meest urgente civiele en militaire
behoeften ingevuld. Tegelijkertijd staan de ontwikkelingen niet stil. Daarom starten
wij eveneens, in lijn met de recent uitgekomen Europese Airspace Architectuurstudie,
samen met de luchtverkeersleidingsorganisaties met de ontwikkeling van een roadmap
voor de ontwikkeling van het Nederlandse luchtruim vanaf 2023 op weg naar het jaar
2035. Deze doorontwikkeling zal leiden tot een luchtruim dat duurzaam, robuust en
adaptief is.
Voorkeursbeslissing
De in 2020 door ons te nemen Voorkeursbeslissing legt deze drie sporen in samenhang
vast. Ter onderbouwing van deze beslissing hebben wij ervoor gekozen een milieu-effectrapportage
(plan-MER) op te laten stellen, inclusief de bijbehorende participatie met de mogelijkheid
tot het indienen van zienswijzen. Als start daarvoor zal medio 2019 een Notitie Reikwijdte
& Detailniveau worden uitgebracht waarop eenieder kan reageren.
Volgens afspraak wordt Uw Kamer twee keer per jaar geïnformeerd over de voortgang
van het programma. In de brieven van juli en december a.s. besteden we aandacht aan
de Notitie Reikwijdte en Detailniveau, variantontwikkeling, de aanpak van de resultaten
2023 en voortgang van tussentijdse verbeteringen. Ook maken we daarin melding van
de stand van zaken in het internationale overleg met de buurlanden.
In het voorjaar van 2020 verwachten wij de concept-Voorkeursbeslissing te kunnen uitbrengen,
vergezeld van de plan-MER. In het najaar van 2020 is de besluitvorming over de Voorkeursbeslissing
voorzien.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
De Staatssecretaris van Defensie, B. Visser
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
B. Visser, staatssecretaris van Defensie