Brief regering : Reactie op de positie van onderwijsondersteuners in het primair onderwijs
2019D00650
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 januari 2019
Uw Kamer heeft om een reactie verzocht naar aanleiding van de brief van K.P. te R.
dd. 2 november 2018 betreffende de positie van onderwijsondersteuners in het primair
onderwijs. In reactie het volgende.
Onderwijsondersteuners – waaronder onder andere maatschappelijk werkers, fysiotherapeuten,
assistenten, time-outbegeleiders en conciërges gerekend worden – ondersteunen vanuit
verschillende rollen leraren en specifieke leerlingen(groepen). Hiermee maken zij
het geven van goed en passend onderwijs binnen scholen mogelijk.
Bij de functiewaardering van onderwijsondersteuners, met name in het (voortgezet)
speciaal onderwijs ((v)so), worden nu vragen gesteld. De functiewaardering van onderwijsondersteuners
is vastgelegd in het functiewaarderingssysteem, en deze is anders dan die van leraren.
Over het functiewaarderingssysteem worden door de sociale partners afspraken gemaakt.
Indien er omstandigheden zijn waardoor (de zwaarte van) een functie binnen een bepaalde
school niet overeenkomt met de afgesproken normfuncties, kunnen schoolbesturen via
het functiewaarderingsysteem (fuwasys) tot een herwaardering van de functie komen.
Dit kan elke onderwijsondersteuner bij zijn bestuur vragen. Aan de hand van een nieuwe
functiebeschrijving kunnen personeelsleden anders worden ingeschaald. Dit betreffen
dus incidentele en individuele aanpassingen in functiewaardering.
Structurele wijzigingen van de functiewaardering van onderwijsondersteuners in het
po worden momenteel ook onderzocht. Hierbij gaat het om het beloningsverschil tussen
onderwijsassistenten in het (v)so en onderwijsassistenten/leraarondersteuners in het
voortgezet onderwijs. Dit onderzoek is onderdeel van de discussie over de invlechting
van het so en vso in respectievelijk het po en vo. Ik buig mij momenteel over de ontvlechting
van het (v)so. Voor zover het de cao betreft: Het inpassen van leraren in het vso
in de cao vo vereist aanpassing van de cao po en cao vo.
Een aanpassing van de cao’s is een zaak van sociale partners samen en waarvoor zij
ook samen verantwoordelijkheid dragen.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media