Brief regering : Rapport inzake “Gebruik van passagiersgegevens voor grenscontroles. Evaluatie van de uitvoering van de API-richtlijn”
32 317 JBZ-Raad
Nr. 533 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2018
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Defensie, het rapport aan over het
«Gebruik van passagiersgegevens voor grenscontroles. Evaluatie van de uitvoering van
de API-richtlijn»1 van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC)2. U bent eerder geïnformeerd over de uitvoering van de zogenaamde API-richtlijn op
9 maart 20123, 19 februari 20134 en 25 juli 20145. Conform de toezegging d.d. 2014 van de toenmalige Staatssecretaris van Veiligheid
en Justitie is één jaar nadat het zogeheten API-3-systeem volledig in werking is getreden
een evaluatie uitgevoerd naar het gebruik van API-gegevens. Met deze brief kom ik
aan deze toezegging tegemoet.
Het WODC doet in het rapport verslag van een onderzoek naar het gebruik van Advance
Passenger Information (API-gegevens) die luchtvaartmaatschappijen aan de Koninklijke
Marechaussee (KMar) verstrekken van alle inkomende vluchten van buiten het Schengen-
en EU-gebied. Het doel van het verwerken van deze gegevens is het verbeteren van de
grenscontroles en het bestrijden van illegale immigratie. Het juridisch kader wordt
gevormd door de API-richtlijn.
Conclusie rapport
De bevindingen van dit rapport bevestigen dat de maatregelen en de ingezette API-systematiek
goed worden uitgevoerd door alle betrokken partijen. De verplichtingen die voortvloeien
uit de API-richtlijn zijn bij de luchtvaartmaatschappijen ingebed in de bedrijfsprocessen
en onderdeel geworden van de bedrijfsroutine. De bevindingen van de onderzoekers over
de effectiviteit en doeltreffendheid van het gebruik van API-gegevens door de KMar
geven blijk van een meerwaarde voor het verbeteren van de grenscontrole en het tegengaan
van illegale immigratie en sluiten bovendien aan bij de uitkomsten van eerdere evaluaties.
De verwachting is dat bij de doorontwikkeling van de toepassing van API-gegevens het
gebruik hiervan nog meer van nut zal zijn bij het verbeteren van de grenscontroles,
de bestrijding van illegale immigratie en kan bijdragen aan het verbeteren van een
snelle doorstroming van passagiers.
Reactie
De uitkomsten van het onderzoek ondersteunen het beleid inzake grenstoezicht. Het
kabinet ziet het vinden en behouden van de juiste balans in het grenstoezicht tussen
enerzijds het controle- en veiligheidsbelang en anderzijds het economisch belang van
Nederland bij een vlotte en klantgerichte afhandeling van personen- en goederenstromen
als een belangrijke uitdaging. Geautomatiseerde verwerking van passagiersgegevens
voorafgaand aan de grenspassage biedt de mogelijkheid sneller, nauwkeuriger en gerichter
controles uit te voeren. Wij zijn net als het WODC van mening dat de uitvoering van
de API-richtlijn effectief en efficiënt verloopt en dat er een aantal verbeterpunten
is:
– Er bestaat een breed gedragen wens bij de KMar voor een adequate voorziening om alerts
digitaal in plaats van schriftelijk door te geven ten behoeve van de grenscontrole.
Dit punt onderken ik en past in het geautomatiseerd en informatiegestuurd grensbeheer.6 Het streven is in 2019 een digitale oplossing voor het doorgeven van alerts te realiseren.
– De KMar zal de terugkoppeling van alerts op personen die de grensdoorlaatpost passeren
monitoren. De terugkoppelingen dragen bij aan het systematisch kunnen zoeken naar
afwijkende reispatronen en afwijkingen van het normaalbeeld waarmee het API-gebruik
geoptimaliseerd kan worden.
– Ten aanzien van de constatering dat luchtvaartmaatschappijen meer informatie wensen
over de toepassing van de API- en de toekomstige PNR-verplichting, zal door de overheid
een centraal aanspreekpunt worden ingericht voor de aanlevering van passagiersgegevens.7
Daarnaast onderzoeken de NCTV en de KMar momenteel het realiseren van een «single
window». Met een «single window» kunnen luchtvaartmaatschappijen bij één loket passagiersgegevens
aanleveren, waarna de gegevens naar de bevoegde overheidsinstanties worden doorgestuurd.
Het rapport biedt tot slot handvatten om verder te gaan met het ingezette beleid en
nieuwe accenten te leggen om het API-gebruik verder te optimaliseren.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid