Brief regering : Verbetervoorstellen identificatie en registratie (I&R) rundvee
33 037 Mestbeleid
28 286 Dierenwelzijn
Nr. 329 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 december 2018
De afgelopen maanden heeft een werkgroep vanuit de sector en overheid zich gebogen
over de vraag welke aanpassingen in het I&R-systeem voor runderen wenselijk zijn.
Deze vraag is ontstaan vanuit de geconstateerde onregelmatigheden in het I&R-systeem.
Ongeacht de vraag of deze onregelmatigheden bewust of onbewust in het systeem zijn
gekomen is van belang dat een registratiesysteem, zoals het I&R-systeem, juiste gegevens
bevat. Deze werkgroep is gevraagd te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om de
kans op onjuiste registraties in het I&R-systeem voor rundvee te verkleinen. In mijn
brief van oktober 2018 (Kamerstuk 33 037, nr. 312) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de maatregelen die worden genomen om
de kans op onjuiste registraties in het I&R-systeem terug te dringen. Met deze brief
geef ik invulling aan die toezegging.
Conclusie werkgroep en maatregelenpakket
De conclusie van de werkgroep is dat het I&R-systeem voor rundvee robuust is. Wel
zijn er nog mogelijkheden om de kans op onjuiste registraties verder terug te dringen.
De accuraatheid van het I&R-systeem valt of staat met een juiste en tijdige registratie
door de dierhouders. Dat is inherent aan een systeem met informatie op basis van een
meldplicht. De grootste risico’s op het ontstaan van onjuistheden in het I&R-systeem
zitten bij het invoeren van gegevens na de geboorte van een kalf, de start van de
registratie van het dier. Als een dier eenmaal goed geregistreerd staat is het risico
op het ontstaan van onjuistheden in het I&R-systeem een stuk kleiner. RVO.nl beheert
het I&R-systeem en zorgt er voor dat eventuele fouten, met betrekking tot runderen
die reeds in het systeem staan, snel hersteld kunnen worden door de betrokken houders.
De werkgroep heeft een pakket aan maatregelen opgesteld dat in zijn totaliteit zal
bijdragen aan het verkleinen van de kans op onjuiste registraties in het I&R-systeem.
Het betreft maatregelen die de sector zelf zal nemen, of al heeft genomen, en maatregelen
die de overheid zal nemen of al heeft genomen. In de bijlage bij deze brief is een
overzicht opgenomen van het totale pakket aan maatregelen. Twee van de maatregelen
uit dit pakket vergen aanpassing van de regelgeving. Dit betreft de verplichting om
kalveren eerst te voorzien van oormerken voordat ze worden aangemeld in het I&R-systeem
en de mogelijkheid om bestuurlijke boetes toe te kunnen passen bij de handhaving van
de I&R-regelgeving. Een concept van de wijzigingsregeling om deze maatregelen in te
voeren is van eind augustus tot half september via internet geconsulteerd. Er zijn
in totaal 453 reacties op de internetconsultatie gekomen, van zowel individuele dierhouders,
koepelorganisaties, commerciële houders en van hobbyhouders. Tevens heeft de NVWA
op de concept wijzigingsregeling een uitvoerbaarheids- en handhaafbaarheidstoets gedaan
(UHT).
Hieronder geef ik voor een aantal maatregelen een nadere toelichting en betrek ik
waar relevant de resultaten van de internetconsultatie en de UHT daarbij. Naast deze
twee maatregelen bevatte de conceptwijzigingsregeling ook een maatregel die ik nu
niet in zal voeren, namelijk het verkorten van de meldtermijn van drie werkdagen naar
drie dagen. Ook op deze maatregel ga ik hieronder nader in.
Nadere toelichting op een aantal specifieke maatregelen
Aanpassing KalfVolgSysteem
Eén van de maatregelen die de sector heeft genomen en die onderdeel is van het pakket
betreft een aanpassing van het KalfVolgSysteem (KVS). Op basis van het KVS kunnen
kalveren niet eerder dan dat ze 14 dagen oud zijn het bedrijf verlaten. Met ingang
van 1 juni jl. is niet langer de opgegeven geboortedatum, maar datum van melding van
de geboorte van een kalf in het I&R-systeem bepalend voor het moment waarop de 14
dagen-termijn gaat lopen. Bij een eventuele correctie van een eerder gedane geboortemelding
start deze termijn weer opnieuw. Veehouders hebben er daarom baat bij om de kalveren
tijdig en correct in te voeren in het I&R-systeem. Ik vind dat de sector hiermee een
belangrijke stap heeft gezet.
Merken voor melden
Een maatregel die aanpassing van regelgeving vereist en die ik zal invoeren, betreft
het merken voor het melden. Een kalf moet eerst een oormerk aangebracht krijgen voordat
de geboortemelding van het kalf in het I&R-systeem wordt gedaan. Als kalveren éérst
gemerkt worden voordat zij in het I&R-systeem geregistreerd worden, wordt de kans
op foutieve registraties kleiner. De kans op bijvoorbeeld verwisseling van dieren
na de registratie wordt namelijk verkleind. Uit de consultatie kwam naar voren dat
merken voor melden praktische problemen met zich mee kan brengen, onder andere met
bestaande managementsystemen. Om de sector de tijd te geven zich voor te bereiden
op de plicht om te gaan merken voor melden, door bijvoorbeeld aanpassingen te realiseren
aan bestaande managementsystemen, ben ik voornemens deze maatregel 1 april 2019 in
te laten gaan in plaats van 1 januari 2019. Het aanbrengen van de oormerken en het
melden van de geboorte van een kalf in het I&R-systeem dient binnen drie werkdagen
plaats te vinden.
Bestuurlijke boete
Het opstellen van het pakket maatregelen voor I&R-rund was niet zozeer de aanleiding
om de bestuurlijke boete voor de Regeling I&R in te voeren, maar heeft de invoering
hiervan in de tijd naar voren gehaald. De I&R-regelgeving, die nu nog op de Gezondheids-
en welzijnswet voor dieren (Gwwd) is gebaseerd, wordt namelijk op termijn onder de
Wet Dieren gebracht. De bestuurlijke boete wordt onder de Wet Dieren en daarop gebaseerde
regelgeving breed ingevoerd. Reacties uit de internetconsultatie hadden ook betrekking
op het feit dat de bestuurlijke boete niet alleen voor de rundveesector maar tevens
voor de andere landbouwhuisdieren zal gaan gelden. Ik ben voornemens om deze maatregel
nu ook in te voeren voor de handhaving van alle voorschriften uit de Regeling I&R
voor andere landbouwhuisdieren om een consistente wijze van toezicht en handhaving
van vergelijkbare voorschriften mogelijk te maken. De NVWA geeft in de UHT aan dat
invoering van de bestuurlijke boete betekent dat de effectiviteit van het toezicht
op de I&R-regelgeving in zijn geheel naar verwachting toe zal nemen.
Een groot aantal reacties op de internetconsultatie had betrekking op de invoering
van de bestuurlijke boete en de categorisering van overtredingen met bijbehorende
boetebedragen. De bestuurlijke boete wordt voor het toezichtgebied I&R toegevoegd
aan het totale handhavingsinstrumentarium van de NVWA, dat loopt van het geven van
een waarschuwing tot en met vervolging via het strafrecht. Welke handhavingsinstrumenten
de NVWA inzet in bepaalde situaties werkt de NVWA in overleg met mijn departement
nader uit in zogenoemd specifiek interventiebeleid voor de Regeling I&R. De NVWA zal
dit op haar website publiceren. Ik zal uw Kamer hiervan op de hoogte stellen. Daarbij
geldt dat het gekozen handhavingsinstrument proportioneel zal zijn in relatie tot
de overtreding. Zo zal niet elke afwijking in de I&R-registratie direct worden bestraft
met een boete; een vergissing is immers menselijk.
Ik heb met de NVWA afgesproken dat er binnenkort, voor de vertegenwoordigers van de
sectoren waar de bestuurlijke boete wordt ingevoerd, een bijeenkomst zal zijn met
nadere toelichting op de ontwikkeling van het specifieke interventiebeleid voor de
Regeling I&R, waarbij proportionaliteit een uitgangspunt is. Ik ga er van uit dat
daarmee veel van de vragen over de toepassing van de bestuurlijke boete uit de consultatie
beantwoord kunnen worden. Daarnaast ben ik voornemens om de bestuurlijke boetes per
1 juli 2019 in te voeren. Uit de UHT blijkt dat de NVWA tijd nodig heeft om zich voor
te bereiden op werken met de bestuurlijke boete specifiek voor overtredingen van de
Regeling I&R, waaronder het opstellen van het specifieke interventiebeleid voor de
Regeling I&R en het informeren hierover van de sectoren.
In reacties op de internetconsultatie waren er ook opmerkingen over de hoogte van
boetebedragen. Op dit moment kunnen houders op basis van het strafrecht geconfronteerd
worden met een door de rechter opgelegde boete. De hoogte daarvan kan, binnen de bandbreedte
van de hoogte van de desbetreffende strafrechtelijke boetecategorie, variëren. Bij
de bestuurlijke boete zijn er verschillende categorieën overtredingen ingesteld met
bijbehorende vooraf vastgestelde verschillende boetebedragen. De mogelijke overtredingen
van de Regeling I&R zijn in categorieën ingedeeld, naar gelang de gevolgen van de
overtreding voor het te beschermen publieke belang. Een overtreding met mogelijke
gevolgen voor de voedselveiligheid is bijvoorbeeld in een hogere boetecategorie ingedeeld
dan een administratieve overtreding. De hoogte van de bestuurlijke boetes is daarom
niet één op één te vergelijken met de hoogte van de boetes die het strafrecht kunnen
worden opgelegd. Wat betreft de hoogte van de boetebedragen zal onderscheid gemaakt
gaan worden tussen commerciële dierhouders (houders van dieren ter uitoefening van
hun beroep of bedrijf) en niet-commerciële dierhouders. In de regeling zal daarom
een zogenoemde matigingsclausule worden opgenomen. Die bepaling regelt dat de hoogte
van de boetebedragen bij particulieren gehalveerd wordt ten opzichte van de boetebedragen
die in de Regeling bestuurlijke boete Gwwd worden genoemd. Een dergelijke bepaling
bestaat reeds voor bestuurlijke boetes die op basis van de Wet Dieren kunnen worden
opgelegd. Deze matigingsbevoegdheid is van toepassing indien bepalingen uit de Regeling
I&R worden overtreden.
Verkorten meldtermijn runderen
Voor het I&R-systeem is een juiste registratie van geboortemeldingen van belang. Daarom
stond in de geconsulteerde concept wijzigingsregeling, op voorstel van de werkgroep,
een maatregel die de meldtermijn voor runderen in het I&R-systeem van drie werkdagen
naar drie dagen zou verkorten. Het weekend zou dan ook mee gaan tellen voor de meldtermijn
van drie dagen. De gedachte achter deze maatregel is dat de kans op fouten kleiner
is als de periode tussen de geboorte van een kalf en het melden van de geboorte in
het I&R-systeem zo kort mogelijk is.
Uit de consultatie is echter naar voren gekomen dat het verkorten van de meldtermijn
praktische bezwaren kent, onder andere bij vleesvee. Vleesvee wordt vaak extensiever
gehouden en kan daardoor minder mak zijn. Dat heeft implicaties voor het merken van
een pasgeboren kalf. Hier zijn vaak twee personen voor nodig, gezien het mogelijk
beschermende gedrag van (moeder)dieren. Een kortere meldtermijn in combinatie met
de plicht op het dier te merken voor het melden maakt dat het voor de veehouder lastig
te organiseren kan zijn om voldoende mensen beschikbaar te hebben, wat weer tot gevaarlijke
situaties kan leiden.
Ik vind deze praktische bezwaren reden om de voorgenomen verkorting van de meldtermijn
niet in te voeren. De sectorpartijen in de werkgroep, met uitzondering van de vleesveesector,
hebben evenwel aangegeven sterk te hechten aan het invoeren van deze verkorting van
de meldtermijn, omdat het de kans op fouten verkleint. Het is echter niet mogelijk
om de maatregel alleen voor melkveebedrijven in te voeren aangezien het I&R-systeem
geen onderscheid maakt tussen melkveebedrijven en vleesveebedrijven. Op basis van
overleg met de sector heb ik daarom besloten het verkorten van de meldtermijn nu niet
in te voeren, maar gezamenlijk te gaan onderzoeken of het op termijn wel mogelijk
en verstandig is om onderscheid te gaan maken tussen melkvee- en vleesveebedrijven.
Indien dat het geval blijkt te zijn zal ik het verkorten van de meldtermijn specifiek
voor melkveebedrijven heroverwegen.
Tot slot
In de geconsulteerde wijzigingsregeling stond ook een voorgenomen aanpassing die relevant
is voor de schapen- en geitensector. Het voornemen was het aantal keer dat een schaap
of geit dat hermerkt mag worden tot één keer te beperken. Op basis van de uitkomsten
van de consultatie en de UHT heb ik besloten deze maatregel niet in te voeren. De
maatregel zou tot praktische problemen leiden. Schapen en geiten verliezen namelijk
met enige regelmaat één of beide oormerken. Daarbij is het voor een houder niet altijd
makkelijk na te gaan hoe vaak een dier al hermerkt is. Zeker als de dieren buiten
lopen is het lastig om binnen enkele dagen te constateren dat een dier één of beide
merken verloren is en het originele nummer na te bestellen en opnieuw in te brengen.
Door het pakket van maatregelen voor het I&R-systeem voor runderen worden er prikkels
ingebouwd die het tijdig en juist invoeren van gegevens stimuleren. Dit zal de robuustheid
van het I&R-systeem verder ten goede komen. De invoering van gegevens in het I&R-systeem
blijft echter mensenwerk en daarom kan niet verwacht worden dat het 100% foutloos
is. De aandacht die er afgelopen tijd is geweest voor het belang van tijdig en juist
melden van informatie in het I&R systeem heeft echter ook voor bewustwording gezorgd
wat ook blijkt uit recente cijfers uit het I&R-systeem. Daarnaast kent het systeem
op essentiële onderdelen signalerings- en correctiemechanismen. Ik ga ervan uit dat
het pakket van maatregelen er voor zal zorgen dat de kans op het ontstaan van onjuistheden
in het I&R-systeem wordt teruggebracht. De constructieve samenwerking met verschillende
sectorpartijen, die ik voort zal zetten, draagt bij aan dit vertrouwen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten
Bijlage: Overzicht maatregelen I&R
De maatregelen in het kader van I&R zijn in verschillende categorieën onder te verdelen.
Er zijn maatregelen die door de sector genomen worden en maatregelen die door de overheid
worden genomen. De maatregelen die door de overheid worden genomen zijn onderverdeeld
in maatregelen die aanpassing van de regelgeving vergen, en maatregelen die geen aanpassing
van de regelgeving vergen.
Categorie
Maatregel
Beschrijving
Invoeringstermijn
Overheidsmaatregel, aanpassing van regelgeving nodig
Invoering bestuurlijke boetes voor I&R overtredingen
Geldt voor alle diersectoren. Overgang van strafrecht naar bestuursrecht bij overtredingen
I&R-regeling.
1 juli 2019
Plaatsen oormerken nieuw geboren kalveren binnen 3 werkdagen en merken vóór registratie
geboorte
Kalveren moeten eerst gemerkt worden, voordat zij in het I&R-systeem aangemeld worden.
1 april 2019
Overheidsmaatregel, geen aanpassing van regelgeving nodig
Verbeteren data-analyses en risicoprofielen door NVWA
Hierdoor kan gerichtere controle en opsporing plaatsvinden.
Reeds bezig, continue inzet
Geen paspoorten voor geblokkeerde dieren
Bij export van een rund moet een paspoort worden aangevraagd. Bij dierblokkades mogen
geen paspoorten worden verstrekt. Alle mogelijke scenario’s met dierblokkades zijn
doorgelopen, het is nu zeker dat paspoorten geblokkeerd worden als het dier geblokkeerd
is.
Reeds doorgevoerd
Koppelen van EU-systemen I&R bij invoer en uitvoer van dieren
Verbeterde uitwisseling van I&R-gegevens tussen lidstaten.
Loop van 2019
Aanpassing I&R-app van RVO.nl
Bekeken wordt of de I&R-app dusdanig aangepast zal worden zodat er meer informatie
wordt gegeven als er een signalering komt over een foute melding. Bijvoorbeeld wat
er niet goed is gemeld, welk dier het betreft en wat de maatregel daarvan is.
In 2019
Vermindering aantal UBN’s als houder meerdere UBN’s per locatie heeft
Door te zorgen dat een houder niet meerdere UBN’s per locatie heeft wordt de kans
op foutieve registraties verkleind omdat er maar 1 UBN is. Doordat het al langer beleid
is dat er per locatie 1 UBN aangevraagd kan worden zullen er geen nieuwe locaties
met meer UBN’s ontstaan en op termijn het aantal dubbele UBN’s teruglopen.
Reeds doorgevoerd, continue inzet
Verhogen retributies en/of aanscherpen voorwaarden bij frequente of bepaalde herstelmeldingen,
in overeenstemming met Maat Houden
Er zal een haalbaarheidsstudie worden uitgevoerd naar de mogelijkheid voor het verhogen
van de retributies en/of aanscherpen van de voorwaarden bij frequente of bepaalde
herstelmeldingen.
In 2019
Opgeven moederdier bij destructiemelding (doodgeboren) kalf
Onderzoeken of het meldsysteem van Rendac dusdanig aangepast kan worden dat het onmogelijk
wordt om een destructiemelding van een (doodgeboren) kalf in te voeren, zonder het
vermelden van het moederdier.
In onderzoek bij Rendac
Eenduidigheid definities diercategorieën
In I&R is niet op dierniveau vastgelegd tot welke categorie het dier behoort (bijvoorbeeld
melkkoe of vleeskoe). Bij de bepaling van de fosfaatreductie is daarom beredeneerd
tot welke categorie een dier behoort. Omdat een beredenering nooit 100% sluitend is,
is vastgelegd dat hier bij nieuwe regelgeving beter op gelet moet worden.
Continue inzet
Sectormaatregel
Melddatum bepalend voor moment transport pasgeboren kalveren: 14 dagen na juiste geboortemelding
in I&R pas transport toegestaan (Kalf Volg Systeem (KVS))
Prikkel voor veehouders om kalveren zo snel mogelijk en direct foutloos na de geboorte
aan te melden in I&R. De melddatum is bepalend voor het moment van toegestane afvoer.
Herstel van de geboortedatum leidt tot een nieuwe uitgangsdatum.
Reeds ingevoerd
Meldingen aan Rendac via bedrijfsmanagementsysteem (BMS)
Onderzoeken of koppeling van BMS van de veehouder met het systeem van Rendac voor
het melden van dode dieren mogelijk en wenselijk is.
In onderzoek bij Rendac en sector.
Opbouw DNA-databank
De sector doet een verkennend onderzoek naar de mogelijkheden en bruikbaarheid van
het vastleggen van DNA van kalveren in een DNA databank.
Loop van 2019
I&R-registratie, incl. blokkademeldingen in KVS-app voor handelaren zichtbaar maken
Om het KalfVolgSysteem (KVS) goed uit te kunnen voeren, is het nodig dat de handelaar
online alle relevante gegevens kan raadplegen via de app van het KVS. Daarbij zullen
blokkades ook in de KVS-app opgenomen gaan worden.
Loop van 2019
Cultuuromslag bewerkstellingen
Herhalen en vaak blijven benadrukken van de inhoud en het belang van de regels en
consequenties van overtreding.
Reeds ingevoerd, continue inzet
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit