Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Tweede nader gewijzigd amendement van de leden Paternotte en Grinwis ter vervanging van nr. 50 over een nieuwbouwopslag van 20 jaar voor woningen die voor 2028 worden gebouwd met mogelijkheid van verlenging
36 496 Wijziging van de Wet goed verhuurderschap, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte en enige andere wetten in verband met de regulering van huurprijzen en de bescherming van rechten van huurders (Wet betaalbare huur)
Nr. 60 TWEEDE NADER GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN PATERNOTTE EN GRINWIS TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 50
Ontvangen 24 april 2024
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Na artikel V, onderdeel J, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ja
Na artikel 10b wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 10c (prijsopslag)
1. Bij of krachtens de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 10, eerste
lid, wordt ten minste bepaald dat de maximale huurprijs, behorend bij de kwaliteit
van een middeldure huurwoonruimte als bedoeld in artikel 1 van de Huisvestingswet
2014, met tien procent wordt vermeerderd indien die woonruimte na 1 juli 2024 voor
het eerst in gebruik wordt genomen als woonruimte en waarvan de bouw of de verbouw
van een ruimte met een andere gebruiksfunctie dan een woonfunctie naar een woonruimte
met een woonfunctie voor 1 januari 2028 is gestart, met dien verstande dat deze vermeerdering
vanaf het moment van ingebruikname na twintig jaar eindigt.
2. Onze Minister zendt voor 1 juli 2027 aan de Staten-Generaal een verslag over de noodzaak
van de vermeerdering bedoeld in het eerste lid, waarbij wordt ingegaan op de eventuele
noodzaak voor een voorzetting van deze vermeerdering. Die voortzetting kan bij of
krachtens de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 10, eerste lid, worden
bepaald.
Toelichting
Dit amendement strekt ertoe de nieuwbouwopslag als instrument niet tot en met 2026,
maar tot 2028 onderdeel van de wet te maken, en tegelijk te borgen dat deze opslag
niet permanent wordt toegepast maar na twintig jaar stopt.
In het concept voor het Besluit betaalbare huur is voorzien in een nieuwbouwopslag
van 10% voor nieuwbouwwoningen waarvan de bouw voor 1 juli 2026 is gestart. Indieners
zien bij deze opslag twee problemen. De verwachting is dat de omstandigheden om nieuwe
woningen te ontwikkelen en te realiseren na 1 juli 2026 niet eenvoudiger zullen zijn.
Dat zet de haalbaarheid van nieuwbouw en transformatieprojecten onder druk, terwijl
de woningbouwopgave van ca. 100.000 woningen per jaar nog zal blijven bestaan.
Daarnaast kent de in het concept-Besluit voorgestelde nieuwbouwopslag – zodra deze
bij een woning van toepassing is – geen einddatum. Dat betekent dat bewoners van deze
woningen tot in lengte van jaren een hogere huur zullen betalen, ook al zijn deze
woningen na verloop van tijd niet meer te typeren als een nieuwbouwwoning en zal de
kwaliteit afnemen. Daarmee ontstaat een langdurige anomalie op de woningmarkt, en
staat de huur niet meer in verhouding tot de kwaliteit van de woning. Daarom stellen
indieners voor de nieuwbouwopslag na 20 jaar te stoppen. Na afloop van de twintig
jaar is de huur daarmee gelijk aan de voorgeschreven huur conform het woningwaarderingsstelsel.
Door vooraf duidelijk te maken dat de nieuwbouwopslag niet eeuwigdurend is kunnen
institutionele beleggers dit inprogrammeren en ook op de lange termijn rendabel in
nieuwe middeldure huurwoningen blijven investeren. Tegelijk zorgt de tijdelijkheid
ervoor dat na 20 jaar voor alle woningen dezelfde huurprijsbescherming geldt voor
huurders.
Er is tevens voorzien in een evaluatiemoment in 2027, zodat vastgesteld kan worden
of verlenging van de nieuwbouwopslag gewenst is.
Paternotte
Grinwis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Jan Paternotte, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid