Amendement : Amendement van het lid Michon-Derkzen over het bij de oplegging van een bestuurlijke boete kunnen openbaar maken van de boeteoplegging en het kunnen toepassen van de Wet Bibob
36 138 Regels ter uitvoering van Verordening (EU) 2021/784 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2021 inzake het tegengaan van de verspreiding van terroristische online-inhoud (PbEU 2021, L 172) (Uitvoeringswet verordening terroristische online-inhoud)
Nr. 9 AMENDEMENT VAN HET LID MICHON-DERKZEN
Ontvangen 21 december 2022
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Na artikel 12 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 12a. Openbaarmaking
1. De Autoriteit kan een beschikking tot oplegging van een bestuurlijke boete als bedoeld
in artikel 12, eerste lid, openbaar maken.
2. Op de openbaarmaking is artikel 5.1 van de Wet open overheid van overeenkomstige
toepassing.
3. De openbaarmaking geschiedt niet eerder dan nadat twee weken zijn verstreken na de
dag waarop het besluit bekend is gemaakt.
4. Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van
de Algemene wet bestuursrecht, wordt de openbaarmaking opgeschort totdat de voorzieningenrechter
uitspraak heeft gedaan of het verzoek is ingetrokken.
5. Bij de openbaarmaking wordt vermeld of tegen het besluit tot oplegging van een bestuurlijke
boete een rechtsmiddel is ingesteld dan wel of daartoe de mogelijkheid bestaat.
6. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met betrekking tot
de openbaar te maken gegevens, waaronder de wijze waarop de openbaarmaking plaatsvindt
en de mogelijke reactie van de geadresseerde in verband met de openbaarmaking van
zijn gegevens.
II
Na artikel 13 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 13a. Wijziging Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar
bestuur
Aan artikel 27, eerste lid, van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door
het openbaar bestuur wordt onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma
een onderdeel toegevoegd, luidende:
q. de Autoriteit Online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal, bedoeld in artikel 2,
eerste lid, van de Uitvoeringswet verordening terroristische online-inhoud.
Toelichting
De indiener acht het van cruciaal belang dat de Autoriteit Online Terroristisch en
Kinderpornografisch Materiaal (hierna: de AKTM) kordaat en slagvaardig kan optreden
wanneer aanbieders van hostingdiensten geen of onvoldoende invulling geven aan hun
wettelijke verplichtingen. Om de naleving van het wetsvoorstel te bevorderen, stelt
de indiener voor dat het feit dat de AKTM een bestuurlijke boete oplegt, door de AKTM
openbaar kan worden gemaakt. Hier gaat een zekere afschrikwekkende werking van uit.
Ook wordt met openbaarmaking inzicht gegeven in de mate en de manier waarop de AKTM
toezicht houdt op de naleving van de wet. Het wetsvoorstel voor bestuursrechtelijke
aanpak online kinderpornografisch materiaal zoals dat is voorgelegd aan de Afdeling
advisering van de Raad van State en naar verwachting in 2023 naar de Kamer wordt gestuurd,
bevat een gelijkluidend artikel over de openbaarmaking van de boetes die de AKTM op
grond van dat wetsvoorstel kan opleggen.
In aanvulling op de mogelijkheid tot openbaarmaking van opgelegde bestuurlijke boete,
stelt de indiener vast dat de integriteit van de overheid in het geding is, wanneer
de overheid zaken doet met een bedrijf dat een bestuurlijke boete opgelegd heeft gekregen
op basis van deze wet. Deelname van dergelijke aanbieders van hostingdiensten aan
overheidsaanbestedingsprocedures tast het vertrouwen van burgers in de integriteit
van overheidsdiensten aan. De indiener stelt om die reden als aanvullende maatregel
voor dat de AKTM onder de reikwijdte van artikel 27 van de Wet Bibob wordt gebracht.
Hierdoor wordt het mogelijk voor de AKTM informatie te verstrekken aan het Landelijk
Bureau Bibob. De Wet Bibob biedt een afgewogen en met goede waarborgen omkleed juridisch
kader, op grond waarvan bestuursorganen kunnen beslissen niet langer samen te werken
met de aanbieder van de hostingdiensten.
Ingevolge het vijfde lid van artikel 1 van de Wet Bibob valt een overtreding waarvoor
een bestuurlijke boete kan worden opgelegd door de AKTM, voor de toepassing van de
Wet Bibob onder het begrip «strafbaar feit». Ten aanzien van overheidsaanbestedingen
die onder de Aanbestedingswet 2012 vallen, kan het Bureau Bibob advies uitbrengen
over de toepassing van de weigeringsgronden zoals bedoeld in de artikelen 2.86 tot
en met 2.89 van de Aanbestedingswet 2012. Ten aanzien van overheidsaanbestedingen
die niet onder de Aanbestedingswet 2012 of de Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidsgebied
vallen, is artikel 5, eerste lid, van de Wet Bibob van toepassing. Die bepaling biedt
eveneens een grond voor uitsluiting van overheidsaanbestedingen.
Michon-Derkzen
Indieners
-
Indiener
Ingrid Michon-Derkzen, Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 34 | Voor |
D66 | 24 | Voor |
PVV | 17 | Voor |
CDA | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
SP | 9 | Voor |
GroenLinks | 8 | Voor |
PvdD | 6 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
FVD | 5 | Voor |
DENK | 3 | Tegen |
Groep Van Haga | 3 | Voor |
JA21 | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
Volt | 2 | Voor |
BBB | 1 | Voor |
BIJ1 | 1 | Voor |
Fractie Den Haan | 1 | Voor |
Gündogan | 1 | Voor |
Omtzigt | 1 | Voor |