Kamer bespreekt Tijdelijke Experimentenwet rechtspleging

3 februari 2020, debat - Meer ruimte om te experimenteren met alternatieve vormen van geschilbeslechting. Dat wil minister Dekker (Rechtsbescherming) bereiken met de Tijdelijke Experimentenwet rechtspleging. De Kamer debatteert over dit wetsvoorstel.

Minister Dekker wil dat geschilbeslechting sneller, eenvoudiger en effectiever wordt en dat er meer ruimte komt voor de-escalatie van conflicten. Daarom maakt hij het makkelijker om per algemene maatregel van bestuur tijdelijk af te wijken van bestaande wetgeving. Innovatie is wenselijk, vinden de woordvoerders, maar ze hebben wel een aantal kritische vragen.

Noodzaak en reikwijdte

Is dit wetsvoorstel wel het juiste medicijn voor de kwaal, vraagt Van den Berge (GroenLinks), en wat betekent het voor de rol van de rechter? Heeft de minister wel voldoende scherp wat voor experimenten hij wil, vraagt Van Nispen (SP).

De minister moet creativiteit binnen de bestaande regels blijven stimuleren, betoogt Van der Staaij (SGP). Hij bepleit experimenten "dwars door schotten van het recht heen", dus ook in het straf- en bestuursrecht.

De rol van de rechter is rechtspreken, en dat blijft zo, verzekert Dekker. Hij benadrukt dat de roep om meer innovatieruimte ook vanuit de rechtspraak zelf komt. De experimenten vormen een aanvulling op wat er nu al kan, aldus de minister.

Waarborgen

Op welke gronden worden experimenten toegelaten? En welke rol speelt de Kamer in deze beoordeling? Van der Graaf (ChristenUnie) wil meer duidelijkheid. Geef de Kamer en deskundigen een grotere rol bij de evaluatie en een eventuele verlenging van experimenten, bepleiten meerdere woordvoerders.

Het experimenteren mag niet leiden tot minder toegang tot het recht, vooral als het gaat om griffierechten en rechtsbijstand, benadrukt Groothuizen (D66). Ook Van Nispen (SP) waarschuwt dat de wet geen verkapte bezuinigingsmaatregel mag zijn.

Van Wijngaarden (VVD) stelt voor om de looptijd van experimenten te verlengen van drie tot maximaal vijf jaar. Niet alle effecten zijn in drie jaar te vangen, meent hij.

De samenstelling van de toetsingscommissie wordt geregeld per algemene maatregel van bestuur. Daar kan de Kamer dus over meepraten, stelt de minister. Expertise uit de rechtspraak heeft volgens hem zeker een plaats in de beoordeling, maar hij vreest dat actieve rechters in de commissie een onafhankelijk oordeel in de weg kunnen staan. Bij toekomstige wetgeving wil Dekker meer aandacht besteden aan de gevolgen voor de rechtsbijstand.

Financiële gevolgen

Er zijn zorgen over de financiële gevolgen voor de rechtspraak. Minister Dekker stelt voor de experimenten 1 miljoen beschikbaar. Niet bepaald een vetpot, vindt Groothuizen (D66). De experimenten mogen niet ten koste gaan van reguliere zaken, zegt Van den Berge (GroenLinks). Van Nispen (SP) pleit voor een financiële bijlage bij elk voorgesteld experiment.

Het wetsvoorstel houdt volgens Dekker geen verkapte bezuiniging in. "We proberen het slimmer en beter te doen met het geld dat we hebben", aldus de minister. Hij wijst erop dat experimenten niet meer geld hoeven te kosten; als ze op de langere termijn problemen voorkomen, leidt dat juist tot besparingen.

De Kamer stemt op 11 februari over het wetsvoorstel en de ingediende moties.

Zie ook:

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.
  • Kijk debatten terug via Debat Gemist