Bestuurlijke maatregelen tegen terrorisme

28 april 2014, wetsvoorstel - Preventieve bestuurlijke maatregelen moeten terroristische activiteiten en het vertrekken naar bijvoorbeeld IS-gebied helpen voorkomen. De Kamer bespreekt het wetsvoorstel van minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) dat dit regelt.

Meldplicht, gebiedsverbod, contactverbod en uitreisverbod. Deze maatregelen moet de minister van Veiligheid en Justitie kunnen opleggen om te voorkomen dat personen in Nederland terroristische activiteiten ontplooien of uitreizen naar terroristische strijdgebieden, vooral als strafrechtelijk ingrijpen (nog) niet mogelijk is. Dit kan nodig zijn voor de bescherming van de nationale veiligheid, betogen Recourt (PvdA), Tellegen (VVD) en Bisschop (SGP). Swinkels (D66), Van Tongeren (GroenLinks), Van Raak (SP) en Kuzu (GrKÖ) zijn echter kritisch, onder andere omdat er geen rechterlijke toets vooraf is. Er moeten juist meer en verdergaande maatregelen worden genomen, vinden Van Toorenburg (CDA), De Graaf (PVV) en Bontes (GrBvK).

Twijfels over proportionaliteit, effectiviteit en rechtsbescherming

Zijn de voorgestelde maatregelen noodzakelijk, proportioneel en effectief? En welke gevolgen hebben ze voor de rechtsstaat? Het is ongewenst dat de rechter bestuurlijke maatregelen tegen terrorisme niet vooraf kan toetsen, betogen Swinkels en Van Tongeren, maar Recourt stelt dat toetsing achteraf ook goed is. Van Raak denkt niet dat het opleggen van een gebiedsverbod, een contactverbod of een meldplicht aanslagen kan voorkomen. De wet richt zich specifiek op jihadistisch terrorisme, concludeert Kuzu, terwijl rechts-extremistisch terrorisme nauwelijks wordt aangepakt. Maar dat spreekt de minister tegen: de wet is bedoeld voor elk terrorisme dat de nationale veiligheid in gevaar brengt.

Discussie over tijdelijkheid, nationale veiligheid en rol burgemeester

De maatregelen die Van der Steur voorstelt, gelden voor vijf jaar. Dat is verstandig, vindt Recourt, want ze grijpen in op de vrijheid van mensen. Maar Van Toorenburg, Tellegen en Bontes vinden het onlogisch om de wet automatisch te laten vervallen: de terroristische dreiging is over vijf jaar niet verdwenen. De voorgestelde maatregelen zouden niet alleen genomen moeten worden bij een bedreiging van de nationale veiligheid, vindt Bisschop, maar ook bij gevaar voor een ander land. In spoedgevallen zou naast de minister ook de burgemeester bestuurlijke maatregelen tegen terrorisme moeten kunnen opleggen, suggereert Van Toorenburg.

Pleidooien voor andere maatregelen

Verschillende woordvoerders denken dat andere maatregelen effectiever zijn dan de voorstellen van de minister. De Graaf en Bontes willen administratieve detentie invoeren voor terugkerende strijders en terrorismeverdachten, en pleiten voor het sneller ontnemen van het Nederlanderschap. Van der Steur reageert welwillend op de suggestie van onder anderen Van Toorenburg, Tellegen en Bontes om het verblijf op terroristische grondgebied strafbaar te stellen. Er moet niet alleen aandacht zijn voor repressie maar ook voor preventie, vinden Swinkels, Van Raak en Van Tongeren, bijvoorbeeld door meer in te zetten op wijkagenten, reclassering en deradicalisering.

De Kamer stemt 17 mei over het wetsvoorstel en de ingediende moties.

Zie ook:

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.