Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde Agenda Raad Buitenlandse Zaken Defensie d.d. 15 oktober 2025 (Kamerstuk 21501-28-291)
2025D43951 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Defensie hebben de onderstaande fracties de behoefte
vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Defensie over Raad Buitenlandse
Zaken Defensie van 15 oktober (Kamerstuk 21 501-28, nr. 291).
De voorzitter van de commissie,
Kahraman
Adjunct-griffier van de commissie,
Manten
Inhoudsopgave
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
II
Antwoord/Reactie van de Minister
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brieven van
de Minister en hebben voor het moment geen aanvullende vragen.
Vragen en opmerkingen van de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor
de Raad Buitenlandse Zaken Defensie van 15 oktober aanstaande en hebben de volgende
vragen en opmerkingen.
De Europese Unie heeft te maken met een hoge en toenemende mate van dreiging op het
Europees continent. De leden van de Volt-fractie zien de vergrote Europese inzet op
veiligheid en defensie als cruciaal voor het voortbestaan van de EU, de veiligheid
van haar burgers en zo ook de veiligheid van Nederland. Met het oog op de ontwikkeling
van een routekaart voor defensiegereedheid, die op 23 en 24 oktober tijdens de Europese
Raad bekrachtigd zal worden, vragen de leden van de Volt-fractie zich af, naast de
coördinerende rol in de PCA’s Militaire Mobiliteit en Drones en counter-dronesystemen,
hoe de Nederlandse rol met betrekking tot de vormgeving en uitvoering van deze routekaart
eruitziet.
Daarnaast erkennen de leden van de Volt-fractie het belang van het European Long-Range
Strike Approach (ELSA) project, waar Nederland zich eerder dit jaar bij heeft aangesloten
op aandringen van de Volt-fractie. Deze leden horen graag van het kabinet hoe het
staat met de voortgang van ELSA. Wanneer verwacht de Minister dat de eerste resultaten
van deze samenwerking zichtbaar zullen worden? Deze leden vragen zich dit af omdat
experts voorzien dat dit mogelijk nog jaren kan duren. De leden van de Volt-fractie
vragen zich daarom ook af of, met de razendsnelle ontwikkeling van de Oekraïense Flamingo-raket,
het ELSA-project nog wel toegevoegde waarde zal hebben. Zij vragen zich af of het
kabinet kan reflecteren op de vraag of het niet efficiënter en effectiever is om de
Oekraïense Flamingo-raket leidend te maken in ELSA en deze tot Europese standaard
te verheffen.
De leden van de Volt-fractie zijn daarnaast ook benieuwd naar een aantal financiële
regelingen. Zo willen zij graag weten of de Minister het wenselijk vindt dat de gelden
onder SAFE ingezet mogen worden door individuele landen. Deze leden vragen zich af
of dit het idee achter SAFE, namelijk het gezamenlijk investeren in Europese defensiecapaciteiten,
niet ondergraaft. Zij zouden graag een reflectie van de Minister hierop zien. Ook
zijn de leden van de Volt-fractie benieuwd naar de financiering van de zogeheten «drone
wall». Op welke manier zullen hier extra middelen voor worden vrijgemaakt? Zal dit
komen uit de SAFE-gelden? Moet dit komen uit de nationale defensiebegrotingen? Wat
is de rol van Nederland in het vrijmaken van financiële middelen voor de «drone wall»?
Bovendien hebben de leden van de Volt-fractie kennisgenomen van de Zuid-Koreaanse
interesse in deelname aan Security Action For Europe (SAFE) en willen deze leden graag
weten hoe de voortgang van de toetreding van Zuid-Korea tot SAFE ervoor staat. Daarnaast
kwam er een jaar geleden naar buiten dat Zuid-Korea overwoog om militaire steun te
bieden aan Oekraïne in de vorm van wapenleveranties. De wetswijziging om deze directe
vorm van steun mogelijk te maken is er niet doorheen gekomen, mogelijk door de politieke
spanningen in het land, maar de leden van de Volt-fractie vragen zich af of er volgens
de Minister nu opnieuw ruimte bestaat om deze gesprekken met Zuid-Korea op gang te
brengen. Zij horen graag of het kabinet hiertoe mogelijkheden ziet.
Tot slot spreken de leden van de fractie van Volt hun onvrede uit over de Hongaarse
blokkade van cruciale steun aan Oekraïne, zoals via de European Peace Facility (EPF).
Wetende dat het kabinet niet bereid is om de unanimiteitsvereiste te omzeilen, zijn
de leden van de Volt-fractie benieuwd wat het kabinet voor stappen zet om de druk
op Hongarije te verhogen.
II Antwoord/Reactie van de Minister
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I. Kahraman, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie -
Mede ondertekenaar
N.E. Manten, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.