Schriftelijke vragen : De tijdelijke accijnsverlaging op brandstoffen
Vragen van het lid Eerdmans (JA21) aan de Minister van Financiën over de tijdelijke accijnsverlaging op brandstoffen (ingezonden 27 augustus 2025).
Vraag 1
            
Heeft u kennisgenomen van het artikel in De Telegraaf van 25 augustus 20251 over de mogelijke gevolgen als de tijdelijke accijnsverlaging op brandstoffen per
               1 januari 2026 zou worden beëindigd?
            
Vraag 2
            
Hoe beoordeelt u de verwachting dat het vervallen van de tijdelijke accijnsverlaging
               per 1 januari 2026 op termijn kan leiden tot sluiting van een aanzienlijk aantal laad-
               en tankvoorzieningen?
            
Vraag 3
            
Bent u ermee bekend dat naar schatting 30 tot 40 procent van de laad- en tankvoorzieningen
               gevestigd is in grensregio’s langs de circa 1.000 kilometer lange landsgrens? Welke
               effecten verwacht u daar specifiek?
            
Vraag 4
            
Hoe weegt u de mogelijke impact van het beëindigen van de tijdelijke accijnsverlaging
               op de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven en op de betaalbaarheid voor werkenden
               die afhankelijk zijn van de auto?
            
Vraag 5
            
Welke beleidsopties ziet u, indien u deze zorgen deelt, om in het kader van de Miljoenennota
               en Rijksbegroting de gevolgen van het beëindigen van de tijdelijke accijnsverlaging
               te beperken of terug te draaien?
            
Vraag 6
            
Indien u deze zorgen niet deelt, op welke gegevens en analyses baseert u die afweging?
Vraag 7
            
Hoe beoordeelt u de oproepen van verschillende maatschappelijke organisaties, zoals
               branche- en consumentenorganisaties, om af te zien van automatische indexering van
               accijnzen?
            
Vraag 8
            
Indien u aanleiding ziet om dergelijke oproepen te volgen, wat betekent dit dan voor
               het huidige accijnsbeleid?
            
Vraag 9
            
Indien u geen aanleiding ziet deze oproepen te volgen, welke overwegingen liggen daaraan
               ten grondslag?
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 Joost Eerdmans, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
 
          